NIEUWSBLAD
VOOR ZEELAND,
CHRISTELIJK-
HISTORISCH
Deertiende laargang.
lo. 78. 1900.
DonMag 22 flaarf.
VERSCHIJNT
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
De gezamenlijke antirevolutionaire
Kiesvereenigingen in het district
Middelburg stelden tot candidaat
voor de Provinciale Staten (vacature
Kloppers) den heer
mr. P. Dieleman.
De Zeeuw steunt van harte
deze candidatuur.
Voor het kiesdistrict Tholen helpt
De Zeeuw met grooten aandrang
aanbevelen den heer
G. Bolier Gz. Senior.
De stemming heelt plaats 27 Maart.
\)K VEHKlËZlNGKiN.
Ingezonden Stukken.
FRIJS DER ADVERTENTIËN
Engeland en Transvaal.
ELKEN MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
Prijs per drie maanden franco p. p0,95.
Enkele nummers0,025.
UITGAVE VAN
G. M. KLEMKERE, te Goes
EN
Bij dit nommer behoort een Bijvoegsel.
Zij, die zich met 1 April
a. s. op ons blad wenschen te abon
neeren, ontvangen het tot dien datum
gratis.
Uit verschillende berichten blijkt ons dat
de leiders der verkiezingen in Middelburg
en Tholen niet stil zitten.
Dit wordt ons ook omtrent de tegenpartij
gemeld.
Iedere eerlijke poging om zijn candidaat
te doen verkiezen, worde van weerszijden
Doch wij moeten oppassen.
L ten onze vrienden toch bedenken dat
heel Zeeland met groote belangstelling de
stemming van 27 Maart a.s. tegemoet ziet.
Van deze stemming hangt zooveel af ook
voor die van 1901.
Mogen wij met 'sHeeren hulp deze twee
zetels behouden, dan blijft de meerderheid
aan de „anti-Liberale" partgen verzekerd,
en is ook de hoop niet ongegrond, dat wij
ook bij de algomeene verkiezingen in alle
districten zullen kunnen behouden hetgeen
wij na zoo lange en bange worsteling heb
ben veroverd.
Doe daarom toch elk kiezer dezer dagen
zijn plicht.
Men bedenke dat persoonlijk bezoek, bij
voorbeeld aanstaanden Zaterdagavond, en
den avond voor, en op den dag van de stem
ming zeer goede resultaten belooft.
Eén ding is echter jammer.
Blijkens de aangeplakte candidatenlijsten
hebben op Tholen enkele kiezers de lijst
voor Wagtho geteekend, die onder ons als
antirevolutionairen bekend s!onden. Een
zelfs is er bij die steeds vooraan stond in
den strijd voor onze canoidaten.
Dergelijken afval betreuren wij.
Doch wie niet bij ons behooren, mogen
gelust teruggaan.
Wie nog niet overtuigd werd dat de
theorieën van bet oud-liberalisme, door
radicalen, straks door sociaal democraten
uitgevoerd, ons volk stoffelijk en zedeljjk
ten onder brengenwie nog niet ziet
waar het Staatssocialisme dezer liberale
regeering en van de liberale partij ons volk
henen voert, die blijve op den dwaalweg.
Hij zal 't eenmaal web wel ondervinden.
Overigens bonden wij goeden moed, dat,
vooral in de laatste weken, voor 't gevaar
dat van die zijde dreigt, steeds meerdere
<oogen opengingen.
Met alle achting voor de personen der
candidaten en wie hen aanbevelen, zal de
groote meerderheid der Kiezers a. s. Dins
dag stemmen tegen de verderfelijke beginse
len, waarvan deze geachte personen de dra
gers zijn en hun stem geven aan mr.
P. Dieleman en G. Bolier.
Als de Republieken winnen.
Toen Gladstone in 1881 Transvaal als
een onafhankelijken staat erkende, zeide
hij ter verontschuldiging van die geenszins
grootmoedige daad, dat binnen enkele jaren
ten gevolge der Engelsche nederzettingen in
Zuid-Afrika, Tra svaal toch wel Engelsch
zou worden. Totnogtoe is zijn voorspelling
niet vervuld, hoewel Zuid-Afrika, juist ten
gevolge der Engelsche immigratie daarheen,
thans toch veel meer Engelsch is dan in
1881. En als de ongelnkki ',e oorlog niet
luhscbenbeide was gekomen, zou het toch
muar betrekkelijk korte jaren bebben ge
duurd voordat Zuid-Afrika verengelscht zou
zijn geworden. Gedurende de laatste vijf
jaren toch zijn er jaarlijks meer dan 15000
Engelsch sprekenden, Engelseben, Schitten,
leren, Amerikauen, Australiërs enz. enz.
naar Zuid-Afrika getrokken. Op een be
volking van ongeveer een miljoen blanken
zijn er nu toch reeds misschien 400,000 die
tot het Engelsch sprekende ras behooren.
En zelfs al behouden de Transvaal en de
Oranje Vrijstaat hun onafhankelijkheid, zal
het maar weinig jaren duren of eerrt geheel
de Kaapkolonie en spoedig daarna de on
afhankelijke republieken zullen verengelscht
worden. Dat is de natuurlijke loop der
zaken tenminste als de Nederduitsche
taalstam niet al zijn krachten inspant om
die ramp te verhoeden. Beiden, de Noord
en Zuid-Nederlanders, behoorden saam te
werken om het Neder'andsch in Zuid-Afrika
te behouden. En dat kan alleen geschieden
door immigratie, door elk jaar ongeveer
zooveel Nederlandeis over te zenden als er
Engelsch sprekenden komen. D,» Noord-
Nederlandsche bevolking alleen neemt jaar
lijks met ongeveer 50000 toe. De Vlaamsche
bevolking van België misschien met 25000.
Van dien overvloed konden er best 2C000
worden gemist voor Znid-Afrika. En de
Holiandsche en Belgische nederzettingen in
Amerika zijn nog thans het sprekende be
wijs van de levensvatbaarheid van Neder-
landsebe kolonisatie. Laat de geschiedenis
dier nederzettingen in Nederland worden
bestudeerd.
Een stelselmatig plan zou de beste re
sultaten geven. Grond, goede grond zelfs,
is niet zeer duur in Transvaal en Oranje
rijstaat. Ten minste niet verwijderd van
de goud- en diamantmijnen. De prijs voor
eenige tienduizenden bunders zou misschien
nauwelijks evenveel honderdduizenden
guldens bedragen. De maatschappij die
dergelijke gronden in eigendom had, zou
b. v. twee derden er van, al was het tegen
koopprijs, kannen overdoen en het andere
derde aan zich zelf kunnen behouden, tot
dat de tegenwoordigheid eener talrijke,
nijvere bevolking de waarde er van zoo
danig zon doen stijgen, dat de verkoop of
zelfs verhuring van dat laatste derde bui
tengewoon hooge winsten afwierp. En veel
meer rug als een deel er van voor dorp
of stad kon worden benuttigd. In de eerste
tien jaar zou het kapitaal geen rente geven
maar daarna zouden de renten zooveel te
hooger stijgen, vooral als de bestuurders
zooveel mogelijk rekening hielden met
den geest der bevolking en niet te vader-
D z9n wüden. Het zou ook wenschelijk
zgn dat er eerst enkelen uitgezonden wer
en, met de noodige machinereën enz.,
om ten minste een deel van den grond te
breken en te bereiden en bekwame schuil
plaatsen voor de nieuwe aankomelingen op
e richten. Van R.ebeek's journaal betrek-
kelgk de stichting van Kaapstad bevat ten
dezen opzichte menige nuttige wenk de
geschiedenis van de ontginning der bósch-
ea prairiegronden van Amerika toont er
ook het noodzakelijke van aan. Als de
eeiste nederzetters dat alles zeiven moeten
doen, blijven er dikwijls niet heel veel
van over om hunne ervaringen aan ande
ren te vertellen. Wanneer de bevolking
talrijk genoeg geworden is, na verloop
van vier, vijf of meer jaren, zijn die voor-
loopige maatregelen niet meer noodig. Een
dergelijk kolonisatie-plan zou ook dit
voordeel hebben, dat de nieuwe bevolking,
als een geheel, zich samenhoopte en zich
van uit de Kolonie langzaam en geleidelijk
kon uitbreiden, dan niet meer als vreemde
lingen maar als Transvalers of Oranje
Vrijstaters: als ..frikaners. Dat zou onge-
wenschte wrijving met andere elementen
der bevolking voorkomen en zjuden kolo
nisten te gelijkertijd een zekere positie
verschaffen nis mede-ontginnaars van het
land. En als dan de Kolonisten het voet
spoor volgden hnnner Amerikaansch-Hol-
landsclie landgenooten in Michigan en zoo
►poedig mogelijk een inrichting voor meer
uitgebreid lager- of middelbaar onderwijs
openden, zouden zij ongemerkt kracht uit
oefenen naar bniten.
De oeconomische voordeelen ook voor
Nederland van een dergelija uitgebrei l
kolonisatie-plan behoeven slechts even te
worden aangestipt. Handel, scheepvaart en
verkeer kunnen alleen bloeien waar eene
nijvere bevolking woont. Een Nederland-
sche stoom vaartmaatschappij kan sleehts dan
rendeeren wanneer er voortdurende vraag is
voor hare diensten. En die vraag is het raeeBt
waarschijnlijk waar er een talrijke bevol
king woont van Nederlandaclien oorsprong.
Een bevolking die niet alleen ter wille van
taalver wantschap gemeenschap met het moe
derland wenscht te onderhouden, maar die
ook een grage afnemer is van vele produk-
ten van dat moederland. In geval de re
publieken winnen is het zelfs een levensvraag
voor hen het anti-Engelsi-he element onder
hun bevolking te versterken, anders ver
liezen zij op den daar toch nog. Met het
oog daarop en ook omdat ware vooruit
gang alleen te verkrijgen is door de toena
me eener nijvere, loyale bevolking, zouden
de machthebbers in de beide republieken
er ongetwijfeld niets tegen hebben het aan
tal hunnertoekomstige verdedigersmetenkele
tienduizenden te zien vermeerderen Beiden,
Zuid-Afrika en Nederland, zou len worden
gehaat door een stelselmatige, goed geleide
emigratie naar de republieken. En het plan
kon slagen als het breel genoeg werd opge
vat en rekening hield met de eischen van
den tijd en profiteerde van de lessen die
zoo rijkelijk voor de hand liggen in de ge
schiedenis van vroegere en late.e koloni
saties.
New-York, 11 Maart 1900.
D. VERSTEEG.
Het Fonds tot daadwerkelijken
steun.
Dr. Leyds raadt voorzichtigheid aan bij
emigratie.
Men Weet, dat het Znid-Afrikaansehe
fondstotdaa-t werkelijken steun,onderlmding
van den heer Noels van Wageningen te Am
sterdam opgericht, reeds aan zijn plannen
een begin van uitvoering heeft gegeven
door uitzending van den heer Junius met
een aantal emigranten. Velen in den lande,
die met ons de uitvoering dezer plannen
niet zonder bedenking achten, zgn waar
schijnlijk eenig6rraate gerust gesteld door
de verklaring in hei weekblad „Op voor
Transvaal" gegeven, dat door den iieer Noels
vin Wageningen niet zon zijn gehandeld
dan na overleg met de Vertegenwoordigers
der Republieken.
De zaak kwam ot s gewichtig genoeg
voor, om, nu wijdr. Leyds op zijn doortocht
alhier toevallig ontm letten, hein dienaan
gaande een vraag te stellen. Uit zgn mond
vernamen wij dat de hier gegeven voorstel
ling van zaken niet juist is. Het is waar,
dat de heer Noels van Wageningen zich tot
dr. Leyds in betrekking heeft gesceld, maar
eerst nadat de uitzending vin den heer
Junius meteen aantal emigranten reeds was
vastgesteld en geregeld. Toen heeft de ge
zant den heer N. v. W. den raad gegeven
om met de verdere uitvoeriug van het
plan te wachten, totdat uit de Zuid-Afri-
kaanscbe Republiek enden Oranje-Vrijs'aat
bericht zon zgn ontvangen, of de uitzending
van Emigranten en zoo ja, welke soort
emigranten wo dt gewenscht. Dr. Muller,
vertegenwoordiger van den Oranje-Vrijst mt,
had zich geheel en al op ditzelfde stand
punt gesteld.
Eenige waarschuwing tegen het lieht-
van 1 5 regels 25 centiedere regel meer 5 cent.
Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
vaardig ingaan op dergelijke plannen is dns
niet overbodig. De zekerheid ontbreekt,
dat emigranten in de tegenwoordige omstan
digheden ginds met open armen zullen wor
den ontvangen en hun weg zullen vinden,
terwijl het gevaar groot is, dat, als zij althans
niet van eenige middelen voorzien zijn, zij
de ellende ten prooi zullen vallen.
Het bleek ons datdr. Ley U van oordeel
was, dat men niet voorzichtig genoeg kon
zijn met emigratie naar Znid-Afrika, zoolang
althans de tegenwoordige omstandigheden
duren. Een Maatschappij, die zich dit be
lang aantrekt, moet z. i. meer tot taak heb
ben onbedachte emigratie te voorkomen dan
de landverhuizing te bevorderen. In elk
geval behoort men nauwkeurig ingelicht te
zgn omtrenthetgeen in Zuid-Afrika zelf worde
verlangd.
Overgedrukt uit ,,Het Vaderland
16 Maart 2de Blad.
Comité van Advies
omtrent emigratie naar de Zuid-
Afrikaansche Republieken.
Schier niemand in Nederland tracht nie*
te doen wat lig kan voor de Boeren. Dui
zenden bij duizenden guldens zgn reeds
bijeengebracht om door allerlei geoorloofde
middelen hen te helpen en de diepe wonden
te lenigen, die hun voorbeeldelooze strijd
tegen onreoht en geweld hun slaat.
Niet allen evenwel die zich aan het
hoofd stellen om hnn bijdragen in te za
melen, beschikken over voldoende kennis
van Afrika en genoegzaam vertrouwen in
Nederland waardoor aan de allereerste
voorwaarden oldaan wordt om met hoop
op goeden uitslag te kannen arbeiden.
Het intervie w van Dr. Leijds, dat dezer
dagen in „Het Vaderland" is medegedeeld,
staaft zéo voldoende dit beweren, dat daar
over geen woord meer behoeft gezegd te
worden.
De ondergeteekenden van welken sommi
gen reeds in kleiner kring werkzaam waren
op hetzelfde gebied, werden uitgenoodigd
meer publiek op te treden en zich te ver
eenigen tot het comité aan het hoofd van
dit opstel genoemd. Ze zgn de heeren Jhr.
Mr. F. Beelaerts van Blokland te 's Graven-
hage, Mr. J. G. S. Bevers, oud lid van de
2e Kamer der Staten Generaal te 's Gra-
venhage; P. J. A. de Bruine, 2de voorzitter
van het Nederlandsch Landbouwcomité en
van de Holiandsche Mg. van Landbonw,
te Zwgndreoht; Dr. B. A. P. van Dam,
die gedurende 11 jaren als geneesheer te
Fauresmith in Oranje Vrijstaat practiseerde
E. J. van Gorkom, oud notaris in de Z.
A. R.C. M. E. van Löben Seis, oud lid
van de Tweede Kamtr der Staten Generaal
N. J. Singels, die ruim 4 jaren te Johannes
burg in de Z. A. R. aan het hoofd eener
indnstrieele onderneming stond; Bas Veth,
hoofd van het perskantoor van het Algemeen
Nederlandsch Verbond, te Dordrecht; J.
A. Wormser, die in 1896/97 de Republieken
en de Koloniën van Zuid Afrika d< orreisde.
Het doel van dit Comité is, in ruimeren
zin des woords hen die wenschen te emi-
greeren naar Znid Afrika met raad en daad
bij te staan geschikts personen te helpen
in hun voornemen en zoo noodig van de
middelen ter volvoering van die plannen
te voorzien en hen van wie het beter is
dat ze hier blijven, onpa-tijdig te dienen
van advies, opdat die daar niet in hun on
geluk U'open na hier hnn laatste bescheiden
middelen er voor geofferd te hebben.
Het Comité weet zeer goed dat alle ver
toon of bewijs van phi antropie in den
gewonen zin des woords tegenover de Boe
ren ten eenenmale misplaatst is en in
Afrika slechts wantrouwen wekt zonder
nut te doen. Het is echter hoog noodig
te helpen op elke wijze, die een bevriend
volk tegenover een voor haar vrijheid
worstelende natie niet verboden is.
Daartoe kan veel geld vereischt worden.
Het Comité stelt zich dus even gaarne ter
beschikking voor het geven van advies als
voor het ontvangen van geldelijke bijdragen.
Het vertrouwt dat dit beroep op het
geheele Nederlandsche volk niet vergeefs
zal zgn.
De zetel van het Comité is in Den Haag.
Men riohte zich voor het inwinnen van
advies aan den secretaris en zende zijne
gaven aan een der bovengenoemde beeren
of rechtstreeks aan den penningmeester.
's Gravenhage, 15 Maart 1900.
J. A. WORMSER, Voorzitter.
Dr. B. A. P. VAN DAM,
131 Beznidenhout, 's Gravenhage
Secretaris.
Jhr. Mr. F. BEELAERi S VAN
BLOKLAND,
Koninginnegracht 62, 's Gravenhage
Penningmeester.
Wij hebben nu zoo ongeveer alles geplaatst
wat wij omtrent deze belangrijke qnaestie
in portefeuille hadden.
Wat de heer Versteeg, een oud-Zeeuw,
die al twintig jaar Amerika heeft bereisd
en veel studie maakte van land-en volken
kunde, over emigratie schrijft, iszeerjnist.
De mededeeling van het comité waarin
de heer Wormser zitting heeft, zal met ge
noegen gelezen worden.
De waarschuwing van dr. Leyds om rent
het fonds waarvan de heer Noels v. Wa
geningen voorzitter is, schijnt ons niet
ongegrond. Er zjn in den laatstes tijd
met de ambulances verschillende personen
naar Transvaal getrokken, die thans te
Pretoria op kosten der Transvaalsche re
geering loepen te Inilakken. Terecht vroeg
Staatssecretaris Reitz aan dr. Ryckevorsel
dezer dagen of dat nog langer zoo moest.
Red.
Sleehts een paar berichten.
Kitchener is bezig den opstand in Kaap
kolonie te bedwingen, en slaagt daarin naar
wen8ch. Ztjn zetel is te Prieska.
De Boeren hebben de spoorwegbrug over
de Modderrivier tusschen Brandfort. en
Bloemfontein in de lucht laten vliegen.
Roberts is aan 't verkennenJonbert
aan 't oonoentreeren zijner krachten.
Over veertien dagen kan een bloedige
strijd verwaoht worden. Een strijd die
wel eens aan al het gesnoef en geproclameer
van Roberts een eind kon maken.
Wij besluiten dit overzicht met eenige
nittreksels.
Iemand uit Johannesburg schrijft
De heeren Bloemstra en v. Wermeskerken
(Hollanders), die ook indien slag (Colenso)
waren, werden licht gewond aan het hoofd.
De dokter haalde kogels uit de hersenpan
en als een zegeteekeu bonden zij die ve
nijnige dingen aan hun hoed en kwamen
zoo hier aan in het hospitaal. Zij vertel
den van een Hollander en een Dnitsoher,
die samen op een kopje stonden en menig
vijand hadden neergeschoten. Het kopje
werd bestormd en niet lang duurde het of
zij waren omringd, maar van ov rgave was
geen sprake. Schiet, kerel, schiet, en rug
aan rag stonden zg bloot aan het vnur der
Engelsohen. Daar zakt onze landgenoot
ineen en onze Hans roept nitheb je mijn
hesten vrind getodted, jullie zwijnskoppen
honden, pang, pang, daar heb je wat. der
vor, en na grijpt hij zijn vriend in de ar
men, tilt hem op, zwaait met den hoed
en roept uit: leve die Boers, en zakt
daarna ineentoen zgn makkers kwamen
om hem te ontzetten, vond men 50 kogel-
wonden in zgn lgf. Zeg dns niet, dat de
Engelschen niet schieten kannen.
Maar wreed zijn ze. Een zekere Pienaar
hier in het hospitaal, was ook op den Spi-
oenskopde vijand had de witte vlag opge
stoken en een kerel vraagt hem om water.
Jonge Pienaar gaat met zijn veldflesoh naar
hem toe en en eer hij bij hem is schiet de
lafaard zgn Lee-Metford af en treft ons
dapper kereltje in den arm, die deze week
moest afgezet worden. Daar ligt nu het ze
ventienjarig mannetje, verminkt voor zgn