NIEUWSBLAD VOOR ZEELAND. CHRISTELIJK- HISTORISCH Ho. 141. 1899. DofiMag St Eupsftts, Dccfietitle Icarpng. VERSCHIJNT F. P. D'HUIJ, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIËN De CnnevaRenwet. Het proces Dreyfus. -J klken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND. Prijs per drie maanden franco p. p0,95. Enkele nummers0,025. UITGAVE VAN G. M. KLEMKERK, te Goes en' van 1 5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent. Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. «V V. In de laatstgehouden Bondsvergadering van „Recht en Plicht", anti-sociaal demo cratische vereenigingen van spoorwegper soneel werden door den voorzitter, de hoofdoonducteur Klooster „op duidelijke wijze uiteengezet welke euvelen deze trouwens met goede bedoeling ontworpen wet aankleven. Zijn conclusie was dat de regeering in deze buiten haar aangewezen terrein trad en de werklieden een voor hen betere regeling verdienden. Het spoor wegpersoneel kwam daardoor in minder gunstige omstandigheden. Recht en plicht moet in deze als Vakbond de andere werk liedenverenigingen voorgaan. Wij die met onze directiën als opgroeien, die steeds naar nauwere aansluiting met haar streven, mogen niet zonder protest toelaten dat de Staat zich tusschen ons en hen stelt." Het boven aangehaalde lazen wij in het Handelsblad, en dachten er zoo bijhet amendement Kuyper wordt verdacht alleen de groote maatschappijen en fabrikanten te helpen, maar hier zijn toch kleine lniden bijeen geweest om de ongevallenwet op een belangrijk pnnt af te keuren. Vermelden wij er tevens bij dat een adres vanwege den Bond aan de Tweede Kamer is verzonden, waarin enkele grieven tegen de Ongevallenwet voorkomen. In den aanhef verzoeken zij de Kamer haar „stem aan het Regeermgsvoorstel te onthouden, tenzij het gewyzigd zij door het door uw medelid dr. Kuyper ingediend amendement." „De strekking van dit wetsvoorstel op zichzelf (achten zij) heilloos voor den werk man" en wel op verschillende gronden, waarop wij later hopen terng te komen. En dan vragen zij aanneming van het amendement-Kuyper. Merkwaardig is ook dat in de vergadering van groot-industriëelen, bij wie te zamen 36 duizend personen werkzaam zijn hun instemming betuigd met dit amendement. Geestverwanten van den voorsteller zijn er niet vele bij. Politiek zit er dus niet achter; alleen eigenbelang of belang der werklieden. Onder hen zijn de Nederl. Gist- en Spiritusfabriek te Delft; Gebr. Stork te Hengeloo, De Spoorwegmaatschappijen Boek- en SteendrukkerijenBierbrouwerij De Gekroonde Valk. Tal van adressen van adhaesiezijn daarna nog ingekomen. En in alle straalt door waardeering voor 't streven der redering maar tevens vrees dat zij de zaak niet goed heeft aangepakt. Groot vooral is de geldelijke schade die de meeste firma's bij verplicht lidmaatschap van de Rijksverzekeringbank jaarlijks zonden beloopen. De firma gebr. Stork Co. die thans aan loon voor haar werklieden jaarlijks betaalt 3 ton, zou by het in werking treden van deze wet jaarlijks f6000 aan de Rijks verzekeringbank aan premie moeten beta,en, terwijl de kosten van verzekering slechts f960 zouden bedragen zoo de firma kon voortgaan met zelve hare werklieden te verzekeren, zij het dan ook onder contröle van 't Rijk. Ook de Kaneer van Koophandel te Mid delburg velde geen gunstig oordeel over dit wetsontwerp. Inbaar adres, geteekend J. P. Fokker en A. de Vulder v. Noorden wijst zij er op dat een leger van ambtenaren zal geschapen worden door dit ontwerp, die veel geld kosten zullen. Overleg blijft derhalve noodig. En hiervan geeft de regeering blijk, daar zij zeker wel geadviseerd zalf hebben om de bijeenroeping der Kamer tegen 6 Sept. uit te stellen nu de voorsteller van 't tegemoetkomend amendement Dr. Kuyper wegens smartelijke familie-omstandigheden Wij vermelden hierbij echter dat De Aannemer, de Arnhemsche Courant en Het Vaderland 't amendement bestrijden. Later meer hierover. zijn tweede nota ter beantwoording van de bezwaren der regeering enz. nog niet kon samenstellen. Onze beminde Koningin viert haar negentienden geboortedag Wij en allen tie Oranje minnen, danken voor dezen dagen bidden der jarige een langdurige, voorspoedige, Godeverheerlijkende regeering toe.g Heil, Wilhelmina Leve de Koningin! H Leve de Koningin Weduwe Een nieuwe bondgenoot voorde voorstan ders van het leerdwangontwerp is opge staan in den heer ds. Th. H. Nahnijs te Utrecht en in overoude tijden (18621866) predikant te Biezelinge. De heer Nahuys publiceerde in De Sprok kelaar eenige stellingen tot aanprjjzing der wet-Borgesins. Nn was hij niet aan het rechte kantoor de Sprokkelaar toch is evenals wij princi- piëel tegenstander der wet, en dat niet tegenstaande de hoofdredacteur al sinds jaren een verdienstelijk hoofd is eeaer school te Rotterdam en secretaris der ver- eeniging „Chr. Volksonderwijs". De Sprokkelaar voorzag dan ook de stellingen van den heer Nahuys van enkele kantteekeningen. Dit belette echter niet dat op eenmaal de heer Nahuijs door de liberale party tot autori teit van den eersten rang verheven werd. In gansch haar pers, zoo groote als kleine, circuleeren de stellingen van ds. Nahuys, natnur'ijk zonder de kantteekeningen van De Sprokkelaar. Dit is, vooral van de Middelburgsche Courantzoo zot, dewijl dat blad juist daags voor de opneming van Nahuys' ge schrijf, gezegd had dat „(zij) zooals steeds het „hoor en wederhoor" wil toepassen", en dit inderdaad ook meermalen deed, wat wij waardeeren, al is zij naar onze meening soms wel wat heel ving er by om heeren predikanten, die anders, vooral wanneer zij gereformeerd zijn, in niet al te beste renke by baar staan, tot autoriteiten te stempelen; wat met name ds. Wisse, de chr. geref pred. ondervond en nu weer ds. Nahuijs en ds. Schriecke. Doch dit in 't voorbijgaan. Wij hadden het over de stellingen van ds. Nahnijs. Ook wy wenschen ze over te nemen, doch tevens van eenige kantteekeningen te voorzien. 1. Ons volk staat door slordig bezoek der school ea door te vroeg verlaten school bij andere volken in ontwikkeling zeer ten achter. Een groot gedeelte kan met vlot lezen en verstaat zijn bijbel niet. (Het eerste gedeelte dezer stelling is niet ge heel juist. Ten achter en zeer ten achter is 't Nederlandsche volk niet en in de laatste jaren blijkens de statistieken werd de verbonding vrij wat gunstiger. Het tweede gedeelte der stelling kan juist zjjn; doch geldt niet voor plaatsen waar een Christelijke school is. In som mige plaatsen die wij kennen, waaralleen een openbare school is, is de bijbelkennis ellendig, ook bij de trouwe bezoekers dier school; ook zelfs van de beste openbare school komen slechte lezers; vele onder wijzers zelfs lezen slecht). 2. Leerplicht is dwang door den staat tegenover onwillige ouders uitgeoefend. (Toegegeven. Maar wat is 't dan voor de gewilligen 3. Ouders zjjn ver pi icht hunne kin- deren te doen onder \yjj zen en hebben geen recht hen aan 't onderwijs geheel of te vroeg te onttrekken. (Volkomen juist. Het staat ook in de Doopsbelofte.). 4. De staat handelt plichtmatig als hy kinderen tegenover onverschillige, dron ken en egoïstische ouders beschermt en hen dwingt onderwijs te genieten. j&(Dit is nog door niemand bestreden.). 5. Bij invoering van loerplicht zullen flinke mannen, genoodzaakt hunne kinderen ter schole te zenden, door den nood gedwongen Chr. scholen gaan oprichten, en als dit on mogelijk is veel scherper gaan toezien op den geest van het onderwyp. Vele klachten zullen vernomen worden, en zoo kan leerplicht de aanleiding worden, dat wy op 't onderwijs eene gebeele omwenteling te gemoot gaan. (De flinke mannen hebben al eene Chris telijke school, of trachten ook zonder leer dwang er een te krijgen, trouwens is dit een maatregel die de openbare school „leegpompt" zooals haar vooratanders zeg gen, en dat zon een „heele omwenteling" geven Wij zouden hbt wel willen, maar is 't waar 6. Zwitserland en Duitschland leveren 't bi wijs, dat menig bezwaar, hier te lande tegen leerplicht ingebracht, door nadere bepalingen en wetten uit den weg geruimd kan worden. (Een geruststelling die de proefneming niet wettigt. Het Duitache volk is 't Ne derlandsche niet). Overigens begrijpen wij niet, hoe de liberale partij dezen chr. historischen bondgenoot zoo maar voetstoots opneemt. Zijn stellingen zijn tamelijk onschuldig en dubbelzinnig. Men moet wel in 't nauw zitten om hoera! te roepen bij de ver schijning van zoodanig een helper. Het komt ons voor dat de minister aan 't bondgenootschap van den heer Nahuys niet veel hebben zal, ook al noemtde Arn hemsche Courant zijue stellingen „eene merkwaardige uitdaging" en „een gun stig symptoom en moedgevend voorteeken voor den naderenden strijd tot invoering van den leerplicht". Reeds eene oppervlakkige lezing moet dezen gewiksten staatsman een non taliauxilio (3) ontlokt hebben. Het ministerie Borgesius zal aan den steun van dan Utrechtschen prediker al even wei nighebben, als het ministerie Mackay ge leden heeft van diens oppositie tegen 't kabinet van '88 en de schoolwet vsn dat zelfde jaar. Wjj cursiveeren Z. (i) Wjj Cursiveerun. Z. (a) Dergelijke hulp verlang ik niet. In een der gemeenten van de Hoeksche Waard heeft de gemeenteraad eene veror dening aangenomen, waarbij bepaald wordt dat het eerste unr luiden bij een begrafe nis f2 moet kosten, het tweede uur f4, het derde uur f8 enz. Dit zou voor een klokluiding gedurende een dag en nacht ruim 163A miljoen gulden vorderen. De Nederlander „herinnert (hierbij) aan het bekende verhaal nit de oudheid, waarin aan iemand beloofd werden zooveel graan korrels als er gaan op de 64 vakjes van een schaakbord, wanneer men op het eerste vakje 1 korrel, op het tweede 2, op het derde 4, op het vierde 8, enz. Wanneer men het berekent, zal men zien dat de uitkomst bedraagt 18Va trillioen. De snelheid, waarmee een meetkundige reeks stijgt, gaat ver boven het oppervlak kig begripsvermogen". De Vaderlander maakt somwijlen aan't adres der anti-revolutionairen zeer naïeve opmerkingen, reden waarom de antirev. pers er dan ook zelden notitie van neemt. Evenwel zoo onbeduidend - kunnen hare zetten niet zijn, of sommige liberale bladen geneeren zich niet, zeals hoogst gewichtig over te nemen met soms nog een waardee- rend woordje voor De Vaderlander er bij. Nn, een krant moet vol komendus een leuk zetje meer er in zalhaarniet schaden. Daarom willen wij nn ook eens een heel leuk zetje van De Vaderlander nit een li beraal blad overnemen. Het desbetreffend no. van De Vaderlander hadden wij i wel ontvangen doch lazen bet niet, dewijl wy rekenden dat het meteen lange beschouwing over Beilen en een lang citaat over zeker artikel 123 weer wel vol zou zijn. De leuke zet van De Vaderlander komt hierop neer. Gij antirevolutionairen (zij bedoelt eigen- lijk'W in de Standaardmaar die W. is volgens haar „de antirevolutionairen"); gij antirev. juicht den verzekeringsplicht, op te legden aan werkgevers, in 't Ongevallea- ontwerp toe. En van antirev. zijde hebben wij gehoord dat de overheid geen plichten mag op leggen. Oplegging van verzekeringsplichtgeschiedt in 't belang der werklieden, leerplicht in 't belang der kinderen. Eilieve waarom verzet gij u tegen leer Dlicht en niet tegen verzekeringsplicht? Is dit misschien omdat le sociale wetge ving nu eenmaal in de gratie is en leer plicht niet? Maar is dit principieel Dat lezende klapt men aan de liberale persbureaux in de handen. Men voegt er zelfs nog den militiepliclit „enz. enz." bij adres De Arnhemsche Courant, die „con stateert dat deze opmerkingen gemaakt wor den door de redactie van een kerkelijk orthodox en staatkundig conservatief blad dat onder de christelijk historische organen gerangschikt kan worden." De opmerking zou anders de aandacht niet verdiend hebben. Maar nu men er zoo mee te kijk loopt, willen wij wel even De Vaderlander opmerken dat de antirevolu tionairen principiëel voor leerplicht zijn en daarvoor niet weinigen haast boven ver mogen betalen. Voorts dat wij voor leerplicht zijnde, daarom niet voor het we'sontwerp Borge sius dat leerdwang bedoelt behoeven te we zen. En dat het onbillijke vooral hie in gelegen is dat zij die voor leerplicht zijn onder den leerdwang van dit wetsontwerp worden getrokken. En eindelijk, dat bet amendement-Kuyper, welks, desnoods gewijzigde, aanneming voor waarde is voor de aanneming van 't Onge- vallenontwerp, er voor gezorgd heeft dat de patroons die voor verzekeringsplicbtzijn en daarvan klinkende bewijzen ga7en, reeds jarenlang, niet onderden verzekeringsplicht (wat voor hèn verzekeringsdwang zou zijn) vallen zullen. Wat voorts de opmerking van De Arn hemsche Courant aangaat dat de Vaderlander kerkelijk orthodox, staatkundig conservatief en christelijk historisch zon zijn, zij kan hierin W3l gelijk hebben, mitsz" orthodox niet in overgnnst:gen en christelijk histo risch niet in antirevolutionairen zin opvatte. Voor eenige jaren nog schreef De Va derlander „in de politiek te staan aan de zijde der liberalen". Van dag tot dag schrijft in het Han delsblad, bij gelegenheid van 't vertrek van den nieuwen gouverneur generaal naar Insulinde, onderstaande waarmede wy van harte instemmen „Moge het hem gegeven zijn, ons Indisch Nederland zóo te besturen, dat moederland en kolonie beiie enkel reden hebben om zich te verhengen, opdat de banden worden veisterkt, die hen saam verbinden. „Wij denken aan generaal Robert Lee, den grooten Virginiër, voor wien het dank bare Amerikaansche volk in 1890 te Rich mond een standbeeld oprichtte. Ook hij begon zyn loopbaan als genie-luitenant. „Generaal Lee, die volgens het devies in zyn wapen non incaulis futuri niet bevreesd voor de toekomst was, schreef eens deze woorden Plicht is het schoonste woord dat be staatgij kunt niet meer doenmaar doe ook nooit minderdan uw plicht u gebiedt. Leg er u op toe, m alle zaken de striktste waarheid voor oog en te houden beloof nooit iets wat gij niet zoudt kunnen vol brengen n„Moge het blijken dat wy ons niet ver gissen, als wij veronderstellen dat generaal Rooseboom een man is van het karakter van generaal Lee. Wy spreken de hoop uit dat, op zij n voorbeeld, plichtsgevoel en waar- heidsliefde in Indië zullen worden gehuldigd als de beste znilen van ons gezag. Dan zal zijn bestnnr ongetwijfeld bijdragen lot het verkrijgen van eene welvarende en tevreden bevolking het iueaal, waarnaar elk Nederlandsch bestnnr dient te streven I" Het was ook Maandag nog de dag der schriftkundigen. Na Bertillon trad Javal op om de foutem in Bertillons berekeningen aan te toonen en na hem de ingenieur Bernard die het wiskundig bewijs leverde dat Bertillons stelsel, volgens hetwelk het borderel met verdraaid schrift is geschreven, onjuist is. Deze twee experts maakten grooten in druk op de rechters. Charavay verklaarde zich in 1894 ver- gist te hebben en 't borderel niet meer aan Dreyfns maar aan Esterhazy toe te schrijven, hetwelk hy toelichtte; (i) terwijl daarentegen Teyssonnières zijn bericht van '94 dat Dreyfns de scbrij ver is, ongewij zigd handhaafde. Pelletier, die in 1894 verklaarde dat 't borderel niet van Dreyfus w^s, bleef ook nu bij die verklaring; terwijl Couard en Vannard verklaarden dat niet Esterhazy de schrijver kon zijn, doch tegelijk wei- gerden te zeggen of dan Dreyfns het kon wezen. Men ziet het, ook op de „icbriftver- klaringen „kan Dreyfns niet mser veroor* deeld worden. De eenige toch die het borderel aan Dreyfas toeschrijft (Teyssonnières) ant* woordde op een desbetreffende vraag van een lid van den kiijgsraad dat hy nog nooit een onder diciëe geschreven stuk ran Dreyfns te onderzoeken had gekregen- terwijl hij, toen hem hierop het bewnsta stuk werd voorgelegd, zeide diie dagen noodig te zullen hebben om het te onder zoeken. Dinsdag werd gehoord de luitenant kolo- nel Cordier die in 1894 tijdens den aanvang der Dreyfus-zaak aan het informatiebureau was verbonden. Deze getuige, door den minister van 't ambtsgeheim ontheven, vulde zijn vroegere verklaringen aan omtrent de herkomst van het bordereau. Begin Oct. '94 had Sand- herr, die het van Henry had, bem daar- van afschrift gegeven. Eerst na 24 September, gelooft hij, was 't by den generalen staf ingekomen. Onmiddellijk vingen de na sporingen aan en omstreeks 8 Oct. viel de verdenking op Dreyfns die vroeger nooit verdacht was geworden. Getuige verklaarde langs welken weg stukken werden aangebracht. Een agehti van den informatie lienst deed dit door de bemiddeling eener vrouw, later door middel eener dame waartoe men haar in verschillende kerken ontmoette. Getuige herinnerde er aand«t vroeger te Bonrges ook stukken verdwenen, doch dat de verrader, Thomas, is gesnapt en veroordeelddit was Dreyfns niet. Het signalement in '94 door Cners gegeven duidde in geen geval op D.eyfns, wel od Esterhazy. v Hij legde nog andere belangryke ver klaringen af, onder anderen dat ook na aldus DöZ6 g6tuig0 eindigde zÜ'ne verklaring 9 ?^eten V0rPhcht my te zeggen, dat ik in 1894 op een valsch spoor we*"d ge leid door otereenKomst van het schrift Het is een groote opluchting voor mijn geweten dat ik tegenover u kan verklaren, tegenover hjm vooral, die het slachtoffer is geworden van myn vergissing, dat het borderel niet m van Dreyfns, maar het werk van Ester-

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1899 | | pagina 1