NIEÜWSBLAD VOOR ZEELAND. CHRISTELIJK- HISTORISCH In naam des Koninys Ho. 126. 1898. Dinsdag 26 Mi. lumai'ftfe laotgang. VERSCHIJNT G. M. KLEMKERK, te Goes F. P. D'HUIJ, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIËN elken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND. Prijs per drie maanden franco p. p.f 0,95. Enkele nummers 0,025. UITGAVE VAN F.N van 1 5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent. Familieberichten van 1 5 regels 50 centiedere regel meer 10 cent. Bidstond bij de Inhuldiging De Standaard wijst op het ineonse- 'quente, dat er in gelegen is, dat de re geering in Ned.-Indië ter gelegenheid der Kroning wel de kerkgenootschappen uit- noodigt eene bidstond te houden, terwijl de regeering in Nederland zulks weigerde. Wij lezen in dat blad „Uit een schrijven van den Roomschen Bisschop aan zijn pastoors op Java blijkt, dat deze Bisschop van den Gouverneur- Generaal eene aanschrijving of een aanzoek heeft ontvangen, om op 6 September Biddag te houden, in verband met de Inhuldiging. Ouze Regeering, die in het moederland het doen van zulk een stap afkeurde, gaat er alzoo in de koloniën toe over. Op het Binnenhof kan het niet. Op Java nu weer wel. Docb nu komt het gekke er bij, dat alle eenheid verbroken wordt. Op Curasao schrytt de Gouverneur, dat 31 Augustus de aangewezen dag is, in Insulinde komt die dag een week later. Juist dat gemis aan eenheid is hier zoo storend, en toch die eenheid had alleen een verzeek van Regeeringswege kunnen tot stand brengen. Zelfs in ons land zal men de verdeeld heid zien. Hier 's morgens, daar 's avonds samenkomen. Het zal telkens, ook met het burger lijke leven, in de war loopen. Daardoor zal het pleohtige en indrukwekkende er af gaan. En dat alles uitsluitend, doordat het Kabinet bang was voor het wraakgeroep van de dageraadsmannen en Godlooche naars." Ook te Zierikzee zelf kiaagt men van „orthodoxe zijde" over 't toelaten door den burgemeester van de feestdrukten op Zondag 17 JuLi jl. Een inzender in de Nieuwsbode schrijft „Betreurenswaardig zal ieder ernstig mensch het moeten noemen dat toestemming words gegeven om op den rustdag met muziek door de stad te gaan en men zich zelfs niet ontziet het onder kerktijd te doen. Immers ouder de bediening van den H. doop in de namiddaggodsdienstoefening in de Kleine Kerk werd onder een joelende en tierende menigte een muziekstuk uitgevoerd. „Ik meen dan ook door dit schrijven de verontwaardiging niet alleen van het orthodoxe deel der gemeente, maar ook van vele ernstige modernen en katholieken uit te spreken, die dit eerste feest van de „Vereeniging tot bevordering van het Vreemdelingenverkeer" heeft gewekt en hoop van harte dat genoemde Vereeniging ons in 'tvervolg van dergelijk schandaal zal willen verschoonen of dat ons geacht gemeentebestuur, waarvan ome immers be slist orthodoxe burgemeester het hoofd is, het verbieden zal." Tot zoo ver dezen klager, van wien wij enkele uitdrukkingen cursief afdrukken. Ook hier is 't verbazing over een ortho dox burgemeester die dergelijke bachana- liën, geheel tegen den geest der Zondagswet immers ook nog een der Staatswetten op den Dag des Heeren heeft toegestaan. Daarvoor zal hij lof ingeoogst hebben bij de liberalen en hun ongeloovige pers; maar de teedere Christenen heeft hy er grootelij ks mee bedroefd. Intusschen de geesten moeten maar open baar worden. De burgemeester van IJlst, de neer Huijsman, was ook een Christelijk historisch man, doch die al dergelijke Zondagsschen- nende ontspanningen keerde en weerde met alle macht. 't Is waar de liberale pers heeft hem deswege met smaad en schimp overladen. Doch de naam van dezen burgemeester zal ten allen tijde met eere worden genoemd als van een bewindsman met vaste begin selen, een Christen-overheidsman uit één gtuk, bg wien de eere Gods ging boven den smaad van menschen. Ons dunkt, menig onder den Christen- naam aan 't bewind gekomen ambtsdrager moet zichzelf wel tegenvallen bij zooveel onverschrokken opkomen voor de eere Gods, in 't licht van eigen tekortkoming. Hoe Prof. Cort van der Linden, thans Minister van Justitie, over het staatsonder wijs oordeelt. „Nog kiest de Staat partij. Nog houdt het schriklijk pleit van dwang en vrijheid aan. Het onderwijs is nog staatsonderwijs en aan de hoogescholen wordt nog officiéél gestempelde wetenschap gedecoreerd. Nog altijd spookt naast de infaillibiii- teit van godsdienstige dogmata de zeker heid van wetenschappelijke hypothesen en kleedt de staatswetenschap zich in den afgedragen mantel van den Staatsgodsdienst. Nog wordt strijd gevoerd voor openbaar neutraal onderwijs, ja zelfs voor schoolplicht en leerdmanq Maar men mag, met het oog op de alge- meene rechtsontwikkeling veilig aannemen, dat deze beweging is eene reactionaire be weging,eene voorbijgaande ebbende strooming in den gr ooien vloed der vrijheid De wet van 't recht No. 1881 blz. 12 en 13. Wat zegt ge van zulk eene veroordee ling van het openbaar onderwijs door een liberalen professor, thans minister van justitie En deze man werkt nu, als lid van het Kabinet-Pierson, mede tot invoering van een reactionair wetsontwerp op den leer plicht. Graafschapper. Is de neutrale school werkelijk een „on- paedogisch en ongerijmd fenomeen" Ds. v. Dijk schrijft in het Doetinchemach Weekblad aan 't adres van dr. Bronsveld „De neutrale school is door dr. Bronsveld in 1882 genoemd een onpaedagagisch en ongerijmd fenomeen". Is zij dat niet, dan mag die smet op haar niet blijver, kleven. Is zij het wél dan dient dit verder aan getoond en met bewijzen gestaafd te worden. Is het waar wat dr. Bronsveld in 1882 schreef: „Die 400.000 kinderen (die de openbare school bezoeken) zijn een veeg teeken. Zij bewijzen dat er te veel ouders zijn die de opvoeding en het onderwijs van hunne kinderen toevertrouwen aan een macht welke niet kan geven wat men van haar vraagt" dan is het de roeping der ouders hunne kinderen niet te zenden naar de openbare maar naar de bijzondere school en moet dr. Bronsveld ter wille van de 400.000 kinderen telkens en telkens op dit aambeeld slaan. De Christelijke school heeft van hare heele en halve vijanden heel wat schokken doorstaanmaar zij is steeds in aantal toegenomen. Zoo gaat het altijd in den arbeid voor het Godsrijk. Wij hebben voor onze inrichtingen veel aan dergelijke schok ken maar ieder zij voorzichtig om ze niet onnoodig voort te brengen." Dit laatste treft dr. Bronsvelds streven in den hartader. Diens ijver voor de openbare school en de liberale party kan voor een tijd beide krachtig doen blijven populariseeren zal hij ze niet en op den duur zal de Christelijke school bij fanatieke bostrijding door dr. Bronsveld en zijn clericaal-poli- tieke vrienden winnen. Da. v. Dijk heeft recht te zeggen: Trekt hij zijn woorden niet in dan weten wij dat hij toen in de woorden„Lvat sterven het onpaedagogisch en ongerijmde fenomeen dat men noemt de neutrale school zijn gevestigde overtuiging heeft uitgespro ken en dat dit zijn overtuiging nog is. Ik voor mij zegt ds. v. Dij k geloof dat de neutrale school werkelijk is een onpaedagogisch en ongerijmd fenomeen. Er is waarheid in hetgeen een staatsman zeide van de openbare schoolIn Amerika zal men, als een hospitaal door bacillen be smet is, dat gebouw niet gaan ontsmetten, omdatdit doel onmogelijk bereikt kan worden. Men steekt het eenvoudig in brand en bouwt er een nieuw naast. Zoo, zeide be doelde persoon, is de openbare school on herstelbaar en dus gelijk dr. Bronsveld wil onmogelijk te christianiseeren. Zeer min. In een strooibiljet, waarop de liberalen de kiezers van Aalten (Gelderland) bij de jl. gehouden verkiezing voor leden der Prov. Staten hebben vergast, vinden we onder meer de volgende pikante zinsneden „Om de vrijheid van Uzelf en van Uwe kinderen, bidden wij U, kies toch nooit een Doleerende of Kuyperiaan. „De Doleerenden hebben gebroken met de Nederl. Herv. Kerk. De Dolee renden hebben het bewerkt, dat van denzelfden predikstoel, waarop Gods naam met eerbied en ontzag genoemd wordt, ook taal mag verkondigd wor den, die scheuring en tweedracht brengt onder de huisgenooten des geloofs tot groote vreugde van Rome. „Thans kunt Ge Uw kind, zoo Ge dit verkiest, naar de staatsschool zenden waar plaats moet zijn voor alle ge zindten, ook moogt Ge Uw kind vrij naar de bijzondere school en naar de catechisatie der Ned. Herv. Kerk laten gaan. Maar als de Doleerenden en de Roomschen baas worden, dan is het gedaan met die vrijheid. Dan zult ge slechts te kiezen hebben tusschen het geloof der Doleerenden of tusschen dat der Roomschen, want ander geloof be staat voor hen niet, dat is alles uit den duivel en tot verloochening van God. „De haat van de Doleerenden is zoo groot, dat zij U in hunne strooibiljet ten met leugenachtige woorden, te schandelijk om die hier te herhalen, „opzetten tegen de Overheid", welke ook zij in de eerste plaats eerbied hebben te betoon en en gehoorzaam be- hooren te zijn. „Verbant uit Uw huizen die biljetten en couranten, waarin jde Doleerenden hun God-onleerende en de overheid beleedigende taal verkondigen, waardoor in de harten Uwer kindereu al vroeg het zaad van haat en nijd gestrooid wordt". De Sprokkelaar, dit overnemende, schrijft er onder Wij zijn niet bang, dat men ons ver denken zal van te groote sympathie voor Je doleantie, maar om de Doleerenden te bestrijden op eene wijze als in 't boven staande gedaan wordt, is al heel min, is karakterloos. Wij zouden niet gaarne can- didaat gesteld worden door menschen, die zich van zulke middelen bedienen om hun doel te bereiken; want: „Teil me with whom you go, and I'll tell you who you are. Ook de Vaderlander (chr. historisch) en deNieuwe Rottet dammer (oud-lib.), stellig de meest fanatieke bevechters der antire volutionaire personen en bladen, hebben dit Aaltensche libel, warvan wij eigenlijk het gemeenste gedeelte maar ach terwege gelaten hebben, afgekeurd. De Vaderlander noemt het „een zeer treurig en schandelijke billet" de Rotterdammer noemt 't „onverdedigbaar" doch eerst na herhaaldelijk daartoe gesommeerd te zijn. Neen, dan is de strijd in onze omge ving op waardiger toon gevoerd; de ge prikkeldheid werd eigenlijk eerst pas na afloop der verkiezingen openbaar. Als een staaltje van zonderlinge argu- mentenkens en taaksopvatting van een predikant melden wij dat ds. v. Veen te Hillegom in een polemiek met 't Hoofd bestuur van Christelijk Volksonderwijs de mislukte poging van den agent dier vereeni ging tot 't oprichten van een christelijke school te Hillegom, in de Vaderlander onder meer aldus motiveert „Opdat ik, die hier allereerst voor de Evangelieprediking ben gezonden, en niet voor het oprichten van eene Chr. School, met die prediking ook geen fiasco zou maken, daarom onthield ik mij, ik geloof naar mijn plicht, op dat tijdstip tenminste voorzichtiglijk. Ik ken toch een paar zeer orthodoxe gemeenten waar een orthodox predikant nog wel met zijne prediking schipbreuk leed, omdat hij, in plaats van de openb. school, eene bijzondere Chr. School had zoeken te krijgen. Mocht ik de Evan gelieprediking dan in het liberale Hille gom aan zulk eene proefneming wagen?" Wij vragen is 't niet zonderling Vijf en twintig jaren geleden, wanneer een orthodox predikant in een liberale „gemeente" kwam te staan, was diens eerste werk aldaar een chr. school te stichten. Met tientallen zijn de voorbeelden hiervan bekend. En ds. v. Veen, die, bedriegen wij ons niet, als student te Doetinchem, wel eens collectereizen voor de christelijke scholen te Halle, c.s. maakte en gelden ontving die dus weten kan welk een steun de chr. school den predikant in zijn „gemeente" bij diens strijd tegen het liberalisme biedt hoe menige chr. school de komst van een orthodox predikant heeft voorbereid; en dat Luthers zeggen wie de school heeft heeft de toekomst proefondervindelijk waar heid is gebleken, diezelfde ds. Van Veen zegt nu dat 't in dien strijd juist andersom moet. Zachtjes aan, de liberalen niet verbitteren de openbare school christianiseeren of ge bruiken de evangelieprediking [zonder ehr. onderwijs) voorop laten gaan, schijn- nu de hoogste wijsheid te zijn. En dan wat te zeggen van dat „met die prediking ook geen fiasco zou maken Leg daar Paulus' woord over 't „niet ijdel in den Heereeens neven 1 't Is om er bij te huilen Wij kunnen ons de ontstemdheid van Christelijk Volksonderwijs wel verklaren bij dergelijke ervaringen van de zij Ie van pre dikanten. De bekende kranke postzegelverzamelaar Alb. Gruijs Sr Molenpad, Zaandam, meldt ons in een advertentie die te groot is om door ons te worden overgenomen, de namen van wilwillende schenkers en schenksters van gelden voor den aankoop van scheur kalenders naar Indiëen van gebruikte postzegels voor de Zending in Indië. Wij vermelden alleen er uit dat hij ont ving van N. N. te Zierikzee f 3.50 voor Scheurkalenders,totaal van diverse inzenders tot nog toe f94,50, dat is nog niet veel voor zulk een groot en noodig werk. Zijn er zoo weinig vrienden en vrien dinnen van onze militairen in Indië Nog ontving Gruijs van N. Hendrikse te Goes 12000 gebruikte postzegels. Een dergelijke bezending wil de heer Hendrikse dikwijls sturen, als men hem maar al zijn gebruikte postzegels ter hand stelten hij verzond er ook al verscheidene. Wij bevelen Gruijs en zijn werk zeer iu aller aandenken aan. l) Gij allen, wien dit blaadje wordt aan geboden, ziet u opgeroepen tot een liefe tij ke taak 1 Gij hebt naar wij vertrouwen, uw Bijbel als het Woord van God lief. Gij weet, dat Nederland uit den strijd voor den Bijbel geboren is, en gij gelooft, dat Nederland zijn ondergang zou te ge- moet snellen, indien het tegen den Bijbel bleef strijden. Unie blaadje No. 32. Het smart u, dat een groot deel van de kinderen onzes volks geen ander onderwijs ontvangt dan gegeven wordt op scholen, waar van God en Zijn Woord moet gezwe gen werden, 't gebed verboden is en voor den dierbaren Zaligmaker van zondaren geen plaats is. Gij ziet het ongeloof, de Godverlooche ning, de goddeloosheid, de spotzucht, het afwerpen van het gezag, met den dag toe nemen. En dat op den bodem, die met het bloed der martelaren is gedrenkt. En gij zucht en weent over den diepen afval. Vrienden, wij zuchten en weenen met u. Maar daarbij mag het niet blijven. Velen, die nu reeds in de hemelsche ruste zijn, zuchtten en weenden voor u maar weet ge wat zij ook deden Zij brachten hun klachten aan den troon der genade, baden om wijsheid, zagen hun roeping en in naam huns Konings en Zaligmakers richtten zij Christelijke Scho len op. Op die scholen wordt het onderwijs met gebed begonnen en besloten wordt Gods dierbaar Woord gelezenen besproken en Gods lof gezongen is de vreeze des Heeren het beginsel der wetenschap kortom, wordt Neêrlands jeugd onder wezen overeenkomstig het gebod Gods. Die „Scholen met den Bijbel" hebben veel geld gekost, en kosten nog veel geld. Maar God gaf offervaardigheid in de harten. In den naam des Konings gaf de meerge- goede zijn goud en zilver en de arme zijn penningske, en God zegende het. Christe lijke scholen kwamen tot stand en bleven in stand, en vermeerderden voortdurend, zoodat er nu reeds ruim 600 met meer dan 960Q0 leerlingen zijn. Dit was een doorn in 'toog dergenen, die de Openbare School zonder den Bijbel, zonder God, zonder gebed liefhadden, en daarvoor hun milliosnen uit de Staatskas haalden. Hoe kwam de Staat aan die millioenen? O zeer eenvoudig: door verhoogde belas ting, ook van hen, die zelf hun eigen scholen, de Scholen met den Bijbel, be hartigden. Deze konden dus dubbel betalen eerst voor hun eigen scholen, en dan ook nog voor de Staatsscholen. Dat was onrecht, groot onrecht „De minderheden moeten onderdrukt worden", zei Minister Kappeijne, en hij kwam in 1878 voor den dag met eene Wet tot verbetering en uitbreiding van het Staatsonderwijs. Dit zou weder jaarlijks eenige millioenen meer kosten. Hoe die te krijgen Och, zeer eenvoudig door hooger be lasting, ook van hen, die hun eigen scholen bekostigden. Tegen die schandelijke onbillijkheid kwam men te recht op. Men gevoelde Kappeijne wil de School met den Bijbel dooddrukken. De vrienden dezer School riepen tot den Heere. Zij vereenigden ztch alom in den lande op Maandag 22 Juli 1878, 's avonds te zeven uren en zonden hun smeekingen op tot den Koning der konin gen, en den 3 Augustus werd namens 305102 personen, aan Neêrlands Koning op Het Loo een smeekschrift aangeboden. Daarin werd aan Z. M. verzocht de wet van Kappeijne niet te bekrachtigen maar zulk een regeling voor ons school wezen te verordenen, dat voortaan, voor den armste evengoed als voor den rijk sten onderdaan de mogelijkheid zou bestaan em, desverhngd, voor zijn kinderen te heb ben een School met den Bybel. Z. M. Koning Willem III ontving de Commissie, die 't smeekschrift aanbood, met welwillendheid, maar teekende de Nieu we Onderwijswet den 17 Augustus. 't Gebed was wel niet verhoord, maar God gaf langs anderen weg uitkomst,

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1898 | | pagina 1