NIEUWSBLAD VOOR ZEELAND. CHRISTELIJK- HISTORISCH BIJVOEGSEL „Het spreekt van zelf..." Ho. 109. 1898. Hüisifaij 14 Ittiu. fmnffife laargang. VERSCHIJNT G. M. KLEMKERK, te Goes F. P. D'HUIJ, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIËN 9 behoorende bij het nummer van Dinsdag 14 Juni 1898. GOED VERSTAAN. De Vrijstellingen en haar duur. elken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND. Prijs per drie maanden franco p. p0,95. Enkele nummers0,025. UITGAVE VAN EN van 1 5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent. Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. Wij houden van eerlijke libera- ralen die 'tmaar zeggen, zooals zij 't meenen. Zoo is onder anderen de heer Doo- renbos, de talentvolle voorzitter der liberale kiasvereeniging «Eendracht maakt macht» te Middelburg, een man, die geen wolf op zijn hart smoren laat en 't niet onder stoelen of banken steekt, dat hij is een anti- clericaal van het zuiverste water. Vrijdagavond (3 Juni) heeit hij, blij kens 't verslag in de Middelburger, weder een vergadering der liberale kiesvereeniging gepresideerd en daar bij zijn geestverwanten opgeroepen ter heirtocht tegen «de zwarte bende». «Maar zoo lezen wij in de Mi d- d e 1 b. C r t. «maar, zeide de voorzitter, wjj staan bij deze verkie zing tegenover eene zwarte bende die moeilijk te overwinnen is». Wie de heer Doorenbos onder deze zwarte bende verstaat, zal hij mis schien in een volgende vergadering wel duidelijk maken. Vermoedelijk betitelt hij aldus de antirevolutionaire kiezersimmers van «doleerenden», of «Christelijk gereformeerden» of hoe men ze te Middelburg van li berale zijde gelieft te noemen, zal nu wel geen sprake zijnen de candidaten die aanbevolen wor den, zal hij ook wel niet bedoeld hebben. Immers deze zijn eerzame burgers, leden, een van de gerei, en een van de hervormde kerk in elk geval geen van de twee staat tot eenige «zwarte bende» in betrekking. Alle twee bezitten ook de door de wet gestelde vereischten voor het lidmaatschap der staten. Daar zal toch wel niets tegen aan te merken zijn, zou men zeggen. Ds. Doorenbos komt er evenwel rond voor uit dat hem ook dat niet aanstaat. «Het spreekt van zelf», zegt hij, «dat de liberale partij mannen ge noeg heeft, die het lidmaatschap der Erovinciale staten waardig kunnen ekleeden; zij hoeft ze maar voor 't grijpen. Zij behoeft geen jonge broekjes die pas van school komen, candidaat te stellen». Wij kunnen niet zeggen dat wij deze opmerking van den voorzitter der liberale kiesvereeniging heel ge lukkig vinden. Hij richt daarin toch twee verwij ten aan ons adres die op hem en zijn partij, dunkt ons, terugvallen. Het spreekt van zelf, zegt hij. Het spreekt van zelf, dat bij ons liberalen, de knappe mannen schui len, mannen van naam en rang en «tand en intellectmannen die de schoolde lagere school, de middel bare school, het gymnasium, dehoo- geschool, gepasseerd hebben. Wij gelooven niet dat iemand in de bewuste vergadering der liberale kiesvereeniging er aan gedacht heeft den voorzitter te vragen, waarom dit van zelf spreekt. Andeis had hij, allicht ten antwoord gekregen Wel, wij liberalen hebben nu sinds 18-48 de meerderheid gehad in verschillen ende colleges, ons meester gemaakt van het openbaar onderwijs, van de openbare ïambten en betrekkingen, 't onderwijs zoo goedkoop mogelijk weten in te richtenen er den gods dienst uit weg te nemen, zoodat «die» «calvinisten», er geen gebruik van konden maken, en voor zichzelf chris telijke scholen, christelijke lagere scho len, christelijke gymnasiums en een christelijke universiteit behoorden te bouwen en toen hebben wij hen dat het spreekt van zelf allemaal zelf laten bekostigen en toen hebben wij hen hunne belastingpenningen aan onze openbare scholen laten ofïeien en zoo hebben wij onze zonen voor een beetje schoolgeld laten genieten van al de wetenschappelijke voorbe reiding noodig om eenmaal in Kamers en Staten en Raden zitting te nemen en 't hoogste woord te voe ren in kies- en andere vergaderingen. Zoo het spreekt van zelf is alle man van intellect, behoudens een enkele uitzondering, aan den liberalen kant komen te staan, en hebben inderdaad, gelijk ds. Dooren bos terecht opmerkt, de liberalen hunne knappe mannen maar voor bet grijpen. En dan zou hij ook nog hebben kunnen wijzen op 't treurige feit dat het libei alisme door zijn mede op onze kosten goedkoop ingericht godsdienstloos staatsonder wijs, vooral hooger onderwijs, vele on zer jongens voor een groot deel gemo derniseerd en van ons vervreemd, hen door totale ontkenning ot wat nog erger is, negeering van de chris telijk historische beginselen voor God en Zijn dienst geheel onver schillig gemaakt heeft. De antirevolutionaire partij het spreekt van zelf telt dan ook niet zoovele ^getrouwe staatkundige belijders als de liberale. Wel is voor de provinciale staten dit aantal nog niet zoo onrustbarend klein, en is er zelfs, dank zij den zegen van 't particulier initiatief der voorstan ders van Christelijk onderwijs, ook middelbaar- en hooger onderwijs, een groote toeneming te bespeuren, maar 't blijft dan toch een van zelf sprekend feit dat 't getal knappe, gediplomeerde candidaten aan gind- sehe zijde in't oogloopend veel groo- ter is dan hier. Maar nu zouden wij den heer Doo renbos wel eens willen vragen in dien 't nu waar is dat gij daardoor, langs een ongerechtigen weg, door onderdrukking der minderheden, door exploiteering der neutrale school op staatskosten, dien grooten voor sprong hebt gekregen in den wedstrijd der twee partijen, is 'tdan billijk hierop zoo te stoffen En wanneer nu waar is dat mede van der chris tenen geld, nadat gij hen eerst ge dwongen hebt op eigen kosten scholen voor hen geschikt, waar des Heilands naam nog in eere is; en de opvoeding wordt gesteund door 't levend geloof, op- en m te richten gij mede van hun geld uw zonen op zoo goedkoope wijze tot veelwetende, wel geöxamineerde menschen kondt doen opleiden, is 't dan oirbaar u er op te beroemen dat gij, heer Doo renbos, uwe knappe mannen zoo «maar voor 't grijpen» hebt en ons amechtigen joden, onzj armoede voor de voeten te werpen «Zij kan naar de provinciale staten manner. afvaardigen, die ook de be kwaamheden bezitten in het gedepu teerd college zitting te nemen», zeide ds. Doorenbos. Nu, dat kunnen wij gelukkig ook. In 't district Vlissingen treden wij met twee practische mannen op, die wel niet om een benoeming in het ge deputeerd college verlegen zijn, maar er toch ook geen slecht figuur zou den maken. En zulke jonge broekjes zijn ze ook niet. Maar bovendien, wat gaat dit u aan Wilt gij wijzer zijn dan de wet? Wanneer deze een leeftijd stelt en een candidaat dien leeftijd reeds overschreden heeft, waartoe dan dit smalend verwijt van jonge broekjes? Hoe jong was 't «broekje» De Ca- sembroot, toen Tholen hem naar de Staten zond En 't «broekje» Kakebeeke toen Goes hem voor 't eerstafvaardigde? Of zijn deze «jonge broekjes" de kwaal der jonkheid niet met ieder jaar al meer te boven gekomen, en zal ook iedere jonge candidaat dit niet met ieder jaar steeds meer doen Indien de liberale kiesvereeniging geen krachtiger wapenen Ier bestrij ding onzer candidaten heeft, en geen wapenen die ons treffen in plaats van haar zelf te wonden, kunnen wij haar weinig succes op hare poging voorspellen. Want het spreekt van zelf! voor dat jonkheidargument en voor dat specialiteitenargument gaat een nuchtere boer die ook schoolgegaan heeft en ook belasting betaalt en ook weet, wat er zooal te koop is, niet op zij. Goed verstaan, willen ook de anti revolutionairen worden. In hst stukje getiteld „leerplicht", in ons vorig verkiezingsnommer vielen bij het zetten eenige woorden uit, en wel in den volgenden volzin „volgens dit ontwerp worden, neen niet ouders, maar alle ouders zonder onderscheid gedwon gen hunne kinderen tot 13, of zooals thans reeds velen willen, tot 14 jarigen leeftijd aan de school af te staan.Deze volzin nu luidde, en moet luiden „Volgens dit ontwerp worden, neen niet alleen ouders die hunne kinderen verwaarloozen, maar alle ouders enz." Teneinde goed verstaan te worden voe gen wij er thans nog bij, dat onze kinderen op te voeden en te onderwijzen ons een heilige plicht is. Bij den doop toch hebben wij den Heere in het midden Zijner gemeente beloofd, dat wij, ouders, ze zullen onderwijzen, doen en helpen onderwijzen. Doen wij dat niet, dan kunnen zij het Woord Gods niet lezen, en anderen daarin op hunne beurt niet onderwijzen. Daaren boven weten wij, dat de christenen van Beréa geprezen worden, omdat zij on derzochten, of de dingen die hun ver kondigd werden, alzoo waren. Trouwens op veel welsprekender wijze dan de liberalen hebben wij ge toond voor goed en deugdelijk onder wijs te zijn. Duizenden bij duizen den toch is daarvoor door ons apart, uit eigen beurs en vrijwillig geofferd. De vrijzinnigen daarentegen lieten huuDe kinderen nog altijd op algemeene kosten opvoeden en onderwijzen. Zij dwongen anderen, door de wetten die zij door dreven, mee te betalen zelfs voor bet onderwijs van de kinderen der rijken dezer wereld. Deze uitgaven willen zij bij vernieuwing met eenige millioenen 'sjaars vermeerderen. Maar, erger dan het beslag dat zij, alzoo doende op onze beurzen leggen, is bet ingrijpen in de rechten van de ouders. Zie, daartegen komen wij in verzetja, dat is onduldbaar. Wij ontzeggen aan de liberale partij, of wilt gjj, aan den Staat of aan de Overheid het recht, om voor en boven ons, ouders te heerschen over onze kinderen. Naar Goddeljjk recht mag dat alleen over de kinderen, die door de ouders verwaarloosd worden. Dat door zede lijke middelen, zooals het jaren aaneen met goed gevolg geschiedde, het school verzuim wordt tegengegaan prijzen wij, ja, die middelen willen wij mee aan- .wend en. Wanneer iemand, die f 10.'s weeks verdient er zijne vrouw, om alles te koopen, maar f 6 van geeft, keuren wij dat af, en door zedelijke middelen wil len wij helpen den man te bewegen haar meer te geven doch wij zouden er tegen zijn, wanneer de wet hem 13 jaar onder curateele stelde, gebiedende haar alles te geven op een kwartje na. Wij zouden er insgelijks tegen zijn, dat de wet gebood, de kinderen naar de comedie, en ook naar de zondags school of naar de kerk te zenden. Desalniettemin achten wij het de roeping der ouders den kinderen eene godsdienstige opvoeding te geven. De Duitsche aanmatiging en machtsover- schrijdiug van den staat wraken wij. In dat dwangbuis wil de liberale partij ook het vrije Nederlandsche volk steken. Daartegen nu teekenen wij pro test aan, en wekken alle ouders op dit met ons to doen door hen te stemmen die voor het recht der ouders in dezeD opkomen. Leerplicht, volgens het ontwerp van den Minister, is le&rdwang. Immers men moet, indien dit ontwerp onverhoopt wet wordt, zijn kinderen tot hun dertiende levensjaar naar de school zenden of tehuis onder wijs geven. Daarbij komt dat de radicalen het nu al tot het veertiende jaar verlangen. En van de vrijstellingen, die in het ont werp van Borgesius verleend worden, heeft de Middelburgsche Coniant en hebben an dere, zoogenaamde liberale couranten ge zegd dat zij te veelvuldig zijn en niet blijven kunnen; doch dat ze, om deze wet aangenomen te krijgen, thans welmoe ten gegeven worden. Het is dus hiermee nog niet nit. Trouwens dat kan ook niet. Heeft men het beginsel aangenomen, dat niet de ouders maar de Overheid het eerste en hoogste recht inzake de opvoediDg en het onderwijs der kinderen heeft, dan moet en zal men krachtens dat beginsel verder en verder gaan. Immers men kan dan ook zeggen, waarvoor gij ze met het oog op hnn aanleg en het heil der gemeenschap bestemmen en opleiden, en waarom ook niet, hoe gij ze, opdat ze kraohtig en ge zond zijn, kieeien en voeden moet. In den grond is de maatregel, neergelegd, in het ontwerp van Borgesins, socialistisch. De gemeenschap, of volgens de liberalen de Staat, heeft het hoogste recht en daar voor moet alles wijken, en daaraan alle» ondergeschikt worden gemaakt. Onze principiëele tegenstanders gaan niet van God, van het huwelijk en het huisgezin uit, maar van de gemeenschap of van den zoogenaamden Staat. Met God rekenen zij helaas, sinds lang in het geheel niet meer, en voor het hnwelyk willen velen van hen de vrije liefde, eu hoe over den particulieren eigent om door honderden gedacht wordt en geschreven is, weten wij ook. De Heere beware er ons voor, dat wjj van Kreta zouden afvaren en een na neg vergulde pil slikken. 't Is waar, tot de wellicht zeer tijdelijk verleende vrijstellingen behoort ook dat de ouders of voogden den kinderen huisonder wijs kannen geven. Doch daarbij mag niet worden vergeten, dat de schoolopziener het reeht heeft gedurig nw huis binnen te treden, en uwe kinderen te examineeren teneinde te onderzoeken of zij wel ia alle vakken, goed en genoegzaam onderwijs ont vangen. Is dat niet het geval dan worden de ouders of voogden een- en andermaal vermaand, en baten, blijkens voortgezet onderzoek de vermaningen niet, dan konten de dwangmaatregelen, en bij verzet, ja bf het staan op uwe van God verkregene rechten boete en gevangenis. Deze volgen ten slotte, ook als gij en nw huisonderwijzer of onderwijzeres heilig, lijk overtuigd zijt, dat nw kind tegenover die vreemde heeren niet op zijn gemak is, en het alleen daarom tegenover hen niet weet. Zij oordeelen en niet CO! want zy hebben het eerste en hoogste recht, dewijl zy namens de gemeenschap of den Staat der liberalisten optreden. Natuurlijk behooren tot de vrijstellingen ook dat uwe kinderen, wanneer zjj zwak, ziekelijk of krank zijn, thnis mogen blijven. Maarniet vader of moeder, die 't beste weten, omdat zij er dagelyks mee omgaan en hen, vooral in dat geval, met zorge gadeslaan, mogen daarover oordeelen; neen, zy mogen niet zeggen wat, met het oog op zwakte of ziekelijk gestel, het beste is daarover moet de geneesheer oordeelen. Aan zijne genade |of ongenade zijn de kinderen, die God u gaf, overgeleverd. Is hij een vurig schoolman en wat onattent dat kunnen ook geneesheeren zyn dan verschilt hij allicht van vader en moederdoch dan geldt desalniettemin zijn oordeel. Het gevolg daarvan is, dat uw kind, in weerwil van uwe bekommernissen, naar school moet. Verzet gij u daartegen en laat gij het niet gaan, welnn, dan hebt gy u voor de gevolgen te wachtenwant niet gy, maar de geneesheer, die namens de gemeenschap of den Staat der liberalisten komt, beslist; immers zyn advies geldt. Vraagt gy ons wie den geneesheer voor zijn advies betalen moet, dan zal wel ons ant woord moeten zyn wel gij, die hem ont biedt; gij, die immers weten wilt, of gij uw kind thnis houden moogt of niet. En als (dan zalk een advies, dat wij, ouders, eigenlijk niet noodig hebben, om dat wij zeiven wel weten of ons kind naar school of thuis blijven moet, als dan zulk een advies 2 of 3 gulden kost, omreden de dokter zoover van ons af woont, moeten wij het dan toch betalen?

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1898 | | pagina 6