RECHTSZAKEN.
Buitenlandsch Overzicht.
EiilKIÜïlEL'WS.
SCH00LNIETJW8.
Zoo ook de Ethiiehen op staatkundig
gebied mochten toonen aan den broeder-
band gedachtig te zijn, en het woord
van Ernst en Vrede, ja van ernst en vrede
ter harte te nemen: nOe strekking van het
liberalisme in Staat en Kerk is gericht
tegen den persoon dea Heeren."
En onze Roomscho landgenooten tronw
blijven aan de kloeke verklaring die eens
de Maasbode gaf„Altijd en overal waar
de antirevolutionairen de vaan des geloots
omhoog honden, waar zij zullen strijden
voor den naam en de rechten van Jezus
den Gekruiste zullen zjj ons aan hunne
zijde vinden.""
Ten slotte nog een enkele opmerking,
geen aanmerking.
Wij maakten den schrijver er in een
privaat schrijven reeds opmerkzaam opdat
zijn boek te veel fransche- en dnitsche
citaten bevat. De mindere man die het
van zijn meervermogenden geestverwant
ter lezing krijgt, legt 't om die reden onbe
vredigd uit de handen. Hij kon het niet
heelemaal genieten.
Nu wij na deze private opmerking haar
ook openlijk in de pers zagen uitgesproken,
willen wij haar hier herhalen.
Wij zouden gaarne zien dat met name
onze antirevolutionaire schrijvers, al was
't ook in een apart boekje de vertaling
gaven van wat in vreemde talen door hen
wordt overgenomen.
Wij zjjn er trotsch op te behooren tot
een partij waarin zelfs kleyne luyden met
nauwkeurigheid en genegenheid lezen wat
hunne geleerde voorgangers in 't lioht geven.
Vele mannen uit het volk, ook in onze
provincie, lazen tot nog toe met groote
naarstigheid wat van mannen als Kuyper
•n Lohman en Fabius en zoovele anderen
uitkomt. In hun belang vragen wij van
het denkend deel onder het niet-denkend
deel deze concessie dat wat in een
vreemde taal staat tegelijk worde vertolkt.
Zoo men ook hierin wenscht voort te
varen, zullen velen er wèl bij varen.
Een schoon document.
De tekst der oorkonde, die in de Ver-
losserskerk te Jeruzalem, bij haar inwijding
op den jongsten Hervormingsdag, werd
neergelegd, luidt in zijn geheel als volgt
„In den naam van God den Vader en
des Zoons en des Heiligen Geeates, Amen
In Jeruzalem, de stad Gods waar onze
Heer en Heiland Jezus Christus, die door
Zijn bitter lijden en sterven en zijn glo
rierijke opstanding het werk der verlossing
volbracht heeft, ook aan de Kerk van de
Reformatie een blijvende plaats te bereiden
was reeds lang het streven van mijn in
God ontslapen voorvaderen, opdat ook
Duitschlands Evangelische Kerk niet zou
ontbreken daar, waar de Christenen van
alle belijdenissen voor de daad van de
verlossing dankoffers brengen.
Nadat reeds Z. M. koning Friedrich
Willem IV naar de heilige stad de oogen
had gericht en zorg gedragen, daar ruimte
te maken voor de Evangelische Kerk, was
de hartewensch van mijn in God ontslapen
heer grootvader, Z. M. den Keizer en
Koning Wilhelm den Groote, op de plaats,
die door he liefdewerk van de Johannie
terorde was geheiligd, en die mijn in God
ontslapen heer vader, Z. M. de Keizer en
koning Freidrich III, ep zijn pelgrimstocht
naar het heilige graf als grootmoedig ge
schenk van den landsheer eensin bezit had
genomen, een Evangelische kerk op te
richten, opdat daarin het woord Gods op
den grondslag van het geloof der Reformatie
in de Duitsche taal gepredikt en de naam
van Jezus Christus door de Duitsohe tong
geprezen zou worden.
Gods genade heeft het mij, den Duitschen
Kezer en koning van Pruisen Wilhelm II,
vergund, het door mijn voorvaderen begon
nen werk te voltooien en heden, op den
herinneringsdag van de gezegende hervor
ming, in het bijzijn van mijn geliefde gema
lin, de doorluchtigste Keizerin en Koningin
Augusta Victoria, omgeven door de verte
genwoordigers van de Evaugelische Chris
tenheid en gedragen door hunne gebeden
de inwijding van de kerk te verrichten.
De kerk zal den naam van Verlosserskerk
dragen, opdat kond gedaan worde, dat ik
en allen, die met mij in het werk der
Reformatie een werk van Gods genade
erkennen en daaraan dankbaar vasthouden,
tot Jezus Christus den gekruisigden en
waarachtig opgestanen Verlosser opzien
en alleen door het geloof in Hem recht
vaardig en zalig hopen te worden.
Tegeljjk echter zal deze kerk, die zich
verheft op de plaats, waar eens de Joian-
uieters onder het Kruis hun liefdewerk
hebben verricht, getuigen dat geloof en
liefde onafscheidelijk zyn en in Christus
Jezus niets waarde heeft dan alleen
het geloof, dat door de liefde werkt. Het
dankbaar hart bidden wij God, dat Hij zijn
zaligmakend woord te allen tijde moge
behouden, en vergunnen, dat het hier en
ep alle plaatsen onbedorven en zuiver ge
predikt worde, en veel vrucht der liefde
drage, opdat Zijn naam geheiligd worde,
Zyn rijk kome, Zijn wil geschiede. Hij
■toge onze dierbare Evangelische kerk
bouwen en beschermen, en ons Duitsche
vaderland zegenen uit de volheid van zijn
genade. Van het Jeruzalem hier beneden
heffen wij onze oogen op naar het Jeruzalem
dat boven is. De Heer en Verlosser der
wereld geve ons allen, die geloovig tot
Hem bidden, in het geloof en gloeiende
liefde te wandelen, opdat wij eens ingaan
in de Godsstad hierboven, om Hem daar
te danken en te prijzen in eeuwigheid."
De oorlogsgeruchten der laatste dagen
hebben de aandacht wel een weinig afge
leid van 't plan tot bijeenroeping der
Vredes-conferentie, waartoe de Czaar van
Rusland het initiatief nam.
Toch blijft deze ernstig er mede bezig,
zoodat de oproeping uan de mogendheden
doorgaan zal.
De Eugelsche schrijver Stead (spreek uit
Stied) heeft 't oordeel der Russische staats
lieden op dit punt gevraagd en zijn indruk
weergegeven, waarvan 't volgende de aan
dacht trekt.
De jonge Czaar is een gehe 1 ander
mensch dan zijn rustige, langzame, voor
zichtige en gereserveerde vader Alexander
III wiens voornaamste karaktertrek een
zekere degelijkheid met loome plompheid
was. Groote levendigheid en heelheid, zoo
van denken als beweren, zijn de in het
oog vallende trekken vau Nicolaas II, een
mao van vlug bevattingsvermogen, sterke
wilskracht en hooge idealen. Haar evenals
zijn vader is hij vriend van den Vrede,
afkeerig van elke avouturierspoliek. Zijn
ontwapeningsplan houdt Stead dan ook van
ernstige heteekenis, rijp overwogen en wijd
van strekking. Ook al ware niemand 't er
mee eens zullen toch alle regeeringen met
deze staatkunde hebben te rekenen.
Natuurlijk zal op 't Congres geen besluit
tot neerlegging der wapenen genomen
worden dit is gansch de bedoeling niet.
Maar wel moeten de eischen voor 't leger
worden ingekrompen, en dit is al veel waard,
want van zelf wordt daardoor de oorlog
weer eenige jaren verschoven.
Vooralsnog achter blijven de zaken, de
krijgstoerustingen, de bedreigingen, de ge
heime oorlogsplannen van kracht, alsof er
geen voorstel van den Czaar in verzoenenden
geest, bestond.
Tot nader order is derhalve de pers ver
plicht op deze dingen de aandacht te blij
ven vestigen.
Letten wij allereerst op Fasjoda.
Het gevaar van een oorlog tusschen
Frankrijk en Engelaud om 't bezit der
„gevonden voorwerpen" in Egypte schijnt
geweken. De Fransche regeering droeg
Marchand op naar Egypte terug te trekken
en 't gebied te doen ontruimen, waarip
Engeland aanspraak heeft.
Toch gaat Engeland voort zich te wape
nen. In de wapen- en patronenfabrieken
werkt men onder hoogeti druk. Het bui
tengewone eskader, dat nog staat uitgebreid
te worden ligt tot uitstoomen gereed. Naar
Gibraltar en Malta zijn groote voorraden
leeftocht en ammunitie gezonden.
Dit schijnt een bewijs dat de Engelsche
regeering op 'toogenbhk meer zegt dan zij
weet. Geschiedt wat men nu doet alleen
om de Franschen uit Fasjoda te zetten
terwijl zij er zelfs bereids al uit gegaan
zjjn dan doet dit denken aan een storin-
hamer om een noot te kraken.
Er moeten derhalve wol andere quaestiën
„in de maak" zijn.
Anderen zijn echter van meening dat het
niets is. John Buil acht het alleen maar
noodig af en toe eens „een groot wezen"
op te zetten; nog anderen houden het er
voor dat 't hier slechts de toepassing geldt
van de bekende spreuk: „si vis pacem,
para bellum" dat letterlijk vertaald zeggen
wil„wie den vrede wil, wapent zich ten
oorlog".
Den vrede wil
Nu maar, wanneer dit waar is, mogen
wij aannemen dat de Engelsche regeeiing
dezelfde vredelievende gevoelens koestert
als de Czaar, en zij beiden naar eenzelfde
doel jagen: den wereldvrede te verzekeren.
Het maakt alleen maar een zonderlingen
indruk dien tot de tanden gewapenden
Engelschman naast den ongewapenden Rus
met de vredepalm in de hand, te hooren
roepen, van vrede, vrede en geen gevaar!
Wij blijven vreezen
Temeer daar ook Rusland voortgaat met
zich te wapenen en met Frankrijk wenscht
samen te gaan om de eerzucht van den
Duitschen Keizer te breidelen, die, immer»
ook al onder de meest vredelievende ver
zekeringen, zyn invloed in Syrië en Pale
stina heeft gevestigd en zelfs tot Marokko
dreigt uit te strekken. Waarbij komt dat
de Engelsche regeering in verdenking staat
van 't voornemen te koesteren om 't de-
fiuitief protectoraat over Egypte aan te
kondigen, zoodra de Duitsche Keizer te
Berlijn zal zijn teruggekeerd.
Niet zonder reden dat 't gerucht loopt,
dat de Keizer op zijn terugreis van Da
mascus over Cadix naar Berlijn, even
Londen wenscht aan te doen.
Wat er worden zal van de vredesonder
handelingen tusschen Spanje en Amerika,
laat zich nog niet gissen.
De Philippijnen schijnen het struikelblok
voor beide partyen.
Amerika gaat voort zijne troepen op
deze eilanden te versterken; en deSpaansche
leden der vredescommissie te Parijs moeten
verklaard hebben dat er geen discussie
kan gevoerd over de Filippijnen, en het
gezag van Spanje er gehandhaafd moet
worden.
Hangende deze quaestie komt de tijding
uit Amerika dat de kiezers gisteren hebben
beslist of en ir. hoever het verlangen der
regeering naar meer landbezit door hen
wordt gedeeld.
Het geldt een onbelangrijke verkiezing,
grootendeels van ambtenaren; toch verwacht
men dat de regeering zedelijk versterkt
uit deze onbloedige campagne te voorschijn
treedt. Er bleek in de meeste districten
weinig warmt» voor de zaak.
De verkiezingen zullen echter wel van
invloed zijn np de te nemen beslissing door
Amerika tegenover de bezwaren der
Spaansche plenipotentarissen.
De oude Keizer van Oostenrijk wandelt
niet op rozen.
„Hij zit te Weenen", zal wel vaak kun-
nengelezen worden: „Hij zit te weenen".
Huiselijke en staatkundige rampen wis
selen elkander af. Thans is 't weer oremus
tusschen de ministers en de volksvertegen
woordiging.
Het Huis van Afgevaardigden te Weenen
had stormachtige vergaderingen om minis
ter Thun in staat van beschuldiging te
stellen wegens het uitvaardigen van or
donnantiën tot verkrachting van de rechten
van vrije burgera bij de jongste verkiezin
gen. Het voorstel werd met 187 tegen
114 stemmen verworpen; er werden vele
klappen gedeeld.
Ook in de vergadering der Afgevaardig
den te Buda Pest vielen bittere woorden
tegen den minister Banfy die geknoeid
had met de verkiezingen. Er werd heftig
getwist. De liukerzijde schreeuwde den
minist r toe de deur uit! De zitting werd
te midden van een onbeschrijfelijke verwar
ring gesloten.
Van buiten strijd en van binnen, mag wel
uitroepen wie 't gewoel der volken gade
slaat.
Zalig wie op de onwankelbare Rots in
veiligheid gezeten, zich door al deze woe
lingen niet behoeft te laten aftrekken van
zyne verwachting van het onbeweeglijk Ko
ninkrijk en het vasthouden der genade
Omtrent de reis van Keizer Wilhelm
melden wij alleen dit.
Vorige week Maandag bezocht hij het
grat van David, een van de voornaamste
heiligdommen van de Muzelmannen, daarna
het Coenaculum, de za-1 waarin de Heiland
met Zijn jongeren het laatste Avondmaal
zou gebruikt hebben, en het Armenische
patriarchaat.
Dinsdag werd door den Keizer te paard
een uitstapje gemaakt naar den Olijfberg,
Gethsemané en Bethanië.
Woensdag kreeg de moskee van Omar
een beurt, en werden verschillende groeten
gewisseld tusschen h?t Keizerlijk paar en
de verschillende Roomsche en Grieksche
patriarchen.
Maandagmiddag kwamen de Keizer en de
Keizerin bij het invallen der schemering
te Damascus aan, onder kanongebulder en
fanfares der militaire muziek. De Keizer
reed te paard. Soldaten en schoolkinderen
stonden langs den weg geschaard het volk
vulde de daken der huizen en juichte de
reizigers van daar toe. Illuminatie, gas-
lantarens en lampions verhoogden de feest
stemming.
Met onderstaande twee mededeelingen,
misschien reeds bekend, doch wegens plaats
gebrek in ons blad eenige malen uitgesteld,
besluiten wij dit overzicht.
Over het grondstuk „Dormition de la
Vierge" door den Keizer aan de katholieken
te Jeruzalem geschonken, verneemt men
nader, dat het de grond is, waarop, volgen»
de overlevering, zich het huis van den
apostel Johannes heeft bevonden, in welk
huis de moeder van Jezus hare laatste le
vensdagen moet gesleten hebben en over
leden zijn. Sterfplaats van Maria is derhalve
de beteekenis van dat Dormition, enz. Van
het huis zijn nog enkele overblijfselen be
waard gebleven. Vlak aan dit grondstuk
grenst het gebouw, waarin zich evenge-
noemde graf van David en Coenaculum
bevinden.;
De Muzelmannen waren er niets op ge
steld de Christenen hier als naaste buren
te krijgen van daar dat bod na bod, tot
zeer aanzienlijke bedragen zelfs werd afge
slagen. Keizer Wilhelm evenwel heeft het
thans den Padischah ontvlcid.
Ten slotte nog een mededeeling om
trent de quaestie Kreta.
Kreta is tnans geheel van Turken ge
zuiverd. Het geschiedde echter niet zonder
kleerscheuren.
Zij wilden maar niet weg en zochten
uitvluchten, onder anderen dat de trans
portschepen voor hun vervoer er nog niet
waren. De Engelsche admiraal liet toen
een van zijne transportschepen inrichten
en dreigde alwie zich niet inschepen
liet, als krijgsgevangene te zulleu behan
delen.
Toen gingen zij.
Alle forten en openbare gebouwen te
Kauea, Kandia en Rethymo zijn nu door
de troepen ier verbondenen bezet. Slechts
één Turksche vlag in elk dier steden ver
kondigt dat er nog een schijn van Turk
sche suzereiniteit over dit eiland is over
gebleven.
Prins George van Griekenland zal wel
gouverneur er o er worden.
Wel zijn de mogendheden het nog niet
heelemaal omtrent zijn benoeming eens;
doch de Turksche gouverneur is reeds door
hen ontslagen, zoodat bet optreden van
ziju opvolger slechts eeu quaestie van een
paar dagen schijnt.
9 November '98.
Het vertrek van Dr. A. Kuyper uit
Noord-Amcrika was voorloopig bepaald op
19 Nov. a.s. Er komen evenwei nog zoo
veel aanvragen in om lezingen te houden
dat er, naar wij vernemen, groote kans
bestaat,dat die datum verschoven zal worden.
Dr. Kuyper is nog steeds lijdende aan
zijne wond in den mond. Niettegenstaande
dat treedt hij bijna dagelijks als spreker op.
Tel.
De le luit. J. A. Snoek, van het
3e regiment inf. te Mid lelburg, is over
geplaatst bij het 7e reg, inf. te Amsterdam.
Bij kon. besluit is benoemd tot rid
der in de orde van Oranje-Nassau de heer
S. H. Buytendijk, predikant te IJselstein.
Men schrijft uit AmsterdamDaar
het photographeeren van de Nachtwacht
gisteren niet naar wensch is geslaagd, werd
heden een tweede proef genomen daarna
is het beroemde stuk naar het Ryksmusium
gedragen.
Het lid van de Tweede Kamer voor
Deventer, mr. A. Van Delden, is in den
ouderdom van 70 jaren, overleden. Hij
behoorde tot de oude liberale garde in de
Kamer. In 1872 nam hij zitting iu het
Kabinet-Geertseraa en werd niet de por
tefeuille van Financiën belast, lfij was een
verdienstelijk, zeer bekwaam man, wiens
adviezen in de Kamer op hoogen prijs
werden ges eld. Hij was een dergenen die
gestreefd hebben naar een r.-.ntebelasting.
Met de heeren Gleichinan, De Jeng, Van
der Linden en De Ruiter Zylker, diende
hij indertijd een voorstel tot het belasten
van de inkomsten in.
Bij kon. besluit is benoemd tot
plaatsvervangend dijkgraaf van den Elisa
beth-polder J. Mesu.
Door den minister vau marine is
met ingang van den 15en November a. s.,
aan den zeeloods bij het loodswezen van
het 6e district, standplaats Vlissingen, P.
de Bruijn, op zijn verzoek, eervol outslag
uit den loodsdienst verleend en zijn, in
verband hiermede, met genoemden datum
benoemd tot zeeleods de loodskweekeling
le klasse J. N. Adriaansen, tot loodskwee
keling le klasse de kweekeling 2e kl.
W. J. Koster en tot loodskweekeling 2e
klasse de matreos J. Haak.
Bij beschikking van den minister van
binnenlandsche zaken is aan dr. Z. Th.
Diehl op zijn verzoek eervol ontslag ver
leend als lid der plaatselijke commissie van
toezicht op de rijkslandbouwwinterschool
te Goes en is tot lid dier Commissie be
noemd H. A. Hanken te Wilhelminadorp.
Ned. Herv. Kerk.
Beroepen te Kootwijk C. v. d. Voort v.
Zijp cand. te Hilversum te Elspeet
'Is. W. R. Kalsboven te Kesteren te
Tzum ds. A. Jellema te Oppenhuizen;
te Ytens O. Hokwerda eaud. te Oosthem
te Schermerhorn W. D. v. Leeuwen
Boomkamp cand. te Olst.
Aangenomen naar Vledder door A. H.
v. d. Hoeven cand. te Asten naar
Hem- en Oosterdijk door A. J. W. Werner
cand. te Vechel.
Bedankt voor Naarden door dr. P. J.
Proost te Koog aan de Zaan voor
Oud Beijerland door ds. H. Snel te Ga
meren (hij had eerst aangenomen)
voor Veendam door dr. C. G. M. Quack
te Winterswijk voor Breda door ds.
J. D. v. Arkel te Bennekom voor
Nieuw Amsterdam door ds. H. W. A.
Voorhoeve te Rekken voor Jaarsveld
door ds. P. Kuijlman te Oud Alblas.
Geref. Kerken.
Drietal te Zevenhuizen (Gr.) ds. T. Die-
mer te Aalden, ds. J. Groot Nibbeling te
Haulerwijk en W. W. Meijnen cand. te
Groningen te Wijckel-Balk ds. G. P.
Oberman te Ylst, ds. S. Tromp te Hylaard
en Chr. Bruins cand te Seherpenzeel.
Beroepen te Ten Post ds. B. Roorda te
Burum te Winsum-Baard W. W. Meij
nen, cand. te Groningen te Den
Helder ds. J. v. Haeringen te Katendrecht.
Aangenomen naar St. Jacobi-Parochie door
Th. Berg8ma, cand.
Bedankt voor Lutjegast door ds. F.
Bruinsma te Oldeboorn voor Sleen
uoor Th. Bergsma cand. te Welsrijp.
Benoemd tot onderwijzer aan de O. L.
School te Poortvliet de heer J. A. Hu-
bregtse te Burgh en aan die te Sta-
venisse de heer J. Kense te Groede.
Te 's Gravenhage slaagde voor klerk
der posterijen en telegraphic mejuffrouw
M. J. Giljam van Middelburg.
De heer J. Boon onderwijzer te
Zaamslag, is benoemd tot onderwijzer aan
da Groen van Printerer-school te Haarlem.
Goes. In de maand Oct. werd de
Bijzondere School alhier bezocht door
224 leerlingen, waarvan 189 geen enkelen
schooltijd verzuimden 22 leerlingen ver
zuimden minder dan 3 schooltijden, en bij
13 beliep hel verzuim van 5 tot 21.
In het geheel bedroeg het schoolver
zuim in deze maand 1,46 pCt. tegen 0,29
pCt. in Oct. 1898.
Arrondissements-Rechtbank te Middelburg.
Dinsdag zijn veroordeeld wegens:
ralschheid in geschrifte en het opzettelijk
gebruik maken daarvan als ware het echt
P. B., 27 j., vroeger bode, thans werk
man, Rotterdam, tot 3 m. gev. straf
diefstalE. S. A., 52 j. hvr. J. Q.,
zonder beroep. Bouchaute en J. A. van
D., 44 j., hvr. Ch. E., zonder beroep
Philippine, ieder tot 14 d. gev. straf en
J. F. d. P., 29 j. werkman Siikplaa% ge
meente Hoofdplaat, tot f5 b. s. 5 d. h.
strooperij en het doen van een belofte
aan een ambtenaar met het oogmerk om
hem te bewegen in zijne bediening in strijd
met zijn plicht iets na te laten: A. W. R.
31 j., kleermaker, Terneuzen, tot f10 b.
s. 10 d. h.
mishandelingR. F. van H. 25 j.,
arbeider Kapellebrug, gemeente St. Jansteen
en A. C. M., 38 j., landbouwer, Koewacht
beiden tot f5 b. s. 5 d. h.en
beleediging van een ambtenaar H. H.,
37 j., zonder beroep, Terneuzen, tot f 10
b. s. 10 d. h.
De Hoogc Raad behandeldegisteren de
zaak van den vrachtrijder Hoogerheijde,
van Kolijnsplaat op Goes, die indertijd
wegenshet vervoer van eeu ongefrankeerden
brief door den kantonrechter var. alle
rechtsvervolging ontslagen, door de Mid.
delburgche rechtbank, krachtens artikel 2
der wet tot regeling der brievenposterij
tot f 5 boete ot 5 dageu hechtenis werd
Teroordeeld. Tegen deze veroordeeling was
H. in cassatie gekomen, evevwel «onder
eenige middeleu tot ondersteuning van zijn
beroep aan te voeren.
Het Openbaar Ministerie concludeerde
tot verwerping dozer voorziening in cassatie.
Uitspraak 14 Nov.
De Amsterdamsche rechtbank nam
eene beslissing in een belangrijk geding,
nl. een eisch om f 35.000 schadevergoeding
aan drie gekwetsen bij eene botsing op
de Gooische stoomtram op 31 Aug. 1896.
Aan twee personen, die f 30,000 eischten,
werd hun eisch ontzegd aan een derde,
een slagersknecht werd f600 toegewezen.
Zijn eisch was f5000. De eisch van vrij
waring, door de Maatschappij ingesteld
tegen den vorigen directeur, werd afgewezen.
Men schrijft ons uit lerseke De
oesterverzending is niet zoo druk als de
kweekers wenschten. De grootste afnemers
in België gebruiken meer Fransche en En
gelsche oesters dan Zeeuwsche. Niettegen
staande de voorraad puike le soort niet
groot is toont de marktprijs wel neiging
tot daling. De grootste tegenwoordige ver
zendingen geschieden naar verschillende
Belgische vischmarkten, Minque publique,
meestal kleine soorten, die echter niet veel
opleveren.
Veere. Dinsdagmorgen, toen de Zie-
rikzeesche spoorboot de sluis verliet, wa»
een sluisknesht nog aan het draaien. Door
de zuiging, veroorzaakt door het schomme
len der boot, bewoog de deur, waaraan de
sluisknecht bezig was. Hij kreeg daardoor
een hevigen slag van de handspaak, die
hem tegen den grond wierp. De dokter
die spoedig gehaald werd, constateerde een
hevige kneuzing aan de heap. M.C.
Vrijdag zag een schipper met zijn
knecht bij zijne terugreis op de Wetter
Schelde by Terneuzen eene kist drijven,
waarom een stevig touw was gebonden.
Ofschoon zij haast hadden, wilden zij dat
voordeeltje niet laten slippen wie weet
welke vondst zij deden. Na twaemaal
vruchteloos een omgang gemaakt te hebben
gelukt hel ten derde male da kist op te
pikken en aan boord te brengen. Nn haas
tig het touw losgerukt, de kist geopend
en wat vond men acht levende slan
gen de grootste had een lengte ven 1.5
Meter. Men besloot den rommel mede
te voeren naar Philippine, alwaar de schip
per ze overgedaan heeft aan een man, die
ze voor eeu paar centen aan het publiek
tentoon stelt. In de kist jvond men neg
suiker en vijgen.
Kloetinge. Nu er een tweetal kerken,
deKapelsche ende Wemeldingsche, zijn ge
restaureerd, begint op Zuid-Beveland de
lust tot kerkenrestauratie wakker te wor
den. Kerkvoogden dezer gemeente zijn ook
te rade geworden, de schoone kerk voor
een gedeelte inwendig te restaureeren. De
uitvoering daarvan is opgedragen aan den
op dat architectonisch gebied, zoo gnustig
bekenden architect, den heer J. Verheul Dz.
te Rotterdam, die ook de restaureering der
beide eerstgenoemde kerke* zoo glansrijk
heeft uitgevoerd. Reed» zal binnen enkele
weken met het werk worden begonnen,
dat vermoedelijk wel een drietal maanden
zal duren.
De Rembrandttentoonstelling heeft
als eerste gevolg van blijvende waarde dat
ons land weer een schilderij rijker is
geworden, daar dr. A. Brediu» voor
f200.000 francs de schilderij „David harp
spelend voor Saul" van den tegenwoor-
digen eigenaar, den heer Durand Ruel te
Parijs, heeft gekocht. Deze schilderij is
omstreeks 1665 door Rimbrandt geschil
derd, en is een der groot» doeken van
den meester. Het is 1,305 M. hoog en
1,64 M. breed, en geeft de levensgroote
tot aan de knieën zichtbare, figuren van
David en Saul te zien. Het «tuk bevindt
zich in goeden toestand en zal door dr.
Bredius aan het Mauritshuis in bruikleen
worden afgestaan. Dagblad.
Een mooie schenking. Gelykelyk
tusschen de diaconieën der Ned. herv. en
gereformeerde gemeenten te Tienhoven is
verdeeld het saldo der kroningsfeesten
aldaar, ten bedrage van drie centen. Iedere
diaconie ontvangt die, anderhalven cent.
Te Heerenveen verdronk een
driejarig kind. De kleine was slechts
even aan 't moederoog onttrokken geweest.
Een schipper met diens zoon van Har-
lingen komende met zijn blazer, zag iu
het Schuitegat dicht bij de haven van
Terschelling, zijn zoon door een slag
van de fok over b iord vallen, terwyl de
pogingen tot redding van den drenkeling
vruchteloos wareD en de vader zijn zoon
voor zijn oogen moest zien verdrinken.
Nabij Gorinchem, liep een man over
de rails, terwyl de sneltrein in aantocht