Engeland en Transvaal. Bekendmaking. Kerknieuws. Gemengde Berichten. De Engelschen zijn aan de Vaal. Som migen zelfs reeds er over. Twee driften over de Vaalde Schoemansdrift bij Reitz- burg (Vredefort) en de Groblersdrift bij Hoopstad, hebben zij bezet. Wij hebben altijd voorspeld, als de En gelschen aan de Vaal kwamen, dat 't dan spannen zou. Wij verwachten nog altijd dat de Boeren daar ernstig zullen stand houden tegen de vijftiendubbele overmacht. Hun terugtrekking geschiedt niet uit lafheid ,of moedeloosheid, maar uit bere kening: alle groote slagen, dito neder lagen en verliezen vermijden en den oprukkenden vijand in zijn achterhoede bemoeielijken. Zoo iets van Dan, don zoon van Jacob, die een slang zou zijn aan den weg, bijtende des paards verze, dat de ruiter achterover viel. Zoo hebben zij ook terstond Heilbron opnieuw bezet, zoodra de Engelschen waren opgerukt; en volgden dezen terstond tot Wolvehoek. Hun tegenwoordigheid daar, ten oosten van de spoorlijn kan Roberts' opmarsch en toevoer nog wel eens bemoei lijken. Deze wederbezetting kan echter ook een andere reden hebben. Van Engelschen kant was reeds opge merkt dat Roberts gemakkelijk een sterke cavalcrieafdeeling noordoostwaarts over de Vaal kon zenden, in de richting van Stan- derton, om den spoorweg tusschen Volks- rust en Pretoria te bezetten om zóó de Boeren bij Volksrust tot terugtrekken te dwingen. Zouden de Boeren dat ook willen be letten? Op 't oogenblik staan 10000 Boeren bij Langsnek, en 15000 aan de Vaal, ongere kend de verspreide commando's in het zuidwesten van Transvaal en in het noord oosten van Vrijstaat. Hier komt bij dat, naar generaal Du Toit meldt, de Burgers in grooton getale naar het front komen en voornemens zijn tot het einde te vechten. Bij Ficksburg concentreeren zich steeds nieuwe afdeelingen der Boeren. President Steyn is te Bethlehem en heeft in een vurige toespraak de Vrijstaters aangemoe digd om hun plicht te doen en stand te houden om hun onafhankelijkheid tot den laatsten ademtocht te verdedigen. De Boerenlagers zijn gezien op twaalf mijlen ten Noordoosten van Trommel, dat door generaal Rundie is bezet, terwijl zij een halve cirkelvormige stelling bezet hou den tusschen Majooba en Pongwana, om Bullers opmarsch te bezwaren. UIT DE MAIL. Over de ontploffing in Begbie's geschut gieterij te Johannesburg geeft »De Volks stem" de volgende bijzonderheden: Ik bevond mij tegen 5,30 nm. op omtrent twee minuten afstands van de Begbie- fabriek. De bezigheidsplekken, vooral in het armere gedeelte van Johannesburg waar de fabriek gevestigd is namelijk tusschen de Goudstad en Jeppestown waren gesloten. De straten waren doodsch en verlaten. De definitieve rust van den voorbijgeganen dag was reeds ingetre den. In gedachten voortgaande, werd ik plotseling geëlectriseerd door een on beschrijfelijke gewaarwording, veroor zaakt door een niet in woorden te brengen oorverdoovend geraas, dat als een ge weldige schok mijn gehoors-organen ver bijsterde en mij ter aarde nagelde. Ver steend van ontzetting zag ik terzelfder tijd in schuinsche richting vlak voor mij een ontzaglijke massieve vuurmassa, waar boven een berg van compacte rook, een wolkkolos stand hield, en waar stukken gegalvaniseerd ijzer, verkoolde balken en andere hoekige voorwerpen zich scherp tegen de intens zilver-grijze monumen- teele gevaarte afteekenden. Ik schat de hoogte en breedte van dit singuliere verschijnsel op minstens vierhonderd voeten; het duurde verscheidene minu ten alvorens de rook zich in den damp kring begon op te lossen. De linkerzijde van de straat vertoonde slechts licht, vlammen, vuur en rook; van gebouwen geen spoor meer. Alles was tegen den grond gelegd en ver toonde de sporen eener ontzaglijke en oogenblikkelijke verwoesting. Als in oen reusachtigen ketel speelde het element vrij spel; kolossale vlammen bedekten de plek, meest laag langs den bodem als een beweeglijke vuurzee. De tegen over gelegen gebouwen, waaronder het hoofdgebouw van de firma Begbie, waar de machinerieën, de stoom-fornuizen en de werkplaatsen zijn gelegen, baadden in een phantastischen lichtgloed, in sid derende tinten van donker-rood, helgeel en bruin gehuld. Er waren nog weinig menschen ter plaatse, doch reeds kwamen gewonden en met bloed bedekte, onher kenbaar geworden slachtoffers, met hun verbrijzelde ledematen, inderhaast in zakdoeken gewikkeld, enkoletC-nog met hun werktuigen in de hand) uit de puin- hoopen te voorschijn. Een van de meest treffende figuren was de silhouet van een Roomsch-Katholiek priester, die zich geworpen had op de nog door het vuur geteisterde debris, ten einde de daar onder bedolven slachtoffers te redden. Luit. Raoul Vidal, een der Fransche attachés, riep radeloos heen en weer, in groot-uniform en met witte handschoenen, nog pas van een bezoek aan de Begbie fabriek gekomen, waaraan ook de Fran sche consul te Johannesburg en enkele dames hadden deelgenomen. Te ver geefs spoorde luit. Vidal de ontzette omstanders, die door het onophoude lijk springen der bommen en granaten achteruit weken aan zich in de bouw vallen te begeven, vanwaar een onop houdelijk geraas uitging. De meeste toeschouwers intussclien, die niet in over haaste vlucht veiligheid hadden gezocht van dit tooneel van jammer en verwar ring, stonden willoos en door het vuur gehypnotiseerd zwijgend met open mond naar den brand te staren. Aan een onderhoud met den heer Dum- mont die in de fabriek werkte, is het vol gende ontleend: »Ik was juist bezig met een gat te boren in een stuk koper, toen ik opeens ongeveer een yard boven den grond door de lucht geslingerd werd en tegelijker tijd een oorverdoovenden knal hoorde. Gedurende de eerste oogenblikken lag ik bedwelmd op den grond, doch weldra herkreeg ik mijn bewustzijn en hoorde alle mogelijke stukken ijzer, hout, ge reedschappen, enz. door de lucht fluiten. Naast mij hoorde ik boven al het geraas en het knallen der projectielen uit het hulpgeroep en kermen der gewonden. Toen sprong ik op en baande mij een weg door de puinhoopen om naar buiten te komen. Hier heerschte een verwarring en pa niek die zich niet beschrijven laat en den vreeselijken indruk zal ik nooit ver geten. Onherkenbaar verminkte arbei ders, gillende, halfkrankzinnige vrouwen en kinderen, een als gekken door elkaar hollende menigte, en boven al dat geraas uit de doffe knallen van de barstende bommen, dat alles maakte mij zoo van streek, dat ik mij zoo spoedig mogelijk van de plaats des onheils wegspoedde naar mijn kamer, om daar eenigszins van den schrik te bekomen. Mijn kamer is nabij het gebouw gelegen, doch alles was vernield. De ruiten waren stuk, mijn waschstel lag gebroken op den grond, zoodat mij niets anders overbleef als om in mijn werkpak naar Pretoria te gaan, waar ik mijn vrouw wilde gerust stellen. Dat het den oorlogscorrespondenten niet zoo moer bevalt als vroeger geeft zekere heer Ralph, correspondent van de „Daily Mail" u te lez'en. Hij schrijft onder meer „Met geradbraakte ledematen, met een storing der werkzaamheden van de orga nen, niet in staat om voedsel te verteren, op wortelen knabbelend en elk oogenblik onpasselijk, beschouw ik dezen oorlog als iets, dat mij zeor slecht beloont voor den vriendelijken en jubelendan toon, waarop ik over hem geschreven heb beu ben ik ervan. De lange maanden van dieet en ontbe ringen onder generaal Methuen, dedon mij oen maag verliezen, die oen struisvogel mij benijd zou hebben, en ik kreeg er oen tweedo-handsch versleten apparaat voor in de plaats, dat allo voedsel, behalve verdunde melk, weigert. Een stuk van een bom, dat mij tegen de borst trof, maakte mij dagen lang ziek en zwak en vervolgens maakte een nieuwe methode om een kar over een schans te brengen, waarbij'de kar omduikelde, dat ik gedurende vijf weken maar één been tot mijn dispositie had en na dien tijd kwam ik tot de ontdekking, dat ik nog een inferieur, niet meetellend, tweede been had, waarin ik zelf echter maar matig vertrou wen stel. Na hersteld te zijn reed ik uit, en mijn paard had de aardigheid mij te brengen tusschen gepunt ijzerdraad, dat mij beide armen openreet, waardoor er een zoo dik werd als een omelette, terwijl de andere groote overeenkomst vertoonde met een Zuid-Afrikaansehen zonsopgang. Bo vendien liep ik nog een inwendige kneu zing op, die ik moet houden als een eeu wige herinnering van wat wij allen begin nen te noemen den „lastigen oorlog." Verbeeld u den gemoedstoestand van een man, die wel geschapen is en nu ziet, dat hij langzamerhand vervormd wordt in een exemplaar, dat geschikt is om in een ge neeskundig museum te worden tentoonge steld, en gij zult gaan begrijpen met welke oogen ik nu dezen oorlog begin te bekijken. Wij allen voelen dat wij het beste en mooiste ervan gezien hebben. Er kunnen geen nieuwe tooneelen van insluitingen zijn bij hetgeen nog kan komen. De Boer zal zich verbergen, het veld zal verdwijnen, de dappere Engelschman zal ontberen, nie mand weet hoe lang en hoever 't zal gaan. Er kan nog een groote slag zijn, misschien ook niet. En dan zullen wij zes maanden of een jaar misschien, een verwoede gue rilla zien van kleine troepjes in het veld en dit tooneel, dat langgerekt kan wor den, zal vergezeld gaan van al de moei lijkheden, die een kampement meebrengt in een woestijn, die eerst ons voorkwam als een naakte, stoffige Sahara, en die nu een vochtige, drassige uitgestrektheid is, die kouder en kouder wordt, totdat over weken de wachten bevroren op hunne pos ten zullen worden gevonden. Wat een vooruitzicht Wat een vooruit zicht voor beschrijvingen, door iemand die alles heeft gezien en verduurd behalve de koude. Er zijn andere onaangenaamheden te zien hoe je beste vriend dood wordt bin nengebracht. te zien hoe de andere corres pondenten ziek worden en naar huis gaan, of naar de hospitalen. En dan een paar dagen zonder voodsel te moeten gaan sla pen in een modderpoel, met een regenbui boven je. Dat alles werkt op iemands ze nuwen en ondermijnt hem, totdat hij af- keerig wordt van den nieuwen dag, van den dagelij kschen strijd met den censor over het laatste gevecht. Dat alles is ongezond, abnormaul. Met onze ondervinding van de laatste zeven maanden kan niets normaal blijven, uitge zonderd een mummie of een bok. Wij allen zijn ziek. Sommigen zijn ziek door ziekte, anderen door den oorlog, of door beide". Men begint er dus genoeg van te krijgen! De berichten, dat het grootste ge deelte van de troepen onder Lucas Meyer teruggetrokken is en dat zij zich eerst te Heidelburg eenige rust hebben gegund, zijn waar, zegt de correspondent. De man nen, die Lang's Nek bezetten, waren van het Wakkerstroora-kommando. Deze kwa men uit den Oranje-Vrijstaat, waar zij ge vochten hadden en waren op weg naar huis, toen zij Lucas Meyer in vollen af tocht tegenkwamen. In plaats van diens voorbeeld te volgen, zeidon zij: »Daar is Lang's Neklaat ons hem bezetten en den Engelschman terugdrijven." Toen gene raal Bulier zijn opmarsch naar het Noorden begon, wist men niet beter of de Nek was vrij Kolonel Bethune, die vernam, dat er te Vrijheid ook al geen Boeren meer waren, besloot, daar deze weg korter was dan die over Dundee, over de eerste plaats te gaan. Een eskadron van het 3de regiment dra gonders ging voorop en daar men voor het vallen van den avond te Vrijheid wilde zijn, werd in galop gereden, waardoor de voorhoede zich van de anderen verwijderde; zoo viel men in een hinderlaag. Plotseling opende een sterke troep Boeren met Maxims het vuur. Ziende, dat er geen kans was, om ongehinderd terug te komen, stormden de Engelschen tot op twintig yards van de Boeren. Vijf officieren en 63 man werden gedood of gewond. Kolonel Bethune trok met de overige troepen terug, die bestonden uit vijf eska drons met vier kanonnen. Goes. Belanghebbenden worden herinnerd aan de inschrijving voor de SCHUTTERIJ, zullende de registers den 31 Mei a. s. gesloten worden. 28 Mei 1900. Bij kon. besluit is met ingang van 10 Juni aan den bureelambtonaar der poste rijen en telegrafie W. A. Laurenso te Middelburg, op zijn verzoek eervol ontslag uit 's lands dienst verleend. Wij ontvingen de agenda voor de 20sto Algemcene Vergadoring van het zoo bekende, zegenrijk werkzame tractaatge- nootschap „Filippus", te houden 7 Juni in do geref. kerk A te Zaandam Onder de punten van bohandeling noe men wij„Filippus" stelle een reizend agent aan. Het is wenscbelijk dat bij toeneming traktaten verschijnen waardoor do kennis der gereformeerde beginselon onder het volk wordt bevorderd. De arbeid onder de militairen. 6 Juni 8 uur bidstond voor „Filippus." Spreker ds. Kropveld. Aan A. van de Vrede, hulpwachter te KruiningenIerseke, is door den direc teur-Generaal der SS. Mij. een eervolle ver melding toegekend wegens betoonde eer lijkheid. Met ingang van 1 October wordt in gansch Duitschland de winkelsluiting om 9 uur wettelijk ingevoerd, Bij de verkiezingen voor den gemeen teraad van Weenen zijn in zeventien van de twintig districten Christclijk-socialen gekozen. Nederlandsch Jongelingsverbond. In de te Leeuwarden gehouden 47ste vergadering van het »Nederlandsch Jonge lingsverbond" waren 140 vereenigingen vertegenwoordigd. Uit het verslag van den Bondssecretaris bleek, dat 14 nieuwe afd. tot den Bond toetraden. De rekening van den penningmeester sloot met een tekort van f 115. De «Jongel. Bode" had een tekort f 540. Een voorstel tot invoering van verplicht contributiestelsel werd verworpen met 103 tegen 100 stemmen. Een voorstel tot samenwerking en vriend schappelijke verhoudingen tusschen het Verbond en de Ned. Jong. Bond op Geref. grondslag, werd aangenomen met 126 tegen 27 stemmen. De wenschelijkheid werd uitgesproken de »Jongel. Bode" in denzelfden vorm te doen verschijnen, terwijl tevens de wen schelijkheid werd betoogd tot het behouden van het 2de agentschap. Het bestuur werd echter gemachtigd, indien de inkomsten daarvoor niet voldoende zijn, zoowel de »Jon- gelings-Bode" te verkleinen, als het 2de agentschap op te heffen. Referaten werden geleverd door den heer L. James over Bijbelstudie en door den heer A. J. Iloogenbirk over Neutraliteit. Tot leden van het Hoofdbestuur werden herkozen de hoeren B. J. Gerritson, E. Sillem en J. Ph. Marmelsteiu, met respec tievelijk 244, 247 en 223 van de 252 uit gebrachte steramen. Verder werden gekozen de heeren J. G. de Moor, Amsterdam, Ds. J. J. v. Noort, Amsterdam en R. Meero van Leeuwarden, 's Avonds werd een feestelijke bijeen komst gehouden, waar als sprekers op traden, Dr. M. J. Schokking van Koudum en Ds. J. Groeneweg van Steggerda. De Twee Prov. Nederl. Bond van Jongelingsvereen. op Geref. grondslag. De Nederlandsche Bond van Jonqelings- vereenigingen op Gore formeerden grondslag hield llomelsvaartsdag te Groningen haar 12en Bondsdag. De morgenvergadering werd geopend met een toespraak van den voorzitter, Ds. J. E. Vonkenberg van Barendrecht. Deze, herinnerende aan tien oorlog in Zuid-Afrika, ■v^ees er op »hoo bitter gering de invloed is van het methodisme, ook in Engeland. Laat ons de paden van het methodisme vlieden, en Gereformeerd zijn. Wonderlijk is het, wanneer wij er op letten, dat in Genève, in Schotland, in Frankrijk liet calvinisme bijna versterft, God nog in ons land geeft, dat er een tak uit den afge houwen tronk van het calvinisme opbloeit. Waarlijk, voor ons land is nog iets goeds te verwachten, niet door het methodisme, maar door te handelen naar Oods Woord, zooals dat Woord beleden word door de Puriteinen". De morgen vergadering was verder go- wijd aan do behandeling van verschillende voorstellen. Aangenomen werd 0. a. het volgende voor stel van de afdeeling GroningenHet bonds- bestuur geve allo leidraden van de geloofs belijdenissen bij de besproking van de ver schillende vakken van goschiedems, alsmede voor do behandeling der antir. beginselen en maatschappelijke onderworpen, door middel van den bondsboekhandel, in boek formaat, uit: te weten, voor zoover zo reeds zijn verschenen, en zooveel afleveringen, als hot bondsbestuur noodig acht, en in 't vervolg telkens om de drie maanden, nadat ze in het bondsorgaan verschenen zijn. Als plaats der volgende vergadering werd aangewezen Arnhem. Tot leden van het hoofdbestuur worden herkozen de heeren Jager van Oostwolde en de Lange van Ermelo. Bij de bohandeling van liet voorstel tot samen werking met het Nederl Jongel. Verbond werd door eenige afgevaardigden bezwaar tegen deze samenwerking gemaakt. Enkele afdeelingen zagen geen heil in deze samen werking. De voorzitter verdedigde 0. a. het voorstel, en zeido »dat wat het hekel hebben aan methodisme betreft, hij zuiver op de graad is; maar een calvinist heeft toch een ruim hart; dat moeten wij toonon door dit voorstel aan te nemen". Hot voorstel werd ten slotte aangenomen. Voor één jaar werd het bondsbestuur ge machtigd don tegenwoordigen Bondssecre taris, don heer de Lange, als Bondsboek- handelaar aan te stellen. De openbare middagvergadering die ge leid werd door den heer Jb. van Oversteeg van Amsterdam, was zeer druk bezocht. Nadat namens de Groninger afdeeling Ds. J. Langhout een toospraak had gehouden, sprak Mr. S. de Vries Czn. van Amsterdam en verdedigde do volgende stellingen: lo. Staatsvergoding is in principe men- schenvergoding. 2o. Staatsvergoding en minachting van het gezag gaan hand aan hand. 3o. De revolutionaire partijen vergoden den Staat. Des avond sprak dr. H. H. Kuyper een bezielend woord over Heroïsme. Drankgebruik in ons land. In 1897 was het verbruik van gedistil leerd (in L. ad 50 per hoofd van de bevolking in Groningen 10,46 L., Utrecht 9,86L., Zuid-Hollalul 9,72 L., Noord-Holland 9,62 L„ Overijsel 9,36 L. Gelderland 8,30 L., Drente 7,67 L„ Noord-Brabant 7,14 L„ Friesland 6,01 L., Zeeland 5,73 L„ Limburg 3,49 L. Het gemiddelde cijfer voor ons geheele land bedroeg 8,46 L. Uit een vergelijking van deze cijfers met die van 1896 blijkt, dat in alle provincies het verbruik is verminderd, behalve in Drente, waar het in 1896 7,58 L. bedroeg. Het gemiddelde cijfer voor ons land daalde van 8,66 tot 8,46 L. en is sedert nog meer gedaald: in 1898 en 1899 res. 8,28 en 8,05 L. Inaanmerking genomen, dat in 't Zuiden van ons land het biergebruik zeer groot is en er in Limburg heel wat st. drank clandestien verkocht wordt, kan men aan nemen, dat Friesland de matigste provincie is. Dat is zeker voor een groot deel te danken aan de krachtige propaganda voor geheel onthouding in die provincie. Toch wordt ook daar nog veel te veel geld (pl. m. 6'/a a 7 millioon g.) aan sterken drank uitgegeven. Over ons geheele land is het bijna 80 millioen g., dat is elk uur (dag en nacht door) ruim 9000 g„ elke minuut 150 g. en elke seconde 1 rijksdaalder. Ned. Herv. Kerk. Ds. Van Hoogenhuijze, te Ierseke, staat op het zestal te Steen wijk. Beroepen te Hoogwoud ds. A. Groeneveld, te Schellinkhout;te Hedel (toez.) B. v. d. Wal, cand. te Utrecht; te Birdaard C. Langhout, cand te Weesp;- te Hinde- loopen F. de Haan, cand. te Leeuwarden; te Gaastmeer M. Woudstra, cand. te Engwierumte Frederiksoord F. J. Folpmers, cand. te Groningente Koedijk ds. R. E. Wieringa, te Zuid Zij po; te Huisduinen J. M. Coops, cand te Heken dorp;—te Kruisland ds. P. R.A. v.Meurs, te Barsingerhorn te Op- en N eder Andel (toez.) ds. H. Doornveld, te Bruchemtq Zijderveld (toez.) B. Tichelman, cand te Utrecht; te Doeveren W. Wagtor, cand. te Oldemarkte Bruinisse ds. C. Waar denburg, te St. Annaland. Bedankt voor Blaauwkapol door B. v. d. Wal, cand. te Utrecht; voor Alkmaar door ds. C. do Hoogh, te Vinkeveen; voor Ankeveen door C. Langhout, cand te Weesp. Geref. Kerken. - Zondag 17 Juni a. hoopt ds. J. A. de Bruijn, te Oud-Vosmeer in den namiddag intrede to doen, na dos morgons bevestigd te zijn door ds. W. T. v. Dijk, van Tholcn. Aangenomen naar Metslawior door ds. S. Velt.man te Gees; naar IJlst door ds. G. Ploos v, Atnstel, te Wons. Beroepen to Oldeboorn ds. J. Sybrandi, te Mildara. Bedankt voor Zwartsluis door ds. A. T. v. Dijken, te Aalten-voor Anjum door ds. H. Meijer, te Reitsum. Ev. Luth. Kerk. Bedankt voor Monnikendam door ds. H. G. Zwahler te Culemborg. Ierseke. Vrijdagavond hield de gemeen teraad een vergadering, die door den bur gemeester werd gepresideerd en door 8 leden bijgewoond. Onder de goedgekourdo raadsbesluiten werd 0. a. vermeld dat tot verlaging van het maximum der drankvorgunningen van 12 tot 11, evenwel niet voor 3 jaar, zooals besloten was, maar tot 1 Mei 1901. Van Ged. St. was terug ontvangen de verorde ning op de heffing van havengelden enz. met verzoek daarin vast te stellen een datum, waarop de ontvangen gelden in do gemeentekas moeten worden overgestort. B. en W. hadden gemeend, zoo deelde de voorz. mede, dat dit niet noodig was, omdat het in de instructie van den havenmeester vermeld staat. Nu werden als termijnen voor overstorting bepaald8 dagen na hot einde van iedere maand. Mode waren terug ontvangen de veror deningen op do heffing en invordering van schoolgeld met verzoek van Z. E. den Min. van Binn. Zaken om die «opnieuw vast te stellen". Zij waren in de vorige vergadering slechts verlengd." Aan het verzoek word voldaan. Don heer D. Spruit word op zijn ver- zook toegestaan de lijken zijner sehoonou- dors op te graven en die in een gekocht graf opnieuw te begraven. Bij de laatste rondvraag deelde de voorz. naar aanleiding van een vraag van den heer Sauor mee, dat een plan in bewerking is tot demping van de sloot aan de Dam straat voor de woningen van do heeren Klos en Poelman en die daar tegenovor aan de andere zijde der Damstraat. Waarde. In dc Zaterdag gehouden vergadering van den Valckenisen polder werd de rekening 1899/1900 door inge- ldndeu in ontvang op f 400,65, in uitgaaf op 342,93, aizoo een goed slot van f 57,72, de begrooting 1900/1901 is in ontvang en uitgaaf vastgesteld op i 452,42'; en is om geslagen per II.A. op f 3, Ingelanden van den Emraanuelpoldor keurden do rekening 1899/1900 goed in ontvang op f 523.73'/2, in uitgaaf op f 401.71, alzoo goed slot van f 122.02'/s, terwijl de begrooting 1900/1901 in ontvang en uitgaaf vastgesteld werd op f 524.73 omgeslagen per Heet. op f 4. Bruinisse. In de jl. Zaterdag gehouden vergadering van den gemeenteraad werd aan den havenmeester eene buitengewone gratificatie toegestaan van f 50,Op een verzoek van de eigenaren der nieuwe ge bouwen langs den Noorddijk om de sloot voor hunne woningen te dempen en rioleeren werd gunstig beschikt. In navolging van andere gemeenten zal getracht worden de straatverlichting in 't vervolg aan te besteden. Na eene af- en overschrijving op de loopende begrooting en eenige wijzigingen in het kohier van den Hoofdelijken Omslag werd de ver gadering gesloten. De moord te Wormer. Piot Batten, fabrieksarbeider te Wormer- veer, had enkele malen oen blauwtje ge- loopen op een meisje te Wormor. Hij liet zich tegen zijn vrienden uit dat hij 't meisje hierom dooden zou, en schreef in dien geest ook brieven, welke later in zijn koffer werden gevonden. Een der brieven dagteekent al van 8 Maart. Op Hemel vaartsdag kocht hij zich te Amsterdam een revolver met kogels en stelde des avonds zich verdekt op, tegen dat het meisje thuis kwam. Om bij haar thuis te komen moest zij een bruggetje over en een pad langs, waaraan aan den eenen kant een schuur staat, Tegen deze schuur beeft de moor denaar gestaan. Door de duisternis was niets van hem te zien. Het eerste schot trof haar in de linkerborst. Zij is toen neergevallen onder den uitroep „Ik sterf." De moordenaar loste, toen zij opstond, het tweede en derde schot, waarvan één haar in den arm trof. Hij is vervolgens de brug weer overgegaan en aan het einde van een stuk land, nabij het zoogenaamd „Zwet", heeft hij zich ontkleed en een kogel door het hart geschoten. Hij was op slag dood, het meisje ligt zorgelijk, schoon niet ho peloos den kogel heeft men nog niet uit hare borst kunnen verwijderen. De moord te Oud-Gastel. De moordenaar van Piëta v. Nispen te Oud-Gastel is gevonden.

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1900 | | pagina 2