NIEUWSBLAD
VOOR ZEELAND.
DOES,
EID
CHRISTELIJK-
HISTORISCH
noodigd,
enstbode
NECHT
IU. 19. 1898.
Idelbiirg.
A,
)00.
3afect£ag 12 flooem6ec.
lijke Kmc.
gende week
K, Kruiningen,
Ifvaarzen,
'en kantore van
l. JANSSEN,
kt te Goes, zijn
OOR DE
ts-Loterij.
ovember.
TIK E L E N.
LBURG,
r iëIs e
n en Matrassen.
erkmeid,
knecht
-
VERSCHIJNT
G. M. KLEMKERK, te Goes
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
Bij dit nummer behoort een Bijvoegsel-
eptember 1897, No. 31.
,LTES Jr.
en E.BARENBROEK-
Dertiende laacpng.
-12.
Zeeland te richten tot
Ite MiddelburgInspee
lt BBEL AIRE, Kleine
EETJWSE, Wagenaar-
IHTJIJSHEERE.
DELFTSCHE VEE-
l) afname van minstens
aagden p r y s.
aanvraag gaarne ver-
er en 23 December,
lande.
NENDRAAK"
Middelburg.
alen en ongemalen
n LIJNKOEK,
che Kwaliteit.
K 388-89-450.
es voor
tige sorteering BOOG-
AHONIEHOUT, NO-
EEREN- en DAMES
o x t e 1 vraagt een
voorzien. Adre» fr.
h. MESTDAGH,
Vlisaingen.
Jen aan een
n, bij C. COSTER,
rland.
terstond gevraagd eene
ER—Veetbegt, Goed
does.
n bekwame
OPPOOLSE,
Domburg.
an stonden aan een
DE KAM Jz. Smid
ri of met Mei
Meid benoodigd,
t den boerenstand, by
Yliseingen.
Kjckn MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
Prijs per drie maanden franco p. p0,95.
Enkele nummers0,025.
UITGAVE VAN
EN
van 1 5 regels 25 centiedere regel meer 5 cent.
Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
Vergadering van den Middelburgschen Ge
meenteraad van 9 Nor. 1898.
—o
Tegenwoordig al de leden.
De notulen der beide zittingen van 26
October worden, na voorlezing door den
Secretaris, onveranderd vastgesteld.
Sedert die zittingen zijn ingekomen
a. eene missive van Ged. St., waarbij
bericht wordt dat blijft gehandhaafd in
de 9e klasse de aanslag in de inkomsten
belasting van C. Mey en derhalve is af
gewezen zijn verzoek om dien aanslag tot
eene mindere klasse terug te brengen
b. eene nadere mededeeling van G. Al
berts Lzn en Co. omtrent het in hunne
kanden gesteld rapport van den gemeente-
bouwmeester in zake het als stortplaats
van pain aanwijzen van het Balkengat
c. een adres van C. A. Hackenberg, die
onder kennisgeving dat hij zich metterwoon
te Serooskerke gaat vestigen, voor zijue
woning aldaar, even als Mej. van Vollen
hoven, aanslniting verzoekt aan de Mid-
delburgsche drinkwaterleiding
d. een adres van A. C. Greep, verzoe
kende hnur van een stnk gemeentegrond
in de Gouden Poort;
e. een adres van L. P. de Rijke te
St. Laurent betreffende het brengen van
pnin op de aarden wegen der gemeenteen
f. een adres van Ie Cointre om
subsidie voor de uitgave van een jaar
boekje in den trant van den laatsteljjk in
1894 versohenen „Middelburgschen naam-
wijzer."
Wordt besloten, het stuk sub a voor
kennisgeving aan te nemen, dat snb b te
voegen bij het nog onafgedaan dossier van
eene stortplaats van pain, die tube, d en
t te stellen in handen van B. en W. om
advies en dat sub f in dadeljjke behande
ling te nemen.
De Voorzitter stelt voor afwijzend te
beschikken op het voorstel van K. Ie
Cointre, te meer nu het gebleken ie dat
de heeren J. C. en W. Altorffer voorne
mens zijn, de sinds 4 jaren afgebroken uit
gave weder ter hand te nemen.
De heer Koole vraagt of de heeren Al-
toTffer een subsidie zullen erlangen.
De Voorzitter moet hierop, naar zyn
zeggen, het antwoord schnldig blijven
inteskenlysten hebben van wege de hee
ren Aitörffer gecirculeerd, maar een ver
zoek hunnerzijds om snbtidis kwam tot
heden niet in.
Bet voorstel tot afwijzende beschikking
wordt nu zonder verdere discussie of hoof
delijke etemming aangenomen.
Daarna hebben, nadat op verzoek van
den heer Schorer eerst eene vergadering
met gesloten deuren had plaats gehad, na
heropening der openbare zitting de vol
gende benoemingen plaate, als
lo. van een lid in de Commissie van
Toezicht op het lager onderwij», noodig
geworden door het bedanken van Mevr.
de Casembroot. Aanbevolen werden Mevr.
Bolle en Mevr. de Liefde. Bij eerste stem
ming werden nitgebraoht 8 stemmen op
Mevr. Bolle, 6 op Mevr. do Liefde, 2 op
Mevr. Appel en 1 op mej. Jansen. Bjj
eene daarop gevolgda nieuwe vrije stem
ming verkiegen mevr. Bolle 8, mevr. de
Liefde 7 en mevr. Appel 2 stemmen. Bij
herstemming tusschen de twee eerstgeneem-
den word gekozen mevr. Bolle met 9
stemmenmevr. de Liefde had er 7 en 1
was in blanco uitgebracht.
2o. van eens onderwijzeres voor school
C (vacaturs mej. iM. R. Bourdrez). Op
de voordracht staan mej. M. F. Pionot en
J. W. Meerten», heiden te Middelburgen
Mej. E. F. M- L- Jsnssen te Groed». Be
noemd wordt mej. Picnot met 9 stemmen,
tegen 2 op mej. Meertens en 6 op mej.
Janssen uitgebracht.
Than* komt in behandeling het voor
stel van de heeren van Dunne, Gi*atama;
Brevet, van der Harst, Verhage en Heijse
tot verlaging van den gasprijs tot 7 cent
en tot heffing van eene belasting bedoeld
by art. 240 litt. i der gemeentewet.
De heer Heijse opent de rij der sprekers.
Hij acht het onnoodig nog iets ten voor-
deele van het reeds van alle zijden be
keken voorstel in het midden te brengen.
Alleen wil hij releveeren lo dat het hem
bevreemdt dat B. en W. huiverig geweest
zyn om te voldoen aan het besluit der
vergadering van 22 Juni om tot een ver
laging van den gasprijs te geraken en 2o
dat hy zijne verbazing moet uitspreken
dat B. en W. aau het voorstel der zes
heeren de quaestie van gegoeden en minder
gegoeden hadden vastgeknoopt.
De Voorzitter antwoordt den. hser Heyse
dat, otschoon de zaak aan B. en W. was
overgelaten, zij zeiven bekend hebben
niet by machte te zijn om het voorstel
ten uitvoer te leggen en wat aangaat de
quaestie van gegoeden en minder gegoeden,
nog altijd zyn zij van meening dat het
voorgestelde «equivalent te zeer op den
minderen man zal drukken.
De heer van Dunné brengt in het midden
dat de voorstellers, nu de inkomstenbelas
ting en de opcenten op het personeel
geene verhooging toelieten, niets anders
konden doen dan eene straatbelasting voor
stellen. Het is waar reeds tweemaal is
het voorstel voor eese dergelijke belas
ting verworpen. De eerste maal stemde
hij tegen, de tweede maal voor en zijns
inziens is toen het voorstel alleen geval
len, omdat er zulke diep ingrijpende fou
ten aan kleefden. Die fouten nu hebben
de zes heeren in hun ontwerp vermeden
in dat ontwerp wordt voorgesteld eene
matige belasting, op geheel vrygevigen
leest geschoeid, en die, naar zijne mee
ning, geen rnimte laat voor eene quasstie
tusschen meer en minder gegoeden.
De heer Koole zon, wanneer er alleen
sprake van was om den gasprijs te ver
lagen, geen oogenblik aarzelen om er zijne
stem aan te geven; maar nn er eene
itraatbelasting als aeqnivalent voor in de
plaats moet treden, zal hy tegen stemmen,
üy herinnert aan de laatste zitting,
waarin hy ter sprake bracht de hooge
kosten die school G aan de Gemeente
veroorzaakt; de gasfabriek betaalt jaarlijks
f8000 oirca aan de Gemeente voor het
recht van het leggen van huizendie
f8000 worden geheel geabsorbeerd door
de kosten van school G; welnu, herhaalt
hy, heft die school op en, zonder ander
nadeel voor de gemeentenaren, zult gy
in staat zyn om dsn gasprijs te verlagen.
De heer Sprenger ontkent dat er eenig
verband bestaat tusschen de f8000, die
de gasfabriek aan de Gemeente betaalt
en de kosten van school G. Hij deelt
mede dat er ongeveer 60 groote gasver-
brnikers zijn, die 376000 Ms gebruiken,
de straatverlichting absorbeert 15600C M3,
rest 220000 M3 voor de overige gasver-
bruikers. Het is dus zeker dat de groote
gasverbruikers, waaronder verscheidene
publieke instellingen, minstsus '/s bij de
verlaging zullen profitseren niet zonder
reden dus gewagen B. en W. naar zijne
meening, van een druk die op den min
der gegoede zou gelegd worden.
De heer van Dunné begrijpt den heer
Koole niet. Hij is voor verlaging van
den gasprijs, maar tevens er op tegen
omdat er een straatbelasting aan vastge
knoopt wordt. Spreker verzoekt den heer
Koole niet uit het oog ta varliezen dat
het voorstel tweeledig is, namely k ver
laging van |den |gaspry» en het stellen
van een aeqnivalent voor die verlaging.
Dit aeqnivalent moet niet per se bestaan
in eene straatbelasting.
De heer Heyse is het geheel met den
heer van Dnnné eens, dat het voorstel
tweeledig is, verlaging van den gasprys
en het stellen van een aeqnivalent voor
die verlaging. Hadden de reeds bestaande
belastingen nog ruimte toegelaten, voor
zeker eene straatbelasting, hoé matig dan
ook zou nooit voorgesteld zyn geworden.
In casu echter dringt de nood, als men
ten minste uitvoering wil geven aan het
raadsbesluit van 22 Juni.
De heer Schorer wijst er op dat de
Gasfabriek eene privaatrechtelijke bezitting
der Gemeente is, die der Gemeente geen
moeite of risico kost, en als dusdanig
hebben ook de gasverbruikers alleen bet
recht op het genot dier bezitting. Tegen
verlaging van den gasprys is hij niet,
maar nu voor die verlaging iets anders
in de plaats moet komen, kan hy aan
eene reeds tweemaal verworpen straat
belasting zijne stem niet geven. Ook naar
zijne meening is het voorstel tweeledig.
Dat het voorstel tweeledig is, wil de
heer de Stoppelaar niet betwisten, maar
het eene is toch een uitvloeisel vau het
andere, B. W. verklaren dat het hun
onmogelijk is een acquivalent voor te stel
len zyn advies is om er in te berusten
en te honden wat wij hebben, liever dan
eene gewaagde proefneming te doen met
eene onregelmatig werkende straatbelasting.
De heer Sprenger moet toegeven dat het
voorstel tweeledig is, maar zijns inziens
zou eerst de straatbelasting in behandeling
moeten komen en daarna de verlaging van
den gasprys.
De heer Heijse meent dat de verlaging
van den gasprys de prioriteit moet be-
honden.
De heer A. P. Snouck Hurgronje wijst
er op dat wel in principe besloten is tot
verlaging van den g&..prijs maar dat in
principe besluiten is niets meer dan de
wenschelijkheid dier verlaging uitspreken,
zonder zich tot eene bepaalde verlaging
te verbinden.
De heer van Dunné beantwoordt den heer
de Stoppelaar eu zegt dat het voorstel zeer
gemakkelijk in tweeën te splitsen is en na
het votum van 22 Juni 11. eene beslissing
zeer gewenscht is.
De heer van Teylingendie de vorige
campagnes ten opzichte der straatbelasting
niet meemaakte, doch zich door het lezen
der Handelingen op de hoogte van zaken
heeft trachten te stellen, deelt niet alles
wat B. W. tegen het voorstel te berde
brachtentoch kan hij zeer goed inzien,
dat het hun moeilijk, ja schier onmogelijk
was een passend voorstel te doen. Hij is
het eens met den heer de Stoppelaar dat
het meer gewenscht is onder de gegeven
omstandigheden den ouden toestand maar
te bestendigen. Daarom doet hij het voor
stel, dat de Raad besluite tot intrekking
van zyn voorstel van 22 Juni 11.
Naar aanleiding van bet gesprokene door
den heer A. P. Snouck Hurgronje merkt
de heer Heyse op dat hij diens gevoelen
niet deelt. In het votum van 22 Juni 11.
lag wel degelijk opgesloten, dat de gas
prys zou verlaagd worden.
De heer Brevet brengt als een motief
voor de verlaging van den gasprijs by,
dat B. W. zei ven aanvoeren dat ver
schillende peroeelsn van f 200 huurwaarde
niet van het gas kunnen profiteeren, omdat
het te duur is.
De heer Heijse wijst nogmaals op het
groote belang dat in de aanneming van
het voorstel is gelegendruk op de min
deren noemt hy machtspenken, want de
voorgestelde belasting is zeer matig en
naar zyne meening onder ieders bereik
en niemands krachten te boven gaande.
De heer Gratama zegt dat verlaging
van den gasprijs mede zeer gewenscht is
voor de nijverheid, die er een prikkel in
zou vinden om meer gas te verbruiken
dan zij tot dusverre deed.
Alsnu wordt overgegaan tot stemming
over het voorstel van Teylingen om het
votum van 22 Juni j.l. ongedaan te maken.
Het wordt verworpen mat 9 tegen 8 stem
men. Voor de heeren W. H. Snouck
Hurgronje, de Stoppelaar, den Bouwmees
ter, van der Swalme, A. P. Snouck Hur
gronje, van Teijlingen, de Waal eu Spren
ger; tegen de heeren Verhage, Koole, van
Dunné, van der Harst, Schorer, Heyse,
Gratama, van de Ree en Brevet.
Onmiddellijk daarna volgde de stemming
over het voorstel jder zeB heeren om den
gasprijs van 8Vs op 7 csnt per M3 te bren
gen. Het wordt mede met 9 tegen 8
etemmen verworpen. Voor de heeren
Verhage, van Dunné, van der Harst, Scho
rer, Heijse, Gratama, van de Ree en Bre
vet tegen de heeren W. H. Snouck Hnr-
gronje, de Stoppelaar, den Bouwmeester,
van der Swalme, A. P. Snouck Hurgronje,
Koole, ven Teylingen, de Waal en Sprenger.
De heer Sprenger merkt na deze stem
mingen op dat B, en W. nu met nieuwe
voorstellen zullen komen, zoodra de om
standigheden zulks toelaten.
De heer Gratama vindt die verschui
ving ad calendas graecas wel wat vreemd,
nu de Raad eenmaal besloot den gasprijs
te verlagen.
De Voorzitter wilde nu art. 1 der ver
ordening op de straatbelasting in stemming
brengen, hoofdzakelijk, naar hij voorgaf,
om te zien in hoeverre die belasting in
den smsak viel, ten einde er bij latere
voorstellen van B. en W. al dan niet een
operatiebasis van te kunnen maken.
De heer van Dunné ontraadde het hem
echter. De straatbelasting liet den spreker
koudelk ander aequivalent zou hem
even welkom zyn.
Om er een einde aan te maken, ver
klaart de heer Heijse het voorstel der zes
heeren in te trekken, zoodat de zaak blijft
in statu quo ante, totdat B. en W., ge
volg gevende aan het votum van 22 Juni
j.l. in de gelegenheid zullen zyn een nieuw
voorstel aanhangig te maken.
De Middelburgsche Bestuuidersboni heeft
xich andermaal tot den Raad gewend met
het verzoek om in de bestekken voor uit
te voeren gemeentewerken eene bepaling
op te nemen, waarbij dea uitvoerders dier
werken de verplichting wordt opgelegd
tot nitkeering van een zeker minimumloon
en het niet langer laten werken dan een
maximum aantal uren.
B. en W. adviseeren tot verwerping van
het verzoek, omdat in de vergaderingen
van 1 April 1896 en 10 November 1897
dergelijke verzoeken zyn afgewezen.
De heer Heijse vindt die motiveering
van B. en W. wel wat zonderling zij
toch verliezen uit het oog ;dat door per-
sonenwisseling, wel niet meer dezelfde
stemming in den Raad kon heerschen.
De heer van Dunné is dit volkomen
met den heer Heyse eens, vooral wanneer
hij nagaat, dat sedert de laatste behande
ling twee kundige mannen, beiden oud
leden van Gedeputeerde Staten, in den
Raad zitting namen. Hy ook is omtrent
het punt veel van gedachten veranderd
en by ernstige overweging is bij tot de
conclusie gekomen, dat de proef kan en
moet genomen worden. In tal van. andere
gemeenten, in Amsterdam zelfs, {is de be
paling tot wet verheven en naar hij van
bevoegde zijde is ingelicht, werkt zij daar
uitstekend. Het advies van B. en W. kan
hij begrijpen, waar hij hun oordeel kent
over gegoeden en minder gegoeden. Hier
geldt het minder gegoeden hier geldt het
den werkman te beschermen tegen willekeur
van bazen en aannemers. Door aanneming
van het verzoek zal de positie van den
werkman veel worden verbeterdde quaestie
van vraag en aanbod za! voor hem niet
meer bestaan. Hij zal gevoelen dat zyne
slaafsche afhankelijkheid tot een minimum
gereduceerd is. Helpen wij hem daarin.
Vroeg of laat zal hij zich die preroga
tieven toch weten te veroveren, men schonk
hem reeds het kiesrecht, „Ons Huis" ver
schaft hem uitspanning, zelfs bestaat eene
werkverschaffing om hem den mond open te
houden als dejnood te hoog komt. Al zulke za
ken kunnen goed zijn, maar den werkman
meer zelfstandig maken, gelijk in dit voorstel
ligt opgesloten, durft men niet. En toch
nolens volens zal men er aan moeten toe
geven, want eenmaal zal de tijd aanbreken
dat het geeischt wordt en dan misschien
zal men spijt hebben vroeger niet reeds
vrij willig te hebben gegeven, waarop thans
in dezen Raad door verzoekers ten derden
male wordt aangedrongen.
De beer van Teijlingen wil ook wel
de belangen der werklieden behartigen,
maar hij vindt de zaak toch eenigszins
bezwaarlijk welk onderscheid zou er moeten
bestaan tusschen den goeden en den slech
ten, den kraektigeu en den zwakken, den
nij veren en den luien werkman. Dat is
zoo r.jaar niet gemakkelijk uit te maken.
Dit kunnen misschien verzoekers zeiven
beter doen en daarom stelt hij voor hun
te berichten, dat huo verzoek nader in
overweging zal genomen worden, zoodra
zij door gepaste toelichtingen hunnerzijds
den Raad in staat gesteld hebben een
beter oordeel te kunnen vellen.
De heeren HeijseBrevetde Stoppchar
en Schorer verzetten zich tegen dat voor
stel, z oodat de heer van Teijlingen bet ten
slotte intrekt.
Alsnu wordt tot stemming overgegaan
en het voorstel van B. en W. tot afwij
zende beschikking met 9 tegen 8 stemmen
verworpen. Voor de heeren W. H. Snouck
Hurgronj e,denBou wweester,van dei Swalme,
A. P. Snouck Hurgronje, Koole, Gritama,
van de Ree en Sprenger, tegen de heeren
Verhage, de Stoppelaar, van Dunné, van
Teijlingen, van der Harst, Schorer, Heijse,
de Waal en Brevet.
De heer van Dunné noodigt hierop B.
en W. uit een nieuw advies te geven in
verband met de genomen beslissing.
De heer Heijse zou maar dadelijk willen
beslissen, anders vreest hij dit de zaak
op de lange baan zal worden geschoven.
Dat kan niet, zegt de heer van Dunnér
tegenover de raadsleden zou men dit kun
nen doen, maar adressanten moeten toch
eene beschikking hebben op hun verzoek.
Deze woorden brengen den heer Sprenger
in vuur. Hij vindt de woorden van den
heer van Dunné beleedigend voor B. en
W. Zij toch hebben nooit getoond tegen
over de raadsleden met minder respect te
handelen.
De Voorzitter vindt de woorden van
den heer van Dnnné ook wel niet behoor
lijk, maar hij gelooft toch niet dat zijn
doel was B. en W. te beleedigen.
Verre van dat, merkt de heer van Dunné
op, ik heb alleen willen doen uitkomen
dat wel adressanten, maar niet de raads
leden eene beschikking op het rekest
kusnen vragen.
Om spy kers met koppen te slaan, zooals
hij zegt, stelt de heer Heijse voor adres
santen te berichten, dat hun verzoek wordt
ingewilligd.
De heer den Bouwmeester verlangt met
het oog op eerlang te maken bestek, dat
vooraf worde uitgemaakt of de Raad de
bepaling van het minimumloon en maxi-
mumarbeidsduur zal maken daij wel of zij
aan B. en W. wordt overgelaten.
De heer van Dunné oordeelt dat de zaak
zoo urgent niet is; zij is in principe be
slist en zal zoo spoedig mogelijk worden
uitgevoerd.
Toch meent de heer W. H. Snouck Hur
gronje dat het. voorstel Heijse onaanneme
lijk is, als geene tijdsbepaling daarin wordt
opgenomen.
De heer Heijse vult nu zijn voorstel
aan door toevoeging van de woorden „bin
nen niet al te langen tijd."
Dit is zoo vaag, merkt de heer Koole
op, laten wij liever den termijn bepalen
met den aanvang van het nieuwe jaar.
Alle bezwaar is opgeheveu, zegt de beer
den Bouwmeester, wanneer het voorstel
luidtaan adressanten te kennen te geven
dat hun verzoek wordt ingewilligd en B.
W. zyn uitgenoodigi om binnen niet
al te langen tijd eene regeling te ont
werpen.
De heer Heijse verklaarde met het al
dus geformuleerde voorstel genoegen te
nemen, waarna het wordt aangenomen met
algemeene stemmen behalve die der heeren
A. P. Snouek Hurgronje en Sprenger.
Van den heer Sonius is een nader be
richt ingekomen dat het bij hem in erfpacht
zijnde stukje grond niet door hem kon
werden gekocht omdat de koopsom te duur
is. De erfpacht loopt af met het einde
van 1912, maar, aangezien hij op het
stukje grond wil bouwen, zou hij gaarne