NIEUWSBLAD
VOOR ZEELAND
No. 149. 1900.
Donderdag 20 September.
14e Jaargang.
CHRISTELIJK-
HISTORISCH
)urg.
VERSCHIJNT
Wed.
Het nieuwe jaar.
S. J. DE JONGE-VERWEST, te Goes
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
5IÏNST
B. ROTTERDAM.
ir.
des Zondags, van
.delburg 8,45be-
n Rotterdam 9 uur.
ENST
VEER—GOES.
ring van Dinsdag
Tertrek Veer 7,
(station) 8,37
Des Dinsdags
Vertrek Goes
1L EG RA AF.
sr.
l Antwerpen
ig) 'smorg. 8.u.
DIENST.
Idelburg.
silm. vm. 4,50 r,
11,45; nm. 12,30
4,15,5,10, f 5,55,
10,15.
ise.
Markt) vm. 5,20,
nm. f 12,35, 1,20,
5,15, 6,-, 7,-
1,—
jederen.
JOTDIENST
u1b t—Vlake
lIENST.
Vlake vm. 6,
onmiddellijk na
bondeerende trein
7ST.
|soorden vm. 7,30
ellijk na aankomst
en 11,30 n.m.,
O M B 0 0 T.
ptterdam.
Ir.
ran Rotterdam.
'smorg.
loensdag, 19 11,
loensdag, 26 6,
iIENST
en ZIERIKZEE.
-Spoorweg Goes.
7an Zierikzee.
'smorg. 'smidd
as. 18 7,50 3,—
ben. 19 7,50 3,
|nd. 20 6,30 3,
jd. 21 7,50 3,—
.22 7,5011,30
nd. 23 11,30
24 6,30 3,—
25 7,— 3,—
ben. 26 7,50 3,—
27 6,30 3,—
lijd. 28 7,50 3,—
Iter. 29 7,50 3,—
|ijd. 30 7,50 3,—
rikzeesche
tschappy
ir.
ran Rotterdam.
's midd.
|jd
s- 18
.19
d. 20
.21
;er. 22
d- 23
,n. 24
s. 25
en26
d.27
d.28
r. 29
d. 30
12,—
12,30
10,30
11-
10,-
12,—
12,—
12,-
12,-
12,—
12,—
12,-
12.—
|m. 3,15
Im. 3,50
1,55 a)
2,15 a)
3,30
3,50
6,20J)
6,50
4,45
5,05
6,201)1)
6,40f)
naar Breskens en
kaar Borsselen en
elken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
Prijs per drie maanden franco p. p0,95.
Enkele nummers0,025.
Zij, die zich rnet 1 Oct. a.s.
op ons blad wenschen te abonneeren,
ontvangen het tot dien datum gratis.
Alle stukken, de Redactie
van ons blad betreffende, gelieve men
te adresseeren „Bureau de Zeeuw",
Goes.
Advertenties en abonnementsop»
gaven te adresseeren voor Middel
burg: „Bureau de Zeeuw" te Middel
burg en voor alle overige plaatsen:
„Bureau de Zeeuw" te Goes.
Zaken, de administratie betreffende,
adresseere men: „Administratie de
Zeeuw", Goes.
Dinsdag had op de gewone plechtstatige
wijze de opening van het nieuwe zittings
jaar der beido Kamers plaats door de
Koningin.
De voorzitter der eerste kamer, die de
vereenigde zitting presideerde, benoemde
tot commissie van in- en uitgeleide der
Koningin de heeren Fransen v. d. Putte,
v. Swinderen, v. Pallanit, Nebbens Ster
ling en v. Zinnicq Bergmann, leden der
eersteIüap, v. Dedem, Geertsema, Michiels
van Verduijnen, v. Karnebeek, Rink,
Willinge, Loelf, Groen van Waardor en
v. Gilse, leden der tweede kamer.
De commissie verwijderde zich en trad
weldra weder binnen.
Eerst de ceremoniemeester, naderend
met langzamen tred, zijn staf in de band
en gevolgd door de kamorbeeren; met
luider stem weerklinkt zijn woord: „De
Koningin!" En daar treedt de Koningin
binnen, begeleid door den heer Fransen
v.d. Putte, en door de commissie gevolgd.
Zij is vergezeld van hare Moeder, en groet
de volksvertegenwoordigers naar alle zijden
waarna zij plaats neemt op den troon,
bare Moeder naast baar.
Eenige oogenblikken stilte, Hare Maje
steit leest de troonrede voor.
Zij luidt aldus:
„Mijne heeren!
Het is mij aangenaam, bij het begin van
dit zittingjaar, u bijeen te zien tot hervat
ting uwer werkzaamheden. Zij zullen ook
ditmaal belangrijk zijn, want vele gewich
tige wetsontwerpen zijn aanbaugig.
Tot deze behoort de voorgedragen Onge
vallenwet, die in talrijke en dringende be
hoeften moet voorzien. Ik doe een beroep
op uw medewerking om baar binnen korten
tijd tot stand te kunnen brengen.
In de vriendschappelijke betrekkingen
met de buitenlandscbe mogendheden kwam
geene verandering.
De binnenlandscbe onlusten van ernsti-
gen aard, die in China zijn uitgebroken,
hebben echter in het verkeer met dat rijk
stremming veroorzaakt.
De ter redes-conferentie gesloten ver
dragen zijn thans door bijna alle mogend
heden bekrachtigd. Ik hoop dat liet eer
lang hier te vestigen Internationaal Bureau
van het Hof van Arbitrage aan zijne be
stemming zal voldoen, door bevorderlijk te
zijn aan het niet te hoog te schatten be-
ang der vreedzame oplossing van geschil
len tussclien de volken.
a Tri!rttU7°,?fVaaKligegebeurtenissen
de rSf mnV0Uld;AMka en de onlusten
m rlkf >et wenschelijk dat de
zeemacht zich in de aangrenzende wateren
vertoonde, teneinde aan laiidgonooten zoo
danig6 Pnlp of bescherming te verleenen
als noodig zou blijken.
Dank zij de ruimere opbrengst van ver-
sclii^en(^e middelen is de financieele toe-
stand gunstig te noemen. Versterking der
inkomsten blijft echter onmisbaar tot dek
king van nieuwe uitgaven, allereerst in ver
band met de wet op den leerplicht.
(Junstig is evenwel de toestand der Indi-
„1,0 celdmiddeleri.
""""'C uc lucsiaua uer
gcke geldmiddelen.
Ret is mij mogelijk u verschillende
voor
stellen te doen waardoor, naar ik vertrouw,
de zedelijke en stoffelijke ontwikkeling van
Indië krachtig zal worden vevorderd.
Onder het waakzaam oog van de bezet
ting en het eskader verbetert de toestand
in noordelijk Sumatra geleidelijk, al moet
bijwijlen do kracht onzer wapenen zich nog
doen gevoelen.
Van de gewichtige wetten, die in staat
van voorbereiding zijn, zullen die op het
arbeidscontract, tot betere voorziening om
trent het armwezen en tot staatsexploitatie
van steenkolenmijnen in Limburg u weldra
bereiken.
Mogen uweberaadslagingen,mijne heeren,
vruchtbaar zijn en uwe ijver en toewijding,
onder Gods zegen, veel goeds doen tot stand
komen voor het vaderland en zijn koloniën.
Ik verklaar de gewone zitting der Staten-
Generaal te zijn geopend."
De koningin staat op, gaat nijgend heen
en dan geeft een der Kamerloden hot sein.
Het was baron v. d. Borch van Vorwolde
die een luid „Leve de Koningin!" aan
hief. Al de volksvertegenwoordigers deden
mee eu toen een luid gejuich op do tri
bunes, slechts even door een „Leve de
Koningin Moeder!" onderbroken.
Do heer Do Ram riep nog hiep hiep
hiep! doch deze vlieger ging niet op.
Men kan ook het hoste bedervon.
Toen de commissie teruggekeerd was,
sloot de voorzitter de vergadering.
Do leden waren natuurlijk gekleed in
staatsiopak, mot uitzondering van de doc
toren Schaepman en Nollons, die den priester-
toog droegen, en de democratische leden
Heldt, Marchant, Nolting on Kotelaar.
De verschijning vaD de Koningin vormde
weder hot glanspunt der plechtigheid.
De Koningin in een geheel crème satij
nen kleed mot wit gevederd hoedje, het
breede lint van den Nod. Leeuw over de
borst; H. D. Moeder in lila fluweel'en
costuum, gedeeltelijk overtrokken met een
kleed van witte kant.
Hierop vergaderden de beido Kamers af
zonderlijk.
De tweede Kamer word gepresideerd door
den waarnemonden voorzitter, het oudste
lid in jaren, den heer Jansen, afgevaardig
de voor Tilburg, die eenige weken ouder
is dan de heer Donner, zoodat de heer
Donner geen waarnemend voorzitter meer is.
De heer Jansen hield een rede.
De geloofsbrieven der nieuwe of herkozen
leden Bolsius en Smeenge werden
goedgekeurd. Beide heeren namen zitting.
Daarna werd de voordracht opgemaakt
voor een voorzitter.
Stemopnomers waren de beeron Maehay,
de Ram, do Boer en Drucker.
Eerste candidaat werd mr. J. G. Gleich-
man, met 71 van do 94 stemmen.
Tweede candidaat mr. J. D- Yeegens met
44 stemmen (Mackay 27, Michiels v. Ver-
dujjnen 3). Derde candidaat Michiels van
Verduijnen met 70 stemmen togen 11 op
Mackay.
De heeren Gleicbman en Veegens zijn
liberaal, Michiels Roomsch. Het is der
halve weer als vorige jaar en jaren.
De voorzitter dankte de stemopnemers
die met de heeren Roessingh, Zijlma, Brum-
melkamp en v. Basten Batenburg de can-
didatenlijst nog beden aan Hare Majesteit
zullen aanbieden.
Daarna bad de trekking der afdeelingen
plaats. Gelijk men weet telt elke afdee-
ling 20 leden, die elk een voorzitter en een
ondervoorzitter benoemen. Do vijf voor
zitters maken met den voorzitter der Ka
mer te zamen de centrale sectie uit die
beslissen gedurende een maand omtrent de
regeling der werkzaamheden en den voor
rang van eenig wetsontwerp.
In slechts twee van de vjjf afdeelingen
bracht do loting ditmaal de liberalen in de
meerderheid. Voorzitters werden de heeren
Veegens, Schepel, Mackay, Lobman en
Schaepman. Ondervoorzitters Tak, Druc
ker, Pijnappel, v. Alphen en Kuyper.
In de commissie voor de redactie van
UITGAVE DER EIRMA
en van
van 1—5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent
Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
een adres van antwoord op de troonrede
hebben zitting de heeren Rink, Fokker,
F. van Bylandt, Hartog en Kuyper.
In de eerste kamer aanvaardde de voor
zitter zjjn taak met een rede en haddon
eenige benoemingen plaats.
Buiten heorschte groote drukte. Er was
een geestdriftige schare, als altjjd op zulke
dagen.
Het weder was prachtig.
19 September 1900.
Gemeenteraadsverkiezing Goes.
Aantal Kiezers 898.
Ingeleverde biljetten 694. Blanco en
van onwaarde 29.
Geldige stommen 665. Volstrekte meer
derheid 333.
Uitgebracht op de heeren J. Z. RISCH,
(lib.) candidaat van Vooruitgang" 340
en L. DUVEKOT Cz„ (antir.) candidaat van
«Nederland en Oranje" en «Groen van
Prinsterer" 325 stemmen; zoodat gekozen
is dhr. J. Z. RISCH.
(Bjj do poriodieke verkiezing in 1899
toen 't aantal kiezers 897 bodroeg en 706
geldige stemmen wérden uitgebracht be
kwamen do heeren Ramondt (lib. en antir.)
581, B Quist (antir.) 409; W. N. G. Coe-
nen (lib.) 396D. D. v. d. Bout (lib.) 338.
En voorts J. Z. Risch (lib.) 303J. Plazier
(antir.) 223; C. Oranje (antir) 217; W.
Cense (vrij antir.) 164.
Op 't roode stembiljet werd toen geko
zen do heer J. l'h. Wessehnk (lib.) met
377 van de 670, tegen 293 stemmen op
den beer A. S. J. Dekker (antir
H:
Do troonrede een gelegenheidswoord,
vordert ook een attentieblijk van de pers,
en daarom willen ook wij er niet over
zwijgen.
Ér valt weinig van te zeggen.
Het koninklijk woord gewaagt van aan
hangige wetsvoorstellen; dit is juist. Nog
hangen de vruchten aan den boom, maar of
er ook niet enkele onrijpe of vroegrijpe
zullen moeten afvallenis een andere vraag.
Afvallige wetsontwerpen ware in dien zin
beter geweest.
De ongevallenwet is er een van.
Dat een van deze overrijpe wetten geld
zal kosten, wordt ons ook nog eens her
innerd: «Versterking der inkomsten blijft
onmisbaar tot dekking van nieuwe uitgaven,
allereerst in verband met de wet op. den
leerplicht". Eene herinnering die bij een
groot deel der natie een pijnlijk gevoel
wekt.
Dat nog vele gewichtige wetten in de
troonrede genoemd, en wel met name die
op 't arbeidscontract, armwezen en mijn-
ontginning, nog in dit zittingsjaar tot stand
zullen komen, zal wel niemand gelooven;
al hopen wij 't wel, wat de eerste en laatste
der genoemde wetten aangaat-
Het gaat nu op de periodieke Kamer
ontbinding, op de vierjaarlijksche politieke
afrekening aan.
Tegen dien tijd kan het zijn nut hebben
den indruk te hebben' gewekt van veel te
bobben over hoop gehaald, ook al kwam
niet zoo heel veel tot stand.
Hermans, de vroegere redacteur van het
lasterlijke blad «Bo Roode Duivel", thans
een der leiders van de sociaal democrati
sche arbeiderspartij, deelt in Het Volk van
18 Sept. standjes uit aan Christelijke ver-
eenigingen en staatslieden, en pluimpjes
aan de zoogenaamde Chr. Volkspartij die
te Amsterdam haar zetel heeft, vergissen
wij ons niet, aan den naam Keuchenius
verbonden is en geïnspireerd wordt door
een paar jeugdige heethoofden.
Die standjes aan het adres van dr. De
Visser, dr. Kuyper, dr. Schaepman, Bijle-
veld, en anderen, en die pluimpjes aan de
Nauta's en Van Ministers, en dat alleen
omdat eerstgenoemden niet wenschen voor
aan te staan in de Hogerhuiszaak, zal
't publiek op de rechte waarde weten te
schatten.
Van de roode duivel is een klap in 't
aangezicht beter bewijs van gelijk dan een
zegenwenscli.
Het zal dan ook geen effect maken als
Hermans schrijft:
«Tegenover deze hartelooze Heere Heere
roepers die begroet worden op de markten
en vooraan zitten in de synagogen staan
de mannen van de Christelijke Volkspartij
met hun oprecht geloof, aan wie ik mijn
meest volkomen eerbied betuig".
Het eenige wat men misschien doen
zal, is dat men zal lachen om de leepheid
van dezen Mephisto en de onnoozelheid
zijnor «Christelijke" broertjes.
De Goesche gemeenteraadsverkiezing
heeft voor ons een teleurstelling gebaard.
Onder leiding van de vooruitstrevend
liberalen is al wat oud-liberaal, cbristelijk-
kistorisck en min-principiëel-roomsck is te
hoop geloopen om den candidaat der an
tirevolutionairen te weren-
In de Goesche Crt. werd gezinspeeld op
de gunstige gelogenheid die geboden werd
om don menschen die van een allegaartje
houden hun zin te geven.
In de circulaire der liberale kiesvereeni-
giug werd niet do man die nog wel eens
in de kerk komt, maar de man die voor
gepaste volksvermaken is, voor goed en
goedkoop (natuurlijk openbaar) onderwijs
en voor belasting naar draagkracht is voor
het vootlicht gebracht.
Zoo werden oenerzijds do Hervormden
en anderzijds de Roomsohen die hun kerk
liefhobben, doch tevens voor «gepast" ver
maak zijn wij zoudon ze noemen de
pretmakendo clericalen! voor den libe
ralen «onafhankelijkon" «volksman" ge
wonnen.
Opmerking verdient hierbij dat deze
radicale kiesvereeniging uitsluitend Room-
sche loopers tot 't ophalen van kiezers
bezigde.
Iets wat niettemin toch niet zou ge
hinderd hebben, want van meet af heeft
bij ons vastgestaan dat de antirevolutio
naire candidaat het ditmaal winnen zou.
Om do uitnemendheid der candidatuur
en do populariteit van den candidaat.
Maar wat nu van achteren blijkt wel
gehinderd te hebben, dewijl ruim 50 anti
revolutionairen, bij ons met name bekend,
en waarvan enkele ziek of uit stad waren,
niet hebben gestemd; sommige hunner
zelts met bepaalde weigering, ondanks her
haalde dringende mondelinge of schriftelijke
uitnoodiging.
Hue Christenmannen zoo iets verant
woorden kunnen, weten wij natuurlijk niet.
Dat moeten %ij weten.
Zij en zij alleen hebben 't op hun
geweten dat zelfs deze uitnemende can
didatuur van een man uit één stuk gelijker
weinige zijn, mislukte.
Aan de antir. kiesvereenigingen de eer
dat zij met groote bescheidenheid en so
berheid den candidaat hebben aanbevolen.
Tegenover hare circulaires maken die
van Vooruitgang met hare ophemeling van
den liberalen candidaat een ietwes comi-
sche vertooning.
T IJ JD VERZEN.
De ziener op den berg.
Het schudt en schokt in Afrika's
[landouwen
Een oorlogswervelwind rukt rots en
[klippen neer;
Een rosse vuurgloed rijst uit moor
dende kartouwen
Geon rast keert in de wildernissen
[weer.
Do ziener speurt, maar 't oog ontwaart
[geen vrede;
Het licht is heen uit huis en erf
[en land;
De bloem ligt neer en treurt met de
[aarde mede,
Of knakt, verschroeid door zengende
[oorlogsbrand.
Dc ziener speurthot bloed vloeit langs
[de weidon;
De lijkengier krast scherper van
[genucht;
Geen beolendo aam wuift balsem voor
[wie lijdon;
Verrottende enteric besmet de reine
[lucht.
Do vuurgloed laait: Hij ziet de Britten
[naadren,
Gedreven door Lord Robert's wreode
[macht;
Hij hoort het knarsen dor kanonnen-
[raadron,
Verneemt bet ruw gevloek der Brit-
[tenwacht.
Wat voert ze mee? Ze drijft een schaar
[van vrouwen
Met kind'ren voort, al builend langs
[de baan
Een grijsaard maant ze op Jezus te
[vertrouwen;
Hij waggelt van het leed, door
[Britten aangedaan.
Een ruw gelach spot met do onweerbre
[scharen
Een Alva dwong ze hun verblijven
[uit,
Waar Brittenturk moorddadig om blijft
[waren,
Totdat de Heer het Boerenmoordon
[stuit.
Dc ziener speurt Een keur van 't jonge
[leven
Ligt uitgestrekt op zandig dooden-
[veld
Hij voelt de zielen langs hem opwaarts
[zweven,
Bloedoffers van goudgierig krijgsge
weld.
Hij ziet en ziet, of 't Oosten gloed
[opflikkert,
Of Noorderlicht zijn flitsen schit-
[tren doet;
Hij tuurt; of morgenschoon zijn eerste
[glanzen blikkert,
Het donker Afrika straks baadt in
[vredegloed.
Maar neen! 't Blijft zwarte nacht aan
[de Oosterkimmen
Den oceaan ontschiet geen spranklend
[sterrengoud
Hot Noord bij'ft stil; geen winteravond-
[glimmon
Waar hij zieb keer", slechts doodsnacht
[wordt aanschouwd.
De ziener speurt. Men roept hem van
[benoden
«Wat is er van den nacht, gij wachter
[op den top?
«Is 't enkel duisternis, waar ge uwen
[blik laat treden?
«Geeft Oosterkim geen morgen-
[glanzing op
Daar richt de ziener 't hoofd naar boven,
[naar de starren,
En flauw blikt daar oen nevelwit
[hem aan;
Wat hij aanschouwt, hij kan het niet
[ontwarren
Toch blijft hij rustloos turend staan.
De vlek wint aan in grootte en sohijn-
[sel zwaarte;
Het licht gloeit aan; het sterren-
glanzen breekt;
Straks glimt een scheemrig waas op 't
berggevaarte;
Beschijnt den man, die, hopend, tot
[hem smeekt.
En als de stemme van den voet der
[klippen,
Klimt langs don rug tot waar de
[ziener staat,
Laat de oude held een kreet van vreugd
[ontglippen:
«Zeg aan wie hopen, dat God niet
[verlaat!"
Luctok.