„De Oesterbeurs".
OP VRIJDAG 1? JUKI
DE KERSEN,
PREIMEN, ENZ.,
DE KERSEN
Grasmaaimachine.
OPENBARE VERKOOPING-
veilen
RECHTSZAKEN-
op Vrijdag 17 Juni 1898,
verkoopen:
Vrijdag 17 Juni 1898,
openbaar verkoopen
Zaterdag 18 Juni 1898,
des namiddags 3 UUR,
publiek verkoopen
publiek verkoopen
Donderdag 23 Juni 1898,
Het Hotel, Restauratie en Café
„IDEAL"
A. REIJNIERSE,
bijzonder (gunstig afsteekt bij die Van een
deel van bettamelijk oorlogsgezinde Congres.
Wij ontvingen uit Noord- en Zuid Be
veland verschillende protesten tegen deze
naar men meende ganscb onbillijke critiek.
Ook uit Amerika ontvingen wij klachten.
Thans nu wij kennis namen van hetgeen
Amerikaausche bladen over deze dankzeg
ging schreven, gevoelen wij ons geroepen
onze beschuldiging van farizeïsme in te
trekken.
Wij mogen de edele aandrift van een
deel der Amerikaansche grooten en onder
danen in deze qnaestie niet miskennen.
Zij werpt op deze eerste openbare uiting
van dankbaarheid een voor ons geheel ander
licht.
Het spreekt van zelf dat wij hiermede
de wyze waarop door een deel van den
Senaat deze oorlog begonnen werd, niet
goedkeuren. Integendeel wij blijven deze
misprijzen.
En 't argument dat Spanje voor drie
eeuwen ons land zooveel kwaads berokkend
heeft, werpen wij daarby verre van ons.
Evenzeer het argument dat het Amerikaan
sche volk in zijn geheel meer gevoelt voor
vrijheid en onafhankelijkheid dan het
Spaansche.
Recht gaat boven sympathie.
Maar ontkend mag niet langer dat vele
Amerikanen gelijk immers ook vqlen ia
andere Christenlanden de verdrukking der
Cubanen niet langer wilden of konden
aanzien.
Wat in ons oog bedenkelijk blijft is de
staatkundige inmenging der regeering, voor
zoover die machtsuitbreiding zoekt, waar
uitsluitend hulpbetoon langs diplomatieken
weg plicht ware geweest.
Ook deze oorlog lag in het plan der
Goddelijke Yoorzienigheid, doch ook de
roede der tuchtiging gaat niet vrij uit,
wanneer zij iets anders wil zyn dan waartoe
zy besteld werd.
Mogen èn Spanje èn Amerika beiden
dit leeren 1
De stemming voor de Provinciale Staten
heeft in enkele plaatsen reeds plaats gehad.
In Amsterdam I zyn de aftr. liberalen
met Roomschen in herstemming. In II is
gekozen de heer Meilink (antir.) met
528 van de 971 stemmen. De benoemde is
hoofd eener openbare school aldaar. Voorts
moet herstemd worden tusrchen 't aftredend
liberale lid en een Roomsche. Het aftredend
liberale lid van gedeputeerde staten Roëll
werd niet herkozen. Deze drenkeling is
echter door de christelijk historischen in
district VI opgevischt.
In district III zyn de aftredende libe
ralen herkozen. In IV een, terwyl de ander
met een radicalen geestverwant Zqegers
Veeckens in herstemming komt. In V
zyn de aftredende liberalen uitgeworpen
en komen de radicale en antirevolutionaire
candidaten met malkaar in herstemming.
In VI komen de aftredende lib. in her
stemming met een antirevol. en 1 katholiek.
In VII en IX insgelijks. In VIII is de
antirevolutionair Schut gekozen niettegen
staande de officieële tegenwerking der a.r.
propagandaclnb „Keuchenius" die den heer
v. Munster, redacteur van de Oranjevaan
had gecandideerd. Voorts komt een
aftredend liberaal met een katholiek in
herstemming.
Hadden de christelyk historischen onze
candidaten gesteund, dan zouden de liberalen
in bijna alle districten zyn uitgeworpen.
Evenwel het is toch al mooi.
Arrondissements-Rechtbank te Middelburg.
Dinsdag zyn veroordeeld wegens:
mishandeling'. P. J. v. R., 26 jhvr. van
S. J., arbeidster, Sluiskil (Ter Neuzen), tot
1 m., en C. W., 22 j., slager, Middelburg,
tot 7 d. gev. straf, en P. C. v. d. P., 37
j., slager, Sluis, tot f 10 b. s. 10 d. h.
vernielingC. K., 20 j., landbouwers
knecht, N. en St. Joosland, tot f5 b. s. 5
d. h., en
vernieling en beschadiging A V., 16 j.,
en M. G\, 16 j., werklieden, Axel, ieder
tot f5 b. s. 5 d. h.
Vrijgesproken: W. B., 34 j., koopman,
Ter Neuzen, beklaagd van het veroorzaken
van lichamelijk letsel door schuld.
In de j. 1. gehouden vergadering der
Arbeiders Kiesvereeniging „Ontwikkeling"
te Middelburg is besloten als candidaten
voor de a. s. verkiezing der Provinciale
Staten te steunen de heeren H. Snyders,
J. H. Snyders en H. J. van der Meer.
Goes. De belanghebbenden die drie
weken geleden besloten tot het oprichten
van eene vereeniging van landbouwers en
tot het plaatsen van twee weegbruggen
alhier waren Dinsdag in de Prins van
Oranje weer bijeen. De heer jhr. H. P. de
Jonge toen als voorzitter gekozen, deelde
mede dat de onderhandeling met de heeren
Pelle c. s. om hunne bruggen over te nemen
tot een goed einde gekomen is. De bruggen
zyn, nadat zy door een deskundige getaxeerd
zijn, door het bestuur na over en weer
bieden gekocht voor f 1400. Met de noodige
herstelling, verbetering, en overdracht zou
den de bruggen op f 1700 komen. Die aan
't station is tamelijk, maar die aan de haven
is geheel niet te gebruiken gaat zelfs op
10 kilo niet door, maar door slechten on
derhoud verwaarloosd, kunnen zy toch heel
goed in orde gebracht worden, en voorts
is een klein jaarlyksch onderhoud nood
zakelijk.
Het bestuur heeft gemeend de aandee-
len op f 25 te moeten stellen, maar om
ieder in de gelegenheid te stellen deelne
mer te kunnen worden, znllen ook halve
aandeelen worden uitgegeven, terwyl één
persoon niet meer dan twee volle aandee
len kan noch mag nemen. Mooht even
wel boven pari worden ingeschreven dan
zullen de halve aandeelen voorgaan en
de heele zoo noodig uitgeloot worden.
Ongeveer half Juli, moeten de aandeelen
geplaatst zyn. Tot de overdracht van ge
meente- en staatsspoorwegen te verkrijgen,
zullen de noodige stappen gedaan worden.
Tot het ontwerpen van een concept re
glement en een tarief, stelde het bestuur
zich beschikbaar. Er werd direct voor
f 737,50 in aandeelen geteekend toezeg
gingen van niet aanwezigen kunnen zich
by een der bestuursleden aanmelden ter
teekening.
De heer P. Smith, scheepsmakelaar
te Vlissingen, (die sedert ruim twintig
jaren de betrekking van consulair agent
der Vereenigde Staten van Noord-Amerika
heeft waargenomen, en die tevens vice-consul
van Spanje is, heeft, wegens den oorlog
tusschen beide genoemde landen, eervol
ontslag gevraagd uit eerstgemelde betrek
king.
Op zijne aanbeveling is als zoodanig
aangesteld de heer H. M. Kloppers aldaar.
Vlissingen. Gisterenavond had alhier
weder een treurig ongeval plaats. De 20-
jarige schippersknecht van een in het kanaal
liggende tjalk, geladen met hout voor „de
Schelde", had het ongeluk over boord te
vallen. Daar niemand aan boord noch in
de nabyheid was, kon hulp niet worden
verleend en toen men deze wilde verlee-
nen was hij reeds in de diepte verdwenen.
Door de politie werd onmiddellijk gedregd
onder en in de nabyheid van de tjalk. Een
uur later gelukte het door middel van
een sleepnet den ongelukkige op te visschen.
Het lijk werd naar de stad gebracht en
per brancard vervoerd.
Zaamslag. Hoorde men in den laat-
sten tijd herhaalde malen van hoender-
diefstal, thans is er op het stak van diefstal
eenige verandering waar te nemen. Zoo
is er dan in den nacht van Maandag op
Dinsdag, alhier by den landbouwer Abr.
Dees Jacz. een aanzienlijke party spek en
hammen ontvreemd, welke in de piezel
(bergplaats van gedorschen graan) was op
gehangen en waartoe de dief of dieven zich
door verbreking van het slot toegang ver
schaft hebben.
Dader of daders onbekend.
Wemeldinge. In het Volksblad staat
het bericht dat de heer C. Lindenbergh,
wethouder bedankt heeft als lid van den
raad alhier.
Het bericht is juist; 't ontslag was reeds
een week geleden genomen, doch wijl hem
een week beraad aangeboden was om op
zyn besluit terng te komen, meldden wy
er niets van.
Eind vorige week heeft echter de heer
Lindenbergh gemeld dat hy by zijn be
sluit volhardt.
Het besluit wordt door alle party en
betr urd, dewijl de heer Lindenbergh een
degelijk wethouder |en 20 jaar lang een
algemeen geacht raadslid was en de quaes-
tie waarom hy heenging, allicht door een
request aan gedeputeerde staten had kun
nen verholpen worden. Immers de naaste
aanleiding tot zyn ontslag is een besluit
door den raad met 3 tegen 2 stemmen
genomen (de heeren Pieterse en de Schip-
por waren afwezig) om een Wilhelmina-
lindeboom te planten vlak voor de woning
van den heer Lindenbergh. Een besluit,
door de meerderheid doorgedreven, niet
tegenstaande er te Wemeldinge nog ver
schillende plekken zyn waar de lindeboom
zou staan kunnen en by de plaatsing el
ders geen enkel gemeentebelang zou ge
schaad zynwat nu door 't vertrek van
den heer Lindenbergh, naar onze vaste
overtuiging, wel degelyk geschiedt; tenzij
de kiezers van Wemeldinge hem met groote
meerderheid weer mochten kiezen. Dit zou,
schoon de heer Lindenbergh liberaal is,
een wyze daad zyn, ook van de antirevo
lutionaire kiezers.
By de restauratie der Nieuwe kerk
te Middelburg is, (gelyk reeds door ons
was medegedeeld) gevondeH de zeer goed
bewaarde grafzerk van Jacob Simonszoon
Magnus, die in 1530 zitting had in het
Middelbnrgsch gemeentebestuur, sedert 1550
aldaar burgemeester was en in 1558 stierf.
Hy werd begraven in de Westmunster
kerk. In hetzelfde graf werd ook zyn
echtgenoote Maaike Roelants begraven.
De N. Zondagsbode meldt de volgende
bijzonderhedenDe zerk vertoont de goed
bewaarde beelden van een man en vrouw
met twee kinderen. Daaronder 12 kinde
reu, 6 jongens en 6 meisjes. Eene afbeel
ding is te vinden in de Zeelandia lllustrata.
Op den binnenrand staat: Hier ligt be
graven Jacob Simonszoon Magnusburge
meester in zijn tijd van deze stad, die over
leed anno 1558 op 22 December en Maaike
Roelants dochterzijne huisvrouw overleed
anno 1570, den 29 October. Zij hadden
samen 17 kinderen.
Toen de Westmunster kerk in 1575 werd
opgeruimd nam de familie de zerk terug
en legde die neer in de Nieuwe kerk, ver
moedelijk op het graf van des burge
meesters moeder Petronella Chijs. Op den
buitenrand staat daarom Eerst heb ik in
de Westmunsterkerk gelegen, nu heb ik
plaats hier op moeders graf gekregen. Anno
1^5.
De teekening is zoo goed bewaard, dat de
kleeding nog zeer goed het model zou
kannen aangeven voor personen nit een
historischen optocht.
Goes. Op uitnoodigiug van den Bur
gemeester te Goes waren Dinsdagmiddag
19 Burgemeesters byeen ter voorloopige
bespreking van den afkoop der tolheffing
op de Rijks- en Povinciewegen in Zuid-
Beveland. Men was het spoedig eens dat
de noodige stappen hiertoe werden gedaan,
want een tolgeldheffing daar kon men niet
aan denken. Ter verdere regeling der zaak
werd een commissie benoemd, bestaande
uit de heeren W. E. K. Lenshoek te Goes,
J. A. P. Geill te Ierseke, J. Risseeuw te
's Gravenpolder, U. E. Lewe van Nyensteijn
te 's Heer Arendskerke c. a., C. A. Sprenger
te Kloetinge, J. G. P. Timans te's Heeren-
hoek en J. Eleubaas te Krabbendyke. De
eerste zal als voorzitter fungeeren en de
drie absente Burgemeesters van Nisse c. a.,
Waarde en Rilland-Bath zullen door de
commissie aangezocht worden in deze zaak
mede te werken en ze by de gemeente
besturen voor te bereiden.
Driewegen. Dinsdagmiddag omstreeKs
2 ure werden de ingezetenen dezer
gemeente opgeschrikt door het luiden der
brandklok. Spoedig bleek dat huis, schuur
en inboedel van den klompenmaker H. R.
in lichtelaaie stond. Aan blusschen viel
niet te denken, en alles werd een prooi
der vlammen. Alles was verzekerd. Men
vermoedt dat de brand is ontstaun door
het spelen van kinderen met lucifers.
N. en St. Joosland. Gisterenmiddag
geraakte alhier een jong paard dat voor
een mestwagen stond van den landbouwer
v. W. schichtig waardoor het den voerman
C. de K. van den wagen trok zoodat deze
het voertuig over zyn rechterbeen kreeg
zoodanig dat bet boven de kuit af is. Dr.
v. Catz verleende al spoedig geneeskundige
hulp.
Kruininge. Vele kiezers alhier zijn
van plan als protest tegen 't onware en
onwaardige geschrijf der liberale kiesver-
eenigingen in 't verkiezingsnommer der
Goesche Courant, tegen mr. C. Lucasse,
hunne stem op dezen heer uit te brengen.
Zij weten wel dat mr. Lucasse namens
gedeputeerde staten het verzoek om f 3000
voor wegsverbetering heeft bestreden doch
zij vergeten daarby niet dat een lid van
gedeputeerde staten namens dat college
spreekt en spreken moet, ook al is hij 't er
niet mede eens; terwijl zij ook begrijpen
dat de heer Lucasse wel niet anders zal
hebben kunnen stemmen dan hij gedaan heeft.
Bovendien zullen velen die hart hebben
voor de antirevolutionaire beginselen, be
grijpen dat een statenlid daar niet zit om
Jan ot Piet een pleizier te doen, maar om
't belang der geheele provincie te dienen;
terwyl weer anderen zooveel liefde hebben
voor de partij dat zy niet gaarne door
hem niet te stemmen, een liberaal zouden
helpen kiezen die straks in de staten de
liberale party versterken komt en de eerste
kamer helpt berooven van onze uitnemende
leden Godin de Beaufort en Van Asch
v. Wijck die krachtige bestrijders van
de leerplichtwet, een liberale party wet die
niets rekent met de nooden van onzen
arbeidenden stand met zyne geringe
verdiensten en groote gezinnen en schreiende
behoeften.
Omtrent 't ongeluk der roeiers v. D.
en L. uit Vlissingen Zondag bij Breskens
overkomen, nemen wy de volgende aan
vulling van ons bericht in ons vorig no.
uit de Midd. Crt. over
Het weer was goed, de beide bevaren
mannen zagen tegen het tochtje volstrekt
niet op en omstreeks negen uur kwamen
de drie mannen te Breskens, waar de roeiers
hun passagier aan wal zetten en zeiven ook
nog eenigen tijd vertoefden.
Om kwart over tien achtten zy het tijd
om huiswaarts te gaan en werd de terug
reis ondernomen, die voor een van beiden
een zoo ongelukkig einde zou nemen.
Van Breskens roeiende werd weldra het
zeil geheschen en de weg gekozen boven
de boei, teneinde de ree te houden en vrij
te blijven van de te verwachten mailboot.
Om te draaien ging men over staghet
zeil wilde echter niet zakken en plotseling
sloeg de boot om. De beide opvarenden
behielden echter hunne tegenwoordigheid
van geest, wisten zich aan de boot vast
te klampen en zich erop te werken. Het
gelakte hun zich eenigen tijd daarop te
houden tot voorbij de Nieuwe sluis. Toen
echter kwamen de bezwaren; herhaaldelijk
werden de mannen van de boot afgeslagen,
doch telkens weer wisten zij hun vaartuig
te bereiken. Wat zij daarbij doorleefden,
behoeft niet beschreven te worden.
Dien kamp moede, trachtte Van Dilst,
een goed zwemmer, zijn zwager Lems te
bewegen de boot te veriaten en te beproeven
zwemmende den wal te bereiken. Lems
weigerde echter, omdat hy niet zwemmen;
kon. Van Dilst achtte dit geen bezwaar,
hij meende zoowel zichzelf als Lems zwem
mende te kunnen redden, te eerder omdat de
wal zeer nabij was.
Intusschen hadden de schipbreukelingen
aanhoudend geroepen, doch zelfs niet de echo
antwoordde.
Eindelijk waagde Van Dilst een poging
om te trachten met zwemmen den wal te
halen, welke poging hij echter moest op
geven. Na zich weder op de boot gewerkt
te hebben, wierp hij zich, niettegenstaande
Lems hem daarvoor ten zeerste waarschuwde
na wat uitgerust te zyn, opnieuw in de
golven.
Hij wist zich ee tijd boven te
houden, doch moest weldra den strijd met
het element opgeven. Voor het oog van
zijn tochtgenoot, die nog poogde hem een
riem toe te steken, zonk hij ter hoogte
van Knocke in de diepte.
Lems bleef op de boot en bracht daarop
doornat, koud, heeschvanhet roepen om hulp
en telkens en telkens weer den dood voor
oogen hebbende, den ganscken nacht door.
Door een stortzee werd eindelijk, om
streeks een uur of vier, de boei, die Lems
toen had kannen doen kantelen, ter hoogte
van Cadzand op het strand geworpen, doch
daarmede was 'smans ellende no; niet
geleden. Wyl zyn toestand nog steeds
gevaarlijk was, riep hij opnieuw om hulp
doch zonder gevolg niemand hoorde hem
en kon redding bieden. Meer dan twee
uur bleef hij in kien liachelijken toetand.
Toen eindelijk de boot nog verder op
het strand geschoven was, sprong Lems te
water en had het geluk zich op het land
te bergen, waar hy, geen wonder voor
waar tengevolge van den doorgestanen
doodsangst en vermoeidheid, ineen zakte.
Na eenigen tijd daar hulpeloos gelegen
te hebben, wist Lems zich te vermannen
en gelukte het hem zich verder het land
in te sleepen, tot hy te Cadzani aankwam
en daar een liefdelyke verzorging, hulp
en bijstand vond.
Zoo spoedig hy eenigszins tot zich zelf
was gekome», zorgde hy, dat aan zijn gezin
de blijde tijding koa gemeld worden, dat
hij gelukkig den dood ontkomen was.
Die tijding was een ware uitkomst voor
zyn vrouw en zeven kinderen, die reeds
in doodelijke ongerustheid verkeerden,
maar een allertreurigst bericht voor het
gezin van den roeier Van Dilst, bestaande
uit een vrouw en acht kinderen, waarvan
het oudste nog slechts zeventien jaar oud
is, die daardoor het noodlottig omkomen
van hun man en vader moesten vernemen.
De roeier Lems, ofschoon nog zeer onder
den indruk eau het gebeurde, is overigens
welvarend, hoogst dankbaar voor zijn
redding uit een gevaar, waarin hy her
haaldelijk meende op den rand des grafs
te zijn.
Een vliegende slang
Aan een particulier schrijven aan den
heer Els van Roodepoort, ontvangen van
zyn neef G. Coetzee te Alice K. K. ont
leent de Voortrekker (een Zuid-Afrikaausch
blad) het volgende
Kempt, dist Alice,
25 April, 1898.
Geachte Oom, ik wil u vertel wat
gebeurt is op mijn werf, op den lsten
Maart 1898.
Mijn dochter zat langs mijn huis te
werken en mijn honden lag bij haar. De
honden sprong met eens op en blafte, zy
keek toen op en zag iets aankomen van
de kant van Debee Nek. Zij nam de loop
en riep Kom kijk die groote Pofader in
die lug, en al de kinderen liepen toen nit
om te zien, en mijn vrouw zat in de huis
bij de achter venster zooals u weet kan
zij niet loopen. Het ding gaat toen over
myn huis en de vrouw zag toen net zyn
Achter lijf.
Het ding is omtrent 50 voet lang, en
de dikte van een achterwiel van een wagen
en de fatzoen van een Pofadar zonder kop,
vaal van kleur. Hy gaan net zoo als een
Pofader uit beide zijden kwam een donkere
rook zoo als uit een bakoven en de rook
ging niet van hem weg. Toen hy over
mijn huis was kreeg hij als het ware een
ruk toen zwaaide hij zijn staart in de
richting van Transvaal en krijgt toen twee
armen en dit wyst naar Grahamstad, maar
zonder handen, en een kring omtrent 4
voet groot de kleur van die kring was
blauw toen verdwijn die twee armen en
hij gaan regtop, en de staart drnaide om
de kring, zoo als een slang dat om iets
vast draai, en de kring verander zooals
een nieuwe blik welke de zon tegen schijnt,
maar dit heeft gou gegaan totdat het niet
meer kon gezien wordt. Tusschen myn
huis in de plaats van Leach. Het was toen
omtrent 2000 voet van de aarde op. Drie
van mijn dochters, mijn vrouw en een
kleurling hebben het gezien.
Schaam voor geen mensch om dit te
vertel. Zoo zeker als de zon schijnt was
dit gezien. Het was tien minuten voor
twaalf in den voormiddag.
G. COETZEE.
Als men nu nog niet precies weet,
hoe het gedrocht er uitziet, kunnen wij
het heusch niet helpen
Men schrijft uit Baarn
Tobey, een der weiuige overgebleven
Afrikaansche negers uit ons Indisch leger,
had reeds in Indië den wensch te kennen
gegeven om de Koningin eens te zien.
Met verlof trok hy naar Holland, zoodat
hij kans kreeg zijn wensch vervuld te
krijgen. Verleden Zaterdag kwam hij
onder geleide van den sergeunt van Har-
dinxveld te Baarn en zou Zondag, wanneer
de Koningin naar de kerk zou rijden, bi)
het paleis post vatten.
Reeds 's morgens om half zeven was hij
bezig zijn Indische uniform op te poetsen,
en daarna stapte hij naar Soestdijk. Men
was reeds op de hoogte van de komst
van dezen neger en van zijn verlangen,
met het voor hem gunstige gevolg, dat
de waarnemende adjudant der Koningin,
Jhr. van Suchtelen van den Haere, Tobey
en zijn geleider eene plaats aanwees binnen
het hek.
Eindelijk kwamen drie hofrijtuigen voor,
en Tobey was opgetogen van vreugde.
Het oogenblik was gekomen, dat Hare
Majesteiten hem zouden passeeren. Terstond
nam hij een onberispelijk militaire hou
ding aan.
De Koningin liet haar rijtuig stapvoets
rijden en toen H M. Tobey bespeurde, knikte
zij hem lachend toe.
Wel had Tobey zich een Koningin
anders voorgesteld zooals hij dat op
een plaatje gezien had, met een kroon
op doch zooals hij de Koningin nu zag
vond hij Haar toch ook lief.
De Koninginnen reden naar de kerk te
Soestmaar Tobey kou het paleis nog
niet verlaten. „Nog eens zien Koningin",
zeide hij. Eerst toen ook dit verlangen
vervuld werd, was Tobey tevreden.
V eldra zal hij weer naar Indië terng-
keeren, en men kan er zeker van zijn,
dat hij aan zijn makkers veel te vertellen
zal hebben van Holland en van de lieve
Koningin die Tobey zoo aardig groette."
O
De Deurwaarder HOLLMANN, te Goeszal
des namiddags om 1 uur aan den Breescnen-
lijk nabij den Dam te Ierseke
500 Twee-meterszeeften-
(waaronder 300 Zinken).
IOOOO IJ eren Pennen.
30000 Ledige Pannen.
's avonds te 7 uren, te Kapelle, in de
herberg van J. Hanson, ten overstaan
van Notaris MULOCK HOUWER, van
in eenige boomgaarden in Kapelle en
Biezelinge.
De Notarissen PILAAR en mr. LIEBERT
te Goes zullen op
des avonds te 6 uren, te Kapelle, in de
gemeenteherberg, ten verzoeke van hunne
principalen, in het
wasseude in boomgaarden, gelegen in de
gemeenten Kapelle, Kattendijke, Goes,
Kloetinge.
Notaris LIEBERT te Kapelle zal op
in de herberg bij J. Hanson te Kapelle,
wassende in boomgaarden onder Kapelle.
Notaris LIEBERT te Kapelle zal op
Zaterdag 18 Juni 1898,
des avonds half 6 uur, te Wemeldingein
de herberg bij M. Kobstanje,
wassende in verschillende boomgaarden
onder Wemeldinge.
Notaris L. E. A. LIEBERT te Kapelle
zal op
des namiddags 3 uur te Ierseke in het te
verkoopene, publiek
Groot 3 Aren 20 Centiaren.
Nadere inlichtingen te bekomen bij voor
noemden Notaris en bij den heer P. J.
VAN EIJKEREN te Ierseke.
Het nieuwste der Deering Har»
vester Co. te Chicago, leveren thans
ook op Walcheren het bewijs, dat ze uit
munten in prachtig werk, in zeer
lichten geruischloozen gang, gemakkelijke
behandeling en soliede sterke constructie.
Koopt geen andere machine alvorens „de
Ideal" te hebben gezien en beproefd.
Onderdeelen verkrijgbaar.
Hooischudders. Hooiharken van
af 70 gulden.
Eventueel niet aanwezige machines wor
den binnen twee dagen geleverd.
Te bezichtigen: Melkinrichting,