NIEUWSBLAD VOOR ZEELAND. CHRISTELIJK- HISTORISCH lo. 83. 1898. DondMag 14 IpciC. fnmaffife Jaargang. VERSCHIJNT F. P. D'HUIJ, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIËN Buitenlandsch Overzicht VERGADERINGEN. ELKEN MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND. Prijs per drie maanden franco p. p0,95. Enkele nummers0,025. UITGAVE VAN G. M. KLEMKERK, te Goes EN van 1 5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent'. Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere rege! meer 10 cent. Bij dit nummer behoort een bijvoegsel. Gortgene, 18 April 1898. Wissenkerke, 19 en 20 April. Goltjnsplaat, ook voor Cats21 en 22 April. Het belangrijkste buitenlaadsche nieuws dat de paaschvacantia ons bracht, kwam nit Frankrijk en Spanje. Uit Frankrijk kwam bericht dat Zola en Perreux (de directeur van het blad 'Z Aurore, hetwelk Zola's consciëntiekreet in zake Dreyfus opnam) weder zullen ver volgd worden. Uit Spanje gingen brieven naar Amerika, waarin een zeer bevredigende oplossing der verwikkelingen tnsschen beide genoemde staten in betrekking tot Cuba werd voor gesteld. Het nieuwe proces Zola zal 23 Mei een aanvang nemen voor het hof te Versailles. Plaats en datum zijn verstandig gekozen. De verkiezingen voor de Kamer zijn dan geheel afgeloopen en Versailles leent zich beter tot een rustige behandeling dan Parijs. Bovendien had het zijn eigenaardige bezwaren Zola en vooral Labori nogmaals te plaatsen tegenover den cynisch lakoni- schen president Delegorgue en den tegen- ingenomen advocaat generaal Van Cassel. Aanklager is nu de krijgsraad, welke in zijn begeleidend schrijven eene merkwaar dige bekentenis doet, voor een advocaat als Labori om van te watertanden. Men moet namelijk weten dat uit de lange acte van beschuldiging, bij eerste instantie door den minister van oorlog in gediend, door den krijgsraad alle punten zijn weggelaten, op dit eene na dat Zola in 1'Aurore gezegd hadeen krijgsraad heeft op bevel een Esterhazy durven vrij spreken, laatste kaakslag aan alle waarheid en gerechtigheid. In zijn begeleidend schrijven zegt de krijgsraad dat hij bij de eerste beschuldi ging een blrjk van ondergeschiktheid aan zyn chef gegeven heeft en geven wou, door de beschuldiging van hem, den mi nister van oorlog te doen uitgaan. In deze uiteenzetting ligt de erkentenis opgesloten dat de krijgsraad in staat is op commando te doen wat zijn chef goedvindt te gelasten. Maar nog een andere zaak is uitgelekt. Namelijk dat de minister had „aangewezen" in welke richting het proces Esterhazy diende beslist. Wie nu maar een weinig op de hoogte is van de verhoudingen in een leger, met name het Fransche leger, die gevoelt dat deze aanwijzing met een bevel gelijk staat. En dat Labori er een handig gebruik van maken zal, behoeft niet voorspeld te worden. Men begrijpt het van zelf. Intusschenis ook een voorstel ingekomen Zola te schrappen als ridder van het Le gioen van Eer. De schande dezer schrap ping zou wel niet heel groot zijn, nu onder anderen deugnieten als Wilson en Herz ook het bedoelde ridderkruis bezitten. Of het de rechtbank andermaal geluk ken zal de zaak Dreyfus uit het proces te weren? Men zou 't haast vreezen uit 't feit dat slechts een volzin uit Zola's aanklacht werd gehandhaafd en wel die, waarin slechts van 't proces Esterhazy sprake is. Het zou echter zeer gewenscht zijn dat eindeljjk het volle licht opging over 'tschijn- baar niet meer te loochenen feit dat Dreyfus veroordeeld is op stukken door Esterhazy geschreven. Blijkens mededeelingen in de bladen is de Duitsche zaakgelastigde Schwarzkoppe zeer geschrokken geweest van de aanhou ding van Dreylus, doch is weer genist geworden toen hij zag dat niet zijn man was gearresteerd. Indien derhalve Dreyfus poit geheime stukken heeft verkocht, dan heeft Esterhazy het toch ook gedaan en schijnen de stukken van Esterhazy die ge vonden zijn als bewijsmateriaal voor de schuld van Dreyfus te hebben gediend. Zola is vol moed dat de waarheid in deze thans aan het licht zal komen. In een bevigen veldslag aan de Atbara hebben de Derwisjen in Soedan de vorige week een ontzettende nederlaag geleden. Door 't Engelsck-Egyptisclie leger in een hinderlaag gelokt, was ontkomen niet meer mogelijk aan de volgelingen van Mahmoed. En na een gevecht van eenige uren lagen de lijken van drieduizend Derwischen in hun kamp en in het kreupelhout. Nog verloren zij 4000 krijgsgevangenen. De rest van de 16 duizend man, voorzoover niet gewond, vluchtte naar alle richtingen. Mahmoed zelf werd door een Soedannees gevangen genomen. Men vond hem in een met houtwerk afgedekten kuil. Hij was zeer uit de hoogte toen hij den Engelschen opperbevelhebber ontmoette. Lakonisch klonk de vraag van dezen en Mahmoeds antwoord niet minder „Wat komt gij eigenlijk in dit land van de Atbara doen „Ik heb te doen wat mij gezegd wordt, gij ook". Blijkens den buitgemaakten voorraad was er bij de Derwisjen nog geen gebrek. Allerlei mondvoorraad en veel graan viel in handen der Engelschen. De vele buitgemaakte kanonnen waren van koper. Ook werden er zoogenaamde olifantgewe ren gevonden, zij zijn vervaardigd te Essen, nog uit de jaren voor de beweging van den mahdi begon. Uit deze geweren werden ontploffende patronen geschoten. Voor de zariba hadden de Derwisjen ook mij nen gevnld met buskruit en steenen aangelegd. Deze sprongen toen de Engelschen er over heen gingen en veroorzaakten groote ver liezen. Zij hadden 19 dooden en 100 ge wonden de Egyptenaren 50 dooden en 325 gewonden. Deze nederlaag der fanatieke madhisten moge 't voorteeken zijn hunner algebeele tenonderbrenging. De beslissende slag moet in ieder geval nog volgen. De Engelschen onder opperbevel van Sir Kitchener zetten hun vervolgingstocht voort. Men verwacht een laatste samentrekken der beide hoofdmachten nabij het ver woeste Khartoem en de uitslag schijnt niet twijfelachtig te zullen zijn. De Egyp tenaren hebben hun ouden schrik voor de Derwisjen verloren, en de Derwisjen hebben blijkbaar ook geen zelfvertrouwen meer. In ons vorig no. drukten wij de vrees uit dat het wel eens tot een oorlog tus- schen Spanje ea Amerika komen kon. En in weerwil van Spanje's zelfverlooche nend optreden schijnt dit gevaar nog aan wezig. Gelijk wij reels zeiden, zal de president der Amerikaansche republiek al zijn staatsmanswijsheid er aan te spandeeren hebben om zija eigen vrienden, die zeer oorlogszuchtig gestemd zijn en de onafhan kelijkheid van Cuba eischen, zachter te stemmen. In de Maandag door Mc. Kinley aan het Congres gebrachte boodschap spreekt de president het onomwonden nit dat hij 't op het punt van erkenning der opstan delingen als oorlogvoerende party met hen niet eens is en daarin liefst niet zal toestem men. Hij prijst de tegemoetkomende hou ding der Spaansche regeering en kondigt een zoodanig gebruik van de gewapende macht aan als noodig zal blij ken om een geregeld bestuur op Cuba te vestigen. De eisch dat de Spaansche troepen zich uit Cuba zullen terugtrekken is in de boodschap niet vermeld. Spanje zelf heeft trouwens den wapenstilstand reeds gelast en wenscht ernstig den vrede te herstellen, terwijl 't in zake de ramp met de Maine zeer bevredigende verklaringen heeft afge legd, aan deze ramp draagt 't geen schuld en van schadeloosstelling behoeft volgens Mc. Kinley geen sprake ^wezen. En toch in weerwil van deze vredelie vende, vrijgevige beschouwingen, blijft de toestand gespannen. En dat ligt aan nie mand anders dan aan den president zelf. Hij heeft namelijk aan zijn vreedzame boodschap een slot toegevoegd, waarin hij feitelijk de zelfstandigheid van zijn ambt, zijn opinie, zijn veto prys geeft en in han den stelt van de oorlogszuchtige meer derheid. Een zwakheid die zich alleen denken laat in een land als Amerika, waar de partijzucht en partijtucht alle ambtsbe- kleeders tot zelfs den president incluis tot stomme werktuigen verlaagt. Mo Kinley eindigt namelijk zijn bood schap aldus „Het congres heeft nu den uitslag in handen. Gereed om eiken plicht, mij door de grondwet en de wet opgelegd, te vervul len wacht ik af wat gij doen zult." De commissie in wier handen de bood- rchap gesteld werd, heeft in beginsel een resolutie aangenomen ten gunste eener on middellijke tusschenkomst en dat aan Spanje de eisch zal worden gesteld Cuba te ontruimen. Alleen door een ferme bonding tegen over de oorlogspartij tegenover Spanje was zijn houding al ferm genoegzal Mc Kinley den vrede kunnen bewaren, dien Spanje blijkbaar van harte wil. Aan Mc Kinley hangt nu menschelij- kerwijs bet lot van twee volken, leven of dood van zoo menig jongman moge hij het wel weten. Overigens is de toestand op Cuba, het zwaar geteisterde terrein van den opstand, zeer zorgelijk. Onder de plattelandsbevol king zijn 200 duizend personen den hon gerdood gestorven. Te Havana (de hoofdstad) liggen op het oogenblik 400 stervenden eu zieken, vrouwen en kinderen, op elkaar gepakt op den gronden daar tusschen liggen de doodenhulp wordt niet ver leend op reinheid wordt niet gelet zelfs water kunnen de zieken niet k ijgen. Gelukkig dat generaal Blanco de vijan delijkheden over 'tgeheele eiland staken deed en de vrede wordt voorbereid. 13 April 1898. Tot ons leedwezen verzuimden wij de vorige week de uitvoering van het Koor in de Groote Kerk te Goes bij te wonen, terwijl onze berichtgever vergat ons ver slag te zenden. Wy hopen een volgende maal betere maatregelen te nemen. Met. genoegen vernemen wij dat ook deze uit voering uitnemend slaagde. Bij de jongste Verkiezing van gemeente raadsleden in Scboterland werd de heer K. de Jong, kleermakersknecht en sociaal democraat gekozen. De raad bracht toen 't presentiegeld der leden van f 275 op f375, met 'toog op 'tverlet dat de Jong hebben zou van 't bijwonen der raadszit tingen. Gedeputeerde Staten van Frieslan 1 hebben dit raadsbesluit niet goedgekeurd, omdat zij f 275 voor presentiegelden vol doende achten en de maatsohappelijke po sitie van raadsleden naar huu oordeel niet als factor mag gelden bij de vaststelling der presentiegelden. Gelijk bekend is, is bij kon. besluit van 11 Dec. 1897 no. 55 bepaald dat in 1898 in Friesland, Overijsel, Zeeland en Limburg een keuring zal worden gehouden van voor den krijgsdienst benoodigde paarden. Elk dezer provinciën is nu in twee distrieten verdeeld en zoo zijn in onze provincie benoemd tot voorzitters der commission voor het le district de gepensioneerde kolonel der artillerie H. H. J. baron van Haersolte van den Doorn te 's Gravenhage en voor het 2e district de gepens. luit. kolonel van het O. I. leger J. J. Munniks de Jongh te 's Gra venhage. Iedere commissie bestaat uit drie leden, waarvan het derde lid een veearts is. Bij beschikking van den minister van waterstaat is benoemd tot buitenge woon opzichter W. A. Dormaar Pz., te Goes, bij het verruimen en op diepte houden van de buitenbar ens van bet kanaal door Zuid-Beveland. Uitslag gemeenteraadsverkiezingen in den Haag: District I. Herstemming v. Aseh v. Wy'ck (antir.) met 599 en en Stobberingh (lib.) met 400 van de 1231 stemmen. District II. Gekozen Fan Santen (lib.) met 1175 tegen 928 op Rietstap (k.) - - District III gekozen B. Janse Jzoon (lib.) met 811 tegen 226 op Melvill v. Cantbee (antir.) en 195 op Keuehenius (antir.) Middelburg. Van de te houden Zeeuwsche Oranje-tentoonstelling hebben de beeren mr. A. J. Roest, commissaris der koningin in Zeeland, en jbr. mr. L. Schorer, burgemeester van Middelburg, het eere voorzitterschap en de beeren W. A. graaf van Lynden en jhr. mr. A. van Reigersberg Versluijs, beiden kamerheeren in buiten gewonen dienst van H. M. de koninging, het eerelidmaatschap aanvaard. M. C. De Paaschdagen zijn de jaarlijks terug- keerende vergaderdagen voor de leden van het Algemeen Nederlandseb Werk liedenverbond en voor de Sociaal Demo cratische Arbeiderspartij. Dat hef eerstgenoemde verbond niet het recht heeft, zich algemeen te noemen, wordt genoegzaam bewezen door 't feit dat het op Zondag vergaderingen boudt en dat een christelijk historisch werkman geen lid van laatstgenoemde arbeiderspartij wezen kar., blijkt eveneens onder meer uit dat Zondagvergaderen. Den dag der Opstanding is hem te heilig om hem aan de bespreking van allerlei stoffelijke en partijquaestiën ten offer te brengen. Dat wij van geuoemde vergaderingen niettemin notitie nemen, is van niets anders 't gevolg dan van de erkenning der groote beteekenis van de arbeiders beweging, waarvan de arbeiderscongressen blijk geven. Stippen wij aan wat in de Vergade ringen van het Algemeen Nederlandseb Werkliedenverbond zooal ter sprake kwam. De Voorzitter Heldt was ziek. De vice voorzitter Kouw presi deerde nu. Deze herinnerde in zijn peningswoord dat de at'deeling Middelburg is opgeheven, doch nieuwe afdeelingen zijn toegetreden. Van het Ned. Begrafenisfonds vermeer derde het aantal leden tot bij de dertien duizend. Uitgekeerd wegens overlijden werd f6700 en f680 aan premiën boven de gewone uitkeering. Sedert de oprich ting is ruim een ton uitgekeerd. De in schrijving op 't grootboek bedraagt thans f48000 a 2Va en f1000 a 3 pCt. Het Verbond besloot lid te worden van den Nationalen Zuiderzeebond, den Bond voor Landnationalisatie geldelijk te steunen, en een jaarlyksche bijdrage te geven aan den Nederlandscben Coöperatieven Bond. Dit laatste besluit vond eenige tegen kanting sommigen achten bet niet op den weg van dit verbond liggen om deel te nemen aan een beweging die den werkman geen voordeel kan opleveren, gericht is tegen den kleinen winkelstand en leidt lot gedwongen winkelnering; terwijl men in kieine plaatsen te veel voor en ender elkander leeft om er de coöperatie ingang te doen vinden. In den Haag zit de coöperatie alleen in handen van ambtenaren en gepensioneerden. Dit laatste werd bestreden. Ook werk lieden kunnen daar lid worden en de goede werking juist te 's Gravenhage, ondervonden de werklieden die aan de zaak verbonden zijn, de ondergeschikten die nergens zoo goed betaald worden, en voor wie verschillende fondsen bestaan. De coöperatieve werkliedenbroodbakkerij te Arnhem bezorgde in 1897 den leden bet voordeel van acht weken vrij brood. Ook te Gent brengt de coöperatie den werkman veel voordeel. De consumtie- associatie is de weg naar productie-associatie. Vreest men dat de werkman bij coöperatie te veel persoonlijk bezit zal krijgen, welnn, men bestemme een deel der winst om de alsremeene organisatie te versterken, opdat de werkman niet los worde van het vereenigingsleven. Nog besloot liet Verbond toe te treden tot de Verseniging tot veredeling van bet ambacht in Nederland. Men was hierbij verdeeld over de vraag wat voor den bloei van het am bacht verkieslijker is invoering van het leerlingstelsel (dat is opleiding in de practijk met aanvulling van theoretisch-, vooral teekenonderwijs; of opleiding op de p.mbachts8cho >1. Sommigen achtten beide stelsels nuttig, 't een in kleine, 't ander in groote plaatsen. Het doen afleggen van proeven van bekwaamheid ter verkrijging van den graad van gezel en meester, (zie 't programma van ge noemde Vereeniging) vond geen bijval. Men vroeg voor alles voer den aankomenden werkman gelegenheid om zich te bekwamen. Aan de orde kwam eene motie om bij regeering en staten generaal aan te drin gen op wijziging van bet ontwerp leer plicht zoo dat dc verplichte leertijd op de dagschool worde uitgebreid tot den leertijd van 14 jaar en het herhalings- en voortgezet onderwijs verplichtend worden gesteld tot den 18 jarigen leeftijd. De bestrijders der jmotie meenden dat men voorioopig tevreden moet zijn en dat bet adres niets zou baten (De Rot) en dat men rekening houden moest met den toestand die aldus is dat het wetsontwerp verbazend veel tegenkanting ondervindt van de kerkelijke partijen (De Klerk). De voorstellers bedoelden echter met de motie niets anders dan den minister het hart onder den riem te steken, en willen ook de wet aanvaarden zooals zij is voorge- gesteld. (Het Bestuur). Natuurlijk uat na deze toelichting de motie met algemeene stammen werd aan genomen. Gevraagd werd waarom het wetsontwerp tot verzekering van werklieden tegen de gevolgen van ongelukken, door de vorige „regeerïng" ingediend door deze „regeering" is ingetrokken en niet weder aan de orde gesteld. Het bestuur zal dit bij de „regeering" onderzoeken. Een drietal technische bezwaren tegen de Kieswet kwamen ter sprake. Kuste- iooze verstrekkingvangeneesmiddelen wordt als bedeeling beschouwd en doet het kies recht verliezende candidaatstelling wordt gepubliceerd op openbare plaatseu en in couranten, wat den onderteekenaars schaden kan; het hoofd der gemeente is gerechtigd bij den patroon aan te dringen op mededeeling van het verdiende jaarloon van den adspirant kiezer. In al deze drie wenschte men veranderingdoch ook hier trad het Kamerlid De Klerk als des mi nisters schutsengel op met den wenk om niet vooruit te loqpen op diens toezeggingen. Dit betrof eveneens een voorstel om aan te dringen op belangrijke vervroeging der Kamerverkiezingen, bijv. in Februari. Bij de regeering zal worden aangedrongen op betere handhaving der wet op den ar beid van vrouwen en kinderen. Deze wet toch wordt schandelijk verkracht, naar men meent. De inspecteur te Amsterdam had in geen twee jaar sommige groote fabrieken bezocht. Trouwens er zijn veel te weinig inspecteurs en onder-inspecteurs. Het Verbond telt nu 3600 leden, Nu nog een en ander uit de vergaderingen van 't Congres der S. D. Arbeiderspartij. Mr. Troelstra sprak een openingswoord, waarin vooral de radicale partij werd door- gebaald, en de socialistische party 't ont gelden moestwaarbij weer voor de zoq- veelste maal bewezen werd dat men geneigd

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1898 | | pagina 1