NIEUWSBLAD
VOOR ZEELAND.
No. 128. 1900
Donderdag 2 Augustus.
14e Jaargang.
CHRISTELIJK-
HISTORISCH
Buitenlandse!] Overzicht.
VERSCHIJNT
Wed. S. J. DE JONGE-VERWEST, te Goes
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
DE DRANKWET.
wiea,r
t HUMBERT.
elken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
Prijs per drie maanden franco p. p0,95.
Enkele nummers0,02®.
UITGAVE DER FIRMA
en van
van 1—5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent.
Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
(Slot.)
Begrijpelijk is dat algemeen geklaagd
werd dat de wet te laat is ingediend met
't oog op de vergunningen die met 1901
moeten vervallen.
Nu is volgens sommigen oplossing dezer
quaestie voor de verkiezingen van 1901
niet meer mogelijk. Anderen wilden haar
echter juist voor dien tijd afhandelen op
dat zij de eerstvolgende verkiezingen niet
beheersche.
Nog anderen achtten intrekking van 't
ontwerp, en een eenvoudig besluit tot ver
lenging van den fatalen termijn de een
voudigste en beste oplossing.
Het voornemen in de wet de bepaling
op te nemen dat de sedert 1881 verleende
vergunningen niet langer dan tot 1 Mei
1901 zullen kunnen worden verlengd, vond
bij veleGeden krachtige bestrijding. Daar
toe toch zou de wet moeten worden ge
weld aangedaan. De houders der vergun
ningen die de wet goed hebben gelezen,
mochten er op rekenen dat zij met 1901
hunne vergunningen niet zouden verliezen
Anderen meenden dat dit wel 't geval
is. Toch dringen zij aan op overgangsbe
palingen.
Doch andere leden zien 't onbillijke er
niet van in, de belanghebbenden hebben
de gevolgen aan zichzelf te wijten. Niet
het bijzonder belang der vergunninghou
ders, maar het algemeen belang der drank
bestrijding dient hier te wegen. Bij ver
lenging van den termijn staat men later
voor nog grooter moeilijkheden.
Onder de 8000 vergunninghouders die
uit hun brood zullen gestooten worden,
zijn er trouwens vele wier drankwinkel
gecombineerd is met andere neringen;
terwijl bovendien deze toestand grooten-
deels ten goede komt aan de eigenaars der
localiteiten, die zelf een ander beroep uit
oefenen en hunne localiteiten met vergun
ning hebben verhuurd. Dat dezen lieden
eindelijk eens hun monopolie wordt ont
nomen, is niets onbillijk. Lang genoeg
hebben zij buitensporig hooge huurprijzen
bedongen en de huurders de meest bezwa
rende conditiën laten teekenende voordee-
len der dranknering vallen op vele plaat
sen steeds in hoogere mate hun dan den
huurders ten deel.
Algemeen was men het eens dat, ver
vallen deze vergunningen, de wetgever
Tast® regelen moet stellen ten aanzien der
moeilijkheid aan wie de dan beschikbare
vergunningen moeten worden verleend.
Maar hieraan beantwoordt dit ontwerp niet.
De gedachte die aan het stelsel van op
bod ten grondslag ligt is in strijd met
doel en beginsel der Drankwet.
De voorrang voor openvallende vergun
ningen zal worden gegeven aan gegadigden
naar gelang van de grootte der opoffering
die ieder hunner verklaart er voor over te
hebben. Maar de grootte dier opoffering
wordt weer bepaald door het winstgevende
der nering, door de hoeveelheid sterken
drank, die men meent voortaan aan den
man te kunnen brengen. Daarvan zal het
gevolg zijn, dat die tappers do vergunnin
gen zullen houden, die kans zien een groo-
ten omzet te krijgen, bijvoorbeeld omdat
zij minder kieskeurig zijn hoe hun geld
te verdienen en op allerlei wijze drinkers
lokken en het tot meerder verbruik bren
gen, Dezen zullen meer durven bieden
an de gegadigden, die op fatsoenlijke
wijze hun bedrijf wenschen uit te oefenen
nnWllV°nd,l r- JSt6lSel Vai1 °pbod
onbillijk omdat zij, die de laatste jaren do
taxateurs voor het vergunningsrecht heb
ben weten te misleiden, op minder bezwa
rende voorwaarden kunnen inschrijven dan
zij wier localiteiten juist of wellicht te
hoog zjjn getaxeord.
Overigens worden lange beschouwingen
gewijd waarop wij echter niet ingaan!
beschouwingen veel meer aan de arme
drankverkoopers dan aan de arme drank
misbruikers.
Kolommen druks voor die tappers wolke
uit hun brood worden gezet. En geen
syllabe over de arme gezinnon hunner
slachtoffers die in honger en ellende ver
kwijnen.
Dit feit alleen reeds zou ons met de
fouten van dit wetsontwerp kunnen ver
zoenen.
1 Aug. 1900.
Neerlands geliefde Koningin-Weduwe
viert 2 Augustus haar 42sten geboortedag.
Spare de Heere haar nog lange voor
Hare Koninklijke Dochter, voor het Neder-
landsche Yolk en voor zoo menige stich
ting van weldadigheid welker steun zij is.
In de Gereformeerde Kerkbode te Rotter
dam schrijft ds. Landwehr als nabetrach
ting over de daar geëindigde bootwerkers
staking onder meer:
Voorts is op hetzelfde Congres (het
sociaal Congres) aangetoond, dat de werk
staking doorgaans de grootste ellende na
zich sleept en is onder algemeene goed
keuring uitgesproken, dat het van werk
lieden, die staken, onrechtvaardig is le
hen die aan de staking geen deel willen
nemen, daartoe met geweld te willen dwin
gen, 2e te willen beletten, dat de patroons
andere werklieden in hunne plaats aan den
arbeid zetten.
Wij hebben helaas in onze stad gezien,
hoe in naam van de rechtvaardigheid door
velen de vrijheid van anderen vermoord
•werd.
Daar zijn wij het eens mee.
Tusschen 1800 en 1900 waren onder de
moordaanslagen op vorstelijke personen ge
pleegd, de hieronder genoemde de voor
naamste.
Napoleon I, helsche machine, 24 Dec.
1800 mislukt.
Paul I, Czaar van Rusland, 24 Maart
1801, in zijn paleis vermoord.
Iturbide, keizer van Mexico, den 19en
Juli 1824 doodgeschoten.
Louis Philippe, Tusschen 1835 en 1846
19 moordaanslagen, die alle mislukten.
Koningin Isabelle van Spanje, tusschen
1847 en 1856 drie mislukte moordaansla
gen.
Koningin Victoria, vijf mislukte aansla
gen tusschen 1840 en 1882.
Koningin Frederik Wilhelm IV van Prui
sen, mislukte aanslag in 1850.
Napoleon UI, drie mislukte aanslagen,
waaronder de laatste, die door Orsini, in
1858 gepleegd, bijzonder bekend is.
Frans Jozepli van Oostenrijk Mislukte
aanslag in Febr. 1853.
Wilhelm I, van Pruisen, Mislukte moord
aanslagen in Juli 1886 en in Mei en Juni
1887,
President Lincoln van de Vereenigde
Staten, don 14on April 1865 in den schouw
burg doodgeschoten.
Amadous, koning van Spanje. Mislukte
aanslag in Juli 1876.
Sultan Abdal Aziz van Turkije stierfin
Juni 1876 een gcwoldadigen dood.
Alphonso XII van Spanje. Twee mislukte
moordaanslagen, in 1878 en in 1879.
Czaar Alexander II van Rusland stond
zeven keer aan een moordaanslag bloot,
werd den 13en Maart 1882 te St. Peters
burg door oen bom gedood.
Alexander III van Rusland. Twee mis
lukte aanslagen, in 1887 en 1888.
Nicolaas II werd in Mei 1391, terwijl
hij als kroonprins een reis door Japan
maakte door een Japannees aangevallen.
President Garfield van de Vereenigde
Staten in Juli 1881 vermoord.
De Emir van Afghanistan, mislukte aan
lag in 1888.
President Carnot, 24 Juni 1894 doodge
stoken.
Nasr-Eddin, Shah van Perzië, 2 Mei
1896 vermoord.
Canovas, eerste minister van Spanje, in
1897 vermoord.
Keizerin Elizabeth van Oostenrijk, in Sept.
1898 door Lucheni vermoord.
Prins van Wales mistukte aanslag door
Sipido, den 5en April 1900 te Brussel ge
pleegd.
Koning Humbert van Italië, Zondag 26
Juli 1900 .door Pressi vermoord.
Uit verlies winst.
Omtrent 't oordeel der Boeren over
Johannesburg schrijft de Tranvaalsche cor
respondent van de Telegraaf in dat blad
onder meer het volgende:
Op dit punt is de algemeene opinie der
burgers, dat de verwoesting der goudvelden
van het nieuwe Sodom, Johannesburg ge
naamd, slechts zegen voor de Republiek
en voor hun geslacht kan brengen, Van
de goudvelden in Johannesburg is, zoolang
zij bestaan, niets anders Uitgegaan, dan wat
geschikt was om onze natie af te trekken
van de oude paden, die met al hunne on
volkomenheden en gebreken verre te ver
kiezen zijn boven het toenemend zedenbederf,
het ten ondergaan van alle waarachtig
Christendom en moraliteit, die de gevolgen
dreigen te worden van den invloed van het
van alle natiën toestroomende schuim en
uitvaagsel der aarde. Do verblinding, die
ook een deel der Boerenbevolking had mee
gesleept, als zou de Mammon meerder eere
waard zijn dan God in den Hemel, met
wien alleen hun vaderen rekening plach
ten te houden, schijnt onder deze droevige
omstandigheden plaats te maken voor een
komen tot inkeer en het openen der oogen
voor de waarheid, dat het goud de vloek
is geworden voor de waarachtige vrijheid
en welvaart dezer Natie. Met zeer weinige
uitzonderingen gevoelt ieder, dat deze oor
log, hoe vreeselijk ook, door den bestuurder
der volken re rechter tijd is gezonden, opdat
de Hollandsch Afrikaansche Natie niet on
merkbaar zou ondergaan, waartoe zij nu
met schrik aan den rand des afgronds is
wakker geschrikt. Dit algemeen onder de
burgers heerschend gevoelen brengt met
zich, dat de verwoesting der goudvelden
ook bij een voor ons gunstigen afloop van
den oorlog voor onze nationaliteit een
wenschelijkheid worde geacht, omdat
zoo redeneert men dat goud toch weer,
en telkens weer, ons het schuim van Europa,
Azië, Amerika en Australië op den hals
zal jagen en onze kinderen nooit met rust
zullen worden gelaten.
Niet te Monaco, het zomerverblijf der
Europeesche, maar te Monza, het zomer
verblijf der Italiaansche vorston, de oude
kroningsstad der Lombardijsche koningen,
is koning Humbert vermoord.
Zondagavond om 10 _,ur, nadat hij de
prijsuitdeeling van een gymnastiekwedstrijd
had bijgewoond, en daar zeer was toege
juicht, werd hij toen hij met zijn adjudant
vertrekken zou, bij het plaats nemen in
zijn rijtuig door drie revolverschoten ge
troffen.
Zwaar aan het hart gekwetst overleed
hij reeds een half uur daarna.
De dader is gegrepen en bekende zijn
misdaad op de meest cynische wijze. Te
nauwernood gelukte het, hem aan de volks
woede te onttrekken. Ilij heet Angclo Bressi
en is uit Prado, in Toscane.
De arme Koningin Margarita was te Monza
toen de misdaad gepleegd werd. De
Kroonprins, de Hertog van Napels, is
op reis naar het Oosten, waarbij zijne
gemalin hem vergezelt; zij zijn met hun
jacht Yela in de Levant. De Minister-
Presi'ent Saracco is, na den Ministeraad
te hebben bijeengeroepen, aanstonds van
Rome naar Monza gereisd.
Reeds meermalen had de koning aan
een moordaanslag blootgestaan. Hij noemde
dit de onaangenaamheden van het vak.
In 1878, nauwelijks tien maanden aan
de regeering, werd hij aangevallen door
den kok Passanante die hem, tijdens een
bezoek aan Napels verwondde met een dolk.
De toeslag mislukte dewijl de minister
Cairolo, die tegenover den vorst zat, den
arm des moordenaars tegenhield.
Geheel Italië, vooral Napels en Rome,
namen deel en betuigden luide hunne har
telijke sympathie.
Hij was een populair vorst, die zich be
mind maakte, vooral door zijn groote mild
dadigheid. Hij betaalde al zijn vaders schul
den, schonk uit eigen inkomsten zeer veel
weg en deed zelfs meermalen afstand van
zijn civiele lijst, zijn inkomen als koning.
Wat hij in 't belang van zijn volk doen
kon, deed hij steeds met groote zelfver
loochening. Wie herinnert zich niet zijn
bezoek aan Napels, tijdens de jongste cho-
lera-epidemie en de vele opofferingen, die
hij zich toen met kardinaal Di San Felice,
aartsbisschop van Napels, getroostte om het
geteisterde volk te hulp te komen.
Als staatsman en veldheer had Humbert
reeds vroeg gelegenheid zich te onderschei
den; doch hij was hierbij niet gelukkig.
Ook de revolutionaire kuiperijen en an
dere slechtigheden van zijn ouden minister
en vriend Orispi, den vos, die schoon ver
kleurd van anarchist tot monarchist, wel
zijn haar doch niet zjjne streken verloren
heeft, moeten hem zeer gesmart hebben.
In verband met een en ander ligt er in
het heengaan van dezen vorst iets diep
tragisch.
Doch nog meer in de wijze waarop hij
viel.
Ja, het is zoo waar wat de Telegraaf
schreef: Vorsten vallen niet meer aan het
hoofd hunner troepen. De romantiek heeft
afgedaan. In onze eeuw van nuchterheid
gaat het veel nuchterder toe. Men stapt
op de treeplank van een waggon, nadert
mot een verzoekschrift het vorstelijk rijtuig,
en trekt af of stoot toe. Voilatout! Even
weinig verheffends als er is in zulk een
sterven, oven verachtelijk, even menschont-
eerend is de daad van den moordenaar.
Daar gaat een mensch, te midden zijner
medemenschen, toegejuicht, hetzij om zijn
persoonlijke eigenschappen, hetzij als de
drager van het gezag, hetzij om beide
redenen. Hij moet zich veilig voelen, hij,
de landsvador, te midden zijner onderdanen,
beschermd door hun liefde of eerbied.
Helaas! Populariteit, menschenmin, edel
moedigheid, groote talenten,' krachtige
hand tot regeeren, wat vraagt do moorde
naar er naar? Daar gaat voorbij zijn ver
blind oog »het Gezag", waartegen hij, de
economisch zwakke, geworsteld heeft, dat
hom overal dreigend is tegemoet gotreden,
waaraan hij zich niet heeft kunnen ont
trekken, dat in zijn dwaze verbeelding de
oorzaak is van den honger zijnor kinderen,
de zwakte van zijn vrouw, het leed hem
aangedaan. Daar nadert het eindelijk.
Stoot toe! 't Is een mensch als gij, met
al zijn deugden en gebreken, mot zijn
liefde en lijden. Zijn vrouw, zijn kinderen
Hij doodt hem, en meent daarmede het
gezag te dooden, de ellendoling. Ja, there
is something rotten! Humbert de Eerste
is gevallen, als Sadi Carnot, als Alexander,
er was geen enkele reden".
Wij voegen er aan toe. Ook al ware
er reden: wie geeft 't recht om den ge
zalfde des Heeren, den drager van het
souverein gezag te dooden
Angelo Bressi is een lange, donkere,
jonge man. Hij droeg witte handschoenen
(men zegt dat dit een van de maniertjes
is waarop de poseerende anarchisten ge
steld zijn) en was overigens netjes in het
zwart, mot een slappen, bruinen hoed.
Terstond na den moord was 't volk op
hem toegevlogen en had hem zeer toege
takeld. Hij zei tot een verslaggever dat
hij uit Amerika kwam, waar hij zijdowever
was, opzettelijk om Humbert to dooden,
en dat alleen »uit beginsel".
Hij was pas uit Amerika gekomen, zei
hij, had een dag te Bologna doorgebracht
en was daarop naar Milaan gereisd.
Het viel op dat hij in de laatste dagen
groote verteringen maakte, bij zijn arre
statie had hij nochtans geen geld op zak.
De politie heeft verscheidene verdachte
medeplichtigen gearresteerd.
Reeds 20 Juni had de politie te Weenen
haar verwittigd dat op 't leven van Koning
Humbert geloerd werd.
Volgens telegram uit Paterson in New.
Yersey (N. Am.) heeft daar een Angelo
Bressi, 32 jaar oud, tot den 7 Mei ge
werkt in de zijdeweverij van Hamil en
Booth. Kort daarna moet hij naar Italië
vertrokken zijn.
In verband met de geruchten van een
samenzwering wordt het feit gebracht dat
zekere Sperudio, na te Paterson een Itali
aan vermoord te hebben, zelfmoord heeft
gepleegd en een briefje achterliet waarop
hij geschreven had door het lot te zijn
aangewezen om koning Humbert te doo
den, maar dat hij een plaatsvervanger had
moeten kiezen, en toen maar een verdruk
ker der werklieden uit den weg geruimd had.
De jonge koning Victor Emanuel III is
in Italië teruggekeerd.
Hij is tenger en zwak, antimilitair en
stijf; doch heeft, zegt men, de terugge
trokkenheid en hooghartige stilzwijgend
heid die vroeger zijn omgeving drukte,
van zich afgeschud.
Wijlen koning Humbert is zijn leven
lang een uitnemend beheerder van zijn geld
en goed geweest. Zijn vader liet hem 30
miljoen schuld na en buitendien allerlei
verderfelijke gewoonten van verkwisting
aan het hof. De zoon maakte daar een
eind aan en had binnen zes jaar alle
schulden van Victor Emanuel afbetaald,
en wist het zoo aan te leggen dat zijn
domeinen weldra groote winsten oplever
den. Hij was spaarzaam, maar mild. Bij
't huwelijk zijns zoons weigerde hij de be
rooide schatkiet te belasten met een toe
lage aan de jonggehuwden, hij zou daar
zelf voor zorgen.
Toen in 1866 de oorlog tusschen Prui
sen en Oostenrijk uitbrak, sloot Italië zich
bij Pruisen aanen rukte luitenant generaal
Humbert uit het zuiden tegen de Oosten
rijkers op.
Binnen enkele dagen was de oorlog be
slist, de Oostenrijkers, bij Sadowa door de
Pruisen verpletterd, waren in Italië geluk
kiger en versloegen het leger van Victor
Emmanuel bij Custozza. Prins Humbert
streed dapper aan het hoofd eener divisie
van het leger van Gialdini. Overvallen door
de overmacht, liet hij zijn troepen in twee
carré's formeeren en sloeg de charges der
Uhlanen af, waarna hij den terugtocht van
generaal Durando dekte en daardoor het
Italiaansche leger in staat stelde tot een
eervollen aftocht.
Ook als staatsman leed hij menige ne
derlaag die hij echter moedig te boven
kwam.
Zijn buitenlandsche staatkunde, the strug
gle for highlife, de strijd om een staat
boven zijn stand op te houden, werd in
de bloedige nederlagen bij Massowali en
Sagoroti door de Abyssiniërs gestraft.
Op binnenlandseh gebied slaagde hij er
niet in de partijen met elkander te ver
zoenen, of de armoede der mindere klasse
te temperen.
ENGELAND en TRANSVAAL.
Het gerucht heeft zich bevestigd dat
986 Vrijstaters, onder bevel van Prinsloo
en behoorende tot het commando van De
Wet, zich bij Bethlehem na een insluiting
en bestorming van twee dagen onvoorwaar
delijk aan de Engelschen onder Hunter
hebben overgegeven.
Hier tegenover staat dat De Wet nog
niet gopakt schijnt; dat Baden Powell door
Delarey binnen Rustenburg wordt vastge
houden; dat Bullers poging om Botha te
omsingelen mislukt is; en dat Roberts
De Engelsche pers had, op zijn Kop-
pestoksch, als ware het een i-April-grap, ge
sproken van: 50001