NIEUWSBLAD VOOR ZEELAND. CHRISTELIJK- HISTORISCH VERSCHIJNT F. P. D'HUIJ, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIËN Nederland en Oranje op de school. elken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND. Prijs per drie maanden franco p. p.0,95. Enkele nummers0,02 s. UITGAVE VAN G. M. KLEMKERK, te Goes EN van 1 5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent. Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere regd meer 10 cent. Bij dit nummer behoort een bijvoegsel. WÉBB5VT" Zij die zich met I ifl§||WBgSy April a. s. op ons blad wenschen te abonneeren, ont vangen de tot dien datum ver schijnende nummers gratis. {Slot). Dit is uw ergste, o liberalen, dat gij scholen hebt gesticht, waarin niet alleen de Bijbel, maar ook onze nationaliteit is verloochend. Dr. A. w. Bronsveld in lb71. Eq de heer Bergmeijer, openbaar on derwijzer te Dordrecht, van de richting der revolutionair* socialisten, heeft het in een op verschillende plaatsen des lands gehou den lezing duidelijk doen uitkomen, hoe verschrikkelijk onze maatschappij is geke tend in de macht der traditie. Van zijn „schoone en keurige rede" gaf Recht voor allen, het hoofdorgaan der revolutionaire socialisten, een verslag waarin onder anderen het volgende te le zen stond. Samengesteld met allerlei kunst- en vlieg werk, biedt de geschiedenis het volk geen waarheidsgrond, maar is zij integendeel een terrein, waarop de meest holle frazen zijn geboekstaafd. Zoo gebeurt het dat zaken, die nooit hebben bestaan en allen historischen rechts grond missen, het volk als ware gebeurte nissen worden geleeraard. De dag van heden is daarvan een overtuigend bewijs; want het kerstfeest met zijn engelengezang Vrede op aardeis een legende die allen historischen rechtsgrond mist. Maar waarom worden aan het volk zulke leugens geleeraard Omdat oe heerschende klasse er belang bij heeft de arbeiders zoet en gedwee te houden. Bovendien, zegt spreker, is de geschiede- denis geschreven door de overwinnende partij en wee den overwonnene, als zijn geschiedenis wordt geschreven door zijn overwinnaar! Veel wat schoonwas wordt ons voorgepreekt als zeer slecht (hier doelde spreker op de jaren, dat de Fran- sche revolutie van 1789 ook hier te lande haar invloed deed gelden). Achtereenvolgens stond spr. stil bü het huis van oranje en liet hij verschillende uit dat huis voortgekomen stadhouders de revue passeeren, hij toonde aan hoe ae liefde voor het oranjehuis eene legende is, die de bezittende klasse wel tracht aan te kweeken, maar die nimmer heeft bestaan Hjj wees er op hoe wij in September 1898 zullen herinnerd worden aan die tra ditie, als de kroningsfuriön in voll*n gang zullen zjjn. Men ziet hieruit duidelijk, wat er van de behandeling onzer geschiedenis door zulk een opvoeder „tot alle Christelijke en maatschappelijke deugden" moet terecht komen. Volgens hem is de liefde voor het Huis van Oranje slechts een legendeeen leugen, die de heerschende klasse tracht voort te planten om de arbeiders maar zoet en gedwee te houden. Die liefde heeft nimmer bestaanen miBt „allen historischen rechtsgrond", precies als nhet Kerstfeest met zijn engelengezang.u En dan wat dergelijke onderwijzers van de geschiedenis van den dag, van de kro ningsfeesten en van onze Koningin ma ken, is ook verre van onduidelijk. De heer Bergmeijer, een der talentvol ste, der meest invloedrijke van de ruim 5000 openbare onderwijzers die lid van den „Bond van Ned. Onderwijzers" zijn, heeft 't gezegd, blijkens bovenstaande. Het zijn de kronings/wnê'w die wij tegemoet gaan. De heer Ketelaar, ook onderwijzer, te vens lil der tweede kamer, heeft vergoe lijkend maar immers vergoelijken is ook lasteren 1 vergoelijkend gezegd „dat sommige onderwijzers niets van de a. s. Kroningsfeesten willen weten, omdat zij voor het Huis van Oranje geen liefde koes teren Toen de heer Lohmanhem in de Kamer ten antwoord gaf dat hij hoopte dat alle openbare onderwijzers, door onderwijs en voorbeeld den nationalen feestdag van 6 Sept. a. s. tot een nationalen gedenkdag zouden heipen maken, zweeg deze afge vaardigde uit Amsterdam V. Hij had moeten zeggendat kan niet mijn heer Lobman, „omdat zij voor het Huis van Oranje geen liefde koesteren". En weet gij, wat nu het ergste is Dat mag nu een Ketelaar zeggen, een Robertus zeggen, een Bergmeijer en hoe zij allen heeten mogen, maar, met uitzon dering van de kringen der „Groenianen", zwijgen alle vaderlandsche mannen en ver- eemgingen en partgen over zoo ruwe aanranding van den goeden naam vsn Ne derland en Oranje, tegen zoo stuitende behandeling van de Geschiedenis door mannen van de openbare school. Toen ongeveer 25 jaar geleden paBtoor Brouwers het durfde wagen om een onzer Oranje-helden door het slijk te sleuren, ging er een algemeene kreet van veront waardiging in den lande op en mr. Groen van Prinsterer, een der grootste historie kenners onzes tijds, die het voor den ge smaden Oranjevorst opnam, oogstte daar voor lof bg vriend en tegenstander. In deze tegenstelling ligt 't diep treurige van den toestand. Men ziet er uit dat de consciëntie met name van onze liberale voorvechters reeds derwijs is verzwakt, de zonde der onverschilligheid omtrent de vaderlandsche historie derwijs is doorge drongen, dat 't niemand meer hinder doet wanneer men zelfs den naam van den grondlegger onzer nationale onafhankelijk heid in 't openbaar lastert en hoont. Wij zijn geenszins van plan het Kro ningsjaar bg voorkeur te besteden aan de opsomming* van het vele dat onze natie verdeeltmaar „aan huichelachtig verzwij gen" van de geschiedenis van den dag wenschen wij evenmin mede te doen. Wg wenschen het volle licht te doen vallen op de feiten die van zoo jammer- lgke verdeeldheid getuigen niet onder ons, maar onder de kinderen der revolutie, eene verdeeldheid door groen noch bloemen te bedekkenmaar vooral tegen een nog grooter gevaar te waarschuwen, wat Pieter Corneliszoou Hooft, de schrijver der Ne- derlandsche Historiëneens zeer terecht heeft genoemd „de verwaarloozing van 's lands geschiedenis". Leerplicht. Het meerendeel der beswaren tegen leer plicht in vorige nommers van ons blad opgesomd, zijn van persoonlijken aard, subjectieve meeningen en toch door velen gedeeld. Thans komen wij aan de principiëele bespreking toe. En dan sta dit voorop. Leerplicht op zichzelf druist niet in tegen de antirevolutionaire beginselen. Elk christen-ouder immers heeft dezen plicht by den doop van zijn kind vrij- willig op zich genomen. Hy beloofde het kind in de voorzeide leer te onderwijzen of te doen en te hel pen onderwijzen. Daarom deert een ontwerp leerplicht zoodanig een onder niet, zoolang hy aan de op zich genomen verplichting voldoen kan. Gaat de overheid er dan ook toe over om leerplicht in den vorm van school dwang op te leggen, dan zal dit dezulken niet deren. Maar dan is 't noodzakelijk dat overal vrij christeiyk onderwijs zij en de vac- cinedwang worde opgeheven. De wet is voor de slechtenniet voor de goedenzy straft onwil en niet onmacht. Aan den Vlissingschen gemeenteraad was van wege den Kerkeraad der Bed. Herv. gemeente by adres gevraagd om de Vrij- dagsche markt niet te doen plaats hebben op Goeden Vrijdag. Nu telt de raad van Vlissingen 15 leden, waaronder 12 liberalen de heer Wibaut is het eenige Roomsche lid, de heeren Loois en Kloppers zijn antirevolutionair. Nu werd 't adres door B. en W. vrij- goed opgenomen. Zy verklaarden zich voor inwilliging. Doch enkele leden waren niet zoodadelijk gewonnen, en pleitten verplaatsing van de markt op dien dag naar *en ander punt der stad. De heer Bakker achtte zelfs dat het be lang der ingezetenen moet gaan hoven dat „van wie dan ook". Maar daar stond de heer Gewin op. Hy verklaarde zich tegen inwilliging van 't verzoek niet alleen maar wilde zelfs geen verplaatsing op dien dag. Hy vond het verzoek van den Ned. Herv. Kerkeraad „eenvoudig gegrond op den wensch dat de kerk zal domineerenen dat mag niet langer gedoogd worden in onze eeuw van ontwikkeling en verlichting waarin op den voorgrond moet staan: de Kerk naar be neden en de Maatschappij naar boven". Hy had weinig wil van dit felle woord. Alle weifelende leden van zoo straks toch sloegen naar de zijde van „de Kerk" over niet alleen zoodat hy ten slotte met den heer v. d. Bilt de eenige tegenstemmer wasmaar hy haalde zich een ernstige berisping van den heer Kloppers, het jongste raadslid, op dsn hals voor 't aan heffen van zoo stuitende partyleus, die in den gemeenteraad niet te pas kwam. Wel verklaarde hierop de heer Gewin met zijne gewone rondheid „dat het geens zins in zyn bedoeling gelegen had om een der raadsleden in zyn godsdienstige over tuiging te krenken" maar hetgeen hy er op volgsn liet, verzwakte den indruk er van. Hy toch deed uitkomen dat op dergelijke wijs over de Kerk te spreken zoo de ge woonte was in kringen uit enkel liberalen bestaande. „Ik heb" sprak de heer Gewin „de door den heer Kloppers gewraakte uit drukkingen gebezigd, wetende het woord te voeren in een vergadering van by na uitsluitend vrijzinnigen". Wij veronderstellen dat 't verslag in de Vlissingsche Crt. juist ie. En dat zal wel anders toch had de heer Gewin die nog al eens iu dat blad schrijft, wel geprete- steerd, en tevergeefs hebben wy hierop eenige dagen gewacht. Nu de heer Gewin dit niet deed mogen wy 't ons voor gezegd houden hoe men in vrijzinnige kringen over de kerk spreekt, waar men haar naar toe wenscht en wat de kerk van die zyde, zoo daar ooit de alleenheerschappij ware, te wachten heeft. De Midd. Crt., die 't voor haar geest verwant opneemt, komt er niet minder rond voor uit„Honderden zeggen het (den heer Gewin) openlyk na, en, evenals wy, schre ven velen hetzelfde tal van malen in de couranten. Niemand windt er dus doekjes om, en dat is ook niet noodig". De kerk naar beneden. Neen wy behoeven neg niet te denken aan den kreet der Revolutie A bas 1' Eglise 1 in haar minst beschaafde, meest vijandige openharing. Maar bedroevend is 't toch te weten dat de man die 't zei een geslachtsnaam draagt welke aan de beste dienaren en sieraden der kerk herinnert. Het contrast is te groot om 't te ver geten, tnsschen den Vlissingschen leeraar die, niet zoovele jaren geleden nog, de kerk tot zegen was, en zyn naamgenoot die, op dit oogenblik, alB lid der stedelijke overheid haar naar beneden wil halen. En wat de Middelburg sche Courant hierby haalt van allerlei kerkjes die zich verbeelden de gemeenschap te zyn, en van 't geloof dat in schijnheilig uiterlijk vertoon bestaat, doet hierby niets ter zake. Het gold hier niet een adres van een kerkje, maar van den kerkeraad der hervormde kerk; en ook niet een geloofsquaestie, maar een quaestie van erdede markt op Goeden Vrydag was voor 't gehoor der kerkgan gers hinderlijk, en ook zelfs daarin wilde de heer Gewin niet tegemoet komen ook zelfs 't. overbrengen van de markt naar de Groote Markt was hem nog te veel aan de kerk toegegeven. Dat is de zaak en geen andere. Het blijft de verdienste van de school wet Mackay dat het beginsel der rechts gelijkheid daarin is geiegd. Zij schonk eenige verademing aan de Christelijke school, doch legde deze ook groote ver plichtingen op. De subsidie wordt besteed aan verbetering wat de school en hare inrichting betreft. Toch blijft de openbare school de hoog bevoorrechte, het troetelkind, en dit komt uit in de tegemoetkoming van 25 pCt. in de kosten van schoolbouw, (de bijzondere school krijgt daarvoor niets). Subsidie voor de opleiding. De pensioneering. De bij- dragen aan de noodlijdende gemeenten in de kosten van het onderwijs. Het lage schoolgeld. En eindelijk de bijzondere scholen ontvangen voor subsidie per leer ling nog geen f5, terwijl den openbaren scholen per leerling van rijk en gemeente f 30 wordt toegelegd. De liefde in de sociale quaestie. Dit mogen wij wel schrijven hoven het keurige citaat dat wij uit een rede van den Roomschen professor de Groot uit Amsterdam ontleenen eu dat aldus luidt „De maatschappij behoeft, tot geluk der volkeren, goed recht, en meer dan recht. De liefde bezielt en verheft de recht vaardigheid; zij schenkt gaarne hare vrije gaven. Dit blijkt derhalve uit den aard en het wezen der liefde, hoe verheven haar arbeid is voor de maatschappij. „Door de liefde komt wat groot is tot stand. „De reddende liefde is niet tot het ge ven en ad ninistreeren van aalmoezen be perktmaar steeds tot het toewijden van zichzelf aan anderen arbeid. De redding daagt uit die volheid der liefde, door den apostel Paulus voor de kerk van Ko- rinthe verheerlijkt: „De liefde is lank moedig, zij is goedertieren, zij zoekt zich- zelve niet, zij wordt niet verbitterd, zij denkt geen kwaad". „Leeren wij al meer de sociale zending der liefde begrijpen in het licht der historie. „Waar is een beeld van macht als het Rome des Cesars? Hier was de zetel van het volk, gewoon aan de wereld wetten te geven. Zyn adelaars beheerschten de volkeren. In de majesteit der ruïnen slui mert nog de oude grootheid. Het Forum en de Palatijnhet Colosseum en de Appi- sche Weg obelisken, zegebogen en tempel zuilen herroepen voor onze verbeelding macht, kunst, rijkdom en weelde. Maat wat was de slaaf; de vrouw, het kind? Het spel was moordwreedheid weelde onnatuar zede. Liefdeloos had de H. Paulus van dat volk gezegd. Er kwam redding. Van den Kruisberg. Toen Titus' triomfboog verrees en de kandelabers ten toon stelde, door den overwinnaar als ze- geteekenen medegevoerd nit Jeruzalem, spreidde reeds de heilige lamp der christe lijke liefde in stilte haren glans. De liefde straks uit de Catacomben in den vollen dag getreden, hielp, tnsschen velerlei harts tocht en ellende, de nieuwe orde stichten en zij bleef, hoe geweldig de tyden som tijds waren, hare weldaden verspreiden in de nieuwe maatschappijEn wanneer bij onze partygenooten, al woedt de strijd tegen het Christendom, nog een openbare zedelijkheid heerscht, die tot menschlie- vendheid stemt; wanneer zelfs zij, die het Kruis haten, in hun strijd op maatschap pelijk gebied, bewogen worden of anderen bewegen door gevoelens van menschenmin, dan brengen zy onbewust hulde aan den oorsprong der liefdezij stemmen met ons samen, terwijl wij de hymne des Gekruis- ten aanheffen, en de Zon, die de wereld met liefde overstraalt, tegemoet gaan met dat lied, vol tranen en hoop„o Crux, ave Spes unica." Gegroet, o Kruis, onze eenige hoop. 11 Maart '98. Bij beschikking van den Minister van Binnenl. Zaken is aan M. A. C. F. Bolomey, op zijn verzoek, eervol ontslag verleend als assistent aan het Rijksland- bouwproefstation te Goes. Bij Kon. Besl. is, met ingang van 1 Aprilde commissaris der loodsen, tevens ontvanger der loodsgelden te Brouwers haven, M. M. Lonrens, als commissaris der loodsen overgeplaatst naar den Hoek van Hollanden de commissaris der loodsen, tevens ontvanger der loodsgelden te Dord recht, P. Hoogvliet, in gelijke betrekkin gen overgeplaatst naar Brouwershaven. De oud-kolonel der artillerie R. A. W. Sluyter is gisteren te 's Gravenhage, toen hy een vergadering in het gebouw Diligentia bijwoonde, plotseling overleden. Hij was o. a. directeur van 's Rijks ge schutgieterij en van 188586 lid der tweede kamer voor 's Gravenhage. Naar men verneemt zal de luit. kolonel Meyer van het 2e bat. 3e reg. in fanterie te Middelburg den _dienst weldra met pensioen verlaten. Goes. Wy vestigen de aandacht, ge lijk wij reeds vroeger deden op 't Kronings lied van C. v. K. CEZnen op 't lied voor Neeriands volkmuziek van Joh. Visser en woorden van C. v. Koetsveld CEZn., twee pakkende volksliederen, blij kens advertentie ir. dit no. bij den boek handelaar J. J. Visser verkrijgbaar. 's Heer Arendskerke. Bij 't on geluk dat den landbouwer de W. Woens dag bij wachtpost 46 trof, verzuimde d* redactie te vermelden wat toch ook door mij was medegedeeld, dat de paarden den boom bij den wachtpost stuk reden en de trein aankwam juist toen de beesten ge passeerd waren, doch de wagen of liever een stuk er van, was blijven staan; bij Wissekerke werden de paarden tot staan gebracht. Oudelande. In deze gemeente circu leert een lijst ter teekening aan den ge meenteraad tot het verkrijgen van een tel efoon. Uit Cats werd Woensdag aan de „M. Ctgemeld, dat aan het Zuideinde van den Leendert Abraham-polder eene belangrijke oeverafschuiving plaats heeft gehad ter lengte van pl. M. 250 M., waarbij de breedte 60 a 65 M. bedraagt. Gevaar voor den polder bestaat niet. De minister van justitie heeft zyne bijzondere tevredenheid te kennen gegiven aan de macrechaussees A. A. Adam e«J. van der Waal, gestationneerd te Ijzen- dijke, wegens hun onverschrokken en beleidvol gedrag bij de, in den avond van 5 Februari onder de gemeente Biervliet met hevig verzet gepaard gaande arrestatie van een beruchten en gevreesden inbreker, sedert 1896 in het Algemeen Politieblad wegens diefstal gasignaleerd. Van deze tevredenheidsbetuiging is eer volle vermelding geschied in het Algemeen Politieblad. Vlissingen, Dezer dagen gaf een 22 jarige slepersknecht zijn paard, dat weigerde een last voort te trekken, op eens een steek met een mes in de ribben. Het dier, dat onder geneeskundige behandeling is gesteld, zal waarschijnlijk aan de gevol gen sterven. Tegen den dader is proces verbaal opgemaakt.

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1898 | | pagina 1