NIEUWSBLAD VOOR ZEELAND. No. 22. 1900 Dinsdag 20 November. 15e Jaargang. CHRISTELIJK- HISTORISCH LaMMrieKn over Bemestiw Buitenlandsch Overzicht. VERSCHIJNT Wed. S. J. DE JONGE-VERWEST, te Goes F. P. D'HUIJ, te Middelburg. PRIJS DER AÜVERTENTIËN el ken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND. Prijs per drie maanden franco p. p0,95. Enkele nummers0,025. UITGAVE DER FIRMA en van van 15 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent. Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. XV. Alhoewel do haver goen wintergewas is kan hare behandeling toch gevoegelijk hier volgen. De haver heeft ongeveer 4 A 5 maanden noodig om rijp te worden. In Maart of April gezaaid, is zij gewoon lijk in Augustus rijp. De haver gedijt het best bij een matige warmte en een vochtig klimaat. Ons klimaat is dus in 't algemeen voor dit gewas wol geschikt. Wat den bodem betreft, is do haver niet zoo kies keurig. Behalve op zeer schralen zand grond teelt men haver op allorloi grond soorten. Van alle granen slaagt zij het best op pas aangelegde bouwgronden, vooral wanneer die weinig kalk en voel humus bevatten. Gescheurde graslanden, klaver en luzerne landen, drooggemaakte plassen, ontgonnen bosch- en veengronden, worden daarom gewoonlijk eerst met haver be- teeld. In don laatsten tijd zijn voor den ver bouw der haver heel wat prooven gedaan. Wat de variëteiten betreft worden de Prob- steier en do Reuzentroshaver als zeer aan bevelenswaardig genoemd. De Reuzentros haver gaf het vorige jaar bij vele proeven de hoogste gemiddelde opbrengst aan stroo en graan. Ja, wanneer men de berekening voortzet over de laatste vijf jaren, is de gemiddelde opbrengst van deze variëteit aan stroo en graan hoogor dan die van alle andere beproefde havervariëteiten. Wanneer het echter alleen het graan geldt, dan staat de Probsteier boven aan; deze staat echter in strooopbrengst onder de gewone soorten. Wat de bemesting aangaat, ik geloof niet dat er één graangewas is, dat op dat punt meer verwaarloosd wordt dan de haver. Natuurlijk regelen zich de opbrengsten naar deze wijze van behandeling en in de meeste gevallen blijven de haveroogsten dan ook beneden het middelmatige. Do gronden, welke niet meer in staat zijn andere gewassen voort te brengen, worden dikwijls nog goed genoeg geacht voor den verbouw van haver. In de vruchtwisseling' komt zij dikwijls achteraan en moet zich vergenoegen met datgene, wat de voorvruchten in den bodem achterlieten. Ofschoon voor de haver ge woonlijk geen stalmest beschikbaar is, moet men daarom niet van meening zijn, dat zij geen mest behoeft. Een der meest bekwame en praktische landbouwkundigen in ons land zegt van de bemesting van haver het volgende. De haver moet, vooral, wanneer de een of andere klaversoort wordt inge zaaid, ruimschoots met kunstmest worden bemest, vooral op de lichte, min of meer humusrijke gronden. Men gebruikt dan vóór het zaaien per H.A. 600 E.g. Tho- masphosphaat en 600 K.g. Kaïniet. Het 1 homasslakkenmeel kan nog zeer geschikt onmiddellijk voor het zaaien uitgestrooid, evenzoo de hoogprocentige Kalizouten (met 600 K.g. Kaïuiet kan men 125 K.g. Chloor kalium gelijkstellen), die men op zwaardere gronden gebruikt. Do bemesting met Kaïniet moet eenige weken voor het zaaien geschieden. Beter Is r v 0r ®.n ^let Thomasphosphaat en het Kalizout in het najaar of vroeg in het voorjaar te geven. Voor een stikstof bemesting is de haver zeer dankbaar. Die stikstof kcin inon cuin lia/vor niot boïêr ven dan in den vorm van Chilisalpeter. Men moet namelijk met deze bemesting der haver wachten tot het zaad in den bodem en ontkiemd is. Deze geve men per H. A. 100 K.G. en wanneer de stand van het gewas zulks noodzakelijk maakt, geve men na drie A vier weken de rest, d. w. z. nog 100 K.G. Chilisalpeter por H.A. Wanneer do haver op een zeer vrucht baren grond gezaaid wordt, zaaie men zoo vroeg mogelijkminder vruchtbare gronden moeten wat later bezaaid worden. Op de eerste kan men daarenboven dunner zaaien dan op de laatste. Do hoeveelheid zaai zaad bedraagt van 2,53 H.L. Bij rijen- teelt heeft men slechts 2—2,75 H.L. noo dig. Wanneer men uit de hand zaait, moet het zaad worden ingeëgd of dun worden ondergeploegd. Om de bovenste aardlagen vochtiger te houden, rolle of sleepe men het land. 19 November 1900. Zoo iets als'; de oude gilden is sinds de laatste jaren in ons land in werking. De heer Boersma heeft 't in do jongst gehouden vergadering der «Vereeniging tot veredoling van [het Ambacht"£nog eons herinnerd. Sedert de opheffing der gilden is 't am bacht gaan kwijnen. Het heeft inderdaad wel wat veredeling en ontwikkeling noodig. En dit tracht genoemde vereeniging te verkrijgen doorlo. het doen afleggen van proeven van bekwaamheid ter verkrij ging van den graad «gezel" of dien van «meester"; 2e. het uitgeven van leerboe ken 3e. het houden van vergaderingen 4e. het bijeenbrengen van de noodige fondsen. Wat 't eerste punt aangaat. De eerste stoot is gegeven door de Haagsche veree niging Arti et Industriae en de Neder- landsche Maatschappij tot bevordering van Nijverheid. In 1895 werd het eerste exa men, de practijk der ambachten betreffende, te 's-Gravenhage gehouden. Er namen 32 candidaten aan het onderzoek deel voor timmoren, smeden, huisschilderen en het meubelvak. Voor het kopersmedon had zich niemand aangemeld. Bij het tweede examen, te Utrecht in 1899 gehouden, slaagden van do 36 candidaten 17. En nu wonscht de vereeniging in Februari 1901 te Haarlem opnieuw gelegenheid te geven tot het verkrijgen der graden van „gezel" en „meester" in het timmoren, meubelma ken, smeden en huisschildoren. De vereeniging is aldus samengesteld: Er is een hoofdcomité voor het geheele land, waarvan vijf leden den Uitvoerenden Raad vormen, met de hoeren Conrad als voor zitter en Boersma als algemoen socretaris Dit hoofdcomitó wordt voor de practische vragen bijgestaan door oeno technische com missie, waarvan dr Cuypers voorzitter en de heer De Bazel secretaris is. En voor het doen afleggen van proeven van bekwaam heid door eene technischo commissie, uit 7 leden bestaande; gewestelijke commissiën van 5 leden commissiën van deskundigen, gevormd uit minstens] 5 leden gekozen uit vakmannen, als de bekwaamsten in hun kring geacht, ter plaatse^waar het examen gehouden wordt. Dit streven verdient steun. Daarom vestigen wij er de aandacht op. Wanneer het getal brekebeenen in hun vak, door haar optreden wat verminderde, zou de vereeniging al een goed werk gedaan hebben. Het adres Horrix in zake Vaccinedwang. (Slot). «van 144 inentingen hebben 67 een «ongelukkigen afloop gehaddat iszijn «de patiënten öf aan de pokken, of direct «aan de gevolgen der inenting overleden «en heeft zelfs 1 meer dan waarschijnlijk »de ziekte bij een ander opgewekt" dat de hoofdreden, waarom hij zijn kind steeds heeft onttrokken gehouden aan deze onnatuurlijke bewerking, alzoo is, niet alleen de mindere bewaring van het bloed zijns kinds tegen vergif, maar boven alles het groote gevaar van rechtstreeksche doods oorzaak dat hij toegeeft dat niet vooraf kan worden uitgemaakt of zijn kind al dan niet zal bozwijken aan de noodlottigste gevol gen, die zoovele anderen troffen; dat hieruit voortvloeit, dat de onder werping van zijn kind aan do vaccinatie neerkomt op het spelen van oen waag- kans met een menschenlevon dat echter, wanneer het noodlot trof, dat bij vaccinatie van zijn kind het geval daarvan zou komen te behooren bij het aantal 68 der 145 gevallen van bovenge melde memorie, al ware zij geschied op gezag van derden, geen macht ter wereld, wetenschap noch staat, bij machte zou zijn het loven van zijn kind terug te geven; dat, zelfs wanneer wordt uitgegaan van het beginsel, dat het zwakkere moet bo zwijken voor hot sterkere, de minderheid moot ondergaan voor do meerderheid, be zwaarlijk kan worden aangenomen, dat, om te voorzien in de gevaren van be smettelijke ziekten, de Nederlandsche Re geering zou kunnen bedoelen genoodzaakt te zijn tot hot maken van slachtoffers, wan neer de middelen, daartoe aan do hand godaan door de in latere jaren in maat schappij on wetenschap steeds meer en meer doordringende, meer heldere, gezonde) en natuurlijke begrippen omtrent gezondheids leer en natuurlijke leefwijze, meren, dat het zelfde doel kan worden bereikt, niet alleen met behoud van alle leven,dat be staat, maar zelfs met bevordering van de gezondheid en kracht daarvan dat de Minister van Binnenlandsche Zaken in de zitting van Uwe Kamer d.d. 9 Maart 1900, in verband met dit punt dor vaccinatie-kwestie, hoeft verklaard „Met het oog op de totstandkoming „van de leerplichtwet, moet ook mijns „inziens de vaccine-kwestie met een „ander oog worden bezien"; *f! dat hij naar aanleiding daarvan Uwe Kamer er aan herinnert, dat aan het sub jectieve geval van adressant niet is te ont houden objectieve waardo, omdat met hem een onbepaald steeds toenemend groot aan tal mede-Nederlanders kunnen vorkeeren en in werkelijkheid ook verkoeren in het zelfde geval van door artikel 17 der Ne- dorlandsche wet tot voorziening tegen be smettelijke ziekten te worden gedwongen tot en alzoo klom te raken in hot afgrij selijk dilemma óf aan eigen kind te onthouden de geestelijke ontwikkeling, waarop het aanspraak heeft als menseh; óf het bloot te stellen aan het ont zettend gevaar der gowraakte kunstbe werking dat hij [ten slotte'vermoent voldoende te hebbenaangetoond, dat doTopvoeding en verzorging van zijn kind de belangrijkste waarborgen bieden tegen gevaar voor be smettelijke ziekten Redenen, waarom hij bij Uwe Kamer zich beroept op al deze overwegingen, ten einde, in aansluiting op 's Ministers aangehaalde verklaring, door haar tusschen- komst van de Nederlandsche Regeering te verkrijgen vrijstelling van dezen noodlot- tigen dwang. 'tWelk doende, PAUL HORRIX. 's-Gravenhage, 15 November, 1900. Men lette wel, of liever men zag 't reeds, deze heer Horrix is geen orthodox Christen Ook is er op de vergadering iemand als lid aangesloten op de tegenwoordige statuten die zich deed kennen als overtuigd strijder tegen vaccine en vacinedwang; ook als iemand die niet bad en vegetariër; de man zag er heel goed uit CHINA. Li Hoeng Chang en Prins Ching zijn eenige dagen geleden bij Von Waldersee op audiëntie geweest, 't Is wel wat demo cratisch gezegd: een vorst en een eerste minister bij een offiicier op audiëntie! Maar het is niet anders. Zij hadden zich zelfs herhaalde malen doen aandienen, doch de generalissimus had hun geantwoord hen nog niet te kunnen ontvangen. Eindelijk zijn zij dan toch tot hem in het keizer lijk paleis toegelaten. Want zijn hoogheid de generalissimus woont in het keizerlijk paleis! Hij eisehte dat de Chineesche troepen uit de buurt van het door de verbondenen bezotte gebied zouden worden terugge roepen, van zijn kant zou hij dan het uit zenden van strafexpedities naar het binnen land staken. Men verwacht van deze wederzijdsche tegemoetkoming wel eenige meerdere bespoediging der vijandelijkhe den, te meer daar de Keizerin met die straf-expedities mels ingenomen was. Toch is hierin nog voel te voorzien. China is geen katje om zonderjjhand- schoenen aan te vatten,j gebleken. En de minachtende manier jwaarop do Chinoezen in hun eigen land door Europeanen niet zendelingen, maar kooplui bohan- deld zijn, gevoegd bij 't weinig tactische optreden der overigens duur gonoeg botaalde diplomaten schijnt den toestand to bobben in 't leven geroopen." En net mootj/t mon- schenlevens kosten om alles weermin 't reino te brengen. Iemand die China goed kent een En gel schman: Sir Roberts Hart schrijft onder meerDe Chineezen nemen zeer langzaam Westersche denkbeelden in zich op, maar door onze pressie slaagden wij er in, den Chineezen duidelijk te maken, dat het een enorme daad van staatkunde zou zijn, om Boxers te vormen. Door onze be moeiingen, om de Chineezen te beschaven, kwamen dezen op het denkbeeld, dat een groot staand leger veel zou kosten en ge vaarlijk zou zijn en dat een vrijwilligers- vereeniging, die zich over geheel China uitstrekte waardoor rustelooze geesten tot kalmte zouden kunnen worden gebracht en eensgezind en patriottisch gevoelen zou worden gekweekt, vertrouwbaarder en deug delijker zou zijn. Toen een handjevol burgers in de Trans vaal stand bleef houden, werd ingezien, dat men zeer juist had geoordeeld en van daar de Boxer-beweging, oorspronkelijk vaderlandslievend, gerechtvaardigd in hun grondbeginselen en in werkelijkheid gebo ren uit de adviezen van vreemdelingen of door do bestudeering van de methodes, door de vreemde naties gebezigd. Maar de Boxers zijn geen vrijwilligers, zooals men die in Europa of elders vindt; zij zijn overtuigd, dat zij bovennatuurlijke macht bezitten en dit geeft hun kracht. Bij het beleg van de legatiegebouwen gaf een scherpschutter zeven schoten af op een dor hoofden, der Boxers op nog geen tweehon derd yards afstand. De Boxer bleef echter fier, rechtop staan, met zijn zwaard zwaai end als sloeg hij de kogels van zich af. Daarop wandelde hij kalm en trotsch terug, ongedeerd, tot groote verwondering van den scherpschutter. En de Chineezen gelooven in de onkwetsbaarheid van de Boxers, welke trouwens voortgekomen uit het pogen om Westersche denkbeelden in te enten op de Chineezen, niet zullen uitsterven. Zij zullen vermeerderen en ten slotte verhoudingen aannemen, die ons overvleugelen zullen. Twintig milioen Boxers, gewapend, geoefend, gedisciplineerd en aangevuurd door patri ottische, wanneer ook verkeerde, motieven zullen 't verblijf van vreemdelingen in China onmogelijk maken. Zij zullen van hen alles terugnemeu, wat zij van China genomen hebben en oude veeten verreke nen met interest en de Chineesche vlag en wapenen in plaatsen vertoonen, waar men nooit gedacht had ze te zien. Over vijftig jaar zullen er ongetwijfeld milioenen Boxers zijn, in verschillende regimenten verdeeld, en ter dege uitgerust, gereed om te doen, wat de Chineesche regeering van hen ver langt. Niets dan verdeeling van China kan dit kwaad voorkomen en natuurlijk, als hulp middel, de Zending, 't Is een Engelschma die alles redeneert. Het klinkt wat plastisch doch de be schuldiging is verdiend, die wij laatst la zen. Waneer de Engelsche zendeling do inboorlingen om zich heen verzameld heeft, zegt hijlaat ons bidden. En onderwijl zij met gevouwen handen en gesloten oogen staan mee te bidden, komt do Jingo en pakt hun land in. De Engelschman weet nu eenmaal niet anders. Dat toont hij ook in ZUID-AFRIKA. Dat Roberts de boerderij van Do Wet deed vernielen, bewijst het navolgende bericht in de Engelsche bladen: Deze week zullen in Steven's verkoop lokaal in Coventgarden belangwekkende relieken van den oorlog in Zuid-Afrika verkocht worden. Een regenjas, toobehoorendo aan gene raal De Wet en gevonden in zijn huis toen zijn boerderij 'werd verbrand. Een bloemenvaas uit generaal Do Wet's huis weggenomen, toen het verbrand werd. Een paar schoenen van mevrouw Cronjé. Dat Roberts ook Botha's prachtige woning in de asch legde, bewijst ook 't navolgend uittroksel uit een brief van een Schotschon soldaat aan zijn familie «Verleden week streden wij vier dagen onder de bevelen van generaal Barton. Wij brandden twintig hoeven af met al de meu belen, inbegropen prachtige pianos en orgels. Het deed pijn aan 't hart, die moeders hun snikken te zien verkroppen om kaar kinderen tot bedaren te brengen. Wij hebben de hoeve van generaal Botha in brand gestoken en stalen er voor on geveer 5000 p.s. waardo, in vee, granen, kaas, enz.. De jonge Boerenvrouwen kniel den met den Bijbel in de hand, en ik ver zeker u dat ik een oogonblik weende, toen ik bevel ontving al de meubelen te ver brijzelen, niettegenstaande de smeekbeden eener oude dame, van drie zachtaardige meisjes en van een kleinen jongen die me verzochten, dat ik toch de meubelen zou sparen." Dat gewetenlooze Engelsche schurken uit deze verbranding van hoeven en wo ningen geld slaan willen, bewijst de mede- deeling van zoo een in een Engolsch blad dat eenige financiers plan hebben de ver brande boerderijen en den door zware geld boeten gedrukten grond der landbouwers van Transvaal en Oranje Vrijstaat te koo- pen en die met winst te verkoopen. De onderneming loopt geen risico, zegt hij, want de boerderijen kunnen thans voor een appel en oen ei gekocht worden. En waarom zijn zo voor bijna niets te verkrijgen? «Wel", zegt hij, »er zullen honderdon boerderijen in de Oranje-Rivier Colonie en de Transvaal openbaar verkocht worden zoodra de vrede verklaard is". De krijgsgevangenen zullen in ne gen van de tien gevallen bij hun terugkeer ontdekken dat hun huis en erf verbrand zijn, diït er bijna geen stuk vee in het land over is. «Daar ze, ook al hadden ze de middelen er toe, niet in staat zullen zijn een enkel stuk vee te koopen, om de eenvoudige re den dat er geen te vinden is, zoo zal er niets voor hen opzitten dan de verkoop hunner boerderijen om het noodige geld te krijgen tot voorziening van hun dage- lijksche nooddruft om nu nog niet eens te spreken van de betaling van interest op geld dat ze opnamen en op hypotheken. «Dit zal ten minste het geval wezen, tenzij de duivel der verzoening zich mee ster maakt van de ziel der Britsche regee- ring, en haar er toe brengt den Brit te belasten om den Boer weder overeind te plaatsen." Overigens moeten wij ons nog altijd maar met losse niets zoggendo berichten over den loop der krijgsverrichtingen in deze diep geteisterde republieken tevreden stellen. In den Vrijstaat is 't schermutselen aan de orde van den dag. De Boeren bezetten Ficksburg op hoop dat De Wet zich daar bij hen voegt. Bij Edenburg nochtans moesten zij met verlies van 75 dooden aftrekken. Hunne pogingen om de spoorlijn Bloemfontein te vernielen werden verijdeld. In Transvaal werden verscheidene onbe duidende aanvallen door de Engelschen af geslagen. Barton rukte van Potchefstroom, en Douglas van Ventersdorp op. Dongton vermeesterde in verschillende gevechten veel van der Boeren krijgsvoorraad en vee en nam vijftien Boeren gevangen.

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1900 | | pagina 1