öan punch
NIEUWSBLAD
VOOR ZEELAND.
No. 41. 1900.
Vrijdag 28 December.
15e jaargang.
ill-Punch
en-Punch
Koe,
Huishoudster,
fe Vaarzen
wstbode.
CHRISTELIJK-
HISTORISCH
Idelburg.
|gen 1 Mei a. s.
|K O O P
OOP:
met Trekhond
ïouien Varkenshok
vN KEULEN,
lw. KLUIJFHOUT
rt a. s. gevraagd
lakersknecht
U>lift ECHT
CKKER, Aagtekerke.
Mei of vroeger
SliSECllT,
uiwe-meid
>tcr~6el)elt>c.
VERSCHIJNT
Wed. S. J. DE JONGE-VERWEST, te Goes
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
We Leerplichtwet.
Een afschrikwekkend voorbeeld.
en f 1.25 per fl.
1.25 en f 1.40 per fl.
25 en f 1.50 per Liter
nioi*, Middelburg.
Olmen VAAMHOUT
I AGs. VAÜER, Hazen-
|n, liefst uit Walcheren
Ouderdom tusschen
liar. Adres: T. VAN
Lolijnsplaat.
raars, keur uit twee
lalfjarige Vaars, bij
IMeliskerke.
|K O O P
:he Vaarsjes,
^0 maanden, en
Kalfvaars, bij
fclcerke.
Igen, Villa: ȕitia".
KOOP:
rekening 3 Jannari,
Handkneeht
IR. MELIS, Seroos-
lKER, Arnemuiden.
lof niet Mei
[werk en hoefbeslag,
JREEN, rnr. Smid,
Mei
Imet de melkerij, niet
bij JAN MOL Az.,
|e,
Spanjaardstr., Mid-
|or vertrek der tegen-
niet Februari of Mei
lOTDIENST
3ELB. ROTTERDAM
sari.
st.
Isdag 9, Vrijdag 11,
lag 18, Woensdag 23,
|nst.
ïderdag 31 alleen van
l'ige dagen van Vlissin-
jlburg 7,30 van Rotter-
he SpoortLjd
ll,55(ü) nm. 3,303)
|2,20«) nm. 3,55
lo,25 nm. 1,55
3,45 2,15
1,55 3,304)
2,15 3,50
|30 naar Breskens en
van Vlissingen naar
Lkt.
elkkn MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
Prijs per drie maanden franco p. p0,95.
Enkele nummers0,02'.
UITGAVE DER FIRMA
en van
van 1—5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent.
Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
Wo komen nu aan de artikelen, die
over 't tijdelijk schoolverzuim handelen.
We veronderstellen nu, dat uw kind be
hoorlijk op de school geplaatst is. We
hebben reeds vroeger gezien, dat het dan
hoogstons 2 schooltijden in twee achter
eenvolgende maanden zonder geldige rede
nen verzuimen mag. Maar welke redenen
zijn nu geldig? Dit zegt Art. 12. Geldige
redenen van tijdelijk schoolverzuim zijn:
lo. tijdolijke sluiting van de school of
schorsing van het onderwijs
2o. een wettelijk voorschrift, hetwelk
het bezoeken van de school tijdelijk ver
biedt;
3o. tijdelijke wegzonding door het hoofd
der school als tuchtmaatregel
4o. vergunning om de school tijdelijk
niet te bezoeken op grond van werkzaam
heden in het belang van landbouw, tuin
bouw, veehouderij of veenderij, verleend
door den schoolopziener op grond van
artikel 13;
5o. ongesteldheid van het kind, vervul
ling van godsdienstplichten of andere
ernstige omstandigheden, die als geldige
redenen kunnen worden beschouwd.
Vooreerst is dus een schoolverzuim geldig,
als de school tijdelijk gesloten is, b.v. we
gens 't heerschen eener besmettelijke ziekte,
wegens verbouwingen aan de lokalen of
dergelijke.
Evenzoo als 't onderwijs tijdelijk ge
schorst is, b. v. wegens ziekte of overlij
den van den onderwijzer. Dit is duidelijk
genoeg. Vervolgens als een wettelijk voor
schrift 't schoolbezoek verbiedt, met name
als er in 't huis, waarin 't kind woont,
besmettelijke ziekte voorkomt.
In sommige gevallen gelukkig zijn
ze zeldzaam kan 't noodzakelijk zijn,
een kind wegens wangedrag tijdelijk van
de school te verwijderen. Ook dan valt
de ouder buiten schot.
Wellicht vraagt deze of gene: »En als
nu eens een kind wegens wangedrag, voor
goed van school gezonden wordt, wat dan
Helaas! ook dat kan noodig blijken, al
zal ieder onderwijzer zich wel tienmaal
bedenken, eer hij tot dit uiterste overgaat,
't Kan noodzakelijk blijken ter wille der
andere leerlingen. Maar wat zal de ouder
dan doen?
Zijn kind eenvoudig aan zijn noodlot
overlaten? Dit ware voor God en men-
schen onverantwoordelijk (ook voor deze
Wet). Een andere school voor hem op
zoeken wellicht kan hij daar plaats
vinden dan is de zaak weer zoover in
orde. Kan hij nergens plaats krijgen, dan
kan de ouder reden van vrijstelling opge-
Bij vergissing is deze wetsbepaling bij
art. 76". ter sprake gebracht. Zij kan na
tuurlijk nooit een grond van vrijstelling uit
maken, daar zij slechts van kracht is, zoolang
de ziekte niet geweken is. W.
FEUILLETON^
De betrekking van meesters en dienstbo
den tot elkander is tegenwoordig zoo zwak,
dat er middelen opgezocht moeten worden,
om den lossen band nauwer aan te halen.
Voorzeker geschiedt dit niet, tenzij, zoowol
lieeren en vrouwen als dienstboden, zich
op de borst slaan en schuld belijden.
Dat er aan beide kanten gezondigd wordt,
is meestal liet geval. Wij zien het in de
geschiedenis van de arme dienstmaagd
Amalia Roberts. Zij was een Engelsche.
Van haar ouders, haar kindsheid, haar
eersten dienst, weet men niets te verhalen.
Eerst van haar tweeden dienst zijn eenige
bijzonderheden bekend, en wel, uit haar
eigen mond. Het was bij een voorname
dame, een Engelsche Lady K., dat zij in
dienst was. Zij drong er op aan, dat haar
gezamenlijke dienstboden aan de openbare,
zoowel als aan de huishoudelijke godsdienst
ven, nl. die, vermeld in art. 7 sub 4o.
(In dat geval, zal hij verplicht zijn, zijn
kind in oen inrichting b. v. Mettray, te
plaatsen verplicht niet voor de Wet,
maar voor !t welzijn van zijn ongelukkig,
onverbeterlijk kind). Dan is 't een geldige
reden, als 't kind vergunning heeft, veld
of tuinarbeid te verrichten. Deze vergun
ning wordt op aanvrage verleend onder
bepaalde voorwaarden, waarop we in 't
vervolg terugkomen.
Eindelijk mag 't kind ook thuis blijven,
als 't ziek is, als 't (b. v. op dank- of
bededag) ter kerk of ter catechisatie moet,
of als andere „ernstige omstandigheden"
aanwezig zijn. Deze uitdrukking is zeer
rekbaar. We zullen later zien, dat in de
eerste plaats de hoofdonderwijzer over
't al of niet ernstige der omstandigheden
te oordeelen heeft. Alleen als 't verlof,
ter oorzako daarvan aangevraagd, langer
dan 10 schooltijden duurt, moet de school
opziener 't bekrachtigen. De hoofden van
scholen hebben een lijst ontvangen, waarop
vermeld staat, wat zij alvast als ernstige
omstandigheden te beschouwen hebben.
Daarop komen behalve ziokte en vervul
ling van godsdienstplichten nog voor:
Overlijden of ongesteldheid van bloedver
wanten,
Weer en
Armoede
Familiefeesten, en
Aanstaand vertrek.
Ook voor al deze gevallen is de hoofd
onderwijzer bevoegd (en als hjj er van
overtuigd is, dat genoemde omstandigheden
werkelijk bestaan, naar de bedoeling des
Wetgevers verplicht), verlof te verleenen
en komen andere ernstige omstandigheden
voor, waarop de Wetgever niet gerekend
heeft, dan geldt dit ook.
Mij dunkt: er is geen reden denkbaar,
waarom oen verstandig ouder een kind
zou willen thuishouden, die niet door dit
artikel als wettig aangemerkt wordt
zelfs onze visite-houdende en visite-gaande
vrinden kunnen voor hun kinderen vrijaf
krjjgen, want do visites zijn „familiefees
ten". (Och, mag ik ze, in 't belang hun
ner kinderen beleefd verzoeken, er niet te
druk gebruik van te maken Staat ge
op 't punt te verhuizen, dan kunt ge uw
kind desnoods veertien dagen van te voren
thuis houden, altoos met schriftelijk ver
lof van 't hoofd der school.
Sommige ouders zullen wellicht zeggen
de meester krijgt toch nog al wat te zog
gen, want hij oordeelt, of werkelijk de
ernstige omstandigheden aanwezig zijn.
Laat mij alvast mogen opmerken, dat hij
hierin niet geheel vrij is: Stel, hij oor-
doelt, dat zulk een omstandigheid niet
aanwezig is, terwijl dit wel 't geval is,
Niet de schoolopziener of de rechteri
zooals men op blz. 21 van 't Vragenboekje
van dhr. Verweyck vindt althans dezen
slechts in de zooveelste plaats. W.
oefeningen zouden deelnemen. Onze Ama
lia, welke dit in haar dienst nooit gewoon
was geweest, vond het in het begin verve
lend. Hare meesteres ontdekte dit spoedig
en gaf zich daarom alle moeite om Amalia
tot betere gevoelens over te halen, zoodat
langzamerhand eenig licht binnen drong in
dit verduisterd hart. Zij begon waarde te
hechten aan haar onsterfelijke ziel en stolde
toen de godsdienstoefening dankbaar op
prijs. Had zij maar langer tijd in dit huis
kunnen blijven, dan werkelijk liet geval
wasMaar acht jaren daarna stierl de
vrouw des huizes, en men maakte aan
A.malia bekend, dat zij naar een anderen
dienst moest omzien. Haar gezindheid,
welke zij zelve menigmaal beschreef, was
toen van dien aard, dat niets bij haar boven
den Bijbel en de prediking van liet Evan
gelie ging. Liever had zij zich voor 30
gulden verhuurd om in een Christelijk gezin
te komen, dan voor 30 Louis d'or in een
dienst bij wereldsche menschen. En toch
kwam zij, helaasbij de zoodanigen. Haar
dan kunt u zulks bowjjzen aan den arron
dissementsschoolopziener en deze ver
klaart 't verzuim, door den hoofdonder
wijzer ongewettigd geacht, verschoonbaar
of gewettigd ge gevoelt wel, dat niet
öén onderwijzer zich gaarne aan zulk een
krenkende (maar in dit geval volkomen
verdiende) uitspraak van zijn superieur zal
blootstellen.
Doch laat mij er nog mogen bijvoegen Is
over 't algemeen de verhouding tusschen
ouders en onderwijzers tenminste aan onze
Christelijke Scholen niet van dien aard,
dat zij, elkaar wederzijds vortrouwen Als
mij een vader mededeelt, dat hij zijn kind
een dag thuis moet houdon, wegens ongo-
steldheid van moeder dan komt 't im
mers niet in me op, om te vragen»Is
Uw vrouw wel wezenlijk ongesteld?"
laat staan, te gaan navragen hij anderen.
Ieder ouder mijner schoolkinderen vertrouw
'k tenminste wel zooveel, dat ik hem bui
ten staat reken, mij een praatje wijs te
maken. En is 't zoo niet met bijkans alle
ouders en onderwijzers
Voor onze landbouwers zijn zeer belang
rijk de artikelen 13, 14 on 15.
Van 't eerste zal ik 't laatste gedeelte
hier niet afschrijven, wijl 't alloon voor
HH. Schoolopzieners van belang is. 't Eerste
gedeelte luidt aldus:
•Ten behoeve van werkzaamheden in of
voor de bodrijven van landbouw, tuinbouw,
veehouderij of veenderij kan door don ar-
rondissements-schoolopziener voor kinderen,
die in de laatste zes maanden, voorafgaande
aan de aanvrage, de school geregeld hebben
bezocht, jaarlijks voor ten hoogste zes we
ken, ongerekend de vacantfën, vergund
worden de school tijdelijk niet te bezoeken.
Die vergunning kan door den schoolop
ziener worden ingetrokken wegens niet ge
regeld schoolbezoek na de aanvrage ge
pleegd.
Van de beslissing van den arrondisse-
ments-schoolopziener wordt onmiddellijk
kennis gegeven aan den belanghebbende.
Bij afwijzing wordt de beslissing met re
denen omkleed.
Ouders, voogden of andere in artikel 1
genoemde verzorgers knnnen binnen veer
tien dagen, nadat de afwijzende beschik
king te hunner kennis is gebracht, inhoo-
ger beroep komen bij den distriets-school-
opziener.
Van de verleende vergunningen wordt
onverwijld mededeoling gedaan aan het
hoofd der school, waar de kinderen zijn
ingeschreven
Art, 14. De vergunningen, bedoeld in
het vorige artikel, worden alleen geweigerd:
lo. op grond van niet geregeld school
bezoek gedurende de laatste zes maanden,
voorafgaande aan de aanvrage;
2o. indien er gegronde reden is om te
Ik wil niet zeggen, dat 't aan de O. S.
anders ls, maar kan en wil hierover niet
oordeelen.
meesteres was aan dronkenschap verslaafd
en wat daarmede zooal samenhangt, laat
zich gemakkelijk denken. Dat bewoog haar
heur dienst op te zeggen.
Omstreeks dien tijd kwam or een dienst
open bij zekeren heer A. Daar zij diens
moeder als een Christelijke vrouw kende,
meende zij, dat de zoon insgelijks deze
gevoelens aankleefde.
Maar hoe zag zij zich daarin bedrogen!
De huishouding was niet op Christelijke
wijze ingericht, en aan de dienstboden, tot
welke Amalia behoorde, werd zelden verlof
gegeven om de kerk te bezoeken. In de
drie jaren welke zij in dezen dienst door
bracht, werd er geen enkele maal een huise
lijke godsdienstoefening gehouden. Slechts
eens, toen de moeder gestorven was, werd
er op een Zondagavond een hoofdstuk uit
deu Bijbel gelezen. Deze onverschilligheid
werkte nadeelig op het gemoed van Amalia.
Zij vervreemdde langzamerhand van de
heilige zaak. Zij las al minder en minder
in den Bijbel en daar niemand haar ver
vermoeden, dat van de vergunning geen
gebruik zal worden gemaakt voor het doel,
in het eerste lid van artikel 13 omschreven
3o. indien het kind den leeftijd van tien
jaren nog niet heeft bereikt.
Art. 15. De gemeenteraad is bevoegd,
voor de geheele of voor bepaalde deelon
der gemeente, bij verordening den tijd of
de tijden te regelen binnen welke, met uit
sluiting van de overige tijden van het jaar,
de vergunningen, bedoeld in hot eersto lid
ven artikel 13, kunnen worden verleend.
Ovor elk daartoe trekkend voorstel wordt,
vóór dat het in den raad in behandeling
komt, do arrondissements-schoolopziener
gehoord.
We willen door oen bijzonder goval to
stellen, de bedoeling des Wetgevers dui
delijk maken. Gij zijt bv. klein-landbou-
wer en wilt Uw kind gedurende den zaai-
of den oogsttijd eenigen tijd thuis houden,
om U op 't veld (of in de'schuur) behulp
zaam te zijn, of wel (want dit mag ook),
om, thuis te wachten", opdat alle huis-
genooten in den arbeid kunnen bezig zijn.
Is Uw kind nu nog geen tien jaar, dan
mag dit niet, in geen geval is 't tien
jaar of ouder en heeft 't de laatste zes
maanden geregeld school gegaan (dus in
dien tijd hoogstens 3 maal 2 schooltijden
zonder wettige redenen verzuimd), dan mag
't wel, maar Ge moet 't vragen aan den
schoolopziener. Eerst onderzoekt Ge nu,
of de Gemeenteraad soms bepaald heeft,
in welken tijd de schoolopziener bedoelde
vergunning verleenen mag.
(Over deze bevoegdheid van den Gemeen
teraad hier eerst een enkel woordje. De
Gemeenteraad is bevoegd, maar niet ver
plicht, zulk een bepaling te maken, 't Be
lang der school op zichzelf eischt, dat hij
van die bevoegdheid gebruik make, 't be
lang der ouders, m. i., dat hij 't niet doe
en ik geloof, dat dit laatste belang den
doorslag moet geven, 't Moge voor den
onderwijzer aangenamer, voor 't onderwijs
beter zijn, dat bv. alle kinderen, die op 't
land moeten helpen, zulks alleen mogen
doen in een bepaalden tijd (zegeerste 14
dagen van Maart, eerste 14 dagen van Mei,
laatste 14 dagen van Augustus) voor
de ouders zal dit lastig zijnsommigen
zullen wat vroeger, anderen wat later be
hoefte hebben aan de hulp hunner kinde
ren. Bovendien weet de Gemeenteraad
van te voren niet, hoe do weersgesteldheid
in een bepaalden tijd zijn zal, en zoo zou
't kunnen zijn, dat hij oen tijd bepaald
had, waarin op 't land niets verricht kon
worden, on dan moesten de ouders bjj slot
van rekening de hulp hunne» kinderen ge
heel missen. Nu weet ik wel, dat de Ge
meenteraad geen maand van te voren zulk
een bepaling behoeft te maken, maar soms
keert 't weer immers in oen paar dagen
geheel om?)
Heeft de Gemeenteraad nu dien aangaande
een bepaling gemaakt, dan kan de Ouder
alleen in den vastgestelden tijd vergunning
maande en tot het goede aanspoorde, ging
zij geestelijk steeds achteruit, zoodat zij
zich zelf zwaar bezondigde tegen Gods ge
boden. Maar de indrukken, die zij in het
huis der vrome lady ontvangen had, wareu
toch niet uitgewisekt. Menigmaal als zij
haar welbekenden waardigen leeraar het
huis zag voorbijgaan, zuchtte zij, smartelijk
bewogenAch, hoe gaarne zou ik uwe
schoenen poetsen, als ik u slechts dienen
mocht."
Als een mensch niet mee waakt en bidt,
staat de zonde voor de geopende deur. Dat
ziet men duidelijk aan de arme Amalia.
Zij raakte bekend met een gemeenen, niets-
waardigen jongeling. Toen de vrouw des
huizes daarvan kennis kreeg, keurde zij dit
af en drong zij er op aan, dat Amalia de
betrekking met dezen mensch zou afbreken.
Maar in plaats, dat de welgemeende raad
goed werd opgenomen, werkte die juist het
tegendeel uit. Amilia meende, dat haar
meesteres het haar slechts afried, omdat
deze haar goed kon gebruiken, en haar hij
bekomen. Zoo niet, dan moet de School
opziener de vergunning in elk geval ver
leent 11, mits niet langer dan voor G weken
in een heel jaar (en alleen als hij geen
grond heeft voor 't vermoeden van bedrog,
dat er bv. verlof gevraagd wordt voor veld
arbeid door iemand, die zijn kinderen nooit
op 't land laat werken). We merken nog
op, dat Ge even goed verlof kunt krijgen,
wanneer Ge Uw kind voor een ander wilt
laten werken, als wanneer Ge 't ten eigenen
behoeve thuis wilt houden. Alsmede, dat
't verlof niet verleend wordt, dan alleen
voor land- en tuinbouw, veehouderij (bv.
koewachten) en veenderij (wat we in onze
provincie niet hebben), dus niet bv. voor
arbeid in of voor een of andere fabriek. 01
't kersenwachlen (waarvoor immers in Zuid-
Beveland nog al eens kinderen thuis moeten
blijven) binnen de rubriek tuinbouw valt,
zou ik niet durven zeggen, dat zal wel
door den Schoolopziener uitgemaakt moeten
worden. Mij dunkt 't ligt wel in den geest
der Wet, die blijkbaar werkzaamheden in
de open lucht, die voor der kinderen ge
zondheid onschadelijk zijn, vrij wil laten.
Hooibouw valt wel onder veehouderij.
Welnu, Ge wendt U dan met een be
leefd schrijven tot den arrondissements-
schoolopziener. Ongetwijfeld zullen er wel
spoedig in den boekhandel modellen voor
deze aanvrage verkrijgbaar gesteld worden.
Zoolang dit niet 't goval is, kunt Ge bv.
aan Uw schrijven dezen vorm geven:
Onderwerp: Kardorp, 14 Febr. 1901.
Leerplichtwet,
art. 13.
Weledelgestr. Heer!
Ondergeteekende, Hendrik Thijssenklein-
landbouwer, wonende onder de Gemeente
Kardorp, B. G8, neemt de vrijheid, zicli
beleefdelijk tot U te wenden, met 't ver
zoek, hem op grond van art. 13 der Leer
plichtwet te vergunnen, zijn zoontje Pieter
Thijssen, als leerling ingeschreven op de
Bijzondere School in deze Gemeente (Hoofd
de heer H. van Zon), en oud 11 jaren,
gedurende de maand Maart, voor ten hoogste
14 dagen, te mogen thuis houdeu van de
school, ten eindo hij hom bij den veldarbeid
behulpzaam zij.
Met verschuldigde gevoelens,
Uw dw. dr.
H. THIJSSEN.
Den Schoolopziener
in 't Arrondissement
Starrendam.
Nu wacht ge de beslissing des School
opzieners af, en zorgt intusschen, dat Ge
Uw kind tot Maart too trouw naar school
zendt, daar anders zelfs een reeds verleend
verlof kan ingetrokken worden.
De Schoolopziener ontvangt Uw briefen
neemt de lijsten der School van dhr. Van
Zon ter hand. Hij ziet of Uw zoontje
werkelijk 11 jaar is, of't de laatste zes
maanden trouw school gegaan heeft, ei kan
als hij U niet recht vertrouwen moehl'
haar huwelijk verliezen zou. Hot was
eigenlijk niets dan eigenbelang van haar
gebiedster. Daar echter de vreeze des
Heeren haar niet herheerschte, eu zij baai-
eigen hart niet kende, vatte zij het voor
nemen op, om zich op hare meesteres te
wreken. Zij hield hij dat alles zich zelve
voor een braaf mensch, daar zij zicli aan
geen andere overtredingen schuldig maakte,
dan die door de meeste dienstboden bedreven
worden, n.l. kleine diefstallen en snoepe
rijen, welke de dienende klasse niet als
zonde beschouwt, omdat de meesters het
wel missen kunnen. Vandaar misschien,
dat de Engelsche wetten met zoo groote
gestrengheid de diefstallen der dienstboden
straffen en. indien de waarde van het ge-
stolene groot is, zelfs met den dood, wat
wij voor al te gruwzaam, ja voor onrecht
vaardig houden.
Slot volgt.)
-0-