NIEUWSBLA D VOOR ZEELAND, CHRISTELIJK- HISTORISCH echt f L,- ).30 elde. VERSCHIJNT G. M. KLEMKERK, te Goes F. P. D'HUIJ, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIËN Engeland en Transvaal. te Melis- Domburg. te Zoute- Sonburg, lari een paard kan Biggekerke. KST. URG. m. 4,f.0 r nm. 1:!. PO >,10, f5.55 t) vm. 5.20 2.35, 1,20 S+7, 7,50, 'TERDAM •ndags, van mrg 8,45; jen afvaart een afvaart irikzo*. rweg Gots irikzee: org.s midd .50 2,15 >,30 2,30 r,50 2,15 ',50 2.15 1,30 7,50 2,15 ,50 2,15 verpee >rg. 7.u. j d- erdam: ïor. 'smid. ),30 ),30 ),30 'sm. 10,— lorg. vroeg PT am. J erdam. aorg. 8 55) )5 ,5) en hoogst igen naar ^ivV .zx.ua elken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND. Prijs per drie maanden franco p. p0,95. Enkele nummers0,025. UITGAVE VAN EN van 1 5 regels 25 centiedere regel meer 5 cent. Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. Onze redenaars en 1 ranse aal. Dezer dagen hebben wij 't verslag eener rede gelezen gehouden door ds. Lion Cachet den weisprekenden grijsaard,t in de geref. kerk te Rotterdam tijdens een bidstond. Een paar dagen later lazen wij een kos telijk woord van den dichter-zaoger dr. Schaepman in Het Centrum. Beider onderwerp was Transvaal. Plaatsgebrek bele'te ons er een en ander uit over te nemen. Het onderstaande van dr. Schaepman helpen wij bereids met dank aan den schrijver voor zijne kloeke pleidooi, ver spreiden. „Wat hier schaamte inboezemt en vreeze, dat is de bewusteloosheid, waarin het rechtsbewustzijn van het Britsche Volk ge vallen is. Ziedaar: een behoudende partij, die in haar hoogere elementen iedere be houdende partij ten voorbeeld strekken kan, die rekening weet te houden met eisohen van ontwikkeling en vooruitgang, die de orde handhaaft, maar ook, waar het moet leap in the dark" weet te wageneen party, die een der schranderste enkloekste Staatslieden aan haar hjofd heeft ik bedoel Salisbury een partij, die Staat en Kerk doen samenarbeiden en overal ver kondigt, dat godsdienst en recht zonder elkander niet kunnen bestaan, deze in al haar uitstroomingen en uitvloeiselen keurt een oorlog goed, die zonder recht of reden begonnen, trots alle zegepralen van dum dum's en lydietmijnen, voor alle eeuwen iu «ohande eindigen zal. Hoe nu Hoe is het, dat dit Engeland, dat altijd en overal ten bate der kinderachtigste, lafste en laaghartigste revolutiën het begin sel van niettuBschenkom8t vooropstelde en verdedigde, nu in Transvaal in binnen- landsche aangelegenheden het hoogste en laatste en alles beslissende woord wil spreken? Hoe is het, dat Engeland in Transvaal wil doen, wat het niet zou wagen n een van zijn in eigen wetgeving beheerde, in een van zijn autonome koloniën? Het geldt hier geen kleine zaak, het geldt hier het kiesrecht, het hoogste recht aan den Stadsburger te verleenen. Gaat het hier om Staatsburgers Neen, het gaat hier om Britsche onderdanen, die Brittanje willen doen regeeren en heersohen. Neen, heet het, het gaat om de gelijk stelling van alle blanke rassen. Voorzeker, het is de taak va i Engeland voor de blanke rassen te zorgen. Die tiak hebben wij het zien vervullen in IerlandDaar heeft het om zijn blanke rasgenototen te kunnen ver drukken, hen grijs van armoede en vaal van honger gekleurd. Bravo voor die teer heid van geweten leve het Farizeeën- dnm. Ziedaar! Het is echter niet alleen de behoudende party, die r.an deze rechts- verzaking deel neemt. Neen, ook de oudere liberalen, de garde van Gladstone, doet mede. Zij buigen als brave Romeintjes uit den vervaltijd voor den afgod„Rule Brit- tannia, rulethe world!"Voorzeker, Brittannia is beter dan Justitia. Een Staat, zoo heet 't nu, een groote mo gendheid als Groot-Brittanje kan een ulti matum als dat van Transvaal Diet dulden. Een ultimatum? Men heeft maanden en maanden lang dit kleine Transvaal geplaagd, gesard, getergd, tot waanzin pogen te bren gen door allerlei verwarde en verdraaide voorstellen, door eischen en wedereischen, door voorwaarden en terugtrekkingen, door loven en bieden, men heeft steeds meer en meer soldaten naar Zuid-Afrika gezonden als herauten van Vrede, en man spreekt van Kruger's Ultimatum? „Laat Londen het volk met logens paaien", zeg ik met Vondel, het gaat hierom waar heid en recht. Het is hier te doen om oppermacht en verovering. Het is het oude Heidendom, dat zich nog eens in Nieuw- Karthago Vondel heeft het woord zoo dikwijls herhaald, dat ik het nog wel eens bezigen mag openbaart. Het oude heidendom! Schande overdi^ einde der eeuw. Het wereldrijk, dat zoo velen van ons, bij alle zonde en ellende, toch versoheen als de vaste burcht van vrijheid en recht, dat wereldrijk openbaart zich als een roofstaat en zijn volk jnicht het toe. „Oorlog, oorlog! zingen de dicnters, die straks treurhymnen moeten aanheffen voor de gevallenen door wier schuld? voor welke zaak „Oorlog, oorlogschreeu wen de moeders en de kinderen, straks weduwen en weezen, door wier schuld? voor welke zaak? De oorlog is vreeselijk als het zwaard! Maar het zwaard is de dienaar der gerech tigheid al brengt het den dood. De dood is de heraut des levens. Deze oorlog is reeds een levenheraut. Trrnsvaal heeft geen hulp gevraagd, en gevraagd of ongevraagd, de groote mogend heden zwijgen. Niemand neemt het woord op voor het recht. Maar de volken zwijgen niet. Eindelijk heeft het oude woord „Recht hen wakker geschnd. Eindelijk is het ge weten ontwaakt, ontwaakt, niet geheel, maar toch ontwaakt. Hat weet nu weder, dat toch niemand ter wereld, in wat taal of op wat toon ook, zeggen mag „Ik de Koning van de Britten, Ben dojr openbaren blijk Gode zelv' alleen gelijk. maar dat Volken en Koningen beiden on derworpen zijn aan Gods Recht en Gods Souvereiniteit. Het is eene groote vreugde getuige te zijn vaa de heerlijke eensgezindheid, die ons Vaderland voor Transvaal toont. Het is als in de dagen van Kijkduin. Gerard Brandt heeft het ons verhaald „In alle bedehnizen werd gebeden voor de vloot, in openbare, in pakhuis- en zolderkerken." Wij kennen, Gode zij dank, dit onderscheid niet meer, maar toch uit aller harten komt de bede: Geef, God van 't Recht, de zegepraal van 't Recht." Ds. Kautzmann te Dinksperloo, warm voorstander van Chr. Nationaal Schoolon derwijs, neemt 't in het Doetinchemsch Weekblad voor 't ontwerp leerplicht op. Dit is 's mans recht. De liberale voorstanders van dit ontwerp mogen ook wel eens een paar antirevoluti onaire, of liever vrij-antirevolutionaire mede standers boeken. En de antirevolutionaire party heeft bij sommige gelegenheden wel eens gaarne een paar dissentieerende geestverwanten, tenein de het bewijs te leveren dat zij uit zelf standig denkende mannen bestaat, en ook ruimte laat voor afwijkende mceningen. Niemand zal 't mannen als Fabius, ds. Nahuijs, ds. Kautzmann kwalijk nemen dat zij in dezen niet met ons of met de vrij- antirevolntionaire vrienden meegaan. Maar wel mag het hun kwalijk genomen indien zij een verkeerde voorstelling der quaestie wekken. En dit is door laatstge noemde geschied. fly klaagt onze kringen aan wegens hun heftig verzet tegen den leerplicht11 Dat is niet waar, zeggen wij. Geen kring die, sinds minstens veertig jaar, zoo Kras voor leerplicht ijvert, als die der antirevolutionairen. De feiten bewijzen 't. En wie 'tniet ziet, die is blind. Dan zegt hij dat de Chr. pers verznimd heeft de welwillendheid te pry zen van den minister om gemoedsbezwaren te ontzien en 't den ouders die onder 't juk van den leer plicht [gebracht worden, zoo aangenaam mogelijk te maken. Ook deze beschuldiging mag valsch heeten. De chr. pers heeft hierop wel degeljjk gewezen. Met groote waardeering zelfs. Maar zij heeft ook gewaarschuwd tegen den eersten stap. Niet de welwillende minister, wiens plaats binnen enkele jaren zijn zal in het Staat kundig Pantheon, maar de onwelwillende wet en uitleggers en toepassers der wet, en dito Staatsambtenaren die achter hem aan komen, moeten bestreden. Deze zijn het, met wie men ten slotte te doen krijgten wie ook deze niet ziet, is op zijn zachtst gesproken al heel oppervlakkig. Dan zegt ds. K. dat onzerzijds volledige financiëele gelijkstelling van openbaar en bij zonder onderwijs had moetenbedongen zij n. Welnu, zeggen wij, dat is geschied. En de minister hij geeft ze niet, belooft ze niet, belooft slechts eenige meerdere tege moetkoming in de kosten. En nu zeggen zelfs vooral Roomsche voorstanders van zijn ontwerp geef ons niet zulk een toezegging, maar geef ons een wetsontwerp. Overigems volledige gelijkstelling van openbaar en bijzonder onderwys! Het schijnt ons naief toe te wanen dat die in de eerste jaren ook maar zou kunnen worden beloofd. Wij kennen wel een blad dat zich hier tegen verzetten en hard schreeuwen zou van het „schijnheilig geknoei en gecoket- teer" en „fariseenwsch obstrnctionisme" schelden zou wat eiseh van ons beginsel ware geweest. Ds. Kautzmann heeft ook nog in een vergadering van Chr. Onderwijzers de ont dekking opgedaan dat de Chr. onlerwyzers voor leerplicht zijn. Hij zegt„In een ver gadering van Christelijke onderwyzers werd door eeider leden een voordracht over den leerplicht gehouden. De geachte referent verklaarde er zich voor. „Wél", zegt daarop vol van de grootste verbazing, een ander lid, „zijt gij er voor Ik ook maar ik heb tot nog toe van mij zelf gedacht, dat ik het wel heelenal bij het verkeerde einde moest hebben, omdat iedereen er zich tegen verklaarde." En meerderen waren er voor Wij zouden zeggen, daar had de geachte schrijver niet voor naar een onderwijzers- vergadering behoeven te gaan, om te weten dat alle chr. onderwijzers voor leerplicht zijn ook met dwangoefening op onwilligen. Maar hij had moeien onderzoeken of deze heeren voor deze wet op den leerplicht zijn. Men kan voor leerplicht z'jn en toch deze wet bestrijden om het kwade beginsel dat er aan fen grondslag ligt: de Staat in plaats van alle ouders tredend om te regelen 't onderwijs en den leertijd en de aanvangs tijden der schooljaren, enz.; en om de besten diging der eenzijdige bevoorrechting van 't openbaar onderwijs. Zie, dit voelt de eenvoudigste Chr. on derwijzer onder onsen daarom zal hij 't overigens goed bedoeld geschrijf van den Dinksperlooschen predikant stilletje» laten voor hetgeen 'tis, enden liberalen bladen, met dei Middelburger natuurlijk mee, in zijn hart dankbaar zijn voor de verspreiding zijner goede gevoelens ten opzichte van den leerplicht. In 't voorbijgaan zij hieraan toegevoegd dat ds. Kautzmann eenige jaren geleden door de liberale pers verguisd is gewor den; om zijn principiëel optreden ten op zichte van Chr. onderwijsin zijn omgeving. Ook de Zeeuwsche liberale pers had geen woorden genoeg om den achterlijken, re volutionairen man en zijn vrienden te hekelen. Het was toen ter tijd de chr. pers die 't voor ds. Kautzmann opnam. Thans ontvangt ds. K. woorden van groo- ten lof omdat hij „niet door partijzucht ver blind" zich van zijne broeders afscheidt en den liberalen in 't gevlei kwam. Onnoodig te zeggen dat wij liever naast ds. Kautzmann stonden toen de mestlucht der verguizing over hem giug dan wij nu zouden wenschen te genieten va" den wierook, die hem bijna beletten zou den leerplicht van 't onderhavige leerdwang- ontwerp te onderscheiden. (1) Wij denken aan de uitdrukking „on willige ossen in den gemeenteraad" in d* Geldersche liberale pers den vrienden van ds. Kautzmann toegevoegd, en de bestrijding van zjjn artikelen in betrekking tot de schooiquaestie aldaar. Hier kon „pot en ketel" boven staan. Wij hebben dezer dagen, heel zacht, iets gezegd omtrent Neerbosch. Volgens sommigen was dit heilig schennis. gj|Nu volgens ons was dit 't dit niet. ?Het was niet anders dan een blootleggen der waarheid. Wie ons er over afstrafte, herinnert men zich nog wel. Gelukkig echter bleek ons dat wij in onze meening wat openbaar maakt, is licht, niet alleen staan. De Nederlander toch nam een artikel op waarin omtrent Bloemendaal en zijn bestuur en den voorzitter der „Vereeniging tot Chr. Verzorging van Krankzinnigen en Ze nuwlijders in Nederland" geen al te prettige dingen worden verteld. Ja, wat ook wij omtrent Neerbosch be weerden, wordt ook in de Ned. omtrent Bloemendaal c. s. gezegdmen moet niet te groot gaan op do juistheid der ver slagen. Wij juichen het toe indien de klacht juist is, dat men haar openbaar maakt. Is er in de groote stichtingen, onderhouden door de giften der Christenen, iets niet in den haak, dat men 'tzegge. Maar dan gelde dit voor alle vereenigin- gen, zoowel voor gereformeerde als voor algemeen Christelijke. En dan geschiedde het niet door anouimi maar door bepaalde personen of redactiën van dagbladen, die door de beleedig le party ter verantwoording kunnen geroepen worden. In het Engelsche parlement wordt de woordenstrijd tusschen regeering en volks vertegenwoordigers voortgezet. Jammer dat al meer blijkt dat de eigen lijke antirevolutionairen (in algemeenen zin gesproken en nu eens niet aan een par ty naam gedacht) nagenoeg alleen onder de Ieren schuilen in deze quaestie. Deleren zijn de eigenlijke rechtsver- dedigers, metjeea enkelen eenling uit de radicale <f liberale partij en ook een uit de conservatieve regeeringspartijClarke. Het doet ons goed dat aan Chamberlain door sommige Ieren zul ke harde waarheden gezegd worden. Maandag zei Obrien bij de behandeling der suplementoire begrooting voor den oorlog „dat de hand van Chamberlain even zeer bezoedeld was als die van eenig mis dadiger, die naar het schavot werd gevoerd." En buiten het parlement is het Stead die dezen minister met zijn ver bijten ver olgt. lniien maar dat geweten niet met een brandijzer is toegeschroeid! In het orkest van het Concertgebouw te Amsterdam wordt de Engehche hoorn ge- blezen door een muzikant die den naam Kruger draagt. Kruger den Engelschen hoorn, dat is te recht een ongerijmdheid genoemd In de Parijsche Matin Btaat een hoofdartikel van Charles Laurent, getiteld „het einde van Engeland", getuigend van groot optimisme in den afloop van den oorlog. „De kastijding heeft zich lang laten wach ten; maar ziet nu wordt zij voorbereid, en zij schijnt zooveel te verschrikkelijker te zullen zijn voor hen, die haar verdiend hebben, een verrassing zal zij wezen temidden van het gevoel van volle veiligheid, van trotsche zinsbegoocheling,Het„ iroote Britannië" heeft de fortuin geweld willen aandoen, en zijn rijk heeft uit. Het zal de verovering van de Transvaal niet vol tooien. en van stonde aan zal het in Zuid-Afrika landstreken verliezen, die het ontfutseld, gekocht of gestolen heeft. Moed is aanstekelijk, evenals lafheid wij zullen geknechte volkeren party zien trekken van het voorbeeld, dat hun gegeven is, op hun beurt zien opstaan en zich voreenigen tegen den onderdrukker. „Wij zullen de gerechtigheid die blijft, zien triomfeeren aan gene zijde van den evenaar, en het oneindige rijk van Victoria na schitterende zegepralen, zien eindigen in den bloedrooden nevel der nederlaag. „Wij zullen, in weerwil van al de tele grammen van hun kabels, de Engelschen gedwongen zien, te erkennen dat hun wil soms most stilstaan voor onoverkomelijke hinderpalen, en dat hun kracht, hun geluk, hun vermetelheid kunnen te pletter sUan tegen het recht, tegen den krijgsmoed, tegen een vaderlandsliefde op zijn minst gelijk aan de hunne. „Dan zal de zoo geduldig saamgeknoopte draad ontknoopt worden. Dan zult gij Zuid- Afrika zien Gy zult Indië zien Gij zult Australië zienGij zult Ierland zien Na verschijning van ons jongste nommer zijn de berichten omtrent den oorlog iet» minder ongunstig geworden. Wel hebben de Boeren, voorzoover zij aan den slag deelnamen, bij Glencoe en by Elandslaagte een nederlaag geleden; doch er was over macht; en zij konden, bij Glencoe althans, in goede orde terugtrekken, toen zij zagen dat hun krijgsplan niet te verwezenlijken viel; dank zij 't uitblijven van afgesproken hulp en de onmogelijkheid om voeling te bewaren tusschen de drie commando's. Bij Elandslaagte stond 't 4000 Engelschen tegenover 1200 Boeren; en deze laatBten wisten tot den einde stand te houden ja zelfs tweemaal den vijand tot weifeling te bren gen. En ook de verliezen der Engelschen waren zwaarder dan die der Boeren. Zy hadden 257 dooden en gewonden, waaronder 35 officieren, 5 gesneuveld. 's Anderen daags, of eigenlijk Zaterlags- avonds reeds stortte de Engelsche cavallerie op de hoofdmacht van Jouberts leger. Hierop is de tweede slag bij Glencoe gevolgd, welke niet, gelijk wij foutievelijk gemeld hebben, door de Boeren schijnt verloren te zijn. Volgens offieiSele berichten zijn de Engel schen na dien slag teruggetrokken, wat geen bewijs is voor een overwinning hunnerzijds. De Boeren die den vorigen dag verslagen waren namen dan ook deel aan 't gevecht, en te Londen moeten „minder geruststellen de" berichten omtrent den afloop zijn ont vangen en achtergehouden. De Boeren, die volgens berichten 9000 man sterk waren, onder bevel van generaal Piet Joubert en president Kruger, die per soonlijk op het gevechtsterrein verschenen was, schijnen derhalve Zondag niet ongeluk kig gestreden te hebbener wordt zelfs gezegd, dat zij een schitterende overwinning beb aalden. Generaal Yule gaf bevel, dat de Britsche troepen in het kamp moesten terugtrekken om een beter verdedigbare stelling in te nemen. En hoe het inmiddels aan de westgrens gaat? Daar hebben de Boeren Mafeking bezet en bedreigen Kimberley. Alles wè seindé men van daar naar Uaapstad. Maar wat dit „alles wel" beteekent, voor Bechuanaland en Griqualand West, die d >or de Boeren geheel van de gemeenschap met Kaapkolonie zijn afgesloten, dat zeggen de berichten die van daar komen. Er is groote schaarschte van levensmiddelen, doordat de transporten geheel gestaakt zijn: Men vermeent dat een hongersnood stellig binnen eenige weken zal uitbreken. De Times verneemt uit Colesberg, een plaatsje in de Kaapkolonie ten zunlen van Norvalspont aan de spoorlijn Port Alfred GrahamstownBloemfontein, dat de toe stand daar zeer ernstig is. De Boeren, 350 man sterk, hebben zich vereenigd 'me een macht van Driekop en bevinden zich op drie uur rijdens van Colesberg. Ver dediging is onmogelijk. Gelijk men Wtet waren de Vrijsttter» ook ten zuiden van hun land bezig de Kaapkolonie te bestoken.

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1899 | | pagina 1