I
NIEUWSBLAD
VOOR ZEELAND.
CHRISTELIJK-
HISTORISCH
Ho. 79. 1899.
(Donietifiig 6 Ipuf.
Decfimrfc laocpng.
VERSCHIJNT
G. M. KLEMKERK, te Goes
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
DE UNIE.
>ssen. 16 twee-
re osseri, land-
chmachine ran
tM:
1 '8 morg. 7.u
|EN:
i's morg. 7.u
nst.
1BOOT.
2 'smorg. 3.
s morg. 11.
IOOM-THOLEN
Tholen5,50,
11.—, 1,30,
-op-Zoom 6,25
12,40, 2,10
>m n. Halsteren
Tholen 15 min
NST
Zi6rih2cd.
poorweg (loe,
«morg. g midd
7,50 3,30
7,50
7,50
7,50
7,50
6,30
7,50
7,50
7,50
6,
6,30
6.30
6,30
7,50
7.50
7,50
7,50
7.50
7,50
6,30
7,50
7.50
7,50
7.50
3,30
3,30
1.—
2,15
2,30
3,30
3,30
3,30
3,30
3.30
3,30
3,30
3,30
3,30
3,30
3-
3,30
3,30
6)
6.30
6.30
7.50
7,50
7,50
3,30
3.30
3,30
3,30
3,30
3,30
Ï8T
OTTERDAM
Van
Rotterdum.
45
45
45
45
45
45
45
45
45
45
45
45
45
45
_9,-
9,-
_9,~
9-
9,-
9,-
9,_
9,-
9,-
9,-
9-
9,-
_9,-
_9,-
9,-
9,-
9,-
9,-
9,-
9,-
5
5,83
4,8
5,44
6.45
6,51
7,4 4
6,8
7,13
7,25
7,33
7,38
7.48
7.56
8.9
6,36
8.20
o on
6,4-9
o,zy
8,38
7,55
10.9
8,46
10,59
9,58
12,6
8,55
10.59
9,31
11.42
Viissingen
'oter afstand.
8
S.1S
5
6,3
0
7,25
D
8,10
8,26
l
8,48
elken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
Prijs per drie maanden franco p. p0,95.
Enkele nummers0,025.
UITGAVE VAN
en
van 1 5 regels 25 centiedere regel meer 5 cent.
Familieberichten van 1 5 regels 50 centiedere regel
meer 10 cent.
H E R IJ K.
Wolfaartsdijk, 10 April.
Heinkenszand, ook voor 'a Heer
Areniskerke, 11 April en 12 April des
voormiddags.
's Heerenhoek, ook voor Borssele
en Nienwdorp 12 April des namiddags
en 13 April.
EEN SCHOOL MET DEN BIJBEL.
}o(
Dinsdag vergaderden de afgevaardigden
der locale eomité's met het Hoofdbestuur
der Unie, te Utrechtonder voorzitterschap
van den heer J. E. N. baron Schimmel-
penninck v. d. Oye van Hoevelaken. De
W. voorzitter liet zingen Psalm 336 waarna
da. v. d. Munnik, van Barendrecht, de
vergadering met gebed opende.
De voorzitter las hierop Psalm 63, aan
de woorden waarvan hij eene beschouwing
vastknoopte, omtrent enkele feiten, die
in 'tafgeloopen jaar in betrekking tot den
schoolstrijd de aandacht hadden getrokken.
Vooreerst de hjogere opbrengst der Unie
Collecte, hooger dan die der jaren '9396;
waaruit blijkt dat deze Unie hare oor
spronkelijke beteekenis in het oog houdt;
en dan de kentering in de denkbeelden
van de voorstanders der openbare school
omtrent de neutraliteit van 't openbaar
onderwijs en in verband daarmee van de
noodzakelijkheid der vrije school ter ver
vanging van de staatsschool. Wanneer
onze denkbeelden op dit punt eens mogen
verwezenlijkt worden, Spr. zegt het reeds
nu al is deze toekomst nog verre, gevolg
van de doodende concurrentie die de Staat
met zijn scholen ons vrije onderwijs nog
steeds aandoet, dan zuiien wij een voor
sprong hebben bij onze tegenstanders,
dewijl wij immers geleerd hebben te geven
en het zelfs met opgewektheid doen.
Spr. weidde nog eenige oogenblikken
uit over de onmogelijkheid van den eisch
der neutraliteit, 't kan immers niet dat
een onderwijzer buiten de school Christen
of Atheïst; Oranjeman of Anarchist zou
zijn en in de school niet of het tegendeel
daarvan. Spr. wijst voorts nog op uit
spraken, mede door ons blad reeds aange
haald, als bijv. den wanhoopskreet van
Boissevain, den liberalen redacteur van
het Handelsblad dat hij geen middel weet
om op de school de godsdienstige behoef
ten van allen te bevredigen en wat ds.
v. Dijk in 't Doetinchemsch Weekblad hierop
heeft geantwoord. Dan op den dreigkreet
van den Parijscken schoolopziener Maurice
Faure, ziende den invloed der vrije school
dat deze gebroken moest worden met 't
antwoord van den Parijschen correspondent
van De Telegraaf er bij, dat, wanneer 't
vrije onderwijs even goed is als't staats
onderwijs of nog beter, het tijd wordt
dat de Staat zijne bemoeiingen met de
vrije school inkrimpe. En eindelijk op 't
sympathieke woord van dr. de Visser aan
de redactie van het mede door hem ge
ëxploiteerde Chr. hist. Nederlandsch Dag
blad, die de Chr. school had aangevallen
„dat hij in een chr. blad niet anders ver
wachtte dan een sympathieken toon jegens
de Chr. school".
Intusschen, zegt Spr., wij zijn er nog
niet; de zilveren koorden zijn nog niet
verbroken, straks zal men in 't rapport der
commissie voor schooJgeldheffing aan de
noodzakelijkheid daarvan herinneren. Spr.
meent echter dat een verhooging der Rgks
bijdrage niet voldoende is. Daarbij toch
zal de Openbare school als ofïicieele staats
school blijven staan en de belastingen
zullen stijgen. Invloedrijke liberalen er
kennen dat 't moet worden de vrije school
yoor heel de natie; want dat de vlag der
neutraliteit zoo de school niet neutraal
is beter kan weggenomen en door de vlag
die er op behoort kan vervangen worden.
Daarop moet dan ook onzentwege in de
eerste plaats bij ven gestuurd.
En dan tegen den leerplicht gelijk
de regeering die regelen wil. Geen leer
plicht in een godsiienstloozen staat, of
zoolang de hizondere school op eigen
krachten moet steunen.
Daarna kreeg de secretaris het woord.
Uit diens verschillende mededeeJingen
bleek dat tegenwoordig zijn 82 personen,
waaronder 58 afgevaardigden, vertegen
woordigende 46 locale eomité's, uitbren
gende 50 stemmen, voorts 24 niet-stem-
gereehtigden waaronder 7 bestuursleden,
tj weten de heeren Pierson, Wirtz, Wijn
beek, Noordtzij, v. Munster, Heemskerk en
do voorzitter.
Voorts dat 't Unie rapport ditmaal niet
aan de orde komt, dewijl op verzoek van
dr. Kuyper de samenkomst der sub com
missie tot nadere formnleering van dit
rapport was verdaagd. Dan dat maar al
te veel locale comités te weinig of in 't
geheel niets in de Uniekas storten een
verzoek van 't Bestuur der Unie aan de
verschillende eomité's tot verhooging hun
ner bijdrage werd slechts door enkele
eomité's ingewilligd sommigen verlaagden
ze zelfs. Niettegenstaande de Unie collecte
11500 hooger is, verhoogde de totaal
bijdrage aan de Unie slechts met'f64. Er
zijn thans 594 locale eomité's. (Van de
antirevolutionaire .Kamerleden merkten wij
alleen op de heeren v. Bijlandt, v. Heem
stra en Brnmmelkamp.
Voorts werd blijde herinnerd aan den
goed geslaagden Uniedag te Naaldwijk.
De Secretaris legde nog eens den nadruk
er op dat de locale eomité's meer moeten
denken aan de kas voor schoolfondsen. Op
1 Jan. jl. was in genoemde kas aanwezig
f 1972,50, welke som belegd is in de
Spaarbank van 't Departement der Maat
schappij tot Nut van 't Algemeen. Er wor
den nog maar al te vaak gelden aan hunne
bestemming onttrokkener moet meer
trouw zijn in de bezorging der gelden;
den besten waarborg hebben de correspon
denten door ze te storten in de kas voor
schoolfondsen.
Vervolgens is aan de orde het rapport
van de commissie voorsohoolwetswijziging.
De heer Wiersinga licht dit toe, en
zegt onder meer dat wij nu eens met cijfers
aan de consciëntie der tegenstanders moe
ten aankloppen.
(Op den inhoud van het rapport hopen
wij in een volgend nommer terug te kernen).
Na de pauze deelde de heer Bastmeijer,
van Bruinisse, die met den heer D. Mulder,
van Zierikzee, het stembureau had uitge
maakt, ais uitslag der stemming voor twee
bestuursled en mee dat in de vacature van
den voornitter de voorzitter met algemeene
(46) stemmen herkozen was en dat in de
vacature mr. Lucasse, afgetreden doch niet
herkiesbaar, met 25 stemmen was gekozen
de heer M. de Jonge Jzoon te Goes, tegen
5 stemmen op dhr. Verhageen 12 stemmen
op dr. L. H. Wagenaar, welke laatste
aanbevolen was door het locaal comité te
Wolvega.
De benoemden namen hunne benoeming
aan.
Daarna werd de discussie voortgezet
over de conclnsiën van het Rapport en
die welke het Moderamen (voorzitter, se
cretaris en penningmeester) hadden voor
gesteld, welke eenigszins anders luidden,
door de commissie niet verworpen werden,
doch niet haar voorkeur verdienden. Er
rees klacht dat deze laatste conclnsiën zoo
rauwelijks waren opgeworpen de heer
Heemskerk zag in een van die der commissie
een wegveging van het Unierapport, wat
met name door 't commissielid Wiersinga,
zelf onvoorwaardelijk voorstander van het
Unierapport, ontkend werd.
Daar stond de heer Pierson op die de
twee stroomingen wist te vereenigen, door
eenige wijzigingen voor te stellen op de
eonciusiën der commissie, welke deze
overnam, waarop de Voorzitter namens
het Moderamen de eonciusiën van het
Moderamen introk.
De vergadering nam hierop met algemeene
stemmen de navolgende eonciusiën aan
1. De Schoolgeldhefiing op vele Openbare
Lagere Scholen is een zoodanige, dat
een onbillijke uitvoering van Art. 46
der wet nog immer tot instandhouding
dier scholen onmisbaar schijnt te wezen.
2. Het heffen van een laag schoolgeld
in vele gemeenten, doch meer nog het
door het college van Burgemeester en
Wethouders willekeurig verleenen van
verminderingen en vrijstellingen, doen
het Bijzonder onderwijs een onrecht
vaardige, soms schier doodende concur
rentie aan.
3. De financiëele toestand van Bijzondere
Scholen, die voor de invoering der Wet-
Mackay reeds in tamelijk goeden doen
verkeerden, is door de Rijksbijdrage
gunstiger geworden. De financieele
toestand van scholen, die financieel
zwak stonden, is, ten gevolge van de
eischen aan die Rijksbijdrage verbon
den, gelijk gebleven of ongunstiger ge
worden.
4. De strijd ging niet allereerst om het
gehalte van het Bijzonder onderwijs
te verbeteren en ook niet om den
arbeid der onderwijzers minder moeie-
lijk temaken, doch wel om een betere
rechtspositie en vermindering van finan-
eiëelen druk te verkrijgen. In dit
laatste opzicht heeft de Wet-Mackay,
in vele gevallen niet het gewenschte
resultaat gegeven.
5. Aangezien van de oneerlijke uitvoe
ring der wet bepaaldelijk ten aanzien
eener billijke schoolgeldheffing het einde
van den schoolstrijd allerminst is te
wachten, moet worden geconstateerd,
dat de Schoolstrijd niet is geëindigd
en dat nadere voorziening dringend
needig is.
De heer Heemskerk leidde het debat in
naar aanleiding van de nota van beden
kingen tegen 't wetsontwerp op den leer
plicht.
Hierop wenschen wij later terug te
komen. Doch vermelden alvast dat de
heeren Pierson, Van Munster en Oosterbaan
het denkbeeld van eerstgenoemde verde
digden om aan de commissie op te dragen
de bijeenroeping van een groote vergadering
van alle voorstanders van Chr. Onderwijs;
zij wisten de geopperde bezwaren van
den secretaris te ontzenuwen en allen te
winnen voor een besluit in dien zin.
De heer Pierson, onder herinnering dat
hij maar een dorpspoliticus was, verklaarde
dat 'tvolk wel degelijk wakker is en ge
reed om op een gegeven sein zich op te
maken tegen het wetsontwerp. Hij wist
niet wat men in Den Haag denkt van de
kansen voor dit ontwerp; maar dat het
volk zich nu niet uitspreekt, is eenvoudig
dewijl men meent dat van deze wet toch
niets komt, dat zij verworpen of ingetrokken
of van de baan geBchoven zal ^worden en
men dan bij de verkiezingen in 1901 verder
zal zien. Spr. vroeg wat de Kamerleden
er van dachten doch dezen hielden heel
diplomatisch hun mond. (Intusschen lezen
wij in een onzer antirev. bladen dat uit
goede bron verzekerd wordt dat de minister
Goeman Borgesius van de aanneming van
't wetsontwerp zeker is).
De voorzitter spreekt den wensch uit
dat de Kamerleden van den stand van
zaken ons op de hoogte zullen houden,
om dan te juister tijd te kunnen optreden.
Met een hartelijk slotwoord sloot bij de
vergadering, waarna de heer Brummelkamp
voorgaat in dankgebed.
Aan den maaltijd namen 22 personen deel.
Heden vergadert ^veneens te Utrecht de
SCHOOLRAAD.
Ook daar werden ampel en breed de
bezware i tegen 't leerplichtontwerp bespro
ken. Gevolg er van was een voorstel van
den heer De Savornin Lohman dat de geza
menlijke schoolbesturen een adres richten
tegen 't ontwerp aan de Staten Generaal,
welk voorstel met algemeene stemmen werd
aangenomen.
Men lette er toch vooral op of de na
men van al de kiezers die er op hooren,
wel op de kiezerslijst staan.
Ook kan er abusievelijk een naam op
geraakt zijn, die er niet ophoort.
Secretarissen van kiesvereenigingen, of
belangstellenden in de aanstaande gemeen
teraadsverkiezingen, verzuimt toch niet,
eens te gaan kijken.
De kiezerslijsten liggen voor een ieder
op de secretarie uwer gemeente ter inzage;
een afdruk of afschrift is tegen betaling
ook te hekomen.
Zij, die meenen dat hun namen op de
kiezerslijsten ontbreken, kunnen, op on
gezegeld papier, aanvraag om plaatsing op
de kiezerslijst doen ter secretarie, voor
15 April a.
Liberalen en sociaal-democraten..
Met een enkel woord spraken wij in
ons vorig No. over de verhouding van
liberalen en sociaal-democraten.
Nu leest men in de Zutpli. Ci. het navol
gende berichtje
In een correspondentie uit Veendam in
de Winschoter C t., geschreven vóór de
stemming, wordt verzekerd, dat de heer
Smeenge wel in het district Y e e n d a m
met Kracht de candidatuur van den heer
Smidt verdedigde, maar toch ook den
socialen zóózeer „in 't gevlQ" kwam, dat hy
openlijk betuigde, verheugd te zullen zijn
als de heer Schaper in de Kamer kwam
niet by deze gelegenheid, maar een volgen
den keer, als hjj een man van het behoud
verdringen kon.
De briefschrijver acht het minst genomen
twijfelachtig, of dit wel een middel was
om voorstanders van de candidatuur-Schaper
tot voorstanders der candidatuur-Smidt te
bekeeren.
Men moet weten, dat de heer Smeenge
liberaal lid der Tweede Lamer is. Hier
uit blijkt duidelijk, dat deze liberale volks
vertegenwoordiger er volstrekt geen been
in ziet, om een sociaal-democraat reeds bij
eerste stemming tot lid der Volksvertegen
woordiging te verkiezen.
5 April '99.
BijKon. beslnit van 27 Maart j.l. zijn
goedgekeurd de statuten der boeren spaar
en leenbank gevestigd te 's Heerenhoek,
opgericht 25 Febr. 1899.
Het sneuvelen van Toekoe Oemar
Omtrent den dood van Toekoe Oemar
schrijft Batavus aan de Dell Crt. uit
Melaboe:
De operatiën tegen Oemar namen den
3en Februari een aanvang, onder leiding
van den overste v. d. Dassen. Aan de
Kroeng Sabil ageerde de colonne Schmidt
en majoor Van der Wedden zat met zijne
troepen in Beunga, opdat Oemar ook naar
Pedir niet ontvluchten kon. Boven Mela
boe werd hij vastgehouden te Marit door
eene compagnie van het 6e bataljon.
Den 3en rukte het 6e bataljon en de
maréchaussee onder bevelen van den overste
Van der Dnssen, van Melaboe naar Boeboen
en Wailah, om zoo'Pasi-Atjeh te bereiken.
Inmiddels was de generaal den 5en te
Melaboe aangekomen.
Den lOen Februari, 's avonds te half
negen bracht een zeer betrouwbaar per
soon het bericht, dat Oemar plan had van
Boebon. langs het strand te trekken en
dat hij den passar te Melaboe bedreigde.
Die passar grenst onmiddellijk aan het
civiel etablissement en de benting.
De generaal gaf order dat er dadelijk
een hinderlaag moest gelegd worden. En
met dit doel rukte de postcommandant, de
lste luitenant Verbrugk uit.
Deze luitenant, die reeds vroeger te
Melaboe was geweest, kende het terrein
volkomen.
Te 10 uur bereikte men OedjongKala
en wachtte tot 1 uur 's nachts voordat
iets gebeurde.
Toen trokken eenige karbouwen voorbij
gevolgd van Oemar's spits onder aanvoering
van Said Panoet.
Een soldaat schoot voor het commando,
waarop die spits op de onzen aanviel, doch
door het overstelpend vuur werd uiteen
gedreven en naar Roending vluchtte.
Verbrugh rnkte nu langs het strand in
de richting jBoeboen, om de hoofdmacht
des vijands aan te tasten.
Oemar en Panglima Laoet hadden zich
juist naar het front begeven om te onder
zoeken waar hun spits bleef, en werden
neergeschoten.
Het schot drong in de borst en was
doodelijk. Panglima Laoet werd slechts in
geringe mate verwond en ontkwam later.
Toen de onzen een doode bekwamen,
moest Verbrngh terug om den gesneuvelde
in veiligheid te brengen, kwam te 3 uur
's nachts in de benting, en rukte te 4 uur
weder uit in de hoop 's vijands lijken
in handen te krijgen.
Te 5V2 uur v.m. kwam hij in gevecht
met een 3tal lieden, die te Oedjong Kala
de gesneuvelden wilden begraven en in
boomen waren gevlucht.
Wel werden zij afgemaakt, maar in het
handgemeen kreeg Verbrngh een houw
over den linkerpols.
Genoemde officier wist natuurlijk niet
dat Oemar gesneuveld was, daar hij in
den donk r niets had kunnen onderschei
den, en enkele getrouwen tusschen drie
en vier uur 's nachts, het lijk in de rim
boe hadden gebracht.
Daarom vond ook de lste luitenant
adjudant Spruyt, die in den vroegen mor
gen eene patrouille naar Booboen maakte,
op het gevechtsterrein slechts de lijken
van onbelangrijke personen.
Het overschot van Oemar was door
Said Panoed die na zijn vlucht terug
keerde om zijn aanvoerder te zoeken
reeds naar een nabijgelegen pepertuin in
veiligheid gebracht.
's Avonds van den Hen transporteerde
men het overschot naar de Merbau-rivier
en bracht het, met vermijding van ons
bivak te Marit, naar de bovenstreken,
waar Tjoet Nja Din het den 13en in
ontvangst nam.
Zij was met een driehonderdtal gewa-
penden door Boven-Boeboen naar Betong
getrokken, waar men haar de droeve tij
ding bracht.
Ofschoon Oemar bij zijn leven meerma
len had verklaard, dat hij te Poe-oe bij
zijn moeder begraven wilde worden, en
dit daar hij een voorgevoel van zijn
naderend einde had nog onlangs in
herinnering had gebracht, zoo verbood
Tjoet Nja Uin toch aan zijnen wil gevolg
te geven, uit vrees, dat later zijn lijk in
onze handen zon kunnen vallen.
Volgens betrouwbare berichtgevers werd
het lijk, den 19en 's avonds te 7 nar in
tegenwoordigheid van enkele uitverkorenen
ter aarde besteld.
Thans wordt te Lango in Boven-Mela-
boe ijverig vergaierd onder presidium van
Tjoet Nja Din, die Haren zoon Radja
Batak tot hoofd van't verzet wil aanstellen
en maatregelen beraamt om den oorlog
voort te zetten.
Veere. Het Bestuur der Vereeniging
voor Bijz. Lager Onderwijs op Geref. grond
slag alhier heeft zijne adhaesie betuigd
aan het adres der Vereeniging voor Lager
Onderwijs op Geref. grondslag te Am
sterdam in zake het wetsontwerp op den
leerplicht.
Wolfertsdijk. In de vergadering die
Zaterdagnamiddag alhier werd gehouden
door de leden der Dorpsvereeniging Land
bouw en Veeteelt, werd o. a. door den
heer J. Lindenbergh verslag uitgebracht
van eene proefneming met aniliet op Ha
ver in 1898. Er was door hem gezaaid
twee stukken van 24 aren groot, het eene
op de gewone manier, die van het andere
was de Haver met aniliet bewerkt, op de