CHRISTELIJK-
NIEUWSBLAD
HISTORISCH
VOOR ZEELAND.
Ho. §9 1900
Metffag 17 fefiruaci.
Deertiende lancyang
VERSCHIJNT
G. M. KLEMKERK, te Goes
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
Engeland en Transvaal.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
elken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
Prijs per drie maanden franco p. p0,95.
Enkele nummers0,025.
UITGAVE VAN
en
Bij dit nummer behoort een Bijvoegsel
De Engelsche oensor laat weer weinig
nieuws door, zoodat wij het weer maar met
het oude zullen doen.
Bekend is nu dat Buller weer te Chieveley
terug is, en dus nu even ver staat als drie
maanden geleden. Intusschen bestoken de
Boeren zijn voorposten en verkennings
troepjes. Ook het Aragonderregimen', waar
van Keizer Wilhelm kolonel is, heeft met
groot verlies terug gemoeten. De overtocht
van Botha over de Toegela schijnt Buller
wel een weinig ontzet, bevreesd gemaakt,
te hebben. Van ontzetten zal nu wel geen
meer zyn.
Botha heeft een kijkje genomen in Spear-
manskamp, Bullers oude logis. Hij ontmoette
opzijn weg 40 lansiers, en schoot er 18
van, terwijl hij er 9 gevangen nam, een
dezer laatsteu zond hij naar Buller om te
gaan zeggen dat hij zijn gewonden moest
komen opnemen.
Men ziet wel de Boeren zien niet op
een gevangene meer of minder; en zij
behandelen hun tegenstander menschelijk.
Dit is ook een der Engelsche krijgsge
vangenen te Pretoria zoodanig opgevallen,
dat hij, van vijandin vriend verkeerd, thans
hun lof zingt iu een der Engelsche bladen.
De Engelschman heet George Lynch, em
oorlogscorrespondent van de London Morning
Herald (Londensche Morgenpost.) Hij leerde
in zijn krijgsgevangenschap de ware toe
standen, verhoudingen en karakters der
Boeren kennen, hij verklaarde ronduit ge
dwaald te hebben en is thans een warm
verdediger der Boeren en van bun onbe
twistbaar recht op een onafhankelijk volks
bestaan.
In zijn blad schreef hij dezer dagen
„Het is onmogelijk voor wie de Boeren
legers heeft bezocht of ze in 't veld ontmoet
heeft, niet van diepe bewondering getroffen
te worden. Zelfverloochenende volharding
en onbepaalde toewijding aan een zaak die
haar weerga in de geschiedenis niet heeft.
Een zoon vau veldkornet Sprayt, 15 jaar
.oud, was een der gastvrije lied n die mij
gevangen namen, en mannen boven de 60
jaren slapen in hun overjassen in 't open
veld, levende van gedroogd vleesch en
koffie.
Ik ontving do vriendelijkste behandeling
in 't kamp. Mij werd door hen een matras
verstrekt voor den nacht, terwijl zij zeiven
op den grond sliepen. Alcoholische dranken
zijn gbheel verboden in het Boerenleger.
De dag begint en eindigt met gezang en
gebed. Al de Engelsche krijgsgevangenen
worden hier liefderijk behandeld. Heden
kwamen twaalf Australiërs aan. Oordee
lendenaarden vastberaden geest dergeheele
bevolking van eiken leeftijd en kunne,
denk ik dat deze oorlog lang zal duren.
Deze oorlog zou niet begonnen zijn, wanneer
de Engelschen waarlijk het karakter van
den echten Boer hadden be,;r pen. Is er
geen stem als een bazuin in Engeland om
zelfs nu nog het volksgeweten wakker te
maken Moet de misdaad van dezen oorlog
voortgaan ter wille van het goud van
Johanneehnrg?"
Zoo is er dan eindelijk een eerlijk man
onder hen opgestaan om het juiste licht
op de gelasterde Boeren te werpen. Moge
dit woord vrucht dragen I
Doch deze nobele Engelsehman schrjjft
nog meer. Hij wijst op de vele grievender
Boeren tegen de Engelschen, die op ambu
lancen schieten, vrouwen en kinderen schof-
feeren en bij Elandslaagte zoo schandelijk
hu'.s hielden. En dan schetst hij de ont
beringen der Boeren in 't veld„ik heb
ze gezien", schrijft hij, „op het veld, in de
lagers, in de eerBte dagen van den pas
ontbranden geweldigen strijd. Dagen lang
verstoken niet alleen vau alle mogelijke
comfort, maar zelfs van het onmisbaarste
als brood, koffie, suiker, enz. Arme Boeren
De regen goot, de wind. huilde en gierde
door de vlakten, dagen aaneen De eerst
uitgedroogde bodem was drassig en mod
derig geworden, breede, vuile plassen om
gaven de tenten die geen voldoende be
schutting boden. Wel waren om sommige
grootere tenten geultjes gegraven, maar
die waren spoedig vol en 't bruinvuile
water sijpelde spoedig door de aarden wal
letjes rondom de tent heen en de bodem
daarbinnen werd een moeras gelijk.
En op den naakten, bonden grond, of
liever in die moddermasia moest de afge
sloofde, doodelk vermoeide strijder zich in
zijn doorweekte kleederen uitstrekken om
zijn vermoeiden ledematen een oogenblik
van rust te gunnen, na soms 24 uren (of
meer) in den zadel te hebben gezeten, of
een paar dagmarschen te voet aan één stuk
te hebben afgelegd, zonder ander voedsel of
drank dan een stuk biltong en hard beschuit en
een slokje drassig water. En ce wachten
die buiten de tenten uren aan uren alleen
in den stikdonkeren nacht, blootgesteld aan
klettorenden regen en zware rukwinden de
wacht moesten houden en gestadig uitzien
of geen verraad of onraad naakte hoe
diep heb ik ze beklaagd. Letterlijk alles
ontbrak hun schoeisel, kleeding, voedsel,
beschutting, in den eersten tijd. Maar hun
onverzettelijk geloof, hun onuitroeibaar
vertrouwen op God, die eenmaal alles
weer „recht" zal maken hield hen staande."
Zoo schrijft een Engelschman, een fijani
maar nu betir ingelicht. En op Dingaans-
dag plaatste bij in zijn blad een gedicht,
getuigende van g, oote sympathie voor het
geslacht dier helden.
Wij schrijven zijn naam bij die andere,
van Stead en Clarke en Courtney en Silas
Hooking en nog zoovelen meer.
Want inderdaad er komen er al meer.
Kenschetsend is de verkiezing deze week
gehouden in 't district Lancashire voor een
lid van het Engelsche lagerhuis.
De liberaal Mather werd met een meer-
derhei 1 van 1400 stemmen gekozen. En dat
niettegenstaande hij is lid en ziel van het
Transvaalsehe comité te Manchesteraan
hanger der vredespartijonverzoenlijk te
genstander van Chamberlain en zijn roof-
en oorlogspolitiek.
Nog meer, hij werd gekomen zonder dat
hij een enkel woord in openbare vergade
ringen spreken kon, want hij ligt ziek te
Genève; terwijl zijn tegencandidaat dagelijks
optrad voor de kiezers, een persoonlijk
vriend van den eersten minister is, door
Balfour zelf werd aanbevolen en als voor
stander van de oorlogsstaatkunde poneerde.
Deze gebeurtenis teekent; en 't teakent
ook dat de tory-pers zich over deze ver
kiezing in 't geheel niet uitlaat, de betee-
kenis er van tracht dood te zwijgen.
En nu, om tot den oorlog terug te keeren,
het zwaartepunt ligt op 't oogenblik weer
voor Kimberley en in Kaapkolonie. Daar
wacht Cronjé de zwaarste taak.
Sedert de Engelsche nederlagen bij Mod-
derrivier en Scholtznek is het Engelsche
leger onder Roberts verviervoudigd. French
verhuisde eveneens van Colesberg met zijn
ruiterij daarheen, wat generaal Clements,
de nieuwe chet der 8ste divisie dwong op
Rensburg terug te trekken. Maar tegsn de
nadeelen hier staan groote kansen op wel
slagen daar. Het is te hopen, en te ver
wachten, dat Transvalere en Vrijstaters
beseffen zullen dat eendracht macht maakt,
en een groote beslissing in betrekking tot
den verderen duur van den veldtocht te
komen staat. Het zal de eerste slag zijn op
't gebied der verbondenen.
Bij Jacobsdal in Vrijstaat staan groote
dingen te gebeuren.
Wijl Roberts enkele driften bezet heeft
ten oosten van Modderrivier, vreest men
dat hij de krijgsmacht der Boeren te Spijt
fontein, onder Cronjé, en die der Boeren te
Jacobsdal, onder de la Rey, gescheiden
heeft.
Ter anderer zijde verneemt men echter
dat de Boeren een nieuwe aanvallende be
weging ten zuiden der Oranjerivier uit
voerden, teneinde de verbindingslijn van
Roberts af te snijden, en verzamelpunten
te vormen voor vrijwilligers uit de Kaap.
kolonie.
Volgens Kafferpraatjes zijn te Mafeking
een paar Engelsche officieren en ook de
beruchte lady Sarah Wilson, dagbladcorres
pondent, gewond. De bevolking heeft nog
proviand tot Juni en bezorgt den belegeraars
nu en dan groote verliezen Toch sluiten
de Boeren de stad steeds nauwer in en
beschieten haar des nachts, terwijl de hooge
rivierstand bij Gabarones Plumer belet
Mafeking te hulp te komen.
De toestand te Kimberley daarentegen
verergert met den dag.
De bezetting is al van 13 Jan. af op
rantsoen gesteld. Er wor'T nog vleesch
verschaft, doch meest paardenvleeseb.
Van de blanken stierven er in December
6 procent, van de inboorlingen 14 procent;
van de jonge kinderen 70 procent; oorzaak:
gebrek aan melk, versche groenten en
vleescb. Voor 'tbeleg was de gezondheid
goed geweest, doch nn beginnen de menschen
de ontberingen te rooien.
De bevolking wordt geschat op 14000
b anken en 19000 inboorlingen, waartij ge
rekend zijn die in de Compoundsde
bandietenstatie en de'gevangenis.
Uit Londea wordt gemeld, dat de demo"
ralisatie onder de Engelsohe troepen stei ds
aangroeit. Het ministerie van oorlog ver
bergt met de grootste zorg de geschiedenis
van zekere bataljons, die weigerden voor
waarts te rukken, van zekere Ieren, die
naar de Boeren overliepen, van zekere
voorposten, die zich kalmpjes lieten gevangen
nemen.
Men leze de telegrammen der laatste
dagen. Steeds is het slot„vijf vermist",
„drie vermist" enz.
Als Roberts niet spoedig een overwinning
behaalt, en daard -or wat afwisseling brsngt
in bet eentonige der Boeren-overwinningen,
vreest deze Londenfche correspondent, dat
de demoralisatie zoo zal toenemen, dat de
Engelsche regeering aan een zelfmoord
waanzin moet lijden, als ze den oorlog doorzet.
Plaatsgebrek noopt ons de belangrijke
besprekingen in het Engelsche lagerhuis
n ar aanleiding van 'tregeeringsvoorstel tot
verhooging der oorlogsbegrooting, voorbij
te gaan.
Wij melden slechts dat Chamberlain de
gewone praatjes verkocht over onfair op
treden der Boeien o. a. in Zoeloeland. Dat
Com tney (lib hem wees op de zware be
schuldigingen, ten deze ook aan Engelsche
troepen toegekomen; dat Yerburgh (lib.)
protesteerde tegen het bezigen van Zoeloe's,
en Indische bordgenooten in den oorlog, dat
Redmond, de leider der Ieren in het la
gerhuis, een welsprekend woord sprak tot
bestrijding van 't voorstel en den oorlog
veroordeelde, terwijl hij de Boeren prees
om de rechtvaardigheid hunner zaak; en
dat het slot van de zaak was dat het huis
de verhoogde oorlogsbegrooting met 239
tegen 34 stemmen goedkeurde.
In bet hoogerhnis (huis der Lords) spra
ken ook eakele liberalen tegen den oorlog,
onder anderen Rosebery, maar die deed
het op zijn manier. Hij gewaagde slechts
van sombere voorgevoelens, wegens de
ontblooting van 's lands troepen doen het
was voor lord Salisbury niet moeilijk die
zwaarmoedigheid het zwijgen op te leggen
met een beroep op den geest der natie.
In een belangrijke bij eenkomst van leden
der liberale partij zijn gisteren een paar
besluiten aangenomen, waarin de oorlog
veroordeeld wordt als een misdaad, aan
hankelijkheid betuigd;1 wordt aan de oude
Whig-politiek van Canning, Fox, Gladstone,
Bright en Cobden, geprotesteerd tegen het
imperialistisch veroverin/sbeleid der regee
ring en dank betuigd aan geestverwante
woordvoerders als Harcourt, Courtney,
Bryce, Morley.
„Dough-nutu
Dit soheldwoord, waarmede generaal
van I 5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent.
Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
Kent, in zijn toespraak tot de vrij willigers
van Wimbledon, president Krnger noemde
zoo het al een scheldwoord wezen moet
beteekent ongeveer wat wij in het
Hollandsch noemen: „oliekoek".
LAATSTE BERICHTEN.
Roberts seint uit Jacobsdal naar
Londen dat French met artillerie,
cavallerie en voetvolk vóór Kimber
ley is aangekomen.
Als dat weer maar geen doorgestoken
kaart van de Boeren is of een muizenval
of een te vroeg gekraaid Victorie!
Op het eiland Tooien zijn de toe
standen voor den werkman geheel anders
dan in andere provinciën van ons land.
De hofsteden waaraan honderd en meer
gemeten, hoofdzakelijk bouwland behooren,
worden in de laatste jaren hoe langer hoe
meer in 't klein verpacht de veldarbeider
lie ter geeder naam bekend staat, wordt
voor 7 jaren pachter van een perceeltje,
groot een, twee of drie gemeten, goed bouw
land, waarop hij de; zomers met vrouw en
kinderen zooveel verdient, dat hij gedu
rende den winter voor armoede behoed is.
Het aantal hoeven vermindert alzoo
langzamerhand en de verpachting in 't
klein wordt algemeener. Er blijft dus in
sommige dorpen, vooral te Soheipenisse en
te St. Annaland geen groot getal werklie
den over, dat alleen arbeidt in dienst van
de boeren.
Die menschen verdienen trouwens per
week weinig guldens; in den zomer wordt
voor bet wieden 70 cent per dag betaald
aan de mannen en 60 cent aan de vrouwen
waarvoor zij met inbegrip van bet gaan en
komen naar en van den akker 14 h 15 uren
in 't getouw zijn. In den oogsttijd, die
tegenwoordig kort meer duurt, omdat er
weinig koren verbouwd wor^t, stijgt het
alleen v^or de flinke mannen tot 1 gil.
per dag en in den bietentijd, de beste tjjd
van 't heele jaar, kan er wel 1,25 gld.
verd.end. Zookan, wordt er berekend, ieder
hoofd van een arbeidersgezin, als hij steeds
gezoad is en werken kan, als het werktijd
is, niet meer dan 200 gld. per jaar ver
dienen. Het is te bogrijpen dat dit onvol
doende is, ook al arbeiden de vrouw en
kinderen, de laatste zelfs beneden del2jaren
wat mede zoodat dezulken in den winter
naar een en ander moeten uitzien om wat
bij te verdienen. Vroeger hadden velen
werk met het dorschen, doch dit beduidt
tegenwoordig weinig meer. Mossels halen,
alikruiken zoeken en wild stroopen, zijn
de gewone middelen, waartoe de toevlucht
genomen wordt, doch dat alles is bij de
wet strafbaar.
De mossels beheoren aan eigenaars en
liggen op verpachte banken, de alikruiken
kunnen niet worden gevonden, tenzg de
steenen langs de zeedijken worden ver
plaatst en omgewenteld en de hazen mogen
niet toegceigend worden. Behalve van
strikken en geweren wordt er in sommige
gemeenten daartoe gebruik gemaakt van
valkuilen. In tninen die liefst aan elkander
grenzen en door heggen gescheiden zijn,
worden juist tegen die heggen putten ge
graven en daarin tonnen geplaatst.
Bij iedere ton wordt een flinke opening
in de heg gemaakt en overigens worden
alle gaten zorgvuldig gesloten. Da opening
der tonnen wordt met eenige twijgen ge
dekt, waarover een laag gras gaatde hazen
die des winters, door gebrek aan voedsel
naar de tuinen komen, kruipen d or de
opening, in de heggen en vallen in tonnen.
Daaruit springen is onmogelijk gemaakt
door een aangebrachte lat in het vat, waar
door hun de ruimteontbree* t om den sprong
te nemen. Dat deze verboden handelingen
tot heel wat bekeuringen leiden is te be
grepen, doch dat de overtreders de politie
dikwijls te slim af zijn en in den winter een
aardigen stniver verdienen om den kwaden
tijd door te komen, is even zeker waar.
Het gebeurde te Appelternl
Over den beklagenswaardigen Scherf, die
op zijn doorreis naar Medemblik Utrecht
passeerde, schrijft men aan bet Centr.
Vrijdag 9 Febr. ongeveer tien uur
kwam aan het Centraal Station, alhier
aan, uit de richt ng Geldermalseu, onder
geleide van 4 in burgerkleeding getooide
oppassers de ongelukkige moordenaar uit'
Appeltern.
Het is een flinke net uiterlijk hebbende'
persoon.
Hij was in dwangbuis gekleed, zoodat
hij uit den trein gedragen moest worden;
daar men op den treiu naar Amsterdam
eenigen tijd moest waohten, bracht men
hem in de „Doorgaande Reizigers," al zin
gende kwam hij binnen en werd door zjjne
oppassers bij de kachel geplaatst. Aan de;
buffetjuffrouw vroeg bij een kopje koffie
of chocolade, altijd als de Heere zulks goed
vond, er werd geen bezwaar hiertegen ge
maakt een kop koffie werd hem gegeven
e i door zjjne oppassers aan zütt mond ge
bracht. (Hij vroeg of zjjn handen niet
los mochten gemaakt worden, dooh dit
werd niet toegestaan).
De met bloed bevlekte klompen trek
ken de aandacht van de buffetjuffrouw,
zulks ontging hem niet, waarop hjj haar
vroeg
Is u niet bevreesd en bang voor ma
Zjj: Waarom zoude ik voor u bang
zijn, neen in het geheel niet.
Het scheen den man goed te doen sulka
te hooren en met zelfvoldoening gaf hg haai
dan ook ten antwoorddan heeft u «en on
besmet, rein geweten.
De jenever en dergelgke flesaohen trok
ken ook ten zeerste zijne aandaoht en hji
vroeg daarom aan de bnffetjnffrouwU
tapt toch geen dranken O, neen, zeide
zij, wij verkoopen hier alleen maar koffie,
thee en eetwaren. Waarop hg weder Ver
telde dat zij nooit dranken (spirit.) moeet
tappen, daar in dien drank de duivel zat
en die moest uitgedreven worden.
Verder was hij aldaar geheel kalm en
bedaard en zijne oppassers waren mannen
waaraan die kalmte moet gedankt worden;
deze toch traden met de meeste takt op.
De Amsterdamsche trein kwam aanstoo-
men zijne voeten werden losgemaakt, dood
bedaard stond hij op, gevolgd door ijjno
oppassers, en onder het zingen van psalmen
stapte hij in den trein en ging zoodoende
de plaats zijner bestemming te gemoet.
Te Amsterdam had vorige week
een kleine binnenbrand plaatsin een boven
woning eene vrouw en twee kinderen
werden daarbij I zoodanig gewend dat lij
onder hevige smarten bezweken. Te
2e Exlooermond viel een meisje van
4 jaar in een pot met kokend water en
stierf aan de gevolgen. Te ASten ie
een alleenwonend man die te dioht by de
kachel op een stoel in slaap was gevallen,
door het vlamvatten zijner kleeren levend
verbrand. Te Eenrum is een 11 jarige
knaap b'j het schaatsenrijden verdronken.
In de chemische fabriek te Roermond
viel een werkman door een zonderlnik en
bleef op de plaats dood. Te Berlikum
is een man door de tram overreden en
na eenige uren dientengevolge bezweken.
Van Rotterdam naar Oud-Beijerlend
verhuisde een gezin met inboedel en el in
één verhuiswagen. Bij de aankomst bleek
éen kind overleden te zijn. Te Zalt»
bommel viel een kind van drie jaar in
een pot met kokend water en stierf aan de
gevolgen. Te Weert geraakte een land
bouwerszoon onder zijn zwaar beladen kar
en stierf aan de gevolgen Te Ouds-
hoorn is een driejarig knaapje in de «loot
voor de ouderlij ke woning verdronken.
Te Utrecht sloot een moeder even hur
beide kinderen op daar zij een boodschap
moest doen. Onderwjjlzij weg was, rukte
het jongste, een meisje van drie jaar, in