Kerknieuws.
Rechtszaken.
Engeland en Transvaal.
Gemengde Berichten.
P o s t e r ij e n.
Dit was te Erquelines.
Overigens aan alle stations die de trein
in Belgif? passeerde Quiry, Erquelines,
Charleroi, Namen, Huij, Luik even leven
dige ontvangst.
Te Huy werd een palm van gesmeed
ijzer overhandigd, en een werkman die
zich aan den trein vasthield, meegesleurd
en zwaar gewond.
Zoo kwam de trein ook de Belgische
grens over. Te Aken en te Keulen de
zelfde geestdriftalleen maar de pre
sident kon voelen dat hij in Duitschland
was. Er waren geen officieële lichamen
aan 't station om hem te verwelkomen.
De Keizer heeft zijn woord nog niet ge
sproken.
Daarom is de pers ook zeer gereserveerd
in hare bewondering.
Toch was de huldiging te Keulen door
het volk onbeschrijfelijk grootsch. Geruimen
tijd werd den president het uitstappen to
taal belet. Met moeite werd hem een weg
gebaand naar den kamer van den station
schef, waar hij zich met spuitwater verfrisch-
te. Eerst na een openthoud van een half
uur kon het rijtuig vertrekken naar het
Domhotel, waar de vierkleur is uitgestoken.
Zondag 2 Dec. kwam te Keulen uit
Berlijn aan dhr. Von Tschirschky und
Bügendorff, buitengewoon gezant en gevol
machtigd minister met de mondelinge bood
schap, dat hij als vertegenwoordiger van
den Keizer en den Rijkskanselier de op
dracht heeft ontvangen het volgende mede
te deelen:
„Zijne Majesteit laat den heer Pre
sident Kruger zeggen, dat hij tot zijn
spijt bij de reeds gemaakte beschikkingen
thans niet in staat is den heer Presi
dent te ontvangen, en den heer Presi
dent zijn wensch te kennen geven, dat
hij van de voorgenomen reis naar Berlijn
zal mogen afzien."
De President besloot dientengevolge nu
niet naar Maagdenburg te reizen maar na
eenige dagen rust te hebben genomen,
naar Nederland te komen. Waarschijnlijk
vertrekt hij Woensdag naar 's-Gravenhage.
Des middags ontving President Kruger
een deputatie van de studenten uit Bonn
en van de plaatselijke Rijnsch-Westfaalsche
afdeeling van het „Alldeutsche Verband".
Op den veranderden toestand werd daarbij
niet gezinspeeld. De begroeting was zeer
hartelijk, maar droeg geen politiek karakter.
In zijn antwoord tot de studenten gaf
de President zijn levendige sympathie te
kennen met de verbetering van 't onder
wijs; en verklaarde dat op dat gebied de
Z.-Afrikaanscho Republiek, gerust een ver
gelijking met eiken jongen staat, die onder
dezelfde omstandigheden heeft verkeerd,
met glans kan doorstaan. Dit blijkt uit
de oprichting van middelbare scholen en
gymnasia, die zoowel voor uitlandors als
voor de burgers toegankelijk waren en
verder uit de oprichting van een mijn-
school te Pretoria. Zelts bestond het plan
een hoogeschool op te richten, maar dat
moest wegens het uitbreken van den oorlog
voorloopig blijven rusten.
Wegens plaatsgebrek moeten wij hier
afbreken.
Ned. Herv. Kerk.
Zestallen te Tiel, vacature Heidenrijk
R. CremerJr., teVeendam; W. H. Roobol,
te Abbekerk R. Ruibing, te Wittewierum
H. Schuttevaer, te Onderdendam H. Ver-
maes Jr., te Grosthuizen J. C. Voorduin,
te Naardon; Vacature Pantekooa: J.
Cremer, te MiddolieTh. H. Th. van Pa-
penrecht, te Brielseh Niouwland; Roobol,
Ruibing, Vermaas en Voorduin voornoemd.
Beroepen te Heteren, L. v. Mastrigt,
cand. te Oversehiete Ruinen, G. J.
Koops SypkeDS, cand. te Leidente
Nieuw Buinen en te Holwerd, R. Adriani
Engels, te Wedde te Workum, dr. J.
Vellinga, te Nieuw Loosdrecbt te
Gouderak, C. Verhagen, te Zuijlen; te
Nederblokland en te Ottoland, D. v. Lut-
tervelt, cand. te Kesteren.
Bedankt voor Uitwijk en Waardhuizen,
door L. v. Mastrigt, cand. te Oversehie;
voor Lobith, door H. A. J. v. Wijhe,
cand. te Voorhout; voor Doeveren, door
W. M. v. d. Schans, te Perwoude.
De heer ds. Jacobus Dommisse, ge
boren te Vlissingen, van 15 Nov. 1885 tot
1888 predikant te Gapinge, tot 1891 te
Ootmarsum, daarna te Heeg, en sinds 4
Nov. 1894 te Ophemert-, is 29 November
jl. in zijn laatstgenoemde standplaats op
41 jarigen leeftijd overleden.
Geref. Kerken.
Bedankt voor Waddingsveen, door J. L.
Schouten, te Hazerswoude.
Doopsgezinde Gemeenten.
Aangenomen naar Enkhuizen, door H.
Bakels, te Warns.
Arrondissements-Rechtbank te Middelburg.
Wij ontloenen aan do Middelburgsche Cou
rant een groot deel van het verslag der
rechtszaak Vrijdag ter rechtszttting van de
arrondisements rechtbank te Middelburg be
handeld tegen W. Pelle, oud 42 jaar, vroe
ger oesterhandelaar en administrateur te
Goes.
Hem werd ten laste gelegd dat hij tus
schen Februari 1898 en 4 Juli 1900 te Goes
opzettelijk eenige gelden, tot een gezamen
lijk bedrag van f2500, althans van ongo-
veer f2476, toebehoorende aan J. Proos,
althans aan een ander dan aan hem, be
klaagde, welke gelden hem op eerstver-
melden datum door genoemden Proos waren
ter hand gesteld, teneinde daarmede een
gedeelte van een te diens laste loopende
hypotheek af te lossen, wederrechtelijk zich
heeft toegeëigend.
Voor het meerdere aan beklaagde bij
rechtsingang ten laste gelegde (verduiste
ring van f9000) was hij buiten vervolging
gesteld.
Aan den beklaagde was de heer mr P.
Dieleman, advocaat te Middelburg, ambts
halve als verdediger toegevoegd.
In deze zaak waren van wege het open
baar ministerie acht getuigen gedagvaard.
J. Proos, klein landbouwer te Kloetinge,
de eerste getuige, verklaarde dat hij in
1895 uit handen van bekl. geld ontvangen
heeft om land te koopen; hij wist echter
niet met zekerheid wanneer.
Getuige had geld noodig en wendde zich
daartoe tot bekl. Deze stemde erin toe het
geld een bedrag van f 3500 te geven,
wetende dat de geldschieter was dominé
Hage.
Uit eene bij de stukken behoorende
quitantie bleek dat getuige het bewuste
land gekocht heeft in December 1895 voor
f 5541.895,
Van de opgenomen f3500 moest getuige
4 rente betalen en deed dit tweemaal,
telkens f140, in Dec. 1896 en in Dec. 1897.
Geuige heeft in het begin van 1898 een
gedeelte van zijnland verkocht voor f2467.46.
Eenige dagen later heeft hij f 2500 aan bekl.
ter hand gesteld op diens kantoor te Goes.
Getuige zeide aan bekl., dat deze aan den
heer Hage kennis moest geven, dat hij die
f2500 had afgelost.
Getuige kroeg van het gestorte geld eene
quitantie: wijl hij echter niet lezen kon,
wist hij niet wat die inhieldeen ander bracht
hem daarvan op de hoogte.
Na dien tijd betaalde hij aan bekl. telken
jare slechts f40 voor rente.
Van bekl. heeft hg nimmer rente ontvangen
voor de dezen ter hand gestelde f2500.
In den afgeloopen zomer kwam een zoon
van bekl, bij getuige, die hem de quitantie
van f2500 terug vroeg, wat getuige echter
weigerde.
Den volgenden dag ging hij echter naar
het kantoor van bekl., na alvorens raad te
hebben ingewonnen bij den onderwijzer
Swavt die hem had gezegd dat de quitantie
goed was.
Hij ging met twee vrienden naar bekl. en
liet dezen de quitantie zien.
Deze zeide hem, dat die quitantie niet goed
was en bood hem een andere aan.
De getuige trachtte daarop het advies in
te winnen van den heer mr Van der Bilt,
wien hij beide quitanties liet zien. Deze
gaf echter geen advies.
Getuige wilde toen beide quitanties mee
nemen om die door een deskundige te laten
onderzoeken. Dit werd hem door bekl. belet,
die de oorspronkelijke quitantie vernietigde.
Hom bleef toen niets anders over dan de an
dere quitantie te nemen. Toen hij die een
ander liet ziet, verklaarde deze dat die een
schuldbekentenis was van f2500, die door
getuige geleend zou zijn aan bekl.
Dat was echter niet de bedoeling van ge
tuige geweest.
Daarover sprekende met bekl. zeide deze
dat hij de zaak maar moest laten rusten, wijl
bekl. met zijn broer in oesterzaken zat en hij
voor of op 1 Januari 1900 het geld zou
restitueeren.
In den breede zette getuige uiteen, dat het
nimmer zijne bedoeling was geweest en hij er
zelfs niet over gedacht heeft aan bekl. geld
te leenen, wel om de hypotheek af te lossen.
Getuige heeft nooit naar een bewijs ge
vraagd, dat de f 2500 van de hypothecaire
schuld was geroyeerd.
De bekl. gaf toe dat hij zijn zoon naar ge
tuige had gezonden om de quitantie terug te
halen.
Proos gaf die niet mee, maar kwam een
volgenden dag. Hij sprak nog al hard in
de gang, waarop bekl. zeide dat hij bedaard
moest wezen, wijl de zaak wel in 't reine
zou komen. Om Proos tevreden te stellen,
gaf hij hem eene andere quitantie.
Toen Proos met de f 2500 op het kantoor
bij hem kwam, was zijn oorspronkelijke be
doeling die som af te lossen, maar later
wilde hij wachten tot hij het gansche be
drag bijeen had en liet de f 2500 onder
berusting van bekl.
De getuige beweerde dat van deze voor
stelling der zaak „geen steek aan is".
De voorzitter drukte hem daarop het ge
wicht zijner verklaring op het hart, doch
hij bleef stijf en sterk bij zijne verklaring.
De bekl. hield daarentegen vol dat zijne
opgaaf de juiste was. Tot staving van zijn
beweren voegde hij er nog bij, dat Proos,
toen hij de f2500 bijeen had, nog in onder
handeling was om een ander stukje grond
te verkoopen en daaruit de nog ontbrekende
f 1000 voor ailossing van de hypotheek te
vinden.
De afgifte der nieuwe quitantie is geschied
na het faillissement van bekl.
L. Dekker, timmerman te Kloetinge, de
tweede getuige, verklaarde in Februari 1898
land te hebben gekocht van Proos voor
f2476 en centen. Hij betaalde de koopsom
ten kantore van bekl. aan Proos. Daarop
zeide Proos die som, aangevuld tot f2500,
te willen bestemmen tot aflossing van de
op zijn goed rustende hypotheek. Bekl.
gaf daarvoor eene quitantie, doch wat daar
precies in stond wist getuige niet, ofschoon
hij toch verklaarde dat de quitantie goed
was.
Nader ondervraagd, verklaarde hij dat
in de quitantie stond dat het geld zou
moeten dienen voor aflossing.
J. Swart, hoofdonderwijzer te's Graven
polder, deeldo mede dat hij in den afge
loopen zomer op het laatst van Juni, waar
schijnlijk 28, Proos heeft ontmoet. Proos
sprak hem aan en vroeg of hij eens eene
quitantie wilde nazien of die goed was.
Getuige deed dat en zeide dat z. i. de
quitantie goed was. Daarna stond dat de
f 2500 waren ontvangen om daarmede eene
hypotheek af te lossen.
A. Nagelkerke, timmerman te Goes, ver
klaarde in den afgeloopen zomer eens, op
verzoek van Proos, met dezen mede te zijn
gegaan naai' het kantoor van bekl. Proos
vroeg hem dat, wijl hij daarheen moest met
eene quitante en hij gaarne een paar getui
gen er bij had, want hij vertrouwde bekl.
niet te best.
Getuige heeft de quitantie gezien er her
innert zich dat daarin gesproken werd van
de aflossing van f 2500 voor een hypotheek
van de Wed. Hage.
Op het kantoor vroeg bekl. aan Proos de
quitantie eens te mogen zien. Deze had
(laar weinig zin in, doch liet haar eindelijk
zien. Bekl. zijde dat de quitantie wel goed
was, maar beweerde daarvoor eene nog be
tere te zullen geven.
Bekl. heeft daarop eene andere quitantie
gegeven en de eerste weggenomen en in
stukken gescheurd.
Er is tijdens dat onderhoud geen woord
gesproken over het laten der. f 2500 onder
berusting van bekl.
Bekl. verklaarde dit juist, maar beweerde
dat hij de nieuwe quitantie aan Proos hard
op had voorgelezen.
Dit gaf getuige toe.
Bekl. zeide. dat de nieuwe quitantie door
hem was afgegeven, omdat Proos zou deelen
in hetgeen zijn faillissement afwierp.
Op de quitantie was een andere datnm
gesteld, inplaats van 18981900.
Bekl. zeide dat dit een vergissing is ge
weest.
De getuige verklaarde nog dat de heer
Van der Bilt op het kantoor van bekl. was
toen het voren vermelde plaats vond.
Op verzoek van Proos las deze de quitan
tie, maar hij gaf weinig uitsluitsel daar
omtrent.
Toen Proos op het kantoor kwam, zeide
bekl. tegen den heer Van der Bilt: „dat is
nu Proos; die arme man moet er tusschen
door scharrelen."
Op een vraag van den president gaf bekl.
nog op, dat zijn faillisement op 4 Juli is
ingegaan.
Waarom was Proos beter met de nieuwe
quitantie dan met de oude vroeg de voor
zitter. Daarop antwoorde bekl. dat hij daar
door ook recht kreeg op de verschenen rente
wat niet het geval was bij de oude, wijl
daarin van geen rente was gesproken.
C. Batens zonder beroep te Goes, de
volgende getuige, verklaarde dat hij, even
als Nagelkerke, met Proos medegegaan was
naar het kantoor van bekl. Proos was bang
om alleen zijn quitantie aan P. over te
geven.
Hij heeft niet de oude maar wel de nieuwe
quitantie hooren voorlezen en herinnert
zich dat daarin van 1 2500 sprake was.
De bekl. scheurde de oude quitantie
stuk.
Van een gesprek tusschen Proos en mr.
Van der Bilt heeft getuige niets gehoord.
J. Molhoek, stalhouder te Goes, daarop
gehoord was vroeger gedurende een jaar
of acht klerk ten kantore van bekl. en tot
1898 belast met het boekhouden.
(Slot volgend nummer).
De Wet naar het Zuiden, gereed de
Oranjerivier over en Kaapkolonie binnen te
stappen, na een op do Eugclschen ontwij
felbaar succes; en dat de Kaapkolonie in
groote beroering is ingekomen tegen de
plundenaars en brandstichters! Het kan
voor Roberts, bij 't scheiden van de markt
al niet slechter!
Nog beschikt hij over 2500 man, met
veel paarden, ammunitie en mondvoorraad,
terwijl tal van Boeren uit Zuid-Vrijstaat
zich bij hem voegen. De Engelshe bladen
beginnen nu toch eindelijk zelf vreemd te
vinden dat telkens wanneer een terug-
keerend legercorps uit Zuid-Afrika met
gejuich te Londen wordt ingehaald, de
Engelschen een of andere onverwachte
nederlaag lijden. Toen de City-Vrijwilli
gers te Southampton landden, kwam de
tijding van de overgave van Jacobsdal, en
gisteren toen de Household Cavalry op weg
was naar Windsor, verspreidde zich het
bericht van de ramp bij De Wetsdorp.
En het is maar goed, zeggen zij, dat onze
raad om alle Boeren, die in onze handen
vallen, dood te schieten, nog niet gevolgd
is, want De Wet en Steyn zouden een
pakkende weerwraak hebben kunnen nemen,
door op hun beurt de 400 man, bij De
Wetsdorp gevangen genomen te fusilleeren.
Voor we tot een dergelijke tactiek onze
toevlucht kunnen nemen, moet De Wet
eerst onschadelijk gemaakt worden.
Alsof De Wet de eenige was voor wien
zij hebben op te passen!
Het blijkt al meer dat de tocht van Knox
om De Wet in te sluiten niets anders was
dan een vlucht om aan De Wet te ont
komen.
Wel tracht Roberts onder allerlei tele
grammen van behaalde ovorwinningen deze
schade te begraven. Doch hier zal de leu
gen niet lang aunhouden, al troost de jin-
go-pers zich vast met de volgende telegram
men die Roberts opvolger zenden zal. Hij
Kitchoner die ze ontvengt met deze wonden
„Hij zal zonder genado zijn. Hij is de man
dien we noodig hebben". „Hij zal geen
philantropische wijfelingen kennen." Hij
heeft geen kuren en welwillende aarzein-
gen".
Maar dat is van Bulier, Gatacre, Methuen
en Roberts ook gezegd. En waar zitten
zij nu?!
Goes. Behalve de meerderheid van
't bestuur, de commissie voor 't nazien der
rekening, den bode, de pers en een paar
bestuursleden der afdeeling „Werkver
schaffing" telden wij Vrijdagavond in de
vergadering van den Chr. Volksbond nog
twee leden aanwezig, totaal 15.
De voorzitter de heer J. M. Kakebeeke
sprak een welkomstwoord, waarna de no
tulen, door den secretaris gelezen, goedge
keurd werden.
Namens de commissie voor het nazien
der rekening de lieeren E. v. d. Bosch,
A. S. J. Dekker en L. Duvekot Cz. welke
tot goedkeuring der rekening adviseerde,
werdeD door eerstgenoemde verschillende
opmerkingen gemaakt die tot een breede
gedachten wisse ling aanleiding gaven, waar
van wij 't verslag wegens plaatsgebrek
moeten uitstellen.
Er werden nog enkele wenken gegeven,
die door 't bestuur zullen worden ont
houden en zoo noodig ter harte genomen.
De rekening, in ontvang 1 3133,97in
uitgaaf f3474,88; nadeelig slot f340,91,
werd unaniem onder dankbetuiging aan
den penningmeester voor zijn uitnemend
beheer goedgekeurd. De voorzitter sloot,
onder dank voor de opkomst en met een
warme aanbeveling voor den voorgenomen
rondgang door 't bestuur bij de ingezetenen
voor de werkverschaffing in den komenden
winter, in de week an 722 December.
Zierikzee. Beter dan de eerste verga-
gadering was thans j.l. Zaterdag in het
Huis van Nassau een tweede bijeenkomst
van landbouwers die bieten verbouwen in
Schouwen en Duiveland bezocht. Op initia
tief van do sociëteit »Landbouw en Handel"
was thans aan de verschillende dorpsver-
eenigingen advies gevraagd over de inge
diende voorstellen in zake het te sluiten
contract voor 1901. Als Voorzitter fun
geerde weder de heer C .Hoeke Hoogenboom
te Zonnemaire.
Na opening der vergadering werd door
de afgevaardigden der respectieve landbouw-
vereenigingen verslag uitgebracht over 't
geen in hun vergaderingen was besloten.
Hieruit bleek dat algemeen voor 't volgend
contract wordt geeischt.
I. Een grondprijs voor het Bonds contract
van f 10.50 per 1000 K. G. netto.
II. Wanneer levering geeischt wordt in
September deze zoo te regelen dat voor
bieten op 18 Sept. geleverd, worde betaald
f 11.50 en voorts in afdalende reeks, ein
digende op 1 October met f 10.50. Derhalve
eene vermindering van p.m. f 0.10 per
werkdag.
III. De laatste dag van levering te be
palen op 20 November.
IV. Dat de verkoopers zich zullen ver
binden de bieten vrij in 't schip te leveren.
Dit laatste evenwel wanneer door de fabri
kanten aan het onder I en II genoemde wordt
voldaan.
Deze voorwaarden, na ampele bespreking,
in stemming gebracht zijnde worden met
algmeene stemmen aangenomen. Voorts
wordt besloten, wanneer niet aan deze
voorwaarden door de frabrikanten mocht
worden voldaan, algemeen aan te dringen
bij de landbouwers om de bieten-cultuur
't volgend jaar aanmerkelijk te verminderen.
De Voorzitter dankt de aanwezigen voor
hunne belangstelling in de goede zaak en
voor de saamwerking, die op deze verga
dering zoo schoon uitkwam. Tenslotte wil
hij nog iets zeggen en verzoekt de pers
daarvan vooral goede nota te nemen, n.l.
dit*dat het hoog tijd wordt dat de Bond
van Suikerfabrikanten den heer van Nunen,
secretaris van dien Bond, op de hoogte
brengt van zijn taakdaar het gebleken
is dat hij wel de minst geschikte persoon
voor de door hem bekleede betrekking is."
Dit wordt met applaus begroet.
Na de behandeling der bieten-quaestio
worden eenige voorstellen besproken over
eene eventueel op te richten voorschot-bank
voor landbouwers, daarbij bleek echter dat
de voorstellen te weinig gegevens boden om
thans op die zaak in te gaan. Het Bestuur
van „Landbouw en Handel" nam daarom
op zich binnenkort gegevens omtrent die
plannen te verzamelen teneinde deze op
de volgende vergadering met vrucht te
kunnen bespreken. Hierop werd de ver
gadering gesloten.
Colijnsplaat. Op een adres aan H. M.
de Koningin, ten einde vermindering te
verkrijgen van het tarief van veergelden op
het overzetveer te Kortgene of verbetering
van de verkeersmiddelen met den vasten
wal op Zuid Beveland over dat veer zijn
door 245 personen op Noord Beveland
hunne handteekening geplaatst, n.l. op
Kortgene door 56, Wissenkerke 83, Colijns-
plaat 67 en Cats 36 personen.
Colijnsplaat. Het vervoer van suiker
bieten is ook hier weder ten einde geloo-
pen: op de beide weegbruggen in de ge
meente, alsmede die aan den Glasjesnol
werden, behalve die welke op suikergehalte
zijn geleverd ±11 millioen kilogrammen
snikerbieten gewogen, alzoo dit jaar minder
dan in het vorige.
Colijnsplaat. Als een bijzonder ver
schijnsel kan vermeld worden, dat in de
afgeloopen week door den plaatselijken ge
neesheer alhier op ein dag in vier gezinnen
typhus werd geconstateerd; tot heden ge
lukkig van gunstigen aard.
Zierikzee. Alhier is Zaterdag in 48-
jarigen ouderdom aan tiphus overleden jhr.
A. C. Röell, sedert 1887 Rijksbetaalmeester
en tevens ontvanger der registratie en domei
nen aldaar.
HanSweert. Met ingang 1 Dec. jl. is
benoemd tot sluisknecht alhier C. Schippers
brugknecht te Sckore.
Hoedekenskerke. De Raad dezer ge
meente heeft in zijne vergadering van Vrijdag
jl. herbenoemd tot lid van het Burgerlijk
Armbestuur den Heer M. G. Verbeek.
lerseke. In een paar bladen komt eon
verhaal uit lerseke voor van twee Iers.
dionstmoisjes, waarvan een haar galant zou
mee brengen, dat de vader met een krui
wagen naar 't station was gegaan om hem
aftehalen. Van dit verhaal is gebleken,
dat het geheel verzonnen is, behalve dat
de meisjes werkelijk haar ouders eon be
zoek hebben gebracht. (Goesche Courant.)
Bij de jongste veranderingen in het
porsoneel der Rijksveldwacht zijn:
lo Op verzoek met ingang van 1 Dec.
a. s. eervol ontslagen de Rijksveldwachter
B. de Graaf (jachtopziener) te Kapelle,
2o aangesteld tot Rijksveldwachter F.
Boone, Rijksveldwachter-jachtopziener te
Retranchement; tot Rij ksveld wachter-opzie
ner J. A. de Smidt, agent van politie te
Vlissingen (standpl Retranschement);
3.0 verplaatst de Rijksveldwachters met
8 Dec. a. s. G. Cremers (jachtopziener) brig.-
tit van Koewacht naar Kapelle; A. Hoek
stra (brig.) van Strijen naar Middelburg;
F. Boone van Retranchement naar Strijen
met 15 Dec. a. s. A. A. van den Broecke,
van Borssele naar 's-Heerenhoek.
Blijkens een particuliere correspon
dentie uit Zuid-Afrika in de Telegraaf
moet in den jongsten loop van den oorlog
het volgende gebeurd doch door den cen
sor verzwegen zijnBaden Powell is bij
Commandonek de krijgsgevangene van Do
Wet geweest. Lord Albemarle do krijgs
gevangene van De la Rey bij Bankstation.
Buller de krijgsgevangene van Botha bij
Mac Mac-rivier; allen zijn op parool vrij
gelaten en naar Engeland vertrokken.
Op een politiebureau te Rotterdam
meldde zich Zaterdag de polderwerker
P. de W. die door de Middelburgsche
rechtbank wegens mishandeling tot oen
maand gevangenisstraf was veroordeeld.
De man, in 't Politieblad gesignaleerd, is
in bewaring gesteld.
Te Dordrecht was sinds enkele da
gen bij een vriendin van haar eene vrouw
gelogeerd, die van haar man, een herbergier
te Dubbeldam, was weggeloopen wegens
herhaalde zware mishandeling. Vrijdag vond
deze haar in de aangewezen woning, droeg
onder voorwendsel haar te willen spreken
tot haar door en naderde haar, wgl zij doof
is, van zoo nabij dat hij haar in koelen
bloede verraderlijk drie doodelijke messteken
in de buik kon toebrengen. Na den moord
aanslag verliet hij kalm het huis en werd
op aanwijzing van een jongetje die alles
gezien had, op straat door de politie inge
rekend. De vrouw is bediend en sterven
de. Te Bergschenhoek had een op
merkelijk sterfgeval plaats. Een meisje
aldaar zou kerkelijk trouwendaartoe was
haar zuster overgekomen. Juist toen de
stoet kerkwaarts zou gaan, bleef deze zuster
op eenmaal dood. Te Winschoten zal
eeu 15-jarig dienstmeisje een oog moeten
missen, tengevolge van een steenworp door
een straatjongen.
Heden zijn alle beambten der Ned.
Z. Afr. Spoorw. Maatsch. die eerst in
1898 of later vaste aanstelling ontvingen,
eervol ontslagen, zoodat voor hen alle in
komsten ophouden. In verband hiermedo
vestigen wij nog eens de aandacht van ba-
zon op de advertentie in een onzer vorige
nommers van het bureau te Middelburg
(secretaris de heer Koole) hetwelk voor
deze ongclukkigen werk zoekt.
Ook te Antwerpon heeft zich een
comité gevormd voor het huldeblijk aan
H. M. de Koningin, in welk comité onder
meer zitting hebben de predikanton ds.
W. A. v. Griethuijsen en Wagener.
Hulde aan Kruger.
Uit Weencn zal een deputatie hem ge
schenken en een advies van sympathie
komen ter hand stellen. De studenten
te Buda Pest zullen desgelijks doen. En
eveneens de gemeenteraad van Nantes.
Lijst van brieven en briefkaarten ver
zonden door het postkantoor te Goes aan
onbekenden over de 2e helft der maand
November 1900.
Sauwel, Heinkenszaud; Mej. B. Weigers
Tilburg.
Briefkaart zonder adres.
Mej. Jo Russcher, Meppel. Mej, M v. d.
Ende Van Wemeldinge, A. A. Hogon-
dijk, Rotterdam. J. A. v. d. Nisser, New.
Yersoij.
Lijst van brieven en briefkaarten ver
zonden door het postkantoor te Middelburg,
aan onbekenden, gedurende de 2e helft der
maand October 1900.
Brieven.
Mejuffr van Vliet, 's-Gravenhage; M. K.
Dormaar Middelburg.
Buitenland.
Briefkaart.
Johannes Schulte Altona.