NIEUWSBLAD VOOR ZEELAND. CHRISTELIJK- sr HISTORISCH Ho. 7. 1899. Dinsdag 17 ®cfo6cc. Deertiende fnargang, VERSCHIJNT G. M. KLEMKERK, te Goes F. P. D'HUIJ, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIËN IETS OVER TRANSVAAL, in. Engeland en Transvaal. 'JLken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND. Prijs per drie maanden franco p. p0,95. Enkele nummers0,025. UITGAVE VAN EN van 1 5 regels 25 centiedere regel meer 5 cent. Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. Intusschen was Retief, ua een gevaar vollen moeilijken tocht over het Drakenge bergte, door dichte, met leeuwen en olifan ten en ander wild gedierte bezette bos- schen in de hoofdstad van den Zoeloekoning aangekomen. Deze sprak vriendelijk met hen en be loofde hun een acte door den Engelschen zendeling Owen cp te maken (deze woonde daar en had op Dingaan grooten invloed) te zullen teekenen, waarbij de.i Boeren een strook lands in Natal werd afgestaan. Retief keerde naar zijn volk terug en wist velen hunner te overhalen om naar het land van Dingaan te gaan. De minderheid echter, onder aanvoering van Uys, bleef achter, dewijl zij Dingaan niet ver trouwden. Dat zij goed gezien hadden, bleek al spoedig. Niet zoodra toch waren de anderen in Natal aangekomen, en in 't paleis van Dingaan toegelaten, of een paar duizend kaffers stormden op hen los, en nagenoeg allen werden door de wilde overmacht af gemaakt. Dingaan had hun eeu strik ge- spannen.Ook de verspreide families op de grens die bij de ossenwagens waren achtergeble ven terwijl Retief hun boodschap bij den vorst ging doen, werden door de mannen van Dingaan aangevallenen vermoord.Man nen, vrouwen noch kinderen ontkwamen de slachting. Op de plaats van den moord werd in later jaren een dorpje gesticht dat den sprekenden, wij schreven haast: den weenenden, r.aam Weenen verkreeg. En steeds verder trokken de moordende benden. Gansche families langs de Blauw- krans- en Boschmansrivier werden uitgeroeid. Eén jonge man Bezuidenhout geheeten ontkwam en waarschuwde de overge blevenen. De Rendsburgs, achttien man sterk, wisten den vijand een heelen tijd op te houdea. En Gerrit Maiitz sloeg met 33 dapperen hun aatval af, na een ge vecht dat een dag duur de. Deze plek noemden de Boeren voortaan Yechtlaager. De slachting had den Boeren 41 mannen, 56 vrouwen, 185 kinderen en 250 bedienden gekost. Op ééne plaats zoo verhaalt Lion Cachet vond men tusschen de lijken twee meisjes elk met ruim 20 assegaai steken in 't lichaam en nog levende. Zij heetten Johanna van der Merwe en Marga- retha Prinslo. Zij werden opgenomen en na een liefderijke verpleging herstelden zij langzaam. Dat de moord op 600 weerlooze slacht- offers moest gewroken worden is licht te begrijpen. Niet zoodra hadden de Boeren die niet mee gegaan waren het Drakengebergte over, van het aangerichte bloedbad gehoord of, onder bevel van Uys en Potgieter trokken 237 weerbare mannen tegen Dingaans hoofd stad op. Dingaan beschikte over een strijdmacht ven 20 duizend man. Hij wist zijn aanvil- lers in een bergkloof te lokken en in te sluiten. Dat was eene hachelijke positie. Terug naar de vlakte schreeuwden de aanvoerders. En met omstuimige vaart ren nen zij te paard door den muur van wilden been, rechts en links om zich heen slaande. Er vielen honderden Zoeloe's. De Boeren hadden slechts tien dooden. Helaas ook Uys en zijn 15-jarige zoon Dirk waren onder hen. Deze laatste was reeds in veiligheid toen hij zag dat zijn vader die zwaar ge wond was, niet meer voort kon, door vijan den omringd w is. Dirt rende op den vijand in en doodde drie Zoeloe's. Doch ook hij zwichtte ten laatste voor de overmacht en zonk weldra naast zijn vader met ontelbare assegaai steken overdekt, dood ter neder. gieter en de anderen, overtuigd dat van ves igingii, Uatal geen 8prake kon zijn, taf.* W betrekkingen aan de I Yaalnvi ug. Doch onderweg aan de Boschmansrivier werd zijn laager door de Zoeloe's aangevallen en belegerd. Gelukkig brak de vijand na drie dagen het beleg op, doch hij nam al het vee mee. Toen was het dat den mannen de moed ontzonk en zij er van spraken naar de Kaapkolonie terug te keeren. Zij spraken er ook met de vrouwen over. Doch het kloeke „wij willen niet" der vroawen besliste. Er moest het kostte wat het wilde wraak gesebieden over de moordenaars. Toen werden boden gezonden aan de ach tergebleven broeders in Kaapkolonie om hulp en velen gaven aan deze gehoor. Onder ben die gingen was ook Andries Wessel Pretorius. Zij kwamen hunne broe ders in Natal te hulp, en Pretorius werd 28 November 1838 tot Commandant Generaal benoemd. Hij was, in dit eene jaar r.-eds, de vijfde. Retief was vermoord, Uys gesneuveld, Potgieter over het Dra kengebergte teruggekeerd, Maritz zoo pas gestorven. Pretorius ondernam met 400 man den tocht naar Umkungunhlovu, de residentie van Dingaan, welke naam „Oliiant in zijn cirkelruimte" beteekent. Na een ernstig gebed knielend voor hun God uitgestort, trokken de helden naar de Bloedrivier waar den 16 December 1838 de slagplaats bad. Twaalfduizend Kaffers deden in den morgen den aanval op de Gideons bende. Doch tegen den avond moesten wie van hen overgebleven waren met be bloede koppen afdeinzen. Drieduizend Zoe loes lagen dood op 't slagveld, nog enkele honderden kleurden de rivier met hun bloed, terwijl vao de Boeren niemand gesneuveld was. Slechts drie gewonden hadden zij, onder wie ook Pretorius. Terstond verzamelden zich de overwin naars om den Heere te danken voor zoo ee.ie schoone overwinning. De 16de December zou voortaan Dingaans- dag zij.i en als dank- en bededag gevierd worden. Terstond trokken zij op Dingaans hoofd stad toe, doch zij vonden deze verlaten en in brand gestoken. Zij vonden er de lijken van Retief en zijn vrienden, die in Februari zoo verra derlijk w-uen vermoord geworden. Ook de akte waarbij Dingaan dit land aan de Boeren afstond, kwam den overwinnaars in handen. Pretorius legde-er met vreugde beslag op en nam terstond namens de Boeren bezit van bun wettig grondgebied. De Zoeloe's werden nog meer vervolgd en verstrooid. Zoo werd 't landgrootendeels van deze wilden gezuiverd. Met deze blijde tijding keerden Potgieter en zijne getrouwen in Januari 1839 naar hunne legers terug. Weldra viel Dingaan zelf als offer eener samenzwering door zijn broeder Panda op 't touw gezet, in Swaziland, waarheen hij gevlucht was. Zoeloeland kwam aan de Republiek Natal en Panda werd als koning erkend mits onder 't gezag der Boeren. Zoo hadden de Boeren dan eindelijk een plek gevonden waar zij rustig wonen zouden. De vijanden waren onderworpen. Wie zou hun rechtvaardig eigendom komen be twisten Wel wie anders dan Engeland De Engelsche regeering toch huldigde de theorie dat de Boeren wel de Kaapkolonie konden verlaten; doch ook in hun nieuwe vaderland onderdanen der Engelsche Ko ningin,1 bleven. Der Engelsche Koningin. Want ook toen reeds regeerde Koningin Victoria. En hoezeer zij thans op haar ouden dag, het mogelijk voor de Boeren hebbe opge nomen, zij heeft dit stellig niet gedaan, een zestig jaren te voren, toen op haar gezag, in 1842, in Natal de Engelsche vlag ge plant werd. Een goddeloos bediijf. Immers, al ware 't dat de Kaapkolonie, des neen, door Nederland aan Engeland ware afgestaan, dan waren toch de Boeren n dien koop niet begrepen geweest. Maar de Kaapkolonie was door Engeland wederrechtelijk in bezit genomen. Op de lijn van deze misdaad lag ook de inbezit neming van Natal, dat de Boeren met hun bloed hadden betaald, om 't zich door de Engelsche roovers weer te zien afnemen. Oneenigheid onder de Boeren, helaas, was oorzaak dat Pretorius niets tegen hen doen kon. Eenigen waren voor onderwer ping aan de Engelschen mits onder een eigen bestuur. En dit brak de kracht tot verweer. Tevergeef, werd ook op hulp uit Nederland gerekend. De Kaffers, drie jaar lang in bedwang gehouden, staken de hoofden weder bijeen en herhaalden hunne roof-en moord en strooptochten onder hooge bescherming der Engelsehen. De minderheid der Boeren besloot over het Drakengebergte terug te trekken naar de wildernissen van Transvaal of naar de onde broeders in Vrijstaat. Weer waren 't de vrouwen die den doorslag gaven, door te verklaren liever barrevoets de bergen te zullen overtrekken, den dood of de vrijheid tegemoet, dan onder Engelsch bestuur terug te keeren. En zoo spande weer menige Boer, zij 't ook met een bloedend hart,den ossenwagen aan, om zich een nieuw terrein ter genie ting van zijn onaf hankelijkheid als Neder lander, te zoeken. Zoo kwam bet dat in het laatst van 1843 niet meer dan 500 Boerenfamiliën waren overgebleven. En het werd er voor dezen niet beter op, toen in 1844 bij aan schrijving der Engelsche regeering Natal bij de Kaapkolonie werd ingelijfd. Tevergeefs beproefde Pretorius, die de ieider der achterblijvers gebleven was, bij den gouverneur te Kaapstad gehoor te ver krijgen voor zijn protest tegen deze mis handeling van het recht. De gouverneur liet hem zelfs niet eens in zijn huis komen. Wel viel 't hem hard met de acte van Dingaan in den zak en het ideaal van Piet Retief in 't hart, van dit schoone land aan de zee te moeten scheiden. Maar er zat niets anders op. Slechts enkelen bleven en bogen, gelijk eenmaal Issaschar, den schouder ouder tribait; doch Pretorius en de anderen trokken de Yaalrivier over, Oranje Vrij staat binnen, helaas om slechts voor korten tijd vrij en onafhankelijk te zijn. Spoedig toch plantte de trouwelooze Engelschman oik daar zijn standaard. Bg Boomplaats leverden de Boeren den indrin gers slag, doch werden geslagen. Geslagen, ofschoon hunne verliezen veel geringer waren dan die der Engelse .en. Doch tegenover Engelsche overmacht en wapenen in 't open veld waren zij op den duur niet bestand. En zoo trokken zij terugterwijl op Pretorius' hoofd door de Engelschen een prijs van 2001) pond sterling gesteld werd. Pretorius trok hierop met zijn vrienden nog meer noordwaarts, naar het tegenwoor dige Transvaal; waar, gelijk de lezer weet, zich ook Potgieter nog altijd bevond, die na zijn vruchteloozen aanval op Dingaans kraal, over het Drakengebergte daarheen was teruggekeerd. Toen Pretorius er aankwam, had Pot gieter deze plaatsen al verlaten. Hij wilde nog noordelijker, naar de Delagoabaai. De Engelschen kregen het ec'iter spoedig daarop in de Kaapkolonie met de Hotten- totten, en in Vrijstaat met de Kaffers zoo danig te kwaad, dat zij toenadering tot de Boeren zochten. Do vogelvrijverklaring van Pretorius werdopgeheven. En den 17 Januari 1 852 toekende deze met 300 Boereii en Engelsche gevolmachtigden het Zandrivier-tractaat, waarbij Engeland de onafhankelijkheid der Boeren benoorden de Vaalrivier erkende. De partij van Potgieter had zich echter met dit verdrag niet ingelaten. En zoo ontstonden de twee partijen van Potgieter en van Pretorius, tusschen welke een niet geringe verbittering gevoed werd. Doch in een volksvergadering kwam 't tot eene openlijke verzoening. Potgieter en Pretorius reikten elkander over den opengeslagen Bijbel heen de broederhand en ook Potgieter aanvaardde het Zandri- viertrartaat en daarmede de erkenning van der Boeren onafhankelijkheid uit de hand der Engelsche regeering. Zoo waren deze twee leiders de grondvesters der Zuid- Afrikaansche republiek. Zij overleden in 1853. Doch hunne nagedachtenis leeft voort in de harten; en naar hen zijn ge noemd de namen der bekende steden Pre toria en. Potchefstroom. Een jaar na hun dood werd ook Oranje Vrijs aat, bij het verdrag van Bloemfontein, onafhankelijk verklaard. Hoe 't verder ging vernemen wij een volgende maal. Engeland moest Vrijstaat wel loslaten. Hjj had de handen te vol in den Krimoorlog. Van dag tot dag (hoofdred. Handelsblad) blijft met taai geduld en groote goedmoe digheid de Tijd aan haar rokspanden trek ken over haar oordeel in de Dreyfns-zaak. Ondanks al zijn pogingen en de vele lange artikelen van de Tijd leverde dat hoofdorgaan der Roomschen nog geen enkel bewijs voor Dreyfus' schuld. Alle argumenten uit haar laatste vertoog rafelt Van dag tot dag met groote handig heid uiteen. En aan 't eind van het pers debat waarbij de Tijd zich zelfs op Taunay beroepen had die aan haar zijde staat en door Van dag tot dag aan baar eenmaal was voorgesteld geweest als een der nobelste Franschen, een getuige dien Van dag tot dag echter wraakt, dewijl zijn afgodische liefde voor 't leger hem belet t8 onder scheiden deelt Van dag tot dag de volgen le leuke episode mee uit de laatst- verloopen dagen van zijn journalistenleven. Op een der dagen van het journalisten congres te Bordeaux had ik gepresideerd. Toen de verwarring groot was, daar ieder tegelijk sprak een hebbelijkheid van Fransehe journalisten hadik uitgeroepen: „Mijne heeren, een Hollander heeft de eer u te preslleeren. Vergunt ge mij, volgens Hollandsch gebruik, aan niet meer dan zes sprekers te gelijk het woord te geven! Welke zes vragen dit nu het eerst?" Hierop had men gelachen. En tien minu ien lang was er dan werkelijk ook eeuige orde in het debat. Op het diner, dat ue stad ons 's avonds aanbood werd op mij en op Nederland ge dronken, met herinnering aan mijn woorden, die als een lofspraak „ap de gematigdheid van onzen volksaard1' werden opgevat! „Slechts zes te gelijk aan het woord!" Ik antwoordde met een toast op de Fran sehe vlag, en zeide iets in den geest van het volgende Het rood, wit en blauw werd het eerst gevoerd in de vlag van Holland. Wij gaven aan de schitterende kleuren der vlag van het volk aan zee de horizuntale lijnen, van de groote zee, waaraan wij ons land ont woekerden, waarop wij onze vrijheid, macht en grootheid wonnen de horizon tale lijnen van dat landschap vol atmospheer, dat de eerste ware naturalisten, de Hol- landsche groote schilders, kweekte.., de breede lijnen van dat uitzicht in 't onein dige, dat ons geloof en ons Gods vertrouwen doet begrijpen. En toen de jonge Frarsche republiek in 't leven sprong en omkeek naar een nationaal symbool, toen greept gij Franschen dadelijk naar dat rood, wit en blauw van de fiere republiek der XVIIde eeuw, die steeds het hoofd omhoog hield boven de baren maar gij gaaft gehoor aan uw traditie en groote eigenschappen, door aan die schit terende kleuren la ligne ascendante, de stij gende, omhoog rijzende lijn te geven van uw hooge Kathedralen, van uw liefde voor het ideaal, die gij getoond hebt in uw kunst, in uw letterkunde, uw wijsbegeerte en uw voorbeeld. Uw leger heeft die kleuren met de stijgende lijn strijdende voor een denkbeeld, vaak fier opgehouden. Blijft trouw aan de opwaarts wijzen le lijn Blijft het ideaal eeren met alle krachten. Ik drink op de vlag van Frankrijk! Van alle zijden werden mij de handen toegestoken door de licüt beweegbare, warm gevoelende Franschen, en toen kwam een der groote beproevingen van mijn leven. Daar naderde Victor Taunay, gevolgd door een drietal heiren..., met tranen in de oogen dankte deze enthousiaste vader lander mij voor wat ik bad gezegd van de Fransehe vlag en 't Fransehe leger. en eer ik wist waar ik was drukte hij mij een zoen op elke wang en de andere drie volgden hem en zoenden mij ook op mijn wangen en ik had door den grond willen zinken. „Ik zoen niet terug, al moest het mij een duel kosten dacht ik, halfbewust van schrik en daar hoorde ik den prefect roepen „mais nótre ami hollandaia rougit comme une jeune filler O) „Mijnheer de prefect", antwoordde ik, „het volk van de j horizontale lijn heeft soms moeite de uitingen van geestdrift van het volk van la ligne ascendame te begrijpen. Ik ben nog nooit in mijn leven zoo geschrikt" en ieder begon te lachen.^) f1) Maar onze Hollander bloost als een jong meisje I Fijner manier om iemand onbevoegd te verklaren, als aie van Boissevain jegens Taunay, is haast niet uit te denken. En dan, zulk eene joviale Jmededeeling na zoo meesterlijk de Tjj d te hebben vast gezet op alle punten l Weinig nieuws. Tot een treffen kwam 't nog niet. Sir Redvers Bulier, opperbevelhebber der Engelsche troepen in Transvaal, heeft Zater dag Londen verlaten onder luide toejuichin gen. Ministers en andere groote mannen, en ook de toekomstige koning van Engeland (de prins van Wales) deden hem geestdriftig uitgeleide. Hij vertrok per boot van uit Southampton naar Transvaal. Hij is een beproefd, dapper soldaat, die zijn sporen in verschillende Kafferoorlogen verdiend heeft. Zaterdag heeft generaal White geprobeerd de Vrijstaatsche Boeren, die met een tamelijk groote macht bij Langnek en andere passen staan, van achter hunne klippen te lokken, doch te vergeefs. Hij is onverrichter zake naar Ladysmith in Natal teruggekeerd. New Castle, dat reeds vroeger door de Engelschen verlaten was, is door de Vrij- staters, onder Koek, bezet. Omtrent den door de Transvalere te K-aalpan veroverden geblindeerden (met ijzer gepantserden) trein, welke uit Kaapstad Daar Mafeking was afgezonden met kanonnen, verneemt men dat de machinist en een inboorli ig ontsnapten. De overigen werden krijgsgevangen gemaakt. Twee treinen met uitgewekenen van Johannesburg en Bloem fontein kwamen aan het Driezustersstation in de Kaapkolonie, met elkaar in botsing. Acht personen werden gedood, zeven ge wond. Op de westgrens hebben de Boeren onder commando van Cronjé de grens nabij Ra- mathlabama overschreden. Men hoorde wel dra hefcige losbrandingen; men gelooft, dat de Boeren den spoorweg in de lucht hebben doen vliegen en de teli graafdraden afge sneden. Op de oostgrens hebben de Boeren onder commando van generaal Koek den Botha-pas en het station bezet, terwijl de troepenmacht uit Volksrust Langsnek bezet houdt en in Natal optrekt. De Boeren lieten een geblindeerden treiH met telegrafisten, ko uende van Mafeking in de lncht vliegen. Dit bericht heeft klaarblijkelijk betrek king op een nieuwen trein. De Transvaalsche regeering heeft 4g kisten goud, die in verschillende herbergen te Johannesburg ontdekt zijn, tot een bedra™ O

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1899 | | pagina 1