NIEUWSBLAD
VOOR ZEELAND.
CHRISTELIJK- sr
HISTORISCH
ddelbarg.
GUANO.
lo. 77.
Donfafag 80 Hflaatl
Dccfietirfe laacpng.
Hendrik Jan van Lummel.
f 6.00.
-10.00.
P. MAAS, Sr.
l-ROTTERDAM.
VERSCHIJNT
blken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
G. M. KLEMKERK, te Goes
EN
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
9>~
erphosphaat - 7.00.
- 3.00.
.G.
Noordstraat.
OOTDIENST
DELB.-ROTTERDAM
tApril.
Van Tan
MUldolburg. Rotterdam.
,30
,30
,30,
,30
,30
,30
,30
,30
,30
,30
,30
,30
,30
,30
,30
,30
,30
,30
,30
,30
,30
,30
,30
,30
,30
9-
9,-
9,-
8,45
8,45
8,45!
8,45
8,45
8,45
8,45
9,-
9,-
9,-
8,45
8,45
8,45
8,45
8,45
8,45
8,45
8,45
9,-
9,—
8,45
8,45
9-
9,-
9,-
9,-
9,-
9-
9-
9,
9,
9,
9,-
9,-
9,
9,-
9.-
9
9,
9,—
9,-
9,-
9,-
9,-
9-
9,-
OOTDIENST
(burg en Zierikzae.
erikzee Spoorweg Go#»
rtApril.
Van Ziorikzee:
idd 'smorg. midd
|Dinsd28 6.30 3,30
30
30
30
30
30
30
30
30
30
30
30
30
30
30
30
30
30
30
30
30
30
30
30
Woen29
Dond.30
Vrijd.31
Zater.
Zond.
Maan.
Dined
Woen
Dond.
Vrijd.
Zater.
I Zond. 9
Maan.10
Dins. 11
Woenl2
Dond.13
Yrgd.14
Zater.15
Zon. 16
Maan. 17
Dins. 18
Woenl9
Dond.20
V rijd.21
Zater .22
Zond. 23
Maan.24
Dins. 25
Woen26
|Dond.27
Vrijd.28
Zater.29
Zond.30
6,30
6,30
7,50
7,50
7,50
7,50
7,50
7,50
6,30
7,50
7,50
7,50
6-
6,30
6.30
6,30
7,50
7.50
7,50
7,50
7.50
7,50
6,30
7,50
7.50
7,50
7.50
6-
6.30
6.30
7.50
7,50
7,50
3,30
3,30
3,30
3,30
3,30
3,30
1.—
2,15
2,30
3,30
3,30
3,30
3,30
3.30
3,30
3,30
3,30
3,30
3,30
3-
3,30
3,30
3,30
3.30
3,30
3,30
3,30
3,30
9,-
-April,
a m s c h e tij d.
Van Rotterdam:
ÖO/Din». 28 11,—
Woen29 10,30
|01 Dond.30 10,30
Vrijd.31 10,30
Zater. 1 11,30
Zon. 2 11,—
[- Maan. 3 11.30
K Dins. 4 11,30
Woen. 5 12,
Dond. 6 12.—
Vrijd. 7 10,—
Zater. 8 11,
(0 Zond. 9 11,—
Maan.10 11,30
;0 Dins. 11 11,30
1— Woenl2 11,
.0 Dond. 13 11—
I- Yrgd.14 11,—
[-Zater.15 11,
9,-
- Zond. 16 11,—
- Maan.17 11.30
-!Dinsdl8 11.30
-|Woenl9 11.30
Dond.20 12,
Vrijd.21 9,30
Zater.22 10,30
Zond.23 11,
Maan.24 11,30
|0 Dins. 25 11,30
|0 Woen26 11,
Dond.27 11,—
101 Yrijd.28 11,—
Zater.29 11,—
I Zond. 30 11,—
9r
9.—
IT
-
Prijs per drie maanden franco p. p0,95.
Enkele nummers0,025.
UITGAVE VAN
van 1 5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent.
Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
Suiker.
Een weeldesartikel dat een algemeen
voedingsmiddel moet worden, is de suiker.
Het zou vooral voor den werkman van
groot belang zijn, indien hij de suiker
goedkoop koopen kon.
Dat suiker een weeldeartikel is, is een
gavelg van zgn duurte. Het heeft echter
bewezen in voedingswaarde vele spijzen
te overtreffen.
Op verzoek ontvingen wij van een be
kend laadbouwspecialiteit de volgende op
gaaf. In 1 KG. goed tarwebrood zit 75
gram eiwit, in geldswaarde gelijk 813
gram koolhydraten; 10 gram vet gelijk
24 gram koolhydraten, en nog 450 gram
koolhydraten, samen 1287 gram koolhy
draten. Het kilo tarwebrood tegen 14
cent berekend, kost derhalve 1 kilo kool
hydraten 11 cent. Neemt men nu voor
aardappels dezelfde rekening aan kost 1
koolhydraat daarin ruim 8 cent, en in
suiker plus minus 57 cent.
De voedingseenheid in suiker is der
halve ruim viermaal grooter dan in goed
tarwebrood.
De geleerden meenen dat in het bloed
0,15 procent suikergehalte moet voorko
men, welke glucose de bron is van allen
spierarbeid. Het is de lever die de om.
zetting in het bloed veroorzaakt
Uit onderzoekingen is gebleken dat bij
marcheerende soldaten de temperatuur bij
suikergebruik van 99,3 tot 99,9 steeg. De
keizer van Duitschland bevordert 't ge
bruik van suiker in het leger zeer. Hg
zelf gebrnikt op jacht niets anders. Het
lescht den dorst. Het heeft een hoogere
waarde voor de voeding dan vet. Yet
toch kan alleen door verbranding in
glucose worden omgezet, dit bevordert
derhalve uitputting en zonnesteek. Suiker
dat rechtstreeks in glucose overgaat, al
thans die verbranding niet behoeft, houdt
derhalve tot op zekere hoogte uitputting
tegen. Zelfs bij koorts wordt door suiker-
gebruik vermindering van temperatuur
waargenomen.
Dezer dagen stelde een spreker in het
Indisch Genootschap op wetenschappelgke
gronden en proefondervindelijk vast:
FEUILLETON.
Leorlingen van zulk eeu man
hadden en hebben steeds oorzaak
zich te schamen, dat ze niet meer
zijn, dan ze zijn.
Of de Maatschappij der Nederlandsche
Letterkunde leden telt, omtrent welke men
met eenigen twijfel zou mogen vragen,
waaraan zg de eer van hun lidmaatschap
te danken, hebben, ik weet het niet
en wil het ook niet onderstellen maar,
dit weet ik, dat Hendrik Jan van Lummel,
die eer in 1876 ten volle verdiend had.
Een taalgeleerde was hij niet, wanneer
men slechts dengenen zoo mag noemen, die
op het gebied der taal gelukkige ontdek
kingen doet en zelfstandige beschouwingen
levert, eu dus de wetenschap det spraak
verder brengtmaar daargelaten, dat van
Lummel als onderwijzer de in zijne jeugdige
jaren geldende taalregelen naar behooren
wist ia te scherpen, uitnemend verstond
hij de kunst om de taal dienstbaar te
maken aan de uitdrukking zijner levendige
denkbeelden, zoo in bezielde redevoeringen
tot bevordering van nuttige kennis, of tot
opwekking tot alles goeds, als in leerrijke
geschriften, meestal in verhalenden vorm
en van historischen inhoud.
Door eenvoudigheid beveelt zich zgn
stijl zoo zeer aan, dat wij daaraan onzen
lof niet kunnen onthouden, vooral wanneer
wij in zoo menig voorbeeld zien, hoe
mannen, wien het niet gegund was hunne
wetenschap uit de eerste bron op te doen,
en die zeiven van ginds en her hunne
lo. dat rietsuiker volledig en snel wordt
geabsorbeerd bij groote hoeveelheden slechts
bepaald door het arbeidsvermogen van het
lichaam
2o. dat suiker het middel is om ver
bruikte glucosen aan de spieren terug
te geven
3o. dat suiker de verhitting van het
lichaam matigt bij zwaren arbeid en voor
komt zonnesteek;
4o. dat het 't beste spaarmiddel is van
eiwit
5o. dat het onontbeerlijk is voor den
soldaat op marsch, vooral in de tropen;
6o. dat suiker dorst lescht
7o. dat bg verpleging van zieken
suiker onontbeerlijk is;
8o. dat suiker het middel is tot ver
betering dar voeding;
9o. dat het suikerverbruik, met het
vleeschverbrnik grootendeels oorzaak is
van de kracht der Engelschen.
Wanneer dit alles vaststaat wordt het
inderdaad meer dan tijd bg de regeeringen
op afschaffing van alle lasten die den
suikerhandel drukken aan te dringen.
Afschaffing van den suikeraccijns zou de
suiker goedkooper maken en onder het
bereik van den werkman brengen. Deze
kan geen vleesch eten, niet omdat hg er
niet tegen kan, maar omdat het niet
lijen kan.
Welnn, laat hem de gelegenheid ge
opend worden om meer suiker te gebrui
ken in spijs en drank.
In Engeland kost een pond suiker 10
cent, hier een kwartje. Dit maakt dat de
Engelsche arbeider vrij wat meer suiker
eet dan de Nederlandsche.
In Engeland komt ook het vleeschver-
brnik almeer in zwang, ook bij den
werkmansstand en 't maakt dien stand ook
lichamelijk krachtiger. Daarom pleiten
wij ook voor afschaffing van den accijns
op 't geslacht, -opdat ook de werkman zijn
stukje vleesch kan hebben. Maar hoevelen
zullen, indien zij groote gezinnen tot Hun
last (en lust) hebben, ook van het goed-
koopere vleesch nog moeten afblijven.
Daarbij komt dat vele dokters het vleesch-
gebruik schadelgk achten voor het men-
schelijk organisme.
Dokters als Von Halier, Hufeland,
Allinson, Sanderegger e. a. keuren 't
kennis hebben moeten opgaren, vaak
zekere ingenomenheid met hun weten in
de keus hunner uitdrukkingen verraden
eu de leemten hunner geleerdheid achter
een omhaal van woorden trachten te ver
bergen. Voor waan en valsche praal beide
was van Lummel bewaard, doordien het
hem om de zaak te doen was, niet om
eenigszins met kunde of talent te schitteren.
'Wie liefde heeft voor zgn onderwerp, wie
nut wil stichten met de woorden, die hij
spreekt, is voor zulke gebreken van stijl
en samenstelling behoed, als den man van
smaak en van degelijk denken kwetsend.
En hiermede heb ik van Lummel in het
algemeen gekenschetst als een voortreffelijk
spreker eu schrijver in den bepaalden
kring, door beroep en stand hem aange
wezen.
Ziedaar, waarde lezer, in weinige
regels u den man geschetst, aan wiens
portret wij om vele en velerlei redenen de
voorkeur gaven om ons in eenige nom-
mera van dit blad te boeien. En dat die
trekken juist zgn zal ik u zeker niet be
hoeven te verzekeren, als ik er bijvoeg,
dat ze weergegeven zijn door eenen man,
wiens eenvoud gepaard aan even grondige
ais uitgebreide geleerdheid boven alle be
denking verheven is en wiens ernst voor
waarheid en afkeer vau waan en valsche
praal ons genoegzamen waarborg aanbieden
voor de juistheid van zijn oordeel. Nie
mand minder toch, dan de Hoogleeraar
W. G. Bril heeft het niet beneden zich
geacht om de nagedachtenis van een een
voudig, maar niettemin degelijk onder
wijzer onder de leden van bovengenoemde
Maatschappij te doen voortleven. Aan be
kendheid omtrent het werk en het leven
gebruik van vleesch af. (1)
Twee redenen voor een derhalve om 't
gebruik van suiker mogelijk te maken is
een stand die de krachtigste is en blijven
moet, dewijl hij 't dagelij ksch brood met
de spieren verdienen moet.
Reeds Gijsbert Karei van Hogendorp
moet tegen den suikeraccijns gewaarschuwd
hebben. Italië heft 99 lire accijns; zou
er ook verband bestaan tusschen deze
hooge belasting en 't pauperisme en
anarchisme in dat land?
Daarna volgt Rusland.
In menig land, onder anderen ook in
Nederland bedraagt de comsumtieprijs het
dubbele van den kostprijs. Door afschaf
fing van den accgns nu zou de eonsumtie
misschien wel driemaal zoo groot worden.
Alle gevaar voor overproductie is hierbij
immers uitgesloten.
Reeds werd er in bovengenoemd Ge
nootschap op gewezen dat de toestand der
suiker-industrie op dit oogenblik vrij goed
is, dewijl Cnba niet produceerde. Maar
sinds dit land aan Amerika kwam, schijnt
eene verandering in dezen toestand niet
onmogelijk. Wanneer desuikermarkt in Cuba
naar Amerika getrokken wordt, gaat die
van Florida kwijnen, en die van Java
zal niet vooruitgaan, wanneer de suiker
prijzen zoo hoog blijvon.
Yeien nemen de toevlucht tot zoethou-
dende stoffen, voornamelijk saccharine, dit
laatste zou te betreuren zijn want saccha
rine bevordert de gezondheid niet.
Natuurlijk dat de Buikerproductie op
Java op deze wijze kwijnen moet, want
wanneer het moederland niet genoegzaam
meer afneemt, waar zal „de grootvorstin"
der Soendaeilanden dan met het overige
moeten blijven
Doch afgedacht van dit alles, niet het
nationale voordeel maar 't bijzondere pro
fijt van den werkman hebben wij op 't
oog. En daarom spreken wij den wensch
uit dat suiker steeds meer onder zijn be
reik gebracht worde. In Duitschlaed voedt
men hier en daar er varkens mede.
Zou 't op den duur bestaanbaar, te ver
antwoorden zgn dat wat in Duitschland
aan den boer zijn varkens gegeven wordt,
(1) Men leze de artikelen van Bar Jona
in de Telegraaf, o. a. van 7 Maart j. 1.
van Van Lummel ontbreekt het, wij zijn
er innig van overtuigd, zeker niet. Heb
ben niet duizenden in den lande aan hem
hunne opleiding, hunne vorming, ban be
staan te danken? Zijn er niet van zijne
leer- of kweekelingen in de richting der
vier hemelstreken heengetogen, om zgne
lessen, aan beschaafden of onbeschaafden,
dienstbaar te maken tot vorming van 't
verstand, en tevens onder den zegen van
Boven, tot opleiding van het hart tot een
hooger, heilig leven 1
Is het dan niet als iets overbodigs aan
te merken, dat we nogmaals eeue poging
wagen om u het beeld te schetsen van den
man, aan wiens leven eu werken me»i
waarlijk benijdenswaardige bekendheid
heeft verzekerd? Zekerlijk, het zou zulks
zgn, indien wg uit blinde vooringenomen
heid met zijn persoon, of uit zucht tot
gdele praal tot die taak werden gedreven
want daardoor toch alleen zouden wg too-
nen, dst wij weinig vracht van zijn on
derwijs hadden genoten. Neen onze drijf-
veeren liggen hooger, ons pogen heeft naar
onze bescheiden opmerking een edeler doel.
Zeer juist heeft iemand gezegd„Steeds
feller ontbrandt de strijd om de heerschappg
der toekomst, en die toekomst ligt in de
school." Dat Van Lummel niet weinig
aandeel in dien strijd heeft gehad, is van
algemeene bekendheid. Doch niet door
„politieke vertoogen" nog minder door
verdachtmaking vam het werk en de be
doeling eens anderen trachtte hg zijn doel
te bereiken; maar steeds door zijn onder
wijs, deor leering en voorbeeld, door han
del en wandel traebtte hij ieder tot de
overtuiging te brengen van datgene, wat
hij voor goed en waar hield. En die over-
ten onzent aan den boer zijn kinderen
zou moeten worden onthouden omdat het
te veel geld kost?
Wii ontkennen niet dat deze maatregel
verstrekkende gevolgen voor den bietenbouw
zou hebben. Die zou er onder lgden, die
zou minder worden.
Maak «chter den algemeenen toestand
zoo dat de boer den bietenbouw dat
noodzakelijk kwaad! er aan geven kar-
Bietenbonwer is hij slechts nooa ge
dwongen. Gaarne zal hij weer tot den
graanbouw overgaan, wanneer de prijzen
der granen zoodanig worden dat hg op
meerdere welvaart kan hopen.
En wie nu nog in welvaart zgn, mogen
er de proef van nemen en ervaren dat
suiker een zeer gezond voedingsmiddel is.
Nu wij 't over de voedingswaarde van
suiker hebben, voegen wij er nog iets bg
over de voedingswaarde van melk en bier,
waarin, naar de menschen zeggen, zooveel
suiker aanwezig is.
Uit de vergelijking zal wel duidelijk
worden aan welken drank, zoo men t voor
het zeggen had, men zieh zou hebben te
k°Bier bevat 86 pCt. water; 7 pCt. alcohol,
6 pCt. suikergom enz., 0,5 pCt. minerale
stoffen, 0,2 pCt. stikstof houdende Stoffen.
Meik daarentegen bevat 86 pCt. water,
5 pCt. suiker, 4 pCt. vet, 4 pCt. stiksto -
houdende stoffen en 1 pCt. minerale stoffen.
Dat bier vloeibaar brood zou zijn wordt
door deze vergelijking gelogenstraft. Dat
't boven melk voor zieken en herstellenden
de voorkeur verdient zal nu wel niemand
meer geloovea.
Prof. Strumpell deelt mede zoo scaryit
de heer J. T. v. Bruggen in de Nieuwe
Prov. Gron. Crt. dat 4 liter bier m
Begeren 250 gram Koolhydraten en 32
o-ram Eiwit bevatten en met 1 Mark
cent) wordt betaald, terwijl men voor het
zelfde geld aan brood ontvangt 2C00 gram
Koolhydraten en 250 gram Eiwit.
Guinea' Stout een Engelsche bier
soort ia in vergelijking met brood 43
maal te duur, naar de berekening van
zaakkuiidigen.
Laat men dan liever zich vergasten aan
suikerhoudende producten, gelijk bovenge
noemde. --
tuiging vau hetgeen hij voor goed en waar
hield, stond bij hem zoo onwrikbaar vast,
dat ze van wanklen nog wijken wist.
Toch wist hg anderer overtuiging te eer
biedigen; een eigenschap of zeggen wij
liever een karaktertrek, die hem eene
waardeering heeft geschonken, waaraan
we sedert lang niet meer gewend zgn. Dy
al zijn werken en streven stond hem steeds
een ideaal voor oogeu, het heil van zijn
volk eu dat van de kinderen zgns volks,
voor welke laatsten zijn hart met meer
dan vaderlijke toegenegenheid klopte. Dat
streven van Yan Lummel is begrepen en
gewaardeerd geworden, gewaardeerd ook
door mannen, wier meeningen met de
zijnen verschilden, wier streven met het
zfine in lijnrechten strijd was.
Treffend bleek die waardeering van zijn
persoon en werk aan zijne geopende groe
ve. Daar toch waren om zijn stoüelgk
overschot vereenigd
„Onderwijzers bijzondere ook net
hoofd eener Roomsck-Kathalieke schooi
en openbare want voor edele persoonlijk
heden .bestaat geen afscheiding tusschen
bijzondere en openbare onderwijzers, allen
legden door hunne eerbiedige tegenwoor
digheid getuigenis af van hetgeen ,,Van
Lummel voor hen geweest was." Geen
fidele vertooning, geen laakbare nieuws
gierigheid, geen bloote beleefdheid dus
alleen, hadden die verschillende richtingen,
zoo op maatschappelijk, als school- en
kerkelijk gebied om 's mans laatste rust
plaats vereenigd.
o, Neen, men gevoelde, men beleed het,
dat met van Lummel een man was ten
grave gedaald, wiens werken en leven een
geheel volk ten goede komen. Overbodig
Een bekentenis van groote waarde deed
dezer dagen Van dag tot dag" (A. G.
Boissevain, hoofdredacteur van het Han
delsblad) in genoemd blad
„Er is éon geheim, dat 1899 ons, vrees ik
nog niet onthullen zal. En toch, indien dit
mogelijk ware, dan zou de toekomst van
ons land, dunkt mij, weinig zorg baren.
Hoe is het mogefijk om aan de jeugd
van 't land ,de kern, het essentieele van
godsdienst in te prenten en haar er dus
mede te bezielen dat ze tot edel streven
gedrongen wordt".
„Wij beseffen zeer levendig wat den Am-
sterdamschen rabbijn gedreven heeft tot een
optreden, dat velen geërgerd heeft, doch
dat wjj zeer begrijpelijk ei\ eerbiedwaardig
achten bij iemand, die charge d' a m e s
heeft en zijn verantwoordelijkheid beseft.
Maar het geheim is ons helaas
niet toevertrouwd geworden, hoe
het mogelijk is een school in te
richten voor alle gezindten, wel
ke de behoefte bevredigt die
verschillende overtuigingen, sec
ten en partijen hebben aan gods
dienst, aan zedelijkheid, gewijd
en gesterkt door geloof aan den
Schepper.
Want naar rechts en links
zoeken verschillende geesten
verschillende bevrediging."
Kan het duidelijker?
Het is een dementi aan de openbare
schooi.
Terecht merkt ds. v. Dijk uit Doetinchem
dezen klager op
Ik kan niet inzien, dat er nog in zake
het onderwijs een geheim bestaat, hetwelk
onthuld moet worden. De praktijk van het
stichten van bijzondere scholen heeft, dunkt
mij, reeds het middel aangewezen, hoe er
een einde komen kan èn aan de ontevre
denheid over de openbare school èn aan
het onrecht, dat den b jzonderen scholen
wordt aangedaan. Laat de school vrij wor
den. Laat elke richting voortaan de vrij
heid hebben voor eigen rekening een bij
zondere scnool te bouwen, welke, gestald
onder toezicht van den staat, door dien
staat behoorlijk niet te hoog wordt
gesteund.
Juist. De vrge school, dat is het ant
woord.
zal 't dus niet zijn, als wij in deze bladen
nog eens hat beeld van dien man te aan
schouwen geven, in de hoop, dat we door
die aanschouwing gesterkt of geleerd, een
ieder in zijnen kring met verdubbelden
ijver de taak voortzetten, waartoe God hem
geroepen heeft.
Hendrik Jan van Lummel werd den 19
November 1815 te Amersfoort geboren,
alwaar zijn vader na eerst huisschilder
te zijn geweest, de betrekking van onder
wijzer bekleedde.
Nog op betrekkelijk jeugdigen leeftijd,
op dien van 16 jaren, verloor hij zgn
vader, door wiens dood zijne moeder en
beide zusters onverzorgd achterbleven en
bijgevolg een donkere toekomst tegen
gingen.
Reeds als schoolknaap, naar wij meenen
onder de leiding van den heer Versloot,
destijds hoofdonderwijzer aan de departe
mentale schooi van de Maatschappij tot
Nut van 't Algemeen, onderscheidde zich
Van Lummel door zgn bijzonderen aanleg,
zijn vlugge bevatting en onvermoeiden
leerlust.
Tot de jaren gekomen om een beroep
te kiezen, besloot hij zieh aan de studie
te wijden, om later aan de innigste en
vurigste begeerte zijns harten te veldoen,
en die begeerte was, om vreemde landen
door eigen aanschouwing te leeren kennen,
en zijne kennis dienstbaar te maken aan
de bevordering der beschaving en uitbrei
ding van het Evangelie onder de volken
der Heidenwereld. Van Lummel wilde
zendeling worden en deelde die begeerte
met zijnen vriend Roskot.
Wordt vervolgd.)