meid
:necht
knecht
NIEUWSBLAD
F
>n Dekens,
CHRISTELIJK- sr
HISTORISCH
VOOR ZEELAND.
Iddelbnrg.
EN'S
ivaarzen
ode P. G.
Ho. 48 1900.
DontUng 11 Pannari.
Dienstbode
ïgmensch
ersgezin,
dsknecht,
dsknecht
sknecht
tlpprfi?m!p laatgani).
JKDOM AAN EX
EN TEGENOVER
kaat
VALK".
Middelburg.
beneden inkoops-
e Dekens.
sdelft B 120.
vaarborg-
maatschappij
ering van
COED en VEE
enknechi of
knecht
VERSCHIJNT
G. M. KLEMKERK, te Goes
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
De Motie-Van Kempen.
TIJDVERZEN?
Dienst- en leerplicht.
Hoofden en Onderwijzers.
Kardinaal Manning en de oorlog.
Uit Zuid-Afrikaansche Brieven.
ANBEVOLEN.
mammmmmm
sgen zeer lage premie,
trekt
DER HARST,
Korte Delft F 23.
h ras bij J. BOONE,
BERGEN, Pastorie te
gen Mei een nette
flJKHUIJS Ax., Biggo-
GENSE te Aagtekerke.
k der tegenwoordige
den boerenstand bü
Istraat Middelburg.
tegen Mei een
sPERSE Vrouwepolder
;evraagd voor
i een winkel.
Boekh. D'HUIJ,
Middelburg.
Mei een flink
der leden met paarden
BOOGERD, 'sHeer
Mei
SPEBSE, Koudekerk*
)ekwame
E. BOÜWENS,
Krniningen.
i
Maart of Mei
d met hoefbeslag bjj
ipelle.
lh"
i, bij PH. A. KNIK.
Axel.
elken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
Prijs per drie maanden franco p. p0,95.
Enkele nummers0,025.
UITGAVE VAN
en
van 1 5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent.
Familieberichten van 1 5 regels 50 centiedere regel
meer 10 cent.
Bij de behandeling van minister Lely's
begrooting voor waterstaat in de tweede
kamer heeft de heer Van Kempen, het an
tirevolutionair lid voor Leiden, een motie
ingediend, welke later in behandeling komt.
Hij heeft namely k voorgesteld dat de
postbestelling op Zondag in alle plaatsen
des lands tot één keer zal worden beperkt.
Wij juichen deze motie van harte toe.
Het geldt hier de Zondagsrust voor
ambtenaren en beambten bij de posterijen.
In plaatsen beneden de vijftienduizend zie
len bestaat deze bepaling van slechts ééue
postbestelling reeds.
En wij hoorden nog niet dat de handel
of nijverheid in die plaatsen er last ran
had.
Na heeft de directeur-generaal aan de
Kamers van Koophandel in plaatsen van
boven de 15000 zielen gevraagd hem te
willen inlichten of de handel bij 't intrek
ken Ivan de tweede postbestelling op Zon
dag zon knnnen benadeeld wordenen of
't misschien ook zon kunnen gevonden
worden met een latere bestelling van de
eerste post.
Men zal derhalve krijgen drieërlei.
Plaatsen met een bestelling op den ge
wonen tijd.
Plaatsen met één bestelling doch op een
later uur van den dag.
Plaatsen met twee bestellingen.
Wij zullen niet vooruitloop en op de
adviezen van de Kamers van Koophandel.
Het komt ons echter voor dat met het
oog op de zoo zeer gewenschte Zondagsrust
voor de beambten der posteryen ook de tweede
bestelling behoort te worden afgeschaft.
Voorzoover wij 't begrijpen kan hierte
gen bij den handel geen bezwaar bestaan.
De handelaars zullen wel busrecht heb
ben en wie 't niet heeft, zou 't kunnen
nemen. En dan zou bepaald kunnen wor
den dat op één vast uur (doeh sleohts één)
liefstj'des avonds na 9 uur voor dezulken
gelegenheid bestond tot het afhalen der
brieven.
De Staat zou dat busrecht voor den
Zondag kunnen verdubbelen of verdrie
dubbelen.
Wie weet bleek of werd 't getal van
hen die er gebruik van maken, dan wel
niet zoo gering flat het geheel kan worden
afgeschaft. En dan ware geleidelijk de
toestand ingetreden, dien de heer ^Van Kem
pen op eenmaal verlangt, en dien wij op
zichzelf natuurlijk verkiezen zouden.
Wy zouden dan hebben voor alle plaat
sen één busliohting per Zondag, en dan
niet al te veel verlaat, dewijl de besteller
dan tooh nog niet gebaat zou zijn.
Is hij by voorbeeld om 2 uur pas klaar,
en moet hy dan nog middagmalen, dan
schiet er, vooral by winterdag, te weinig
voor den dag over om Zondagsrust te
knnnen genieten.
Wy zouden zoo zeggen, wanneer ae
bandelaar, de groot-industrieel, de bankier
en wie er meer meenen mocht de tweede
bestelling niet te kunnen missen, eens be
sluiten konden 's Maandags heel vroeg,
by voorbeeld 4 uur, op te staan, dan zouden
zy allicht nog gelegenheid hebben hunne
brieven van den vorigen dag te beantwoor
den of bestellingen nit te voeren.
Dooh deze overwegingen zijn van later
orde en behooren ook niet tot onze com
petentie.
De pers heeft in dezen gten andere
roeping dan by de overheid op meerdere
Zondagsrust aan te dringen, en den wensoh
dec antirevolutionaire party te steunen.
Allereerst om den Zondag die een instelling
Van God den Heere is, Zyn dag, over wel-
«chikk8 ■men8°k n*et 'wiRekeurig mag be-
En in de tweede plaats em den mensch
aie de rust van den zevenden dag, zoo
immer mogelijk van den Zondag, noodig
heett om m lichamelijk en zedelijk opzicht
mensch te knnnen blijven.
Zondagsheiliging en Zondagsrust maken
beperking, afschaffing liefst van allen open
baren arbeid op Zondag noodig.
Noodig, zoo voor den kleinen man die
bestelt, als voor den grooten man die
ontvangt.
Intnsschen zou de invoering van postze
gels, waarop staat: „Zondags bestellen",
tegen het driedubbele in den gewonen prijs
verkrijgbaar gesteld, de zaak allicht ook
op den goeden weg brengen.
Maar dan niet postzegels, gelijk in België
met „Zondags niet bestellen."
Dan toch zou man van het niet-bestellen
een uitzondering maken, en va* het be
stellen regel.
Regel moet zyn dat op Zondag niet be
steld wordt. Zoo behoort het te zyn in
een Christenland. En daarom moet bestel
len slechts by nitzondering zyn toegelaten.
Daarom postzegels met „verzoeke te be
stellen" er op.
Wie dan wenscht dat de normale weg,
dat is van „niet-bestellen" gevolgd wordt,
die kan dan volstaan met een gewonen
postzegel.
Door de invoering van dat postzegel
„(wèl) bestellen" werd dan misschien de
eerste bestelling al zoodanig besnoeid dat
in vele gemeenten ook de eerste postbe
stelling niet behoefde te worden gehandhaafd.
Wy hebben een dergelijke opmerking
vroeger nog eens gemaakt, doch men is
er niet op ingegaan.
Nn er een motie met bepaalde strekking
op dit punt is, een antirevolutionair deze
verdedigen zal, en zich misschien eene be
paalde discussie in de pers onzer richting
over deze belangrijke quaestie ontspinnen
zal, meenden wy dat het goed kon zyn,
onze opmerking te herhalen.
Den heer Van Kempen onzen dank voor
zyn kloek initiatief.
't Is plicht en plicht en nog eens plioht:
Eerst is de dienstplicht doorgedreven,
En nn deze is tot wet verheren,
Nn tracht men weer naar andren plicht.
Nn moet de leerplicht 't land verheffen,
Want weet, de kranigste soldaat
Is hij, die 't langst naarsehool toe gaat;
Die kan het best den vijand treffen.
Men ziet het nn weer iD Transvaal
Daar heeft men slechts geleerde Boeren,
En wat verstaan zy 't oorlog voeren.
Hun kennis is den Brit fataal 1
Niet meer de school van die of die,
Maar thans een school van al de heeren
't Moet zyn: School éen, sohool twee,
(school drie,
Waar vele meesters in regeeren.
Dan zyn er ook geen „hulpen" meer;
't Is alles hoofd, hoe jong van krachten,
Heeft men de achttien maar bereikt,
Dan staat het hoofdsohap al te wachten.
De sohool wordt zoo een repnbliek,
Verdeeld weer ingemeenebesten
Der heeren raad bestnnrt de school,
Veel beter dan der „hoofden" besten.
Weg met het onde organisme,
Nu puur individualisme-
Niet of het reeht snood en wreed wordt
(geschonden,
Maar of de Brit heel de wereld regeert,
Dat is de zaak slechts, waar alles om keert:
't Recht kan -licht later weer worden
(gevonden.
Voor d'armen Boer geen gebed omgena:
Geldt hier de leer sleohts van Loyoia
Luctoe.
Schilden
Een lezer van „The Spectator" beveelt
aan, de Engelsche soldaten van Bchilden te
voorzien. Wordt die raad gevolgd, dan zul
len welhaast de Britten weder evenals de
onde Germanen, in metalen schilden brul
lend ten aanval snellen.
Voornamelijk zon dit weermiddel ge
bruikt moeten worden by eene bestorming
wanneer een kogelregen moet worden ge
trotseerd. Van het hardate staal, behoefde
het schild niet dikker te zyn dan een
kwartjezea by drie voet groot, en ge
dragen worden onder een hoek van 40 gra
den met den grond. Het moest voorzien
zijn van smalle kijk-spleten, „te klein om
een kogel door te laten" zegt de uitvinder
die tenminste begrijpt dat de Boeren an
ders door die gaten zouden schieten.
Dit is een opmerking van een der groote
bladen.
Het idéé is anders zoo kwaad niet. Een
leger dat zich niet ontziet weerlooze ge
vangenen dood te schieten, gewonden af te
maken en te berooven, vrouwen en kinde
ren te sohenDen, te dooden of weg te voe
ren, zich zelfs voor een bondgenootschap
met Zoeloekaffers niet te geneeren en by
voorkeur brullende, tierende, onbeschaafde
drinkebroers op de Boeren afzendt, heeft
genoegzaam bewezen tot den rang der wilde
volken uit den grijzen voortijd te zyn te
ruggezonken.
Men geve dezen soldaten, nn 'tzoo heet
is, een beestenvel om zich te kleeden, en
een schild, en men doe er een boog en een
dolk by.
Wy weten echter niet, of dat helpen
zal, al betuigt „The Spectator" ook haar in
stemming met het advies vnn haar inzender.
Een leger dat niet zeggen kan „Ons schild
is van den Heere" (Ps. 89 19} heeft aan
het allumininm-schild van majoor Boynten
al even weinig als aan het kogelpantser dat
een Duitsoh kleermaker eens heeft uitge
vonden.
„Schilden, bogen, dolken,
Dapp're oorlogsvolken
Wijsheid, moed nooh kraoht,
Knnnen ooitin 'tstrijden
Eenig vorst bevrijden,
Zonder 's Heeren macht".
Het advies teekent anders wel.
Eerst was de aandacht op goede aanval-
lingsmiddelen, als lydiet e. d. gerichtthans
ziet men op het beste verdedigingsmiddel.
Eerst steunde men op maxims en dum
dums die den dood brengen zonden in het
vijandelijk kamp.
Nu versmaadt men zelfs het meest ouwer-
wetsche wapen niet meer om den dood
nit eigen lijf te weren.
Wanneer daarvoor de oogen eens open
gingen.
Gelukkig, onder het volk komt kentering.
Maar de mannen aan de spitse, de mi
nisters blijven onvatbaar; Balfour de
premier 1 spot nog met de beproevingen.
Zij weigeren schaamrood te worden.
Op telegrafischen last van de Neder"
landsche regeeriug is de Friesland van
Delagoabaai naar Durban vertrokken om
de Nederlandsohe ambulance op te nemen
en naar Lourengo Marques te brengen en
tevens om een lading proviand over te
nemen die de Herzog voor de Friesland
had meegebracht.
Men is dus weer wat gevorderd.
Het rechte van de zaak schijnt evenwel
nog niet bekend, al schijnt er geen aanlei
ding tot ongerustheid.
Laten wij de eerstvolgende zitting der
eerste kamer afwachten. Wie weet hebben
wij dan geen interpellatie te wachten.
Uit Rondebosch (Kaapkolonie) wordt, dato
15 Dec., omtrent de stemming der Kaap-
koloniers, behalve veel dat wij reeds weten,
bevestigd dat de overgroote massa tegen
Engeland is. Ook onder de „vrijwilligere"
die gebruikt worden bij de ziekenverple
ging, zyn er die 'torn die reden met weer
zin doen.
De schrijver zegt onder meer:
Het grootste gedeelte der parlementsleden
met den premier aan het hoofd, zyn ge
weldig tegen den oorlog. Tot de Hollandsoh
Gereformeerde kerk behooren bijna alle
Holl. Afrikaners hier in :1e kolonie, zoowel
als in de Republieken. Alle Holl. Geref.
predikanten zijn vóór de Republieken. Stren
ge wetten zijn gegeven tegen disloyaliteit.
Reeds zyn eenige Holl. Afrit. burgers
daarvoor met jaren gevangenisstraf beloond.
Twee parlementsleden vertegenwoordigende
de buitendistricten, zijn ook in hechtenis,
beschuldigd van disloyalty. In een aantal
grensplaatsen is de krijgswet afgekondigd.
Handel en nij verheid staan hier stil en de
levensmiddelen zijn geducht in prys gestegen,
want eenige weken geleden waren hier in
de stad 30,0C0 zoogenaamde Uitlanders die
nit de Transvaal, voornamelijk, waren ge
vlucht om den oorlog, zy waren natuurlij k
b.jna allen Engelschen en weinig andere
vreemdelingen. Gelnkkig zijn eenigen van
hen weer naar Engeland teruggekeerddit
waren de besten, het vuile zoodje kan nn
maar hangen op de schouders van het stads
bestuur hier. Er liggen op het oogenblik
88 stoomschepen in Tafelbaai, alle zyn
Engelsche troepensehepen, in het geheel
waren reeds 160 znlke schepen gedurende
den oorlog hier geankerd. De oorlog die
door Chamberlain op 10,000,000 is ge
schat heeft nn reeds 17,000,000 gekost. De
diamantmijnen te Kimberley kunnen nu
niet worden bewerkt, dientengevolge staan
ze nn onder water, dit wordt berekend op
eene schade van 10,000's daags. Het getal
Engelsche troepen zal weldra over de 100,000
man bedragen.
Yan een geboren Engelsohman die te
Lijdenburg (Transvaal) woont en zeer
voor de Boeren is, heeft ook een brief
(vertaald) in de N. R. C. gestaan. Onder
meer schrijft hij, dato 4 Nov.:
Deze onzalige oorlog, ons aangedaan door
fle kliek kapitalisten, is nog in vollen gang,
en onophoudelijk verlaten burgers huis en
haard, zonder zelfs opgeroepen te zijn om
datgene te verdedigen, wat een mensch zoo
naaan het hart ligt zijn vrijheid. Een
Afrikaander is geen huurling voor zooveel
per dag als een tinnen medaille.
....Wij wenschen geen eerbewijzen. Wan
neer de oorlog gedaan is, hangt bij zijn
geweer op en slaat de hand aan den ploeg.
Ongepaste opgewondenheid zult ge cr niet
zien. Een Boer is kalm, zichzelven meester,
standvastig en trekt nit en wil niet anders
terugkeeren dan als vrije republikein.
Aan zijne zijde] ziet hij korpsen leren,
Duitschers, Hollanders en Skandi: aviërs
onder zijne banieren medevechten, en toch
met hun eigen geliefd geboorteland voor
oogen. Ook menigen Engelsohman, die ge
proefd heeft van den vrijheidsboom en die
het felst gebeten zijn op Chamberlain en Co.
vindt men aan hnnne zijde.
Het gebruik van dum-dumkogeK Wij
zouden de punten van onze Mauserkogels
knnnen afvijlen, maar onze officieren zijn
Christenen en dulden in geen opzicht
wreedheid of beestachtigheid. Wij vertrou
wen op God en Hy alleen zal ons helpen
in dezen oorlog. Iedereen is opgewekt en
overtuigd van Gods goedertierenheid en
van de overwinning, want elke Afrikaan
der zal eiken duim gronds vechtende be
twisten.
Hoe ontzettend de Nederlaag chr En
gelschen bij storm berg was blijkt nit
een brief van een Engelsohman in een
Kaapsch blad Ons Land.
Na een beschrijving van den vermoeien-
dén tocht daags te voren, schrijft hij
.Den langen vermoeienden, ontzenuwen
den nachtmarsch, toen allen vol vrees en
verwachting waren, heb ik reeds beschre
ven, zoowel als het korte en scherp> nood
lottige geveoht in de valei beneden Rooi-
kop, die in de schaduw lag der heuvelen
er om, vanwaar de dood en verderfver-
spteidende, vreeselyke storm van Mauser
kogels kwam, die hnnne looden pnnten
pletten tegen de lichamen van onze dappere
officieren en manschappen aan den voet der
heuvelen
Zooals in mijn vorig telegram beschreven,
was de aanval der Boeren ontzettend plot
seling van aard. De colonne met den ge
neraal en de Irish Rifles in front, ging
bedaard de vallei op, toen van de heuvelen
ter zij ie met vreeselijko onver vachtheid
laag op laag werden gezonden recht in
onze rijen, waar de mannen vier diep en
in colonne-formatie waren. Generaal Ga
tacre klom van zijn paard even bedaard
alsof hij op parade was, en de mannen
werden in schermutseling-orde gevormd.
In een oogenblik waren onze dappere ke
rels bezig om een steilen heuvel te be-,
stijgen onder een alles verterend vuur van
een ouziohtbaren vijand. Ouverscbrokken
en dapper trokken zij al verder op, achter
klippen of struiken dekking zoekende tot
zij de loopgraven der boeren bereikten.
Maar helaas! al hun prachtige pogingen
en grootsche dapperheid was nutteloos,
want van drie kanten werden alles ver
nielende lagen gevuurd door duizenden
van Mausers op ons vrij gering troepje
mannen, en ergerlijk en tegen hun zin
moesten onze dapperen terugtrekken.
Toen zij dan voet van den heuvel be
reikten, moesten zij een nekje over om het
anaere kopje te bereiken en het was in
hettrekken recht onder het doodelijk vuur
der Boeren van Rooikop dat wij zware
verliezen leden. Kogels floten en sisten
overal om onze manschappen, die zonder
order zoo snel zij konden nit het bereik
der kogels liepen. Dichtbijstaande, met de
kogels om mij heen fluitende en met den
grond omgewoeld rondom mij door bommen,
zag ik een aantal onzer arme kerels zich
voortsleepen met kleine stofwolkjes om
zich heen, waar de kogels in den grond
sloegen en dan ten laatste vallen voor zij
dekking konden krijgen.
Intnsschen begon onze artillerie prachtig
te schieten, eene zijde van het kopje, waar
de artillerie van den vijand verborgen en
een soort fort opgericht was, geheel schoon
makende. De Boeren moeten hier zware
verliezen geleden hebben De Boeren artil
lerie werd meermalen voor een tijd lang
tot zwijgen gebracht, maar veranderde
telkens van positie en kreeg meer artille
risten, zoodat zij haar vuur kon heropenen.
Haar bommen werden slecht geplaatst en
barstten in de meeste gevallen niet.
Hoewel de terugtocht reeds eenigszins
vroeger begon, was het toch bijna zeven
uur toen de infanterie het slagveld verliet.
De terugtocht werd in uitmuntende orde
volbracht en gedekt door de artillerie, die
prachtig werk deed. Toen de colonne om
trent twee mijlen teruggetrokken was,
openden de Boeren opnieuw vnnr met
hunne zware kanonnen op haar. Een tijd
lang vielen de bommen te kort of te ver,
en weinig lette men erop, maar de Boeren
namen snel een andere positie in, kregen
den afstand, en de bommen vielen kort
achter elkander links van den weg, en
zelfs onder de transportwagens, maar ge
lukkig barstten zij niet. De positie was
echter zeer gevaarlijk, en de officieren
bevalen eerst den manschappen ter rechter
hand van den weg te gaan, en ten slotte
recht in het veld. De zaken werden j kri
tiek, en wij liepen eenige treden en vielen
dan plat op den grond, als de bommen
sissend aankwamen. Om de verwarring
nog te vergrooten, klommen sommige der
Boeren met hun Mausers op de rotsen aan
onze flanken en openden vuur, maar hunne
kogels vielen kort, schoon het opslaan der
kogels, zooals zij met hun onaangenaam
geluid voortsprongen, allesbehalve plei-
zierig was.
Omtrent drie mijlen van Molteno hield
het Boerenvnur op, en de colonne, zich
zonder formatie voortsleepende, bereikte
Molteno na een der hardste en noodlottigste
gebeurtenissen in de Engelsche geschie
denis.