NIEÜWSBLAD
VOOR ZEELAND
JGSÜAG
No. 126. 1900.
Zaterdag 28 juli
14e jaargang.
I
GHRISTELIJK-
HISTORISCH
lbiirg.
KIKZEE,
■- a,. s.
rtihaagsche
ekbank
EEUW
SPRUIT,
rotterdam.
cerdam!
l-6cl)flöü.
VERSCHIJNT
Wed. S. J. DE JONGE-VERWEST, te Goes
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
Wel te onderscheiden.
FEUILLETON.
Het kasteel Westhove op
Walcheren.
Engeland en Transvaal.
?eft dien dag aan
van een programma,
an uit Walcheren
iaf de Steigers in
reland.
COMMISSIE.
ter leen onder
?air verband
NDBRIEVEN uit.
)men te Middel-
ISAAC SNOEP,
n te G o e s bij de
i Co.
PENNING.
?enre van
van Kloppers en
I a r i t s van
ijnt in Augustus
[EN
,n bet begin
roordigen oorlog,
t e 1 d
den
svaal-schrijver
4NING.
pgedragen aan
>uis Botha.
geteekend door
teelink.
5. ingenaaid.
gebonden.
Boekhandel is de
esteld.
ustreerd prospec-
Voorhoeve Jz.
es.
HENST
Ird Zondags, van
Idelburg 8,45 f van
|lburg 9,15 uur.
Rotterdam.
lorg. 'smidd.
'ikzeesche
;scbappy
an Rotterdam.
nd. 26
ld. 27
br. 28
•29
In. 31
31
s morg.
12,—
12,—
12,—
12,—
12,-
12,—
lid.
3,15 6,201)
3,50 6,50
1,55a) 4,45
2,15a) 5,05
3,30 6,20b)/')
3,50 6,40O
par Breskens en
ar Borsselen en
elkkn MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
Prijs per drie maanden franco p. p0,95.
Enkele nummers0,026.
UITGAVE DER FIRMA
en van
van 15 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent
Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
De jongste werkstakingen hebben de
quaestie der werkstaking in 't algemeen
weer naar voren geschoven. Het is noo-
dig de aandacht op haar gevestigd te
houdentrouwens deze quaestie zal ons in
de eerste jaren wel gestadig blijven aan
kijken. Het zal derhalve goed zijn haar
onder de oogen te blijven zien.
Over werkstakingen zijn allen 't nu vrij
wel eens, dat zij geoorloofd, ja somwijlen
plichtmatig zijn, dat persoonlijke werksta
king nimmer mag worden belet; en dat
gemeenschappelijke, mits vrijwillige, werk
staking middel kan zijn, en, mits in 't
alleruiterste geval toegepast, middel moet
zijn tot gewensehte, door de omstandighe
den gevorderde lotsverbetering.
Het recht tot staking blijft derhalve
ongerept.
Maar nu treden bij werkstakingen drie
groepen van werklieden op. Stakers. Niet-
stakers. Vervangers. De beide laatstge
noemde groepen door de eerste onder den
scheldnaam „onderkruipers" aangeduid.
Een naam, die op 't oogenblik nog een
twijfelachtigen bijsmaak heeft, doch na
■verloop van tijd wel burgerrecht verkrij
gen en zijn kwaden klank verliezen zal.
Zoo ongeveer als het woord „geus".
Nu zijn er nog enkele menschen die
alle werkstaking nit den booze achten, en
voor dezulken is de daad der niet-sta-
kers en vervangers altijd alleszins prijzens-
en aanbevelingswaardig.
Maar dezulken zijn weinig; hun getal
zal gaandeweg slinken, wanneer hun de
oogen maar zijn opengegaan voor misstan
den en ongerechtigheden die sommige
vakken en bedrijven aan de zijde der pa
troons of hunne intendanten ontsieren.
Indien echter dezulken aan het werk
big ven, dewijl zij voor zich van deze mis
standen niet overtuigd en tevreden zijn
met hunne lotshedeeling, hebben zij recht
op bescherming. Wat te Rotterdam ge
schied is, waar niet-stakers door stakers
worden verwond of afgeranseld, is eene
rechtskrenking, die ernstig dient gestraft.
Indien zij echter om meer te verdienen
in de plaats der stakers treden, verdient
dit gedrag als huichelachtig en vuilgewin-
zoekend gebrandmerkt. Hun dient, mits
op wettige wijze, dergelijk optreden belet
te worden; doch nooit in den zin als de
stakers te Rotterdam 't opvatten, door
dreiging met moord en lijfstraffen, alleen
8)
Vervolg
Een jeugdige Walchersche boerendeern,
spraakzaam doch tevens bescheiden, leidde
mij in de inrichting rond.
Allereerst bracht ze mij in de beide
slaapzalen, wier openstaande deuren tot
een bezoek uitlokken. Het waren twee
flinke, ruime vertrekken, heel gezellig in
gericht. Op ieder dezer luchtige zaaltjes
stonden een tiental ijzeren ledikantjes heel
vertrouwelijk naast elkander in twee rijen
naar ik meen, alle voorzion van helder
beddegoed. Bij ieder ledikant behoorde
een waschtafeltje met kom en waterkan,
alles keurig in orde.
Mocht een der kleinen des nachts hulp
behoeven, welnu, de helpsters, die ook hier
slaapplaatsen hebben, zijn dadelijlc
bij de hand en gereed de noodige hulp te
verleenen.
Naast deze slaapvertrekkon, zag ik oen
ziekenzaaltje, in den vollen zin des woords
IkleBaa maar rein.
Gelukkig bohoeft dit vertrek met zijne
itwee ledikantjes en andere benoodigdheden
niet vaak gebruikt te worden.
Zelden wordt een der kinderen onge
steld. Den vorigen dag ja, had er een ge-
door overreding en door zedelijke mid
delen.
In 't laatste geval kan er sprake zijn
van onderkruiping.
Even streng als wij dit veroordeelen,
even beslist moeten wij opkomen voor het
recht van hen die in speciale gevallen met
eene staking niet medegaan.
Wie niet van de rechtmatigheid der sta
king overtuigd is, bezondigt zich wanneer
hij toch met de stakers mede doet, door
te wandelen in hun raad, te staan op hun
weg of te zitten in hun gestoelte.
Verzet tegen de staking is dan plicht
matig, en dat geschiedt dan natuurlijk door
hulp te bieden aan don patroons.
Toch zij men hierin voorzichtig. Is de
patroon een uitbuiter, een egoïst, die zich
om de zedelijke belangen van den arbeider
niet bekommert, zoodat sommige der grie
ven van de stakende medewerklieden met
terdaad gegrond zijn, dan zou steun bieden
aan den patroon gelijk staan met hem gelijk
te geven' in zake diens gedrag.
Maar ook, wanneer de patroon, of de
gezamenlijke patroons, in zake loon en
arbeidsduur, Zondagsrust en nachtrust zoo
veel hebben toegegeven als maar immer
mogelijk was en dit geval achtten wij
te Rotterdam aanwezigdan zien wij
geen enkele reden om het ruw geweld dat
nog moer verlangt, te steunen, gelijk door
christenwerklieden te Rottordam is ge
schied. En dan zien wij nog minder in,
dat de onrechtmatig opengelaten plaatsen
niet zouden mogen en moeten en behooren
te worden aangevuld.
In den strijd voor liet recht moet men
desnoods zich den naam oproermaker, maar
ook te anderer zijde dien van onderkruiper
getroosten.
Het is hier echter mee, wat helaas al
op zoo menige plaats gebleken is: de arbeid
is gedesorganiseerder is geen band meer
tusschen patroon en werklieden; geen ver
band tusschen de werklieden onderling;
er zijn geen mannen genoeg om de vak
organisatie ter hand te nemener zijn geen
lichamen die niet alleen verzoenend maar
ook met bindende voorschriften kunnen
optreden.
De Fransche Revolutje heeft zoovele goede
organisaties vernietigd en er niets voor in
de plaats gegeven. En nu is 't een »ieder
voor zich en God voor ons allen"; een
hard tegen hard, een ontwringen wat niet
te verkrijgen is.
Hieraan diende een einde te komen.
val van ongesteldheid zich voorgedaan, doch
schrik niet, lezer, de dokter constateerde
slechts eene lichte aandoening van koorts.
De kleine patiënt kon tot aller genoe
gen reeds den volgenden dag uit het hos
pitaal ontslagen worden en speelde 's mid
dags dapper met de anderen mee.
Dit alleenstaand geval wordt slechts ter
loops vermeld, om aantetoonen, met wat
uiterste zorg de kinderen te Westhove
worden verpleegd.
Men gaat in de vacantiekolonie van den
beproefden stelregel uit, dat het vrij ge
makkelijker is ziekten te helpen voorkomen
dan die te genezen.
Van daar die zorg voor licht en lucht,
voor reinheid en frischheid, welke den be
zoeker in alle vertrekken opvalt en waarin
in ieder opzicht de kleine kolonisten deelen.
Na in de eetzaal een luchtig, ruim
vertrek, met vroolijk uitzicht op voorplein
en tuin mijn naam bij die van ander§
bezoekers gevoegd te hebben in een daar
voor bestemd register nam ik een vluch
tig kijkje in de buitengebouwen, welke door
de kolonie in gebruik genomen worden.
Vooreerst dan het zoogenaamde wasch-
huis, waar een gedeelte van de wasch hing
te drogen.
Zonder nog een kenner te wezen, kon
men met een enkelen oogopslag wel zien,
dat het dienstpersoneel, met dit deel der
taak belast en daarvoor verantwoordelijk,
er eene eer in stelde, de bekende Zeeuw-
schez indelijkheid, welke zelfs vreem
delingen opvalt, ook op de wasch in toe-
Zou de Wet nog een convooi genomen
hebben Hij schijnt er ons niet te goed
voor. En Roberts seint uit Van der Mer-
westation dat in den door de Boeren bij
Roodeval genomen trein met proviand zich
twee officieren en tweehondeid Rifles be
vonden die gevangen genomen werden Men
weet dat het eenige ons bekende wapenfeit,
waarbij van een convooi sprake is, gewaagt
van honderd Hooglanders-
Blijkbaar moet derhalve nog een convooi
door hem genomen zijn. Dat hij durft,
daaraan bestaat geen twijfel.
Jammer dat de gemeenschapslijn Bloem
fonteinPretoria reeds weer hersteld is.
Doch van den anderen kant is 't jam
mer dat De Wet weer ontsnapt is, zij
't ook al met verlies van vijf wagens met
proviandzoo kort is Broadwood hem op
de hielen geweest. Men vermoedt dat hij
op weg is naar de Vaal, doch indien dit
werkelijk zijn plan is, is het moeilijk na
te gaan, wat hij nu weder in zijn schild
voert. Het heet, dat verkenners van De
Wet aan een boer den weg gevraagd heb
ben naar Kerr's Store, aan de samenvloei
ing van Rhenoster en Vaal. Dit is de
eenige inlichting, die do Engelsche be
velhebbers hebben. Het ligt voor de hand
te veronderstellen, dat een man als De Wet,
die in den Vrijstaat don weg blindelings
weet te vinden, niet noodig heeft zich tot
een of anderen boer te wenden om den
weg te vragen, tenzij hij zulke doet om
zijn vervolgers op een dwaalspoor te bren
gen.
Hoe uitstekend De Wet ingelicht is,
blijkt uit zijn laatste optreden, want de
trein, waarop hij zijn welgeslaagden aanval
deed, vervoerde 100.000 pond sterling aan
geld, dat naar Pretoria werd gezonden.
Ongelukkig genoeg werd de waggon aan
het station van Honingspruit uit den trein
gezet, omdat de assen warm waren geloo-
pen. Deze buit ontging hem dus.
Het volgende, aan de Telegraaf ontleende
overzicht van zijn optreden, sedert Roberts'
inval in Transvaal is overigens een wel
sprekend bewijs voor De Wet's groote be
drijvigheid.
31 Mei. Het nemen van 26 wagens
en 400 man Yeomanry bij Lindley.
4 Juni. Het nemen van 50 wagens
160 Hooglanders, bij Heilbron.
7 Juni. Het verbreken der verbin
dingen van Lord Roberts. De spoorweg
passing te brengen. Dezelfde zorg voor
netheid en reinheid strekt zich ook en wel
in de de eerste plaats uit tot de kinderen.
Zoodra zij in de inrichting worden op
genomen, verwisselen zij van kleeding.
De medegebrachte kleêren worden dade
lijk bij aankomst behoorlijk opgeborgen tot
het tijdstip van vertrek en wel in opzet
telijk daarvoor vervaardigde, genummerde
bergplaatsen in de zoogenaamde badkamer.
Elk der knapen en meisjes trekt het
nieuwe costuum eerst aan, als zij, ieder
afzonderlijk, onder toezicht der helpsters
een verfrisschend bad hebben genomen in
de daarvoor bestemde kuipen, welke in
voldoend aantal aldaar aanwezig zijn. Iedere
week wordt dit bad herhaald.
Tegenover waschhuis en badvertrek be
vindt zich de speelkamer, ruim genoeg voor
het jonge volkje otn zich binnenshuis te
amuseeren.
Aan den zolder hangen eenige hoogst
eenvoudige toestellen, waar de kleine gas
ten, hoegenaamd zonder eonig gevaar, hunne
lichaamskrachten kunnen oefenen. Eenige
platen en portretten, waaronder ook dat van
H. M. de Koningin, die eenmaal de kolo
nie met een bezoek vereerde, versieren
den wand.
En hoe brengen nu de kleinen den dag
door
Deze vraag heb ik verwacht, want ze
ligt voor de hand.
Door de welwillendheid mijner cicerone,
die mij op alle desbetreffende vragen de
gewensehte inlichting gaf ik vertrouw
wordt over een lengte van 20 mijl ver
woest. Het nemen van het 4e bataillon
Derbyshire's aan de Rhenoster on van 160
man, behoorende tot het spoorweg-corps
bij Roodeval.
27 Juni. Nieuwe aanval van De Wet
op de verbindingslijn.
7 Juli. De Wet trekt terug naar
Fouriesberg.
8-16 Juli. De Wet, achtervolgd door
Hunter en Rundie.
17 Juli. De Wet met 1500 man en 5
kanonnen breekt door het cordon en trekt
naar Lindley. Paget en Broadwood ver
volgen hem.
19 Juli. Gevecht bij Lindley.
20 Juli. De Wet verdwijnt in den nacht
en noemt 100 Hooglanders en een trein
bij Honingspruit.
Jnli. De Wet noemt 200 Welsh
Rifles bij Roodeval
Voor Roberts geen eervolle wapenfeiten.
En als om nu de aandacht af te leiden van
de voorvallen in den Vrijstaat, wordt de
wereld sinds gisteren overstroomd met te
legrammen van Roberts over den algemee-
nen opmarsch naar het Oosten.
De Boeren zijn natuurlijk weer ijlings
„weggevlucht" met verliezen, niets dan
vernielde bruggen en sporen achterlatende.
Doch met dit al komt men al nader aan
de laatste wanhopige worsteling, als straks
Roberts zich verleiden laat de onherberg-
zamen dalen en de aan eene zijde onbe
klimbare rotsen van het Lijdenburgsche
distriet te betreden, waarheen Botha bezig
is terug te trekken.
Men schat 't leger van Botha op 15000
man, waarvan een 4000 onder zijn bevel
voor het front van Hamilton's divisie staan,
die thans Bronkhosterspruit, aan den Dela-
goa-spoorweg bereikt heeft. Ben Viljoen
staat ten Zuid-Oosten tegenover Clery, die,
na zijn tocht naar het Noorden, weder op
den spoorweg, thans bij de Vaal, terugge
vallen is. De la Rey ligt met een groote
macht ten Noorden, en is door middel van
een commando onder Grobler in voortdu
rend contact met Botha. Een ander com
mando staat ten Westen der stad.
Nog 800 Vrijstaters uit de districten
Ladybrand, Thaba, 'Nchu en Wepenor zijn
bij Aasvogelkop in lager en weigeren zich
over te geven.
Zij hebben aan niets gebrek dan aan
schoenen.
Zij zijn dagelijks eendrachtig werkzaam,
wat van de Engelsche generaals niet kan
niet onbescheiden te zijn geweest, daar ik
eenvoudig vroeg, wat iedereen kan weten
ben ik in staat, den lezer daarvan iets
nader in te lichten.
Zooals begrijpelijk is, heerscht bij alles
de stiptste orde, zonder welke het leven
ook in de gezondheidskolonie eerder een
last dan een lust zon zijn. Doch die zin
voor orde en regelmaat is geen knellende
band; o neen, haast zou ik zeggen, het
onzichtbaar koord, dat de harten samen
snoert tot onderlinge hulpvaardigheid en
dienstbetoon.
Zooveel mogelijk let men daarbij op
aanleg en humeur, schikt zich zelfs, voor
zoover doenlijk, naar de verschillende be
hoeften der kleinen, zonder ze te vertroe
telen en te verwennen en daardoor hun
karakter eene verkeerde plooi te geven.
En ze varen er wel bij de kleine kolo
nisten.
's Morgens half acht komen zij uit de
veeren, vermoedelijk wel uit de kapok, en
worden een half uur later in de eetzaal
verzameld, waar een flink, voedzaam ont
bijt hun wacht. Koffie en thee wordt niet
gebruikt, de gewone drank is melk zonder
eenige bijvoeging. De directrice zit aan
de tafel voor. Gedurende den maaltijd
leest of verhaalt zij uit den Bijbel en zin
gen de kinderen een stichtelijk lied.
Den volgenden morgen wordt bij die
zelfde gelegenheid wel eens onderzocht,
wat zij van het eenvoudig bijbelsch ver
haal of de vertelling hebben onthouden.
Na afloop van het maal gaan de kleine
gozegd worden. Bulier toont zich tamelijk
bullig, gevolg nog van de Spionkoprap
porten, en voelt zich vrij veilig, daar do
regeering hem toch niet durft terugroepen.
Kitchener is boos op Roberts, om diens
scherpe berisping van het noodeloos opof
feren van 1800 man bij Paardenberg en
het dwarboomen van zijn plannen om in
den Vrijstaat de eerste viool te spelen.
Dat dit den goeden loop van Roberts
succes vertraagt is te begrijpen.
De oorlog is nog lang niet ten einde.
De Engelsche oorlogsbegrooting wijst
een cijfer aan van 73 miljoen pond sterling.
Wat het verzenden der troepen gekost
heeft, ieide men af uit de volgende cijfers:
Van 1 Juli '99 tot 31 Maart 1900 werden
uit Engeland naar Zuid-Afrika getranspor-
6663 officieren, 170185 manschappen en
30101 paarden. Uit Spanje en Zuid-Ame-
rika werden 31503 muildieren aangevoerd.
Uit Indië kwamen 417 officieren, 10392
man troepen, 2882 trein-soldaten, 7344 paar
den en 1156 muildieren. De overige kolo
niën zonden 486 officieren, 8630 man
schappen, 7732 paarden en 19 muildieren.
Bovendien werden nog uit Argentinië en
Australië 13896 paarden verscheept.
En dan kwamen nog terug uit Zuid-
Afrika als invaliden 1031 officieren en
22614 manschappen.
De »officiëele" verliezen bedragen nu 1577
officieren en 32774 manschappen, waaronder
733 officieren 18649 man die door andere
oorzaken dan door verwondingen in den
strijd bekomen, stierven of als invalide
huiswaarts keerden.
Niet de Mail, maar een vriend van het
Handelsblad bezorgde uit Transvaal eenige
belangrijke berichten omtrent de in de
vorige maand gedane krijgsverrichtingen.
In twee gevechten verloren de Engelschen
2500 man aan dooden en gevangenen.
Nog wordt dato 15 Juni het volgende
gemeld
Er zijn betrouwbare berichten ontvangen
omtrent de burgers die de wapens vrijwil
lig hebben neergelegd en thuis gebleven
zijn tot dien effecte dat zij namelijk, in
dien het mogelijk ware, op de knieën zou
den willen kruipen om weder op comman
do te komen, anderen zouden zelfmoord
willen plegen, inoien dit hun lot kon ver
zachten.
»Om een denkbeeld te kunnen vormen
aan welke smaadheden onze achtergebleven
of teruggekeerde broeders onderworpen
werden, kan gemeld worden het feit o. a.
gasten naar de speelkamer, waar zij be
halve met hun spel, afwisselend worden
bezig gehouden met schrijf- en teeken
oefeningen, en waar in waarheid geldt,
dat hun leeren spelen is.
's Middags gaan zij af en toe eene wan
deling maken door de bosschon of naar
het strand, wel een pret voor het jonge
volkje, dat onder behoorlijk toezicht zich
op allerlei wijzen in het zand vermaakt.
Op gezette uren komen do maaltijden, be
staande nit eenvoudig, doch degelijk voed
sel, juist berekend voor de misschien niet
al te hongerige magen.
Natuurlijk wordt een en ander, niet het
minst de wandelingen naar de inzichten
van de directrice geregeld in verband met
eventuëele omstandigheden als b. v. weers
gesteldheid en temperatuur. Moe van het
spel en de wandeling beide gezonde
lichaamsbewegingen begeven zij zich
's avonds tijdig ter ruste.
's Zondags bezoeken de kleinen gezamen
lijk de kerk, nu eens te Oostkapelle dan
weer te Domburg, al naar het uitkomt.
Eenmaal in de maand als ik mij
goed herinner den eersten Dinsdag mogen
de ouders der hier verblijvende knapen en
meisjes hunne kinderen bezoeken en in
den namiddag vrij met hen in de bosschen
rondwandelen.
Dat bij zulk eene gelegenheid de moeder
veel te vragen heeft en de kinderen veel
te vertellen hebben, of ook wel omgekeerd,
behoeft waarlijk geen betoog.
Slot volgt