Boereninspan
Boereninspan
Aanbesteding
AANBESTMS.
op Donderdag 22 h-bruari 1900,
Vrijdag 23 Februari
Huishoudelijke Goederen.
Huishoudelijke Goederen,
dcKatuur-V/ollen J
Ondergoederen
Openbare Verkooping
Landbouwwerktuigen en
Gereedschappen,
openbaar verkoopen
de Meubilaire
aanbesteden
aan te besteden
PREDIKBEURTEN
Gereformeerde Kerk, Goes.
ELLEWOUTSDIJK
Woensdag 28 Februari 1900
openbaar verknopen
Woensdag 21 Februari 1900,
Het bouwen van eene
nieuwe Graanschuur
groot 693 M2 met bij-
behoorende werken,
Op Dinsdag 20 Februari 19G0,
Natuurlijk dat hooren de Kuaj.schë Hoeren
graag. Zij wachten maar tot hun land
door de Poeren geannexeerd wordt en zij
opgecommandeerd worden. Dan kannen zij
nooit, wanneer zij in handen der Engelschen
vallen door dezen als rebellen behandeld
worden. Het aantal Kapenaars die zich bij
de Boeren gevoegd hebben, bedraagt 10000.
De Boeren doen krachtige pogingen om
den oogst binnen te halen.
Te Pretoria zijn aangekomen zeven ge
wonde Engelsche officieren en 200man van
de Lancashire fuseliers. De burgerij van
Pretoria leed gevoelige verliezen op den
Spioenkop. Het hevigst woedde daar de
stryd tusschen Sen 11 's Woensdagsmorgens
toen de Boeren met hun moorddadig juiste
geschutvuur bijna slaagden de Engelschen er
af te schieten.
Om 11 uur ontdekten de kanonnen ein
delijk de opstelling van het achter een
randje verscholen geschut der Boeren, zoo
dat het geschutvuur verminderde, en tegelijk
daagde er versterking op. Een gedeelte
van generaal Lytteltons brigade had de
oostelijke helling van den Spioenkop be
klommen, en wisten zich op een naburigen,
suikerbroodvormigen top te handhaven,
doch om de verliezen der Engelschen slechts
nog zwaarder te maken. De Boeren nader
den voet voor voet van drie zijden en de
artillerie kwam niet over tegen den avond,
maar de mannen zaten elkaar toch reeds in
den weg (?l). En zoo werd het groote ar
tillerie-duelten voordeele der Boeren beslist.
Zij wondden Weodgate doodelijk, wiens
opvolger Thorneyoraft bevel gaf terug te
trekken. Woodgate leefde Zondag nog.Hij
heeft een wond boven het oog.
De Boeren gingen zelfs Donderdagochtend
nog voort met vuren, niet wetende dat de
Engelschen reeds den vorigen avond den
top verlaten hadden. Zij hebben de Engel
sche gewonden uitstekend behandeld, zeggen
deze.
Dat het tusschen Transvalere enVrijsta-
ters een poosje scheef gezeten heeft, wordt
uit brieven bevestigd.
Een Amerikaansch journalist heeft heel
wat onthuld over den slag bij Modderrivier
Daar waren die van Jacobsdal, en anderen
weggeloopen bij het eerste treffenzij had
den aanvoerders zonder zelfvertrouwen en
die ook geen zelfvertrouwen inboezemden;
en Jacobsdal was de eerste stad van den
Vrijstaat, welke door den oorlog te lijden
had. Plotseling opgeroepen, waren de bur
gers in het heetst van het gevecht by Enslin.
Zy trokken ten getale van 180 uit, verloren
46 man aan dooden, gewonden en gevan
genen en moesten zich door de Lanciers
heenslaan.
Hij schrijft onder meer:
Te Jacobsdal verzamelde ik de volgende
mededeelingen over den slag bij Modder
rivier:
De Boeren waren versterkt door generaal
Piet Cronjé, die, na een geforceerden marsch
juist bijtijds kwam om aan het optreden
deel te nemen.
De versterkingen, per spoor over honderd
mijlen afstand aangevoerd, hadden het front
niet kunnen bereiken. In den morgen van
den 28sten hadden de Boeren den Zuidkant
van de Modderrivier bezet, hetgeen hun
bescherming gaf tegen het artillerievuur,
maar hetgeen ten opzichte van het vechten
een nadeel was, daar men de rivier nu in
den rug had.
De vernielde spoorwegbrug werd het doel
punt van de voorwaartsche beweging der
Engelsehen.
De troepen van den Vrijstaat waren ge
plaatst op anderhalve mijl ten westen van
de brug. Generaal De la Rey verdeelde
zijn Transvaalsche manschappen over twee
mijlen naar het Oosten, terwijl Cronjé met.
de' zijnen nog verder op de uiterste linker
flank stond. De kanonnen der Boeren waren
onder bevel van majoor Albrecht op den
Noordelijken oever van de rivier opgesteld.
Te 6 uur 's morgens openden de Engel
schen hun artillerievuur, uit ongeveer 33
kanonnen. Hun cavalerie kon men op beide
flanken in lange linies zien; de infanterie
werd nog niet in het gevecht gebracht.
Het was een verschrikkelijk warme dag.
Het eerste treffen had plaats op de linker
flank der Boegen, waar de lanciers een charge
naar de rivier maakten. Zij werden door
Cronjé's mannen echter teruggedreven.
Te 9 uur vm. konden de Boeren consta-
teeren, dat de voorwaartsche beweging der
Engelschen tot staan was gebracht en zy
beweren, dat als zij meer kanonnen hadden
gehad, zij het Engelsche leger gemakkelijk
verjaagd en vele gevangenen gemaakt zouden
hebben.
Te 4 uur in den namiddag keerde de kans.
Het is moeilijk hiervan een duidelijk over
zicht te geven, maar ik vernam ongeveer dit
Het zware artillerievuur van de Engelschen
in 't voorafgaande gevecht had de Boeren, die
voor de eerste maal in het vuur waren,
verschrikt. En nu gebeurde een van die
onvoorziene fouten, welke by alle ongedis
ciplineerde troepen kunnen voorkomen.
Naar ik hoorde waren te 4 uur de En
gelschen, in spijt van hun overstelpende
getalmeerderheid feitelijk tot staan ge
bracht. Maar toen waren de Vrijstaatsehe
troepen bewesten de brug vermoeid, weder-
spannig of verschrikt, en ofschoon zy wei
nig verlies hadden geleden, trokken zij
naar de brug terug en den stroom over.
Een feit is dat de Vrijstaters gecomman
deerd werden door personen, die geen ver
trouwen in zich zslven hadden en hun
manschappen ook geen vertrouwen in
boezemden.
De Engelschen grepen deze gelegenheid
dadelijk aan, rukten naar de brug voor
waarts en trokken ook de rivier over,
waarbij eenige Vrijstaters het leven lieten.
Generaal Cronjé, op ide uiterste linker
flank zijnde, bleef met deze gebeurtenis
eenigen tijd onbekend, en toen waren hij
en De la Rey genoodzaakt het geveebt
voort te zetten tot de duisternis inviel,
teneinde hun eigen terugtocht uit te kun
nen voeren, daar de rivier in hun achter
hoede niet doorwaadbaar was.
De Boeren waren tusschen de 4000 on
5000 man sterk, zeggen slechts acht dooden,
tweeëntwintig gewonden en tien gevange
nen verloren te hebben.
Men veronderstelt, dat de verliezen der
Engelschen groot zijn, daar zij op 1 De
cember een week wapenstilstand vroegen.
De drie ontmoetingen hebben aan daze
zijde de waarde van den Boer in het ge
vecht doen kennen, zoowel wat zijn sterke
als wat zijn zwakke zijde betreft. Aan de
zijde van den Vrijstaat heeft de bevolking
echter niet zoo groot belang in de Afri
kaander politiek als elders. Hun eigenschap
pen als soldaat zijn goed. De verschrikke
lijke wonden, door de lydietbommen tegen
de rotsen barstende veroorzaakt, deden hen
erg ontstellen, Poole, de Engelsche ge
vangene, vertelde mij, dat hij eeu reusach-
tigen, roodgebaarden Boer had gezien,
klaarblijkelijk op die wyze gewond, rond-
loopende en zijn kameraden roepende zijn
geheele gelaat was een bloedmassa, zwart-
geöroogd in de zon en zijn beide oogen
waren vernietigd.
Zulk een schouwspel werkte er toe mee,
de zenuwen der Vrijstaters te verzwakken
die ook, zooals ik reeds zeide, geen leiders
hebben, in wie zij vertrouwen stellen. Voor
hun gedrag op Woensdag zijn zij erg gelaakt.
President Steyn heeft op den dag na den
slag het volgende telegram gezonden, met
het bevel het aan alle burgers en officieren
voor te lezen
„Geëerde officieren en burgersl
„Met leedwezen hebben wij vernomen, dat
slechts 1000 Vrijstaters in den laatsten
slag meegevochten hebben, en dat vele
andere in hun kamp gebleven waren, terwijl
hun broeders den vijand weerstand boden en
zelfs versloegen.
Ik zou mijn plicht niet vervullen, als
ik u niet nadrukkelijk zou verklaren, dat
zulk een gedrag alleen noodlottige gevol
gen kan hebben voor onze vrijheid en
eveneens voor onze broeders in den strijd.
Daarom leg ik u met nadruk, dat ieder
van u bet zijn plicht moet rekenen, de of
ficieren te gehoorzamen, en dat de officieren
de burgers gedurende den geheelen oorlog
moeten vergezellen.
Als we dus handelen, dan twijfel ik er
niet aan, of God zal ons niet verlaten maar
ons de zege geven. Dus laat geen van u
niet op zijn post gevonden worden in de
eerstkomende manoeuvres. Laat ieder deel
nemen aan den strijd. We moeten er aan
denken, dat we vechten voor al wat ons
lief en dierbaar isu.
President Steyn kwam zelf op 2 Decem
ber in een kamp, 8 mijlen van Jacobsdal
verwijderd. Hij had bij zich een boodschap
van president Kruger, die hij aan zijn of
ficieren en manschappen meedeelde. Deze
boodschap was een gedeelte van een lang
telegram aan president Steyn en had onder-
staanden inhoud
„Geeerde heer ea broeder. De zaak is te
newichtig voor mij, om het stilzwijgen te
bewaren. TJHED. moet al uwe officieren en
burgers onder het oog brengen, dat, wan
neer wy onze onafhankelijkheid willen
behouden en ons land niet aan den vijand
willen uitleveren, wij, zelfs ten koste van
ons leven, moe*en besluiten hardnekkigen
tegenstand te bieden en niet terug te trek
ken, maar ons moeten verweren, tot wy de
overwinning hebben behaald.
De Heer heeft getoond, dat Hij met ons
is, daar de vyand het verlies van honder
den betrenrt, terwijl wij slechts het verlies
van enkelen te bejammeren hebben.
Als wij terugtrekken, geschiedt dit uit
lafheid, ik heb opgemerkt dat gebrek aan
samenwerking oorzaak is geweest, dat wij
onze stellingen ontruimden.
Mijn leeftijd veroorlooft mij niet, my bij
mijn zoons te voegen, anders zon ik op dit
oogenblik aan het front geweest zijn.
UHEd.'s beschikkingen en raad moeten
,hen voortdurend vergezellen. Want de be
slissende strijd, die zal uitmaken, of wij
al of niet het land zullen overgeven, na
dert snel.
In geen geval moetei wij het land over
geven, zelfs al zou dit ons de helft van
onze menschen kosten.
UHEd. moet de officieren en burgers laten
begrijpen, dat zij zich ten doode toe moe
ten verweren. In den naam des Heeren,
vertrouw ik dat wij, met dit besluit en
gesterkt door gebed voor den aanval, de
overwinning zullen behalen. Christus toch
heeft gezegd: „Want een iegelijk die zijn
leven behouden wil, die zal het verliezen;
maar wie zijn leven verliezen zal om mij
nentwil, die zal het behouden".
Zendt dit met uw plannen en raad aan
de officieren".
Farheërs 1
De Primaat van Ierland heeft in de ka
thedraal van St. Patrick te Armagh in een
1 iddienst voor den oorlog o. a. de volgende
merkwaardige woorden gesproken
„O God, wij danken U, dat Gij ons in
Uwe Genade behoed hebt voor de misdaad
de karmijnroods misdaad, van dezen ver-
sohrikkely ken oorlog verklaard en begonnen
ta hebben." Handbl
De bij Dundee zwaar gewonde generaal
Yule wordt dezerdagen ie Cannes verwacht,
waar hij herstel vjn gezondheid hoopt te
vinden.
Op God oertrouwd.
In ile te Johannesburg verschijnende
„Sud-Afrikaansche Coirespondenz" sohri|ft
de redacteur Fritz van Straaten, uit het
kamp voor Ladysmith:
„Een treffend bewijs van het onwrikbaar
vertrouwen op God by de Boeren heb ik
weêr dezer dagen gezien. Ons laager (Pretoria
district) wis samengekomen voor een gods
dienstoefening. De mannen stonden in een
dichten hoop ope n. Daar begon het opeens
in de lucht te siBsen ea te knallen boven
onze hoofden en rechts en links vielen
kanonkogels. De Engelschen hadden waar
schijnlijk de verzameling van menschen
opgemerkt ea. sehoten daar nu op. „Ik
maakte een der Boeren opmerkzaam op
''et gevaar en vroeg, of het niet beter zou
zijn uiteen te gaan. Maar hij antwoordde:
„Niet alzoo, broeder. Zoolang wij bidden,
zal de Heer ons besohermen, en zy zullen
ons niet kunnen deren".
„Zoo zongen de Boeren, ondanks het
hevige vuren, bedaard hun psalm uit, en
daarna gingen zij uiteen, zonder dat er één
was gekwetst. Maar toen ik naar mijn tent
terugkeerde, vond ik bij den ingang daarvan
stukken van een ontplofte bo n. Die had mij
kunnen treffen, ala ik niet naar de gods
dienstoefening was geweest".
De Uitlanders.
In ons wrig nummer verhaalden wy
van „Uitlanders" die te Pretoria en Jo
hannesburg bleven en aan den president
reden gaven tot betuiging van tevreden
heid over bun gedrag, s unmigen helpen
ook de Boeren dapper mede.
Dit zijn de goede Uitlanders. Maar er is
nog een ander soort.
Een buitenlandsch blad bevat een en
ander over het uitlanderskorps, dat in den
slag bij Colense dienst heeft gedaan als
gewonden dragers.
Eén aanhaling uit een brief teekent deze
luitjes van de tweede soort.
„Ik heb reeds medegedeeld dat te Dur
ban een korps van 1200 dragers is gevormd
voor den slag bij Colenso. Van deze 1200
heeft men er reeds 400 moeten wegzenden
om redenen, waarover de bladen slechts in
bedekte termen spreken, daar zij het niet
openlyk durven doen vanwege de censuur.
Deze dragers heeft men bezig gezien met
het afsnijden van vingers om ringen van
weinig waarde te stelen. Zy namen alles
wat zij machtig konden worden. Dat En
gelschen hun doode landgenooten op deze
wyze bestelen, is bijna oageloofelijk en dat
deze schanddaden plaats vinden bij een be
schaafde natie zoedat haar eigen zonen er
de slachtoffers van worden, is bijna onge
loofelij k, en toch worden deze geruchten
door brieven bevestigd. Zeker is het dat
verscheidene uitlanders, behoorende tot de
heffe des volks, zich alleen bij het dragers
korps aansloten om te plunderen."
Een grappenmaker had onlangs, zoo ver
haalt „Daily Chronicle", het Transvaalsche
volkslied geleerd aan een straatmuzikant,
die het in verschillende wy ken ging spelen.
Hij ging den man na, om te zien, wat er
zou gebeuren. Maar er gebeurde niets bij
zonders. Niemand herkende het lied van
„het volk vol heldenmoed", en de man
kreeg heel wat geld in zijn bakje, in
plaats van een duchtig pak slaag, wat zeker
zijn deel zou zijn geweest, als het volk op
straat had ontdekt, dat hij het lied van
Engeland's vijanden speelde. Hoe een
zijdig ontwikkeld toch, dat zelfgenoegzaam
eilandersvolk I
De „Volksstem" zegt in een artikel lot
verwelkoming van President Steyn en
Fischer te Pretoria: „Indien de Oranje-
Vrijstaat zich niet by ons aangesloten had,
en met zooveel moed had volgehouden,
zou de toestand thans heel anders geweest
zyn, en de regeering der Zuid Af rikaansche
Republiek had dan onmogelijk de maatre
gelen kunnen nemen die met zooveel
succes ten uitvoer gelegd zyn".
-Een lezer te Vlissingen heeft de ver
taling, die de N. R. Ct. gaf, van het fraaie
vers, dat te Kaapstad onder de Engelsche
soldaten wordt verspreid, op rijm gebracht.
Het luidt, onder het opschriftDe witte vlag'.
Dood de Boeren overal I
Rijg ze aan de bajonettenI
Spaar ze niet, in geen geval,
Wil niet op hun smeekbeê letten,
Want zoo'n hondsvot is geen mensch
Gooi hun vleesch dus voor de hond n,
Voor de gieren vuile pens.
Geen pardon, geen medelij,
Buiten wet en recht staan zy
Oog om oog! en tand om tand 1
Wilt niet een der hunnen sparen,
Sla ze dopd 1 en maak van kant,
Wilt hun dooden niet vergaren.
Dat uw wraak tienvoudig zij 1
Laat hun lijken 't veld bedekken
En alom tot leering strekken
Brave Engelschen zijn wij.
Voor een Boer bestaat geen eer,
Schiet ze, steek ze, sla ze neêr 1
Want alzoo spreekt God de Heer:
,,'k Ben een Wreker van het kwade";
Geef dus Zijnen naam ter eer
Aan geen enk'len Boer genade 1
't Bloed der makkers schreeuwt om wraak,
Daarom spaar ze geen van allen,
Laat ze als muizen nedervallen
Triumpheere onze zaak I
En de zielen in de hel
Juiehen om dat gruwelspel 1
5 FEBRUARI.
y Maandag a.s. hopen onze geliefde
ouders
WILLEM BIERENS t
jt en
A LIJDIA VAN ZORGE,
Sl hun vijfentwintig jarige Echt-
vereeniging :e vieren.
«I
Hunne dankbare kinderen.
Biezelinge.
Zy, die iets te vorderen hebben
van of verschuldigd zijn aan den
boedel van wijlen de echtelieden Marinus
Arnoys en Cornelia Priester ge
woond hebbende en overleden te Heinkens-
zand, worden verzocht daarvan opgaaf of
betaling te doen voor den 7 Februari
1900, ten kantore van den Notaris PH.
M. DE RONDE BR ES,SER te Heinkenszand.
O
ZONDAG 4 FEBRUARI.
Voorm. half 10: Ds. R. J. VAN DER VEEN
Nam. 2: Idem. H. C.Z. 20.
Beide beurten collecte voor de
Inwendige Zending.
Av. 6: Lezing.
DONDERDAGAVOND 7 UUR
Bijbellezing.
ff
ten overstaan van Notaris J. DE VOS te
Middelburg
's morgens half negen ure ten verzoeke
van Landbouwer Abrah. PRIESTER op de
door hem bewoonde Hofstede „Everinge"
gemeente Ellewoutsdij k van
DEN KAPITALEN
als Negen Paarden t. w.
zwart Merriepaard éen
jaar, vos Kuinpaard 2 jaar,
vos Ruinpaard 3 jaar,
vos Merriepaatd 4 jaar, bruin Mer
riepaard 5 jaar, zwart veuleudragend
Merriepaard 6 jaar, schimmel Ruin-
paai d 8 jaar, bruin Merriepaard 9
jaar, zwart veulen hagend Merrie
paard 13 jaar. Twee en dertig stuks
Hoornvee t. w. 10 Melkkoeien waar
onder eene vare Koe, 10 éénjarige
Runders, 7 tweejarige Runders, 5
Aanhou Ikalvers. 8 Loopvarkens, 2
puike Rammen, 125 Schapen waar-
ond r 82 met Lammeren De scha
pen te veilen bij tien of minder.
150 Kij pen en Ranen, 9 Eendei^
Karnhond, Schaapshond met hok.
VOORTS:
Tilbury, Kapwagen, 3 Menwagens,
2 met ijzeren assen, driewielskar, 7
Ploegen in soort, 11 Eggen in soort,
3 Velds.eden, Peemolen, 2 Sleep-
borden, Rolblok, Geeselsteen met
paard, Molbord niet Ketting, Scha
penbocht, 3 Ladders Zaaddorsozeil,
2 Taskleeden, 3 Vleeschblokken,
Broeikooi, Koebak met goten, partij
Wei-en Klaverhooi, partij Ri andhout,
Harnassement, STAL- ZOLDER- en
MELKGEREEDSCHAP.
Nog eenig HUISRAAD Kabinet,
Tafel, Sto. len, benevens 'tgeen meer
zt 1 worden gepresenteerd.
g^F* Op de Hofstede GEEN gele
genheid tot stalling.
VAN
EEN KAPITALEN
Notaris mr. J. L. H. LIEBERT, te Goes,
zal in de gemeente Kruiningen, op de
hofitedo bewoond door en ten verzoeke
van den heer A. Witka in het
des morgens te 8Vs uren precies
225 I<i| pen en Hanen,
10 Eenden, 4 Ganzen,
15 Melkkoeien, 7 Kalf-
vaarzen, 24 Runderen van 1 en 2
jaar oud, 10 Kalveren, 10 Paarden
van 2 tot 12 jaren oud, 1 Hengst
oud 1 jaar, 3 drachtige Zeugen, 2
vette Varkens en een Wachthond
EN
des morgens te 9Vs uren precies
EENE PARTIJ
als1 Menwagens, 1 Driewielskar,
3 Slepeis, 1 Rolblok, 7 Ploegen in
soort, 6 Eegden, 1 Molbord en Ket
ting, 1 Seepbord, 1 Peenrnolen, 1
Snijmolen, 1 Geeselsteen en Paard,
Maten, Bascule en Gewichten, Broed-
kooien, Ladders, Zoldergeree ischap-
pan, 1 Melkontroomer en verdere
lVlelkersgei eedscnappen, Harnasse
ment,
benevens:
CEEN STALLINC.
De Notaris Mr. LIEBERT zal op
des voormiddag IOV2 uren, te Goes, in het
koffiehuis „de Prins van Oranje", in het
EN VERDERE
benevens BOEKEN,
nagelaten door wijlen Mr. P. Lenshoek
vanKerkwijk.
KIJKDAG daags te voren van 11 tot
4 uren.
op Dinsdag 13 Februari 1900,
des namiddags ten 2 ure in het Koffiehuis
„Slot O s t e n d e" te Goes.
Zal de architect A. LE CLERC'Q,, wonende
te Kruiningen namens zijn principale
op de hofstede Ossenvate in den polder
Borsele bewoond door den pachter C.
Nijsten Jr.
Waarvan aanwijzing in loco zal geschie
den 10 Februari e. k. des voormiddags
11 ure.
Het bestek en teekening zijn ter inzage
van af 29 Januari op iederen werkdag bij
bovengenoemden Architect te Kruiningen
des namiddags te 2 uren, zal de heer
J. Oele Hz. q. q. te Goes, te zijnen
kantore, trachten
Het gedeeltelijk vernieuwen van
het WOONHUIS, op .je
hofstede „Dijkzicht", onder
's-Heer Arendskerke,
bewoond door dhr. M. BOO-
GERD.
Aanwijzing in loco zal plaats hebben op
Zaterdag 17 Februari 1900, des namiddags
te 2 uren, terwijl bes.ek en teekening ter
inzage liggen ten kantore van den heer
OELE voornoemd.