Engeland en Transvaal.
Bekendmaking.
Kerknieuws.
Gemengde Berichten.
De Engelschen zijn aan de Vaal. Som
migen zelfs reeds er over. Twee driften
over de Vaalde Schoemansdrift bij Reitz-
burg (Vredefort) en de Groblersdrift bij
Hoopstad, hebben zij bezet.
Wij hebben altijd voorspeld, als de En
gelschen aan de Vaal kwamen, dat 't dan
spannen zou. Wij verwachten nog altijd
dat de Boeren daar ernstig zullen stand
houden tegen de vijftiendubbele overmacht.
Hun terugtrekking geschiedt niet uit
lafheid ,of moedeloosheid, maar uit bere
kening: alle groote slagen, dito neder
lagen en verliezen vermijden en den
oprukkenden vijand in zijn achterhoede
bemoeielijken. Zoo iets van Dan, don zoon
van Jacob, die een slang zou zijn aan den
weg, bijtende des paards verze, dat de
ruiter achterover viel.
Zoo hebben zij ook terstond Heilbron
opnieuw bezet, zoodra de Engelschen waren
opgerukt; en volgden dezen terstond tot
Wolvehoek. Hun tegenwoordigheid daar,
ten oosten van de spoorlijn kan Roberts'
opmarsch en toevoer nog wel eens bemoei
lijken.
Deze wederbezetting kan echter ook een
andere reden hebben.
Van Engelschen kant was reeds opge
merkt dat Roberts gemakkelijk een sterke
cavalcrieafdeeling noordoostwaarts over de
Vaal kon zenden, in de richting van Stan-
derton, om den spoorweg tusschen Volks-
rust en Pretoria te bezetten om zóó de Boeren
bij Volksrust tot terugtrekken te dwingen.
Zouden de Boeren dat ook willen be
letten?
Op 't oogenblik staan 10000 Boeren bij
Langsnek, en 15000 aan de Vaal, ongere
kend de verspreide commando's in het
zuidwesten van Transvaal en in het noord
oosten van Vrijstaat.
Hier komt bij dat, naar generaal Du Toit
meldt, de Burgers in grooton getale naar
het front komen en voornemens zijn tot
het einde te vechten.
Bij Ficksburg concentreeren zich steeds
nieuwe afdeelingen der Boeren. President
Steyn is te Bethlehem en heeft in een
vurige toespraak de Vrijstaters aangemoe
digd om hun plicht te doen en stand te
houden om hun onafhankelijkheid tot den
laatsten ademtocht te verdedigen.
De Boerenlagers zijn gezien op twaalf
mijlen ten Noordoosten van Trommel, dat
door generaal Rundie is bezet, terwijl zij
een halve cirkelvormige stelling bezet hou
den tusschen Majooba en Pongwana, om
Bullers opmarsch te bezwaren.
UIT DE MAIL.
Over de ontploffing in Begbie's geschut
gieterij te Johannesburg geeft »De Volks
stem" de volgende bijzonderheden:
Ik bevond mij tegen 5,30 nm. op omtrent
twee minuten afstands van de Begbie-
fabriek. De bezigheidsplekken, vooral
in het armere gedeelte van Johannesburg
waar de fabriek gevestigd is namelijk
tusschen de Goudstad en Jeppestown
waren gesloten. De straten waren doodsch
en verlaten. De definitieve rust van den
voorbijgeganen dag was reeds ingetre
den. In gedachten voortgaande, werd
ik plotseling geëlectriseerd door een on
beschrijfelijke gewaarwording, veroor
zaakt door een niet in woorden te brengen
oorverdoovend geraas, dat als een ge
weldige schok mijn gehoors-organen ver
bijsterde en mij ter aarde nagelde. Ver
steend van ontzetting zag ik terzelfder
tijd in schuinsche richting vlak voor mij
een ontzaglijke massieve vuurmassa, waar
boven een berg van compacte rook, een
wolkkolos stand hield, en waar stukken
gegalvaniseerd ijzer, verkoolde balken
en andere hoekige voorwerpen zich scherp
tegen de intens zilver-grijze monumen-
teele gevaarte afteekenden. Ik schat de
hoogte en breedte van dit singuliere
verschijnsel op minstens vierhonderd
voeten; het duurde verscheidene minu
ten alvorens de rook zich in den damp
kring begon op te lossen.
De linkerzijde van de straat vertoonde
slechts licht, vlammen, vuur en rook;
van gebouwen geen spoor meer. Alles
was tegen den grond gelegd en ver
toonde de sporen eener ontzaglijke en
oogenblikkelijke verwoesting. Als in oen
reusachtigen ketel speelde het element
vrij spel; kolossale vlammen bedekten
de plek, meest laag langs den bodem
als een beweeglijke vuurzee. De tegen
over gelegen gebouwen, waaronder het
hoofdgebouw van de firma Begbie, waar
de machinerieën, de stoom-fornuizen en
de werkplaatsen zijn gelegen, baadden
in een phantastischen lichtgloed, in sid
derende tinten van donker-rood, helgeel
en bruin gehuld. Er waren nog weinig
menschen ter plaatse, doch reeds kwamen
gewonden en met bloed bedekte, onher
kenbaar geworden slachtoffers, met hun
verbrijzelde ledematen, inderhaast in
zakdoeken gewikkeld, enkoletC-nog met
hun werktuigen in de hand) uit de puin-
hoopen te voorschijn. Een van de meest
treffende figuren was de silhouet van een
Roomsch-Katholiek priester, die zich
geworpen had op de nog door het vuur
geteisterde debris, ten einde de daar
onder bedolven slachtoffers te redden.
Luit. Raoul Vidal, een der Fransche
attachés, riep radeloos heen en weer, in
groot-uniform en met witte handschoenen,
nog pas van een bezoek aan de Begbie
fabriek gekomen, waaraan ook de Fran
sche consul te Johannesburg en enkele
dames hadden deelgenomen. Te ver
geefs spoorde luit. Vidal de ontzette
omstanders, die door het onophoude
lijk springen der bommen en granaten
achteruit weken aan zich in de bouw
vallen te begeven, vanwaar een onop
houdelijk geraas uitging. De meeste
toeschouwers intussclien, die niet in over
haaste vlucht veiligheid hadden gezocht
van dit tooneel van jammer en verwar
ring, stonden willoos en door het vuur
gehypnotiseerd zwijgend met open mond
naar den brand te staren.
Aan een onderhoud met den heer Dum-
mont die in de fabriek werkte, is het vol
gende ontleend:
»Ik was juist bezig met een gat te
boren in een stuk koper, toen ik opeens
ongeveer een yard boven den grond door
de lucht geslingerd werd en tegelijker
tijd een oorverdoovenden knal hoorde.
Gedurende de eerste oogenblikken lag
ik bedwelmd op den grond, doch weldra
herkreeg ik mijn bewustzijn en hoorde
alle mogelijke stukken ijzer, hout, ge
reedschappen, enz. door de lucht fluiten.
Naast mij hoorde ik boven al het geraas
en het knallen der projectielen uit het
hulpgeroep en kermen der gewonden.
Toen sprong ik op en baande mij een
weg door de puinhoopen om naar buiten
te komen.
Hier heerschte een verwarring en pa
niek die zich niet beschrijven laat en
den vreeselijken indruk zal ik nooit ver
geten. Onherkenbaar verminkte arbei
ders, gillende, halfkrankzinnige vrouwen
en kinderen, een als gekken door elkaar
hollende menigte, en boven al dat geraas
uit de doffe knallen van de barstende
bommen, dat alles maakte mij zoo van
streek, dat ik mij zoo spoedig mogelijk
van de plaats des onheils wegspoedde
naar mijn kamer, om daar eenigszins van
den schrik te bekomen. Mijn kamer is
nabij het gebouw gelegen, doch alles was
vernield. De ruiten waren stuk, mijn
waschstel lag gebroken op den grond,
zoodat mij niets anders overbleef als om
in mijn werkpak naar Pretoria te gaan,
waar ik mijn vrouw wilde gerust stellen.
Dat het den oorlogscorrespondenten niet
zoo moer bevalt als vroeger geeft zekere
heer Ralph, correspondent van de „Daily
Mail" u te lez'en.
Hij schrijft onder meer
„Met geradbraakte ledematen, met een
storing der werkzaamheden van de orga
nen, niet in staat om voedsel te verteren,
op wortelen knabbelend en elk oogenblik
onpasselijk, beschouw ik dezen oorlog als
iets, dat mij zeor slecht beloont voor den
vriendelijken en jubelendan toon, waarop
ik over hem geschreven heb beu ben ik
ervan.
De lange maanden van dieet en ontbe
ringen onder generaal Methuen, dedon mij
oen maag verliezen, die oen struisvogel mij
benijd zou hebben, en ik kreeg er oen
tweedo-handsch versleten apparaat voor in
de plaats, dat allo voedsel, behalve verdunde
melk, weigert.
Een stuk van een bom, dat mij tegen
de borst trof, maakte mij dagen lang ziek
en zwak en vervolgens maakte een nieuwe
methode om een kar over een schans te
brengen, waarbij'de kar omduikelde, dat
ik gedurende vijf weken maar één been
tot mijn dispositie had en na dien tijd
kwam ik tot de ontdekking, dat ik nog een
inferieur, niet meetellend, tweede been had,
waarin ik zelf echter maar matig vertrou
wen stel. Na hersteld te zijn reed ik uit,
en mijn paard had de aardigheid mij te
brengen tusschen gepunt ijzerdraad, dat
mij beide armen openreet, waardoor er een
zoo dik werd als een omelette, terwijl de
andere groote overeenkomst vertoonde met
een Zuid-Afrikaansehen zonsopgang. Bo
vendien liep ik nog een inwendige kneu
zing op, die ik moet houden als een eeu
wige herinnering van wat wij allen begin
nen te noemen den „lastigen oorlog."
Verbeeld u den gemoedstoestand van een
man, die wel geschapen is en nu ziet, dat
hij langzamerhand vervormd wordt in een
exemplaar, dat geschikt is om in een ge
neeskundig museum te worden tentoonge
steld, en gij zult gaan begrijpen met welke
oogen ik nu dezen oorlog begin te bekijken.
Wij allen voelen dat wij het beste en
mooiste ervan gezien hebben. Er kunnen
geen nieuwe tooneelen van insluitingen zijn
bij hetgeen nog kan komen. De Boer zal
zich verbergen, het veld zal verdwijnen,
de dappere Engelschman zal ontberen, nie
mand weet hoe lang en hoever 't zal gaan.
Er kan nog een groote slag zijn, misschien
ook niet. En dan zullen wij zes maanden
of een jaar misschien, een verwoede gue
rilla zien van kleine troepjes in het veld
en dit tooneel, dat langgerekt kan wor
den, zal vergezeld gaan van al de moei
lijkheden, die een kampement meebrengt
in een woestijn, die eerst ons voorkwam
als een naakte, stoffige Sahara, en die nu
een vochtige, drassige uitgestrektheid is,
die kouder en kouder wordt, totdat over
weken de wachten bevroren op hunne pos
ten zullen worden gevonden.
Wat een vooruitzicht Wat een vooruit
zicht voor beschrijvingen, door iemand die
alles heeft gezien en verduurd behalve
de koude.
Er zijn andere onaangenaamheden te
zien hoe je beste vriend dood wordt bin
nengebracht. te zien hoe de andere corres
pondenten ziek worden en naar huis gaan,
of naar de hospitalen. En dan een paar
dagen zonder voodsel te moeten gaan sla
pen in een modderpoel, met een regenbui
boven je. Dat alles werkt op iemands ze
nuwen en ondermijnt hem, totdat hij af-
keerig wordt van den nieuwen dag, van
den dagelij kschen strijd met den censor
over het laatste gevecht.
Dat alles is ongezond, abnormaul. Met
onze ondervinding van de laatste zeven
maanden kan niets normaal blijven, uitge
zonderd een mummie of een bok. Wij
allen zijn ziek. Sommigen zijn ziek door
ziekte, anderen door den oorlog, of door
beide".
Men begint er dus genoeg van te krijgen!
De berichten, dat het grootste ge
deelte van de troepen onder Lucas Meyer
teruggetrokken is en dat zij zich eerst te
Heidelburg eenige rust hebben gegund,
zijn waar, zegt de correspondent. De man
nen, die Lang's Nek bezetten, waren van
het Wakkerstroora-kommando. Deze kwa
men uit den Oranje-Vrijstaat, waar zij ge
vochten hadden en waren op weg naar
huis, toen zij Lucas Meyer in vollen af
tocht tegenkwamen. In plaats van diens
voorbeeld te volgen, zeidon zij: »Daar is
Lang's Neklaat ons hem bezetten en den
Engelschman terugdrijven." Toen gene
raal Bulier zijn opmarsch naar het Noorden
begon, wist men niet beter of de Nek was
vrij Kolonel Bethune, die vernam, dat er
te Vrijheid ook al geen Boeren meer waren,
besloot, daar deze weg korter was dan die
over Dundee, over de eerste plaats te gaan.
Een eskadron van het 3de regiment dra
gonders ging voorop en daar men voor het
vallen van den avond te Vrijheid wilde
zijn, werd in galop gereden, waardoor de
voorhoede zich van de anderen verwijderde;
zoo viel men in een hinderlaag.
Plotseling opende een sterke troep Boeren
met Maxims het vuur. Ziende, dat er geen
kans was, om ongehinderd terug te komen,
stormden de Engelschen tot op twintig
yards van de Boeren. Vijf officieren en
63 man werden gedood of gewond.
Kolonel Bethune trok met de overige
troepen terug, die bestonden uit vijf eska
drons met vier kanonnen.
Goes. Belanghebbenden worden herinnerd
aan de inschrijving voor de SCHUTTERIJ,
zullende de registers den 31 Mei a. s. gesloten
worden.
28 Mei 1900.
Bij kon. besluit is met ingang van 10
Juni aan den bureelambtonaar der poste
rijen en telegrafie W. A. Laurenso te
Middelburg, op zijn verzoek eervol ontslag
uit 's lands dienst verleend.
Wij ontvingen de agenda voor de
20sto Algemcene Vergadoring van het zoo
bekende, zegenrijk werkzame tractaatge-
nootschap „Filippus", te houden 7 Juni
in do geref. kerk A te Zaandam
Onder de punten van bohandeling noe
men wij„Filippus" stelle een reizend agent
aan. Het is wenscbelijk dat bij toeneming
traktaten verschijnen waardoor do kennis
der gereformeerde beginselon onder het
volk wordt bevorderd. De arbeid onder
de militairen.
6 Juni 8 uur bidstond voor „Filippus."
Spreker ds. Kropveld.
Aan A. van de Vrede, hulpwachter
te KruiningenIerseke, is door den direc
teur-Generaal der SS. Mij. een eervolle ver
melding toegekend wegens betoonde eer
lijkheid.
Met ingang van 1 October wordt in
gansch Duitschland de winkelsluiting om
9 uur wettelijk ingevoerd,
Bij de verkiezingen voor den gemeen
teraad van Weenen zijn in zeventien van
de twintig districten Christclijk-socialen
gekozen.
Nederlandsch Jongelingsverbond.
In de te Leeuwarden gehouden 47ste
vergadering van het »Nederlandsch Jonge
lingsverbond" waren 140 vereenigingen
vertegenwoordigd. Uit het verslag van den
Bondssecretaris bleek, dat 14 nieuwe afd.
tot den Bond toetraden.
De rekening van den penningmeester
sloot met een tekort van f 115. De «Jongel.
Bode" had een tekort f 540.
Een voorstel tot invoering van verplicht
contributiestelsel werd verworpen met 103
tegen 100 stemmen.
Een voorstel tot samenwerking en vriend
schappelijke verhoudingen tusschen het
Verbond en de Ned. Jong. Bond op Geref.
grondslag, werd aangenomen met 126 tegen
27 stemmen.
De wenschelijkheid werd uitgesproken
de »Jongel. Bode" in denzelfden vorm te
doen verschijnen, terwijl tevens de wen
schelijkheid werd betoogd tot het behouden
van het 2de agentschap. Het bestuur
werd echter gemachtigd, indien de inkomsten
daarvoor niet voldoende zijn, zoowel de »Jon-
gelings-Bode" te verkleinen, als het 2de
agentschap op te heffen.
Referaten werden geleverd door den heer
L. James over Bijbelstudie en door den
heer A. J. Iloogenbirk over Neutraliteit.
Tot leden van het Hoofdbestuur werden
herkozen de hoeren B. J. Gerritson, E.
Sillem en J. Ph. Marmelsteiu, met respec
tievelijk 244, 247 en 223 van de 252 uit
gebrachte steramen. Verder werden gekozen
de heeren J. G. de Moor, Amsterdam, Ds.
J. J. v. Noort, Amsterdam en R. Meero van
Leeuwarden,
's Avonds werd een feestelijke bijeen
komst gehouden, waar als sprekers op
traden, Dr. M. J. Schokking van Koudum
en Ds. J. Groeneweg van Steggerda.
De Twee Prov.
Nederl. Bond van Jongelingsvereen.
op Geref. grondslag.
De Nederlandsche Bond van Jonqelings-
vereenigingen op Gore formeerden grondslag
hield llomelsvaartsdag te Groningen haar
12en Bondsdag.
De morgenvergadering werd geopend met
een toespraak van den voorzitter, Ds. J.
E. Vonkenberg van Barendrecht. Deze,
herinnerende aan tien oorlog in Zuid-Afrika,
■v^ees er op »hoo bitter gering de invloed
is van het methodisme, ook in Engeland.
Laat ons de paden van het methodisme
vlieden, en Gereformeerd zijn. Wonderlijk
is het, wanneer wij er op letten, dat in
Genève, in Schotland, in Frankrijk liet
calvinisme bijna versterft, God nog in ons
land geeft, dat er een tak uit den afge
houwen tronk van het calvinisme opbloeit.
Waarlijk, voor ons land is nog iets goeds
te verwachten, niet door het methodisme,
maar door te handelen naar Oods Woord,
zooals dat Woord beleden word door de
Puriteinen".
De morgen vergadering was verder go-
wijd aan do behandeling van verschillende
voorstellen.
Aangenomen werd 0. a. het volgende voor
stel van de afdeeling GroningenHet bonds-
bestuur geve allo leidraden van de geloofs
belijdenissen bij de besproking van de ver
schillende vakken van goschiedems, alsmede
voor do behandeling der antir. beginselen
en maatschappelijke onderworpen, door
middel van den bondsboekhandel, in boek
formaat, uit: te weten, voor zoover zo reeds
zijn verschenen, en zooveel afleveringen,
als hot bondsbestuur noodig acht, en in
't vervolg telkens om de drie maanden,
nadat ze in het bondsorgaan verschenen
zijn.
Als plaats der volgende vergadering werd
aangewezen Arnhem.
Tot leden van het hoofdbestuur worden
herkozen de heeren Jager van Oostwolde
en de Lange van Ermelo.
Bij de bohandeling van liet voorstel tot
samen werking met het Nederl Jongel. Verbond
werd door eenige afgevaardigden bezwaar
tegen deze samenwerking gemaakt. Enkele
afdeelingen zagen geen heil in deze samen
werking. De voorzitter verdedigde 0. a.
het voorstel, en zeido »dat wat het hekel
hebben aan methodisme betreft, hij zuiver
op de graad is; maar een calvinist heeft toch
een ruim hart; dat moeten wij toonon door
dit voorstel aan te nemen".
Hot voorstel werd ten slotte aangenomen.
Voor één jaar werd het bondsbestuur ge
machtigd don tegenwoordigen Bondssecre
taris, don heer de Lange, als Bondsboek-
handelaar aan te stellen.
De openbare middagvergadering die ge
leid werd door den heer Jb. van Oversteeg
van Amsterdam, was zeer druk bezocht.
Nadat namens de Groninger afdeeling Ds.
J. Langhout een toospraak had gehouden,
sprak Mr. S. de Vries Czn. van Amsterdam
en verdedigde do volgende stellingen:
lo. Staatsvergoding is in principe men-
schenvergoding.
2o. Staatsvergoding en minachting van
het gezag gaan hand aan hand.
3o. De revolutionaire partijen vergoden
den Staat.
Des avond sprak dr. H. H. Kuyper een
bezielend woord over Heroïsme.
Drankgebruik in ons land.
In 1897 was het verbruik van gedistil
leerd (in L. ad 50 per hoofd van de
bevolking in Groningen 10,46 L., Utrecht
9,86L., Zuid-Hollalul 9,72 L., Noord-Holland
9,62 L„ Overijsel 9,36 L. Gelderland 8,30
L., Drente 7,67 L„ Noord-Brabant 7,14 L„
Friesland 6,01 L., Zeeland 5,73 L„
Limburg 3,49 L. Het gemiddelde cijfer
voor ons geheele land bedroeg 8,46 L. Uit
een vergelijking van deze cijfers met die
van 1896 blijkt, dat in alle provincies het
verbruik is verminderd, behalve in Drente,
waar het in 1896 7,58 L. bedroeg. Het
gemiddelde cijfer voor ons land daalde van
8,66 tot 8,46 L. en is sedert nog meer
gedaald: in 1898 en 1899 res. 8,28 en 8,05
L. Inaanmerking genomen, dat in 't Zuiden
van ons land het biergebruik zeer groot is
en er in Limburg heel wat st. drank
clandestien verkocht wordt, kan men aan
nemen, dat Friesland de matigste provincie
is. Dat is zeker voor een groot deel te
danken aan de krachtige propaganda voor
geheel onthouding in die provincie. Toch
wordt ook daar nog veel te veel geld (pl.
m. 6'/a a 7 millioon g.) aan sterken drank
uitgegeven. Over ons geheele land is het
bijna 80 millioen g., dat is elk uur (dag
en nacht door) ruim 9000 g„ elke minuut
150 g. en elke seconde 1 rijksdaalder.
Ned. Herv. Kerk.
Ds. Van Hoogenhuijze, te Ierseke,
staat op het zestal te Steen wijk.
Beroepen te Hoogwoud ds. A. Groeneveld,
te Schellinkhout;te Hedel (toez.) B. v.
d. Wal, cand. te Utrecht; te Birdaard
C. Langhout, cand te Weesp;- te Hinde-
loopen F. de Haan, cand. te Leeuwarden;
te Gaastmeer M. Woudstra, cand. te
Engwierumte Frederiksoord F. J.
Folpmers, cand. te Groningente Koedijk
ds. R. E. Wieringa, te Zuid Zij po; te
Huisduinen J. M. Coops, cand te Heken
dorp;—te Kruisland ds. P. R.A. v.Meurs, te
Barsingerhorn te Op- en N eder Andel
(toez.) ds. H. Doornveld, te Bruchemtq
Zijderveld (toez.) B. Tichelman, cand te
Utrecht; te Doeveren W. Wagtor, cand.
te Oldemarkte Bruinisse ds. C. Waar
denburg, te St. Annaland.
Bedankt voor Blaauwkapol door B. v. d.
Wal, cand. te Utrecht; voor Alkmaar
door ds. C. do Hoogh, te Vinkeveen;
voor Ankeveen door C. Langhout, cand te
Weesp.
Geref. Kerken.
- Zondag 17 Juni a. hoopt ds. J. A. de
Bruijn, te Oud-Vosmeer in den namiddag
intrede to doen, na dos morgons bevestigd
te zijn door ds. W. T. v. Dijk, van Tholcn.
Aangenomen naar Metslawior door ds. S.
Velt.man te Gees; naar IJlst door ds.
G. Ploos v, Atnstel, te Wons.
Beroepen to Oldeboorn ds. J. Sybrandi,
te Mildara.
Bedankt voor Zwartsluis door ds. A. T.
v. Dijken, te Aalten-voor Anjum door
ds. H. Meijer, te Reitsum.
Ev. Luth. Kerk.
Bedankt voor Monnikendam door ds. H.
G. Zwahler te Culemborg.
Ierseke. Vrijdagavond hield de gemeen
teraad een vergadering, die door den bur
gemeester werd gepresideerd en door 8
leden bijgewoond.
Onder de goedgekourdo raadsbesluiten
werd 0. a. vermeld dat tot verlaging van
het maximum der drankvorgunningen van
12 tot 11, evenwel niet voor 3 jaar, zooals
besloten was, maar tot 1 Mei 1901. Van
Ged. St. was terug ontvangen de verorde
ning op de heffing van havengelden enz.
met verzoek daarin vast te stellen een
datum, waarop de ontvangen gelden in do
gemeentekas moeten worden overgestort.
B. en W. hadden gemeend, zoo deelde de
voorz. mede, dat dit niet noodig was, omdat
het in de instructie van den havenmeester
vermeld staat. Nu werden als termijnen
voor overstorting bepaald8 dagen na
hot einde van iedere maand.
Mode waren terug ontvangen de veror
deningen op do heffing en invordering van
schoolgeld met verzoek van Z. E. den
Min. van Binn. Zaken om die «opnieuw
vast te stellen". Zij waren in de vorige
vergadering slechts verlengd."
Aan het verzoek word voldaan.
Don heer D. Spruit word op zijn ver-
zook toegestaan de lijken zijner sehoonou-
dors op te graven en die in een gekocht
graf opnieuw te begraven.
Bij de laatste rondvraag deelde de voorz.
naar aanleiding van een vraag van den
heer Sauor mee, dat een plan in bewerking
is tot demping van de sloot aan de Dam
straat voor de woningen van do heeren
Klos en Poelman en die daar tegenovor
aan de andere zijde der Damstraat.
Waarde. In dc Zaterdag gehouden
vergadering van den Valckenisen polder
werd de rekening 1899/1900 door inge-
ldndeu in ontvang op f 400,65, in uitgaaf
op 342,93, aizoo een goed slot van f 57,72,
de begrooting 1900/1901 is in ontvang en
uitgaaf vastgesteld op i 452,42'; en is om
geslagen per II.A. op f 3,
Ingelanden van den Emraanuelpoldor
keurden do rekening 1899/1900 goed in
ontvang op f 523.73'/2, in uitgaaf op
f 401.71, alzoo goed slot van f 122.02'/s,
terwijl de begrooting 1900/1901 in ontvang
en uitgaaf vastgesteld werd op f 524.73
omgeslagen per Heet. op f 4.
Bruinisse. In de jl. Zaterdag gehouden
vergadering van den gemeenteraad werd
aan den havenmeester eene buitengewone
gratificatie toegestaan van f 50,Op een
verzoek van de eigenaren der nieuwe ge
bouwen langs den Noorddijk om de sloot
voor hunne woningen te dempen en rioleeren
werd gunstig beschikt.
In navolging van andere gemeenten zal
getracht worden de straatverlichting in
't vervolg aan te besteden. Na eene af-
en overschrijving op de loopende begrooting
en eenige wijzigingen in het kohier van
den Hoofdelijken Omslag werd de ver
gadering gesloten.
De moord te Wormer.
Piot Batten, fabrieksarbeider te Wormer-
veer, had enkele malen oen blauwtje ge-
loopen op een meisje te Wormor. Hij liet
zich tegen zijn vrienden uit dat hij 't
meisje hierom dooden zou, en schreef in
dien geest ook brieven, welke later in zijn
koffer werden gevonden. Een der brieven
dagteekent al van 8 Maart. Op Hemel
vaartsdag kocht hij zich te Amsterdam een
revolver met kogels en stelde des avonds
zich verdekt op, tegen dat het meisje thuis
kwam. Om bij haar thuis te komen moest
zij een bruggetje over en een pad langs,
waaraan aan den eenen kant een schuur
staat, Tegen deze schuur beeft de moor
denaar gestaan. Door de duisternis was
niets van hem te zien. Het eerste schot
trof haar in de linkerborst. Zij is toen
neergevallen onder den uitroep „Ik sterf."
De moordenaar loste, toen zij opstond, het
tweede en derde schot, waarvan één haar
in den arm trof. Hij is vervolgens de brug
weer overgegaan en aan het einde van een
stuk land, nabij het zoogenaamd „Zwet",
heeft hij zich ontkleed en een kogel door
het hart geschoten. Hij was op slag dood,
het meisje ligt zorgelijk, schoon niet ho
peloos den kogel heeft men nog niet uit
hare borst kunnen verwijderen.
De moord te Oud-Gastel.
De moordenaar van Piëta v. Nispen te
Oud-Gastel is gevonden.