NIEUWSBLAD VOOR ZEELAND. CHRISTELIJK- HISTORISCH PHILIPS VAN MARNIX, VERSCHIJNT F. P. D'HUIJ, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIËN 2) FEUILLETON. herinnering Ito. 88. 1898. (DoniMiig 18 Decenifiet. Dccftmrfc laocpng. ELKEN MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND. Prijs per drie maanden franco p p0,95. Enkele nummers0,025. UITGAVE VAN G. M. KLEMKERK, te Goes EN van 1 5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent. Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. Twee oude mannen, beiden in hun 78ste, beiden bij kinderen geliefd en door ouderen geacht wegens 't genot dat zij hun ook in de herinnering verschaften, zijn deze week gestorven. Twee mannen met verschil van talent en smaak en levensbeschouwing, van riohting en streven en aanspraken. Bamberg en Gerdes. Omtrent dezen laatste mag gelden dat hij voor velen ten zegen was. Rij was godsdienstonderwijzer, Christen met woord en pen, Christen metterdaad, schreef veie geliefde en veel gelezen werken en werkjes, voor de jeugd het meest, doch ook voor ouderen. Reeds in onze jeugd lazen wij mot genot het door hem geredigeerde Samuel, waarin ook gastvrijheid verleend werd aan opstel len van ontluikende talenten als Hoogen- birk, een van Gexde's vlijtigste leerlingen dis hem eens als schrijver overtreffen zou. Gerdes heeft veel moois nagelaten de reeks In de duinen, In Utreeht, Het Huis Wjjngaarde, In Leiden en Vlaanderen, Het geheim van den Geus, In Engelenburg De Marskramer, De Bullebijter en nog 275 anderen blijven van hem getuigen of liever vau Hem dien hij liefhad in onverderfe- ljjkheid. En omtrent den eerste den gooche laar die ook zoo menig achtermid dagje in openbare school of kazerne de jeugd te vermaken en te boeien wist. Hij was een verstandig, handig Israëliet, doch bij wiens doodssponde een liberaal blad Het Vaderland. dat die kringen verte genwoordigt in welke hij nog het laagst met een glimlach zal worden herdacht dezen dnbbelzinnigen lof doet klinken „Hij werd 78 jaren oud, oud genoeg om het heel goed te hebben. Maar al goochel de hij ook guldens uit den neus van een straatjongen, zyn eigen zak bleef ledig als de doos van Pandora, waarnit hij gewend was van alles te voorschijn te halen. Met het klimmen der jaren werden de vingers stram en de concurrentie grooteren ten slotte greep de oude, blind geworden goochelaar naar de flesch. Bamberg laat geen leegte na, al worden dergelijke figuren minder." Het verschil in waardeering van deze twee verschilt ook wel eenigizins. Gerdes' dood laat dan wel een leegte na, al leeft hjj voort in zoo menigen sehrjjver door hem gevormd, en in zoo menigsn lezer tot wiens bekeering hij het middel was. 14 Dec. '98. Bij de Staatsspoorwegen is benoemd tot surnumerair de heer J. Dyke, vau Arne- muiden. Maandag overleed te Doetinchem AAN HEER v. ST. ALDEGONDE, 1538 15 Dec. 1598. In ieder volk vindt men op verschil lende tijden personen, die iu buitengewone mate de trekken vertoonen, eigen aan de natie, tot welke zulke personen behooren. In hun optreden spiegelt zich het ka rakter van het geheele volk af. Zulkë volkstypen waren ook Oranje en Marnix. In hun gansche persoonlijkheid concentreert zich in sterke mate het vrije, Nederlandsche volkskarakter in de 16e eeuw. Eenzelfde overtuiging bezielt, eenzelfde doel vereenigt beide kampioenen in een zelfden strijd. Beiden trachtten het volk en wel vooral na den afval der meeste edelen, op te heffen uit den drnk der slavenrij en vat baar te maken voor de voorrechten der de welbekende kinderschrijver de heer E. Gerdes in den ouderdom van 77 jaar. Den 12 Aug. 1821 te Cleve geboren, ves tigde zijn moeder zich in 1825 in Den Haag, waar Gerdes in 1851 zijn eerste verhaaltje voor de jeugd schreef. Sedert dien tijd heeft hij tal van stukjes geschre ven, die altijd in den smaak onzer jeugd zijn gevallen. In 1878 heeft hij zich te Doetinchem metterwoon gevestigd, De overledene was broeder in de orde van den Nederlandsohen Leeuw. IJK. De ijk zal 't volgend jaar niet plaats hebben ia de gemeenten op Waloheren, Noord-Beveland, Tholen, St. Philipslaad, Schouwen en Duivelandde maten en gewichten moeten op gevaar van straf daar voorzien blijven van de vereisebte merken en 't laatste goedkeuringsmerk moet gedurende 2 jaar ongeschonden wor den bewaard. Voor Zuid-Beveland begint de ijk in Maart, en wel: Goes (ook voor Kloetinge, Kattendyke en 's Heer Hendrikskinderen) 13, 14, 15, 16, 17, 18, 20, 21, 22, 23, 24 en 25 Maart. Tweede Kamer. In de zitting van Zaterdag heeft de heer Troelstra een onbeschaafd woord ge zegd aan den heer v. Kerkwijk. De heer Troelstra had namelyk een woordenwis seling met den heer Kolkman, wearin hij, Troslstra, volkomen ongelijk jhad en dit niet wenschte toe te geven. Eindelijk vroeg hij voor de derde maal het woord en daar een Kamerlid daartoe permissie van de Kamer moet hebben, al wordt 't in den regel dan |ook zonder stemming verleend, vroeg de hegr v. Kerkwijk stemming en toen zag Troelstra van het woord af, er bij voegende dat de beer v. Kerkwijk zelf het woord niet meer voeren kan, en het blijkbaar nu ook aan een ander niet gunt. Een hatelijkheid die te minder voegde dewijl de heer r. Kerkwijk door ouder dom en zwakte, bet laatste een gevolg van een langdurige ziekte, waarvan hij pas is opgericht, niet meer in staat is zich verstaanbaar uit te drnkken. Of de oude man de woorden van Troel stra hoorende, ook zal gedacht hebben aan zekere rede, in 't najaar van 1873 dus juist een kwarteeuw geleden 1 door hem uitgesproken tijdens de behande ling der Kinderwet van v. Bonten en ter bestrijding van het amendement Kuyper op artikel 1 van genoemd wets ontwerp, welke rede toch eene aaneen rijging van hatelijkheden bevatte aan 't adres van den toenmaligen afgevaardigde uit Gouda, eu met zinspeling op 't nieuwe vrijheid. Immers ook het groote levens doel van Marnix niet minder dan dat van den grooten Zwijger, is als een gondea draad door al zijne handelingen heenge- weven, em n. 1. i» Godes kracht de tyran nic te helpen verdrijven, welke ook zijn hart doorwondt. Deze grootsche, edele gedachte, zoo roe rend schoon uitgedrukt in het nog veel te weinig gekende „Wilhelmus", dat hij zijnen boezemvriend Oranje op de lippen legt, is de veer, welke het raderwerk van zijn edel denken en streven in beweging brengt. Dat u de Spaengiaerts crencken. O, edel Neerlandt soet I Als ik daeraon gedencke, Mjjn edel hert dat bloet. In sommige kringen wordt wel eens be treurd het groot gemis aan gevoel van solidariteit. Best mogelijk, dat zulk een gebrek maar al te veel voorkomt. Hier is echter gevoel van saamhoorig- heid in groote mate aanwezig, In dit lijdenslied van den grooten Zwij ger zoo aangrijpend omdat het de taal is van een sympathetisch gemoed aan schouwt men Oranje in al zijne zedelijke antirevolutionaire dagblad door dezen ge redigeerd, eindigde met de woorden „of men hier te doen heeft met een stan daard van hoogen of van lagen koers" een rede die, naar uit de liberale-party- byeenkomst uitlekte, de vrucht was eener weddenschap onder de liberale heeren, wie van hen aan Kuyper de grootste hatelijkheid zou zeggen. Zou v. Kerkwijk, die toen het record sloeg, zich in de zitting van den lOn December jongstleden dit alles zijn te binnen geschoten? Denkelijk niet. In ieder geval keuren wij den uitval van den heer Troelstra als zeer onge past af. Wij merken op dat de toon van de debatten er met de democratiseeri ng der Kamer niet beter op wordt. Wat al hatelijkheden tusschen Troelstra en wie hem durven te na komen. Wat grof eene taal van Staalman tot minister Pierson. Wat tendentieuze overdrijving bij Van Kol. Wat schampere taal van Nolting aan 't adres van den „leider der werklieden". Waar is de tijd gebleven dat de minis ter van Oorlog naar men zegt de gene raal Forstner van Dambenoy, toen een der Kamerleden wat uit den band sprong zijn sabel op de ministerstafel legde ea de heeren waarschuwde, lat als er nog eens een zoo indiscreet was als de vorige spreker, hij dan maar eens op het terrein moest komen. De Nederl. herinnerde laatst aan dit feit en voegde er de op merking bg„Een consequente doorvoe ring van het beginsel der volksvertegen woordiging was dit zeker niet, doch om gekeerd dienden sommige Kamerleden wel wat meer deferentie te toonen tegenover de Regeering en hun medeleden Doch, wy berinneren haar dat ook deze anti revolutionaire minister in een liberaal (Thorbeeke), daarna is een conservatief kabinet (Van Hall) evenzeer uiterst heftig en onparlementair kon zyn, ten schade voor de vryheid der parlementaire discussie, zie o. a. Rengers blz. 123), ja zelfs eens met volslagen „gemis aan eerbied voor de parlementaire vormen" „een onbekookten persoonleken uitval" richtte tegen den heer Van Bosse, welke hem een scherpe terechtwyzing van den voorzitter, mr. v. Goltstein, op den hals haalde, (t. a. p. blz. 157). Doch hoe het zy, de onbeschaafdheden die ons af en toe uit 't parlement tegen- klinken, kunnen niet strekken om den eer bied voor de „parlementaire regeering" te verhoogen. En een terugkeer tot den „goeden ouden tijd" schynt in dit opzicht niet ongewenscht. De heer Lohman pleitte by den minister grootheid, afdalend en zich neerbuigend tot zyne „kleine luyden", die Marnix tracht op te heffen en te bezielen voor de goede zaak. Met God, voor Ne(ierland en Oranje is ook Marnix' leuze. Ongeveer een drietal jaren later ia het nachtelyk duister eeniger- mate door het morgenrood vervangen. Terwyl Oranje ten tweeden male beproe ven wil zyn volk ter hulp te komen, doet Marnix zyn wapenkreet schallen over Hollands velden en beemden. Ras, zoo klinkt het dan, Ras, seventien provincen, Stelt u nu op de voet, Treckt die coemste des Princsn, Vriendelyck te gemoet. En na de vredelievende bedoelingen van Willem v. Oranje uiteengezet te heb ben, hoort men door het roffelen der trommen en het schallen der trompetten heen, het wapengekletter der strijders die zich tot den kamp toerusten. Zoo innig was de band, welke beide edelen met elkander, maar ook met het volk verhond. Ontegenzeggelijk was Oranje grooter staatsman dan Marnix. De eerste was te fijn diplomaat, had te voor de gelijkstelling der staatshoogeseholen en de Vrije universiteit wat 't reoht tot verleenen van graden betreft. Nu de mi nister van justitie op dit punt wil toegeven, dringt Spr. er op aan dat de zoo hoogge- loofde homogeniteit van dit ministerie althans op dit punt uitkome. Hij dringt er op aan dat ook boogleeriars der vrije universiteit in de examen-commissies wor den opgenomen. De heer Lobman bracht voorts 't gebeurde met de Goesche hoogere burgerschool ter sprake en drong er op aan van deze school een rijksschool te maken. Hy nam 't als alle jaren weder op voor een practisch voortvaren inzake het ainbaehtsondervvys. In dit laatste werd hij gedeeltelijk gesteund door den heer Kerdijk. Deze was 't echter met den heer Lohman niet ecus dat de nieuwe inspecteur voor het ambachtsonderwys een practisch man moet zijn; volgens mr. Kerdijk moet'teen man zyn die veel examens gedaan heeft Het amendement Lohman om den post f3000 voor de (Alkmaarsche kookschool te doen vervallen, werd verworpen. De heer Lohman had weer eens voor de zoo- veelste maal getracht de heeren aan 't verstand te brengen dat het hier geldt een zaak vau particulier initiatief en 't. niet aangaat al deze zaken door 't rijk te laten betalen. Een opmerking die wel eens herhaald mag aan 't adres van sommige antirevolu tionaire leden der provinciale staten van Zeeland, die herhaaldelijk voor de recht matige klacht op dit punt van hun medelid Huvers doof, stemmen voor posten die best geheel uit de kas van particulieren kunnen, en eigenlijk moeten gevonden worden. By de afdeeling Lager Onderwijs be sprak de heer Lohman de openbare school als symbool der nationale eenheid, in ver band met de klachten der orthodoxe joden. Daarna drong hij er op aan dat de rege ling der traktementsverhoogingen van onderwijzers door het rijk en niet doer de gemeenten geschiede. De heer Waal Malefyt hulde brengende aan de sohoone rede van den beer Lohman besprak de regeling van de pensioneering van openbare en bijzondere onderwijzers en verbetering der positie van dezen en protesteerde tegeu de zoogenaamde neu traliteit der staatsschool. De heer de Klerk vroeg apart onderwijs voor zwakhoofdige kinderen; de heer Brummelkamp geeselde de spelling Kolle- wijn; de heer Ketelaar hekelde het niets doen op 't gebied van salarisverhooging der minimumlyders en de protesten tegen de valsche neutraliteit van dr. Dunner en dhr. Lohman. De heer Lohman stelde verschillende veel menschenkennis, om in de benarde, troebele tijden, waarin zyn eerste optreden viel, niet zeer verdraagzaam en inschik kelijk te werk te gaanintegendeel door toegefelijk te zyn, waar het maar immer mogelyk was, wist hy vooral in het gods dienstige, partyen eu personen aan zich te verbinden wier vervreemding van zyn persoon slechts tot schade van de party kon uitloopen. Wars van onderlinge veeten wegens het stuk van den godsdienst, trachtte Oranje zelfs de meest tegenstrijdige, elkander vij- andige elementen te vereenigen, omdat de zaak der vryheid aller steun zoo dringend behoefde. Gansch anders was dit by Marnix. Was deze niet van meeningeene mee ning welke hy in zyn laatste levensjaar nog verdedigde dat de wereldlijke overheid ter handhaving van de ware re ligie de ketters dient te vervolgen Had niet in het bijzonder Marnix er tegen te waken, dat de staatsman onderging in den theoloog, in den verdediger van de lesr Enom nog iets te noemen was het niet een oorzaak van smart, zoo niet erger voor Marnix, toen Oranje weigerde de Doopsgezinden van het burgerrecht uit te sluiten bezuinigingsamendementen voor. Op de belangrijke discussie tusschen den beer Lobman en den minister komen wy terug. Mu.,>w4«in i«,a< RECHTSZAKEN Arrondissements-Rechtbank te Middelburg. Dinsdag zyn veroordeeld wegens diefstalP. G., 63 j., schaapherder, Wissekerke, en P. W. S., 19 j., Vlissingen, beiden tot 3 m. ger. straf weder spannigheidI. J., 19 jvissoher, Arnemuiden, tot 14 d. gev. straf; en beschadiging P. K., 24 j., arbeider, Ste- kene, (België), tot f 3 b. s. 3 d. h. Inzake P. d. R., 57j., hvr. van A. d. B., arbeidster, Hontenisse, geappelleerde van een vonnis van het kantongerecht te Halst, waarbij zy, ter zake van het rerleensn van geneeskundige hulp zonder noodzaak en zonder ertoe gerechtigd te zyn, werd vrijgesproken. is het vonnis van den eer sten rechter vernietigd en geappelleerde veroordeeld tot f 10 b. s. 10 d. h. Kantongerecht te Goc«. In de zitting van 13 December 1898 zyn veroordeefd wegens; jagen zonder acte en vergunning A. T. Mzn. te HeinkenBzand 2 maal f5 b. s. 2 maal 4 d. h., verbeurdverkl. geweer en haas met bevel om deze voorwerpen uit te leveren of te betalen voor het geweer f3 s. 2 d. h. ex voor den haas f 1 s. 1 d. h. jagen in gesloten jachttijd zonder con sent of machtiging en verg.M. B. te Goes, 2 maal f5 b. s. 2 maal 4 d. h., verbeurd verkl. geweer met bevel tet uitl. of te betalen f5 s. 2 d. h., G. d. J. te Oude- lande 2 maal f 5 b. s. 2 maal d d. h., verbeurdverkl. geweer met hevel tot uitl. of te betalen f10 s. 3 d. h. jagen zonder acte en vergunning en als brandweerplichiige wegblijven bij een brand te Ierseke J. P. te lerseke 2 maal f 5 b. 8. 2 maal 4 d. h., verbeurdverkl. geweer en haas, met beval om deze voorwerpen uit te leveren of te betalen voor het ge weer f 5 s. 3 d. h. en voor den haas f 1,60 s. 1 d. h. en voor het laatste feitf 2 b. s. ld.h. niet beletten dat houd haas achtervolgt zonder acteL. S. te Hoedekenskerke f 1 b. s. 1 d. h. verkoopen sterken drank in 't klein zonder vergunn.: J. J. Ph. h. v. J. S. te Hans- weert f5 b. s. 3 d. h. rapen kreukels op afgebakend perceel zonder verg.no. 1 ook zonder consent lo G. D. Td. te Ierseke f 2 en f 1 b. s. 2 en 1 d. h., 2o. J. B. Pd. te Ierseke f2 b. s. 2 d. h. als brandweerplichtige wegblijven bij een brand te Ierseke: D. S. te Ierseke fl b. 1 d. h., A. v. d. B., A. S. Jz., J. P., Marnix was over 't algemeen in zake de religie tegenover anderen minder gema tigd verdraagzaam dan Oranje. Meer dan iemand anders heeft Willem v. Oranje als bij intuitie begrepen wat het lot zyn zou der Nederlanden in den ongelyken kamp voor vryheid van gods dienst en geweten, bijaldien de tyrannie ging heerschen over 't reoht. Yan daar die omzichtigheid in de toe nadering tot en de toepassing van de Cal vinistische beginselen. Van daar die verdraagzaamheid voor an- derer geloofsovertuiging, welke de aanval lers van zyn zedelij k karakter voor lafheid en een zeker gebrek aan moed aanzagen. Ten volle heeft hy begrepen, de reuzen taak tot welke hy zich geroepen zag, als mede de verantwoordelijkheid, welke die taak hem oplegde. Beide heeft hy aanvaard en de nakome lingschap zegent daarom zyne nagedach tenis. Ook Marnix was ontegenzeggelyk een staatsman, aan wiens beleid en scherpzin nigheid Oranje de moeilijkste en belang rijkste onderhandelingen kon toevertrouwen maar behalve dat was hg ook theoloog, ook wijsgeer, ook letterkundige.

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1898 | | pagina 1