Kerknieuws. Rechtszaken. Engeland en Transvaal. Gemengde Berichten. P o s t e r ij e n. Dit was te Erquelines. Overigens aan alle stations die de trein in Belgif? passeerde Quiry, Erquelines, Charleroi, Namen, Huij, Luik even leven dige ontvangst. Te Huy werd een palm van gesmeed ijzer overhandigd, en een werkman die zich aan den trein vasthield, meegesleurd en zwaar gewond. Zoo kwam de trein ook de Belgische grens over. Te Aken en te Keulen de zelfde geestdriftalleen maar de pre sident kon voelen dat hij in Duitschland was. Er waren geen officieële lichamen aan 't station om hem te verwelkomen. De Keizer heeft zijn woord nog niet ge sproken. Daarom is de pers ook zeer gereserveerd in hare bewondering. Toch was de huldiging te Keulen door het volk onbeschrijfelijk grootsch. Geruimen tijd werd den president het uitstappen to taal belet. Met moeite werd hem een weg gebaand naar den kamer van den station schef, waar hij zich met spuitwater verfrisch- te. Eerst na een openthoud van een half uur kon het rijtuig vertrekken naar het Domhotel, waar de vierkleur is uitgestoken. Zondag 2 Dec. kwam te Keulen uit Berlijn aan dhr. Von Tschirschky und Bügendorff, buitengewoon gezant en gevol machtigd minister met de mondelinge bood schap, dat hij als vertegenwoordiger van den Keizer en den Rijkskanselier de op dracht heeft ontvangen het volgende mede te deelen: „Zijne Majesteit laat den heer Pre sident Kruger zeggen, dat hij tot zijn spijt bij de reeds gemaakte beschikkingen thans niet in staat is den heer Presi dent te ontvangen, en den heer Presi dent zijn wensch te kennen geven, dat hij van de voorgenomen reis naar Berlijn zal mogen afzien." De President besloot dientengevolge nu niet naar Maagdenburg te reizen maar na eenige dagen rust te hebben genomen, naar Nederland te komen. Waarschijnlijk vertrekt hij Woensdag naar 's-Gravenhage. Des middags ontving President Kruger een deputatie van de studenten uit Bonn en van de plaatselijke Rijnsch-Westfaalsche afdeeling van het „Alldeutsche Verband". Op den veranderden toestand werd daarbij niet gezinspeeld. De begroeting was zeer hartelijk, maar droeg geen politiek karakter. In zijn antwoord tot de studenten gaf de President zijn levendige sympathie te kennen met de verbetering van 't onder wijs; en verklaarde dat op dat gebied de Z.-Afrikaanscho Republiek, gerust een ver gelijking met eiken jongen staat, die onder dezelfde omstandigheden heeft verkeerd, met glans kan doorstaan. Dit blijkt uit de oprichting van middelbare scholen en gymnasia, die zoowel voor uitlandors als voor de burgers toegankelijk waren en verder uit de oprichting van een mijn- school te Pretoria. Zelts bestond het plan een hoogeschool op te richten, maar dat moest wegens het uitbreken van den oorlog voorloopig blijven rusten. Wegens plaatsgebrek moeten wij hier afbreken. Ned. Herv. Kerk. Zestallen te Tiel, vacature Heidenrijk R. CremerJr., teVeendam; W. H. Roobol, te Abbekerk R. Ruibing, te Wittewierum H. Schuttevaer, te Onderdendam H. Ver- maes Jr., te Grosthuizen J. C. Voorduin, te Naardon; Vacature Pantekooa: J. Cremer, te MiddolieTh. H. Th. van Pa- penrecht, te Brielseh Niouwland; Roobol, Ruibing, Vermaas en Voorduin voornoemd. Beroepen te Heteren, L. v. Mastrigt, cand. te Oversehiete Ruinen, G. J. Koops SypkeDS, cand. te Leidente Nieuw Buinen en te Holwerd, R. Adriani Engels, te Wedde te Workum, dr. J. Vellinga, te Nieuw Loosdrecbt te Gouderak, C. Verhagen, te Zuijlen; te Nederblokland en te Ottoland, D. v. Lut- tervelt, cand. te Kesteren. Bedankt voor Uitwijk en Waardhuizen, door L. v. Mastrigt, cand. te Oversehie; voor Lobith, door H. A. J. v. Wijhe, cand. te Voorhout; voor Doeveren, door W. M. v. d. Schans, te Perwoude. De heer ds. Jacobus Dommisse, ge boren te Vlissingen, van 15 Nov. 1885 tot 1888 predikant te Gapinge, tot 1891 te Ootmarsum, daarna te Heeg, en sinds 4 Nov. 1894 te Ophemert-, is 29 November jl. in zijn laatstgenoemde standplaats op 41 jarigen leeftijd overleden. Geref. Kerken. Bedankt voor Waddingsveen, door J. L. Schouten, te Hazerswoude. Doopsgezinde Gemeenten. Aangenomen naar Enkhuizen, door H. Bakels, te Warns. Arrondissements-Rechtbank te Middelburg. Wij ontloenen aan do Middelburgsche Cou rant een groot deel van het verslag der rechtszaak Vrijdag ter rechtszttting van de arrondisements rechtbank te Middelburg be handeld tegen W. Pelle, oud 42 jaar, vroe ger oesterhandelaar en administrateur te Goes. Hem werd ten laste gelegd dat hij tus schen Februari 1898 en 4 Juli 1900 te Goes opzettelijk eenige gelden, tot een gezamen lijk bedrag van f2500, althans van ongo- veer f2476, toebehoorende aan J. Proos, althans aan een ander dan aan hem, be klaagde, welke gelden hem op eerstver- melden datum door genoemden Proos waren ter hand gesteld, teneinde daarmede een gedeelte van een te diens laste loopende hypotheek af te lossen, wederrechtelijk zich heeft toegeëigend. Voor het meerdere aan beklaagde bij rechtsingang ten laste gelegde (verduiste ring van f9000) was hij buiten vervolging gesteld. Aan den beklaagde was de heer mr P. Dieleman, advocaat te Middelburg, ambts halve als verdediger toegevoegd. In deze zaak waren van wege het open baar ministerie acht getuigen gedagvaard. J. Proos, klein landbouwer te Kloetinge, de eerste getuige, verklaarde dat hij in 1895 uit handen van bekl. geld ontvangen heeft om land te koopen; hij wist echter niet met zekerheid wanneer. Getuige had geld noodig en wendde zich daartoe tot bekl. Deze stemde erin toe het geld een bedrag van f 3500 te geven, wetende dat de geldschieter was dominé Hage. Uit eene bij de stukken behoorende quitantie bleek dat getuige het bewuste land gekocht heeft in December 1895 voor f 5541.895, Van de opgenomen f3500 moest getuige 4 rente betalen en deed dit tweemaal, telkens f140, in Dec. 1896 en in Dec. 1897. Geuige heeft in het begin van 1898 een gedeelte van zijnland verkocht voor f2467.46. Eenige dagen later heeft hij f 2500 aan bekl. ter hand gesteld op diens kantoor te Goes. Getuige zeide aan bekl., dat deze aan den heer Hage kennis moest geven, dat hij die f2500 had afgelost. Getuige kroeg van het gestorte geld eene quitantie: wijl hij echter niet lezen kon, wist hij niet wat die inhieldeen ander bracht hem daarvan op de hoogte. Na dien tijd betaalde hij aan bekl. telken jare slechts f40 voor rente. Van bekl. heeft hg nimmer rente ontvangen voor de dezen ter hand gestelde f2500. In den afgeloopen zomer kwam een zoon van bekl, bij getuige, die hem de quitantie van f2500 terug vroeg, wat getuige echter weigerde. Den volgenden dag ging hij echter naar het kantoor van bekl., na alvorens raad te hebben ingewonnen bij den onderwijzer Swavt die hem had gezegd dat de quitantie goed was. Hij ging met twee vrienden naar bekl. en liet dezen de quitantie zien. Deze zeide hem, dat die quitantie niet goed was en bood hem een andere aan. De getuige trachtte daarop het advies in te winnen van den heer mr Van der Bilt, wien hij beide quitanties liet zien. Deze gaf echter geen advies. Getuige wilde toen beide quitanties mee nemen om die door een deskundige te laten onderzoeken. Dit werd hem door bekl. belet, die de oorspronkelijke quitantie vernietigde. Hom bleef toen niets anders over dan de an dere quitantie te nemen. Toen hij die een ander liet ziet, verklaarde deze dat die een schuldbekentenis was van f2500, die door getuige geleend zou zijn aan bekl. Dat was echter niet de bedoeling van ge tuige geweest. Daarover sprekende met bekl. zeide deze dat hij de zaak maar moest laten rusten, wijl bekl. met zijn broer in oesterzaken zat en hij voor of op 1 Januari 1900 het geld zou restitueeren. In den breede zette getuige uiteen, dat het nimmer zijne bedoeling was geweest en hij er zelfs niet over gedacht heeft aan bekl. geld te leenen, wel om de hypotheek af te lossen. Getuige heeft nooit naar een bewijs ge vraagd, dat de f 2500 van de hypothecaire schuld was geroyeerd. De bekl. gaf toe dat hij zijn zoon naar ge tuige had gezonden om de quitantie terug te halen. Proos gaf die niet mee, maar kwam een volgenden dag. Hij sprak nog al hard in de gang, waarop bekl. zeide dat hij bedaard moest wezen, wijl de zaak wel in 't reine zou komen. Om Proos tevreden te stellen, gaf hij hem eene andere quitantie. Toen Proos met de f 2500 op het kantoor bij hem kwam, was zijn oorspronkelijke be doeling die som af te lossen, maar later wilde hij wachten tot hij het gansche be drag bijeen had en liet de f 2500 onder berusting van bekl. De getuige beweerde dat van deze voor stelling der zaak „geen steek aan is". De voorzitter drukte hem daarop het ge wicht zijner verklaring op het hart, doch hij bleef stijf en sterk bij zijne verklaring. De bekl. hield daarentegen vol dat zijne opgaaf de juiste was. Tot staving van zijn beweren voegde hij er nog bij, dat Proos, toen hij de f2500 bijeen had, nog in onder handeling was om een ander stukje grond te verkoopen en daaruit de nog ontbrekende f 1000 voor ailossing van de hypotheek te vinden. De afgifte der nieuwe quitantie is geschied na het faillissement van bekl. L. Dekker, timmerman te Kloetinge, de tweede getuige, verklaarde in Februari 1898 land te hebben gekocht van Proos voor f2476 en centen. Hij betaalde de koopsom ten kantore van bekl. aan Proos. Daarop zeide Proos die som, aangevuld tot f2500, te willen bestemmen tot aflossing van de op zijn goed rustende hypotheek. Bekl. gaf daarvoor eene quitantie, doch wat daar precies in stond wist getuige niet, ofschoon hij toch verklaarde dat de quitantie goed was. Nader ondervraagd, verklaarde hij dat in de quitantie stond dat het geld zou moeten dienen voor aflossing. J. Swart, hoofdonderwijzer te's Graven polder, deeldo mede dat hij in den afge loopen zomer op het laatst van Juni, waar schijnlijk 28, Proos heeft ontmoet. Proos sprak hem aan en vroeg of hij eens eene quitantie wilde nazien of die goed was. Getuige deed dat en zeide dat z. i. de quitantie goed was. Daarna stond dat de f 2500 waren ontvangen om daarmede eene hypotheek af te lossen. A. Nagelkerke, timmerman te Goes, ver klaarde in den afgeloopen zomer eens, op verzoek van Proos, met dezen mede te zijn gegaan naai' het kantoor van bekl. Proos vroeg hem dat, wijl hij daarheen moest met eene quitante en hij gaarne een paar getui gen er bij had, want hij vertrouwde bekl. niet te best. Getuige heeft de quitantie gezien er her innert zich dat daarin gesproken werd van de aflossing van f 2500 voor een hypotheek van de Wed. Hage. Op het kantoor vroeg bekl. aan Proos de quitantie eens te mogen zien. Deze had (laar weinig zin in, doch liet haar eindelijk zien. Bekl. zijde dat de quitantie wel goed was, maar beweerde daarvoor eene nog be tere te zullen geven. Bekl. heeft daarop eene andere quitantie gegeven en de eerste weggenomen en in stukken gescheurd. Er is tijdens dat onderhoud geen woord gesproken over het laten der. f 2500 onder berusting van bekl. Bekl. verklaarde dit juist, maar beweerde dat hij de nieuwe quitantie aan Proos hard op had voorgelezen. Dit gaf getuige toe. Bekl. zeide. dat de nieuwe quitantie door hem was afgegeven, omdat Proos zou deelen in hetgeen zijn faillissement afwierp. Op de quitantie was een andere datnm gesteld, inplaats van 18981900. Bekl. zeide dat dit een vergissing is ge weest. De getuige verklaarde nog dat de heer Van der Bilt op het kantoor van bekl. was toen het voren vermelde plaats vond. Op verzoek van Proos las deze de quitan tie, maar hij gaf weinig uitsluitsel daar omtrent. Toen Proos op het kantoor kwam, zeide bekl. tegen den heer Van der Bilt: „dat is nu Proos; die arme man moet er tusschen door scharrelen." Op een vraag van den president gaf bekl. nog op, dat zijn faillisement op 4 Juli is ingegaan. Waarom was Proos beter met de nieuwe quitantie dan met de oude vroeg de voor zitter. Daarop antwoorde bekl. dat hij daar door ook recht kreeg op de verschenen rente wat niet het geval was bij de oude, wijl daarin van geen rente was gesproken. C. Batens zonder beroep te Goes, de volgende getuige, verklaarde dat hij, even als Nagelkerke, met Proos medegegaan was naar het kantoor van bekl. Proos was bang om alleen zijn quitantie aan P. over te geven. Hij heeft niet de oude maar wel de nieuwe quitantie hooren voorlezen en herinnert zich dat daarin van 1 2500 sprake was. De bekl. scheurde de oude quitantie stuk. Van een gesprek tusschen Proos en mr. Van der Bilt heeft getuige niets gehoord. J. Molhoek, stalhouder te Goes, daarop gehoord was vroeger gedurende een jaar of acht klerk ten kantore van bekl. en tot 1898 belast met het boekhouden. (Slot volgend nummer). De Wet naar het Zuiden, gereed de Oranjerivier over en Kaapkolonie binnen te stappen, na een op do Eugclschen ontwij felbaar succes; en dat de Kaapkolonie in groote beroering is ingekomen tegen de plundenaars en brandstichters! Het kan voor Roberts, bij 't scheiden van de markt al niet slechter! Nog beschikt hij over 2500 man, met veel paarden, ammunitie en mondvoorraad, terwijl tal van Boeren uit Zuid-Vrijstaat zich bij hem voegen. De Engelshe bladen beginnen nu toch eindelijk zelf vreemd te vinden dat telkens wanneer een terug- keerend legercorps uit Zuid-Afrika met gejuich te Londen wordt ingehaald, de Engelschen een of andere onverwachte nederlaag lijden. Toen de City-Vrijwilli gers te Southampton landden, kwam de tijding van de overgave van Jacobsdal, en gisteren toen de Household Cavalry op weg was naar Windsor, verspreidde zich het bericht van de ramp bij De Wetsdorp. En het is maar goed, zeggen zij, dat onze raad om alle Boeren, die in onze handen vallen, dood te schieten, nog niet gevolgd is, want De Wet en Steyn zouden een pakkende weerwraak hebben kunnen nemen, door op hun beurt de 400 man, bij De Wetsdorp gevangen genomen te fusilleeren. Voor we tot een dergelijke tactiek onze toevlucht kunnen nemen, moet De Wet eerst onschadelijk gemaakt worden. Alsof De Wet de eenige was voor wien zij hebben op te passen! Het blijkt al meer dat de tocht van Knox om De Wet in te sluiten niets anders was dan een vlucht om aan De Wet te ont komen. Wel tracht Roberts onder allerlei tele grammen van behaalde ovorwinningen deze schade te begraven. Doch hier zal de leu gen niet lang aunhouden, al troost de jin- go-pers zich vast met de volgende telegram men die Roberts opvolger zenden zal. Hij Kitchoner die ze ontvengt met deze wonden „Hij zal zonder genado zijn. Hij is de man dien we noodig hebben". „Hij zal geen philantropische wijfelingen kennen." Hij heeft geen kuren en welwillende aarzein- gen". Maar dat is van Bulier, Gatacre, Methuen en Roberts ook gezegd. En waar zitten zij nu?! Goes. Behalve de meerderheid van 't bestuur, de commissie voor 't nazien der rekening, den bode, de pers en een paar bestuursleden der afdeeling „Werkver schaffing" telden wij Vrijdagavond in de vergadering van den Chr. Volksbond nog twee leden aanwezig, totaal 15. De voorzitter de heer J. M. Kakebeeke sprak een welkomstwoord, waarna de no tulen, door den secretaris gelezen, goedge keurd werden. Namens de commissie voor het nazien der rekening de lieeren E. v. d. Bosch, A. S. J. Dekker en L. Duvekot Cz. welke tot goedkeuring der rekening adviseerde, werdeD door eerstgenoemde verschillende opmerkingen gemaakt die tot een breede gedachten wisse ling aanleiding gaven, waar van wij 't verslag wegens plaatsgebrek moeten uitstellen. Er werden nog enkele wenken gegeven, die door 't bestuur zullen worden ont houden en zoo noodig ter harte genomen. De rekening, in ontvang 1 3133,97in uitgaaf f3474,88; nadeelig slot f340,91, werd unaniem onder dankbetuiging aan den penningmeester voor zijn uitnemend beheer goedgekeurd. De voorzitter sloot, onder dank voor de opkomst en met een warme aanbeveling voor den voorgenomen rondgang door 't bestuur bij de ingezetenen voor de werkverschaffing in den komenden winter, in de week an 722 December. Zierikzee. Beter dan de eerste verga- gadering was thans j.l. Zaterdag in het Huis van Nassau een tweede bijeenkomst van landbouwers die bieten verbouwen in Schouwen en Duiveland bezocht. Op initia tief van do sociëteit »Landbouw en Handel" was thans aan de verschillende dorpsver- eenigingen advies gevraagd over de inge diende voorstellen in zake het te sluiten contract voor 1901. Als Voorzitter fun geerde weder de heer C .Hoeke Hoogenboom te Zonnemaire. Na opening der vergadering werd door de afgevaardigden der respectieve landbouw- vereenigingen verslag uitgebracht over 't geen in hun vergaderingen was besloten. Hieruit bleek dat algemeen voor 't volgend contract wordt geeischt. I. Een grondprijs voor het Bonds contract van f 10.50 per 1000 K. G. netto. II. Wanneer levering geeischt wordt in September deze zoo te regelen dat voor bieten op 18 Sept. geleverd, worde betaald f 11.50 en voorts in afdalende reeks, ein digende op 1 October met f 10.50. Derhalve eene vermindering van p.m. f 0.10 per werkdag. III. De laatste dag van levering te be palen op 20 November. IV. Dat de verkoopers zich zullen ver binden de bieten vrij in 't schip te leveren. Dit laatste evenwel wanneer door de fabri kanten aan het onder I en II genoemde wordt voldaan. Deze voorwaarden, na ampele bespreking, in stemming gebracht zijnde worden met algmeene stemmen aangenomen. Voorts wordt besloten, wanneer niet aan deze voorwaarden door de frabrikanten mocht worden voldaan, algemeen aan te dringen bij de landbouwers om de bieten-cultuur 't volgend jaar aanmerkelijk te verminderen. De Voorzitter dankt de aanwezigen voor hunne belangstelling in de goede zaak en voor de saamwerking, die op deze verga dering zoo schoon uitkwam. Tenslotte wil hij nog iets zeggen en verzoekt de pers daarvan vooral goede nota te nemen, n.l. dit*dat het hoog tijd wordt dat de Bond van Suikerfabrikanten den heer van Nunen, secretaris van dien Bond, op de hoogte brengt van zijn taakdaar het gebleken is dat hij wel de minst geschikte persoon voor de door hem bekleede betrekking is." Dit wordt met applaus begroet. Na de behandeling der bieten-quaestio worden eenige voorstellen besproken over eene eventueel op te richten voorschot-bank voor landbouwers, daarbij bleek echter dat de voorstellen te weinig gegevens boden om thans op die zaak in te gaan. Het Bestuur van „Landbouw en Handel" nam daarom op zich binnenkort gegevens omtrent die plannen te verzamelen teneinde deze op de volgende vergadering met vrucht te kunnen bespreken. Hierop werd de ver gadering gesloten. Colijnsplaat. Op een adres aan H. M. de Koningin, ten einde vermindering te verkrijgen van het tarief van veergelden op het overzetveer te Kortgene of verbetering van de verkeersmiddelen met den vasten wal op Zuid Beveland over dat veer zijn door 245 personen op Noord Beveland hunne handteekening geplaatst, n.l. op Kortgene door 56, Wissenkerke 83, Colijns- plaat 67 en Cats 36 personen. Colijnsplaat. Het vervoer van suiker bieten is ook hier weder ten einde geloo- pen: op de beide weegbruggen in de ge meente, alsmede die aan den Glasjesnol werden, behalve die welke op suikergehalte zijn geleverd ±11 millioen kilogrammen snikerbieten gewogen, alzoo dit jaar minder dan in het vorige. Colijnsplaat. Als een bijzonder ver schijnsel kan vermeld worden, dat in de afgeloopen week door den plaatselijken ge neesheer alhier op ein dag in vier gezinnen typhus werd geconstateerd; tot heden ge lukkig van gunstigen aard. Zierikzee. Alhier is Zaterdag in 48- jarigen ouderdom aan tiphus overleden jhr. A. C. Röell, sedert 1887 Rijksbetaalmeester en tevens ontvanger der registratie en domei nen aldaar. HanSweert. Met ingang 1 Dec. jl. is benoemd tot sluisknecht alhier C. Schippers brugknecht te Sckore. Hoedekenskerke. De Raad dezer ge meente heeft in zijne vergadering van Vrijdag jl. herbenoemd tot lid van het Burgerlijk Armbestuur den Heer M. G. Verbeek. lerseke. In een paar bladen komt eon verhaal uit lerseke voor van twee Iers. dionstmoisjes, waarvan een haar galant zou mee brengen, dat de vader met een krui wagen naar 't station was gegaan om hem aftehalen. Van dit verhaal is gebleken, dat het geheel verzonnen is, behalve dat de meisjes werkelijk haar ouders eon be zoek hebben gebracht. (Goesche Courant.) Bij de jongste veranderingen in het porsoneel der Rijksveldwacht zijn: lo Op verzoek met ingang van 1 Dec. a. s. eervol ontslagen de Rijksveldwachter B. de Graaf (jachtopziener) te Kapelle, 2o aangesteld tot Rijksveldwachter F. Boone, Rijksveldwachter-jachtopziener te Retranchement; tot Rij ksveld wachter-opzie ner J. A. de Smidt, agent van politie te Vlissingen (standpl Retranschement); 3.0 verplaatst de Rijksveldwachters met 8 Dec. a. s. G. Cremers (jachtopziener) brig.- tit van Koewacht naar Kapelle; A. Hoek stra (brig.) van Strijen naar Middelburg; F. Boone van Retranchement naar Strijen met 15 Dec. a. s. A. A. van den Broecke, van Borssele naar 's-Heerenhoek. Blijkens een particuliere correspon dentie uit Zuid-Afrika in de Telegraaf moet in den jongsten loop van den oorlog het volgende gebeurd doch door den cen sor verzwegen zijnBaden Powell is bij Commandonek de krijgsgevangene van Do Wet geweest. Lord Albemarle do krijgs gevangene van De la Rey bij Bankstation. Buller de krijgsgevangene van Botha bij Mac Mac-rivier; allen zijn op parool vrij gelaten en naar Engeland vertrokken. Op een politiebureau te Rotterdam meldde zich Zaterdag de polderwerker P. de W. die door de Middelburgsche rechtbank wegens mishandeling tot oen maand gevangenisstraf was veroordeeld. De man, in 't Politieblad gesignaleerd, is in bewaring gesteld. Te Dordrecht was sinds enkele da gen bij een vriendin van haar eene vrouw gelogeerd, die van haar man, een herbergier te Dubbeldam, was weggeloopen wegens herhaalde zware mishandeling. Vrijdag vond deze haar in de aangewezen woning, droeg onder voorwendsel haar te willen spreken tot haar door en naderde haar, wgl zij doof is, van zoo nabij dat hij haar in koelen bloede verraderlijk drie doodelijke messteken in de buik kon toebrengen. Na den moord aanslag verliet hij kalm het huis en werd op aanwijzing van een jongetje die alles gezien had, op straat door de politie inge rekend. De vrouw is bediend en sterven de. Te Bergschenhoek had een op merkelijk sterfgeval plaats. Een meisje aldaar zou kerkelijk trouwendaartoe was haar zuster overgekomen. Juist toen de stoet kerkwaarts zou gaan, bleef deze zuster op eenmaal dood. Te Winschoten zal eeu 15-jarig dienstmeisje een oog moeten missen, tengevolge van een steenworp door een straatjongen. Heden zijn alle beambten der Ned. Z. Afr. Spoorw. Maatsch. die eerst in 1898 of later vaste aanstelling ontvingen, eervol ontslagen, zoodat voor hen alle in komsten ophouden. In verband hiermedo vestigen wij nog eens de aandacht van ba- zon op de advertentie in een onzer vorige nommers van het bureau te Middelburg (secretaris de heer Koole) hetwelk voor deze ongclukkigen werk zoekt. Ook te Antwerpon heeft zich een comité gevormd voor het huldeblijk aan H. M. de Koningin, in welk comité onder meer zitting hebben de predikanton ds. W. A. v. Griethuijsen en Wagener. Hulde aan Kruger. Uit Weencn zal een deputatie hem ge schenken en een advies van sympathie komen ter hand stellen. De studenten te Buda Pest zullen desgelijks doen. En eveneens de gemeenteraad van Nantes. Lijst van brieven en briefkaarten ver zonden door het postkantoor te Goes aan onbekenden over de 2e helft der maand November 1900. Sauwel, Heinkenszaud; Mej. B. Weigers Tilburg. Briefkaart zonder adres. Mej. Jo Russcher, Meppel. Mej, M v. d. Ende Van Wemeldinge, A. A. Hogon- dijk, Rotterdam. J. A. v. d. Nisser, New. Yersoij. Lijst van brieven en briefkaarten ver zonden door het postkantoor te Middelburg, aan onbekenden, gedurende de 2e helft der maand October 1900. Brieven. Mejuffr van Vliet, 's-Gravenhage; M. K. Dormaar Middelburg. Buitenland. Briefkaart. Johannes Schulte Altona.

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1900 | | pagina 2