NIEUWSBLAD
VOOR ZEELAND.
CHRISTELIJK-
HISTORISCH
Schelde
47. 1898.
10,-
10.30
10,—
10,-
10,30
Dinsifag 18 latiuatt.
fmaaffifc laacgaag.
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
OPGEPAST.
Isaac da Co sta.
ER—GOES,
van Dinsdag.
Teer's morg.
5,uur.
37, 'snamid,
6,30. Des
9,'sav
inde), 's nam
SST.
,BÜRG.
,50, (alleen
Imarkt8,
1,15, 2,—,
6,55, 7,45,
use vm. 5,20
Naar Zeil-
1,20,
1 t
5, nm.
6,—,
morg. 7.u.
morg. 6.30 u
3T~
)TTERDAM
Van
Rotterdam.
8,15
30
8,15
30
8,15
30
8,15
30
30
8,15
30
8,15
30
8.15
;OOT.
's m.
i morg.
6-
3.-
ST
Zierikzee.
lorweg Goes
üerikzee:
norg. s midd
7,50 1,30
7,50
7,50
7.50
7,50
6
6,30
7-
7,50
7.50
7,50
7,50
6.30
7,50
7,50
7,50
7,50
11,30
1,30
2
2,-
2-
2-
2.—
2-
2-
2.—
2,-
2-
2.—
Stoomboot-
FTERDAM
llaatsen.
otterdam
8,
9,
9,30
9.30
9.30
9,30
9,30
9,30
9 30
9,30
9,30
9,30
3,25 d)
3,55
1,55
1,15
p,25 d)
1,45
VERSCHIJNT
elken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
Prijs per drie maande» franco p. pf 0,95.
Enkele nummers0,026,
UITGAVE VAN
G. M. KLEMKERK, te Goes
en
PRIJS DER ADVERTENTIËN
van 1 5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent'.
Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
Middelburg, ook voor St. Laurens
18, 19, 20, 21, 25, 26, 27 en 28 Januari,
1, 2,3, 4, '8, 9,10,11,15, 16, 17,18,22,
23, 24 en 26 Februari, 1, 2, 3, 4, 9, 10 en
11 Maart.
Alle betalingen dit
blad betreffende gelie
ve tnen te doen voor Walche
ren uitgezenderd Vlissingen bij den
heer F. P. D'HUIJ te Middelburg.
Alles buiten Walcheren bij den heer
C. ORANJE Lz, te Goes.
De Administratie.
In een vorig no. wezen wij er op dat
de verhouding tusschen de aangeslagen
kiezers en de aangiftekiezers in onze pro
vincie zoo bedroevend is.
Van de 23 kiezers in Zeeland zij n er 22
wegens belasting, das zonder aangifte aan
geslagen en slechts 1 kiezer door aangifte,
hetzij wegens loon of pensioen of spaar
bankboekje, hetzij wegens wo ninghuur, be
taalde belasting elders of examen.
Die verhouding is alleen in N. Brabant
iets slechter.
In de Noordelijke provinciën is zij echter
beter; nog beter in de Middelste provin
ciën in Overijsel en Utrecht het best.
Maar in die beide laatstgenoemde pro
vinciën is dan ook een vrij krachtig
politiek leven.
Denkt bijv. aan Brenkelen en Enschedé.
Nemen wij de kaart van Nederland en
wij snijden die langs een breedtegraad
in drie stukken, dan heeft men 3 ver
schillende stukken ieder met een eigen
graad van belangstelling voor de aangifte.
Het eerste stnk omvat Noord-Holland,
Friesland, Groningen en Drente, met een
klein verhondingscijfer; het tweede stuk
omvat Zuid-Holland, Utrecht, Gelderland
en Overijsel met een goed cijferhet derde
stuk omvat Zeeland, Noord-Brabant en
Limbnrg met een zeer klein cijfer.
In 't Noorden heeft 1 procent der geen-
belasting-betalende-bevolking kiesrecht.
In 't Midden stijgt dit cijfer tot lVs
en 2'/s.
FEUILLETON.
'eskens hoog
De 14e Januari dezes jaars is een dag,
die door geen onzer Christel ijke bladen
onopgemerkt voorbijgegaan mag worden
't is de dag, waarop vóór 100 jaar de
man geboren werd, wiens naam hierboven
staat.
„Door geen onzer Christelijke bladen",
zegt wellicht een onzer lezers, „dit woord
kan hier wel wegblijven, Da Costa ver
dient, dat gansch ons volk, Christelijk of
onchristelijk, hem in waarde houde." Zon
der twijfel 1 en wij zijn er dan ook vast
van overtuigd, dat alom in den lande
zijner zal gedacht worden, ook door de
anti-poden van die gemeente, waartoe hij
't zich de hoogste eere rekende te be-
hooren. Als kunstenaar erkent thans ons
gansche volk den „Israëliet, die zijn
Messias vond" hoe jammer, dat hij reeds
bijna acht- en dertig jaar sluimert in de
Nienwe Kerk onzer hoofdstad, hadde hij
thans geleefd.... Ik wil niet voortgaan,
men vergeve 't mij, dat ik altijd, als ik
Bilderdijk of Da Costa als dichter, Groen
als geschiedkenner hoor verheerlijken door
geestelijke zonen hunner bitterste tegen
standers, denk aan de oprichters en ver
sierders van de graven der Profeten
Da Costa, wat ook zijn algemeene ver
dienste zij jegens onze moedertaal en daar
door jegens ons volk, jegens de kunst,
jegens de geschiedenis, Da Costa behoort
eerst en meest aan 't Christelijk deel van
ons volk, d. w. z. aan hen, die den
Naam des Gekruisigden als dien huns
Konings eeren.
In 't Zuiden bedraagt het cijfer slechts
V» procent.
Ter verduidelijking geven wij het vol
gende staatje
Kiezers op 100 inwoners.
aantal
belast
aang.
verh.
Noord-Brabant
12.1
11.6
0.5
23
1
Gelderland
13.4
12.
1.4
9
1
Zuid-Holland
9.7
1.1
1.6
5
1
Noord-Holland
10.5
9.5
1.0
9
1
Zeeland
14.0
13.4
0.6
22
1
Utrecht
12.3
9.7
2.6
4
1
Friesland
12.8
11.9
2.4
5
.- 1
Overijsel
14.3
11.9
2.4
5
1
Groningen
12.9
11.8
1.1
11
1
Drenthe
12.4
11.1
1.3
8
1
Limburg
11.3
10.8
0.5
22
1
Het Rijk
11.7
10.4
1.3
8
1
Onze Kiesvereenigingen in Zeeland moe
ten daarom aan 't werken onze vrienden
op plaatsen waar geen kiesvereenigingen
zijn, meeten ook aan 't werk.
Het verhondingscijfer voor wat onze
provincie betreft, moeten ook verbeterd.
Er zijn plaatsen waar ten vo-igen jare,
spijt onze herhaalde aanmaning, onzerzijds
niets gedaan is.
Yan een invloedrijk geestverwmt op een
onzer eens zoo beste dorpen in t district
Goes, een man dien men vroeger in di voorrte
gelederen vinden kon, een vooruitstrevend
man, dien men in de campagne van'14 strij
dende zag tegen 't conservatisme van ille ga
ding uitalle macht,ontvingen wij ten vrrigen
jare bericht dat slechts een enkele kiezer zich
had aangegeven en dat hij er nieti aan
gedaan had, want dat 't al wel zoo wis en
er al kiezers genoeg waren.
Wij hebben hiertegen aangemerkt da1; er
nog geen kiezers genoeg zullen zijn, zoo
lang er nog een die 't volgens de wet le-
hoort te wezen, zal worden overgeslagm
of buitengesloten.
En er toe mede te werken dat de we;
stiptelijk worde uitgevoerd en 't bij de wel
verleende kiesrecht ook werkelijk verleend
wordt, dat is antirevolutionair, dat is voor
uitstrevend in goeden zin.
Mogen al onze geestverwanten dit willen
gelooven en er naar handelen
Als zoodanig moeten wij hem ook een
woord der [gedachtenis en der hulde
wijden in dit ons blad. Wij moeten daar
toe allereerst de hoofdtrekken van zijn
leven verhalen. Als wij ons hiertoe
zetten, ontveinzen wij 't ons niet, hoe
moeilijk deze taak is. Niet om 't weinige
maar om 't vele, dat door en voor Da
Costa geschreven is. Vooreerst komt de
vraag in ons opis 't wel noodig. dat
vele ^og te vermeerderen Wij zouden
hierop antwoorden „neenzoo 't een
schrijven gold in boek- of brochurevorm,
bestemd voor 't gansche lezend publiek,
doch we willen schrijven voor de lezers
van ons blad en wij zijn er bij ervaring
van overtuigd, dat zeer velen onder hen
Da Costa al even weinig kennen, als één
der andere groote mannen uit deze eeuw.
Ons volk is in 't algemeen bedroevend
weinig op de hoogte van 't leven en
werken zijner leidslieden. Mogen wij op
berichten van sommigen, die lang in 't
buitenland vertoefden, ingaan, dan zijn
andere volken ons hierin een beschamend
voorbeeld.
Een tweede vraag is: wat zullen wij
uit dat rijke leven verhalen? Wij willen
slechts enkele grepen doen.
Da Costa was gesproten uit een Portu-
geesch-Joodsch geslacht. Gelijk zooveel
anderen hadden ook zijn voorvaderen voor
de vervolgingen der inquisitie moeten wij
ken en zich in Amsterdam neergezet. Weleer
van hoog aanzien en misschien groot ver
mogen waren zij op den duur minder voor
spoedig geweest. Weinig was de roem
van 't geslacht gerezen door den raadsel-
achtigen wijsgeer Uriël da Costa, die in
't begin der 17e eeuw leefde. Eerst christen,
Yooral dient er de aandacht op gevestigd
dat men, door het kiesrecht aan te vragen,
niet daarom in de belasting zal worden
aangeslagen.
Daarvoor behoeft geen vrees te bestaan
Die zich aangeeft als loonkiezer of woon-
kiezer, wordt niet daarom in de belasting
aangeslagen. Het eene heeft toch met het
ander niets te maken.
Wij herhalen dat men zich niet behoeft
aan te geven, wanneer men reeds belasting
betaalt tot 't bedrag als de wet aangeeft
en dat de Hoofdelijke omslag (inkomsten
belasting) over 1897 kiesrecht geeft voor
den gemeenteraad.
Laten ook alle kiesgerechtigden op tijd
de voorloopige kiezerslijsten nazien of hun
namen er wel op voorkomen.
Uitgesloten zijn: onherroepelijk van het
kiesrecht onthevenen, bedeelden (ook van
medicijnen), gevangenen, onder curateele
staanden en in staat van faillissement ver
keerenden.
Terwijl tijdelijk zijn uitgeslotenmili
tairen beneden den rang van sergeanten
men lette er echter op dat ook korporaals
en soldaten kiezer kunnen zijn, voor hun
belasting of de huurwaarde hunner woning.
En nu nog de vraag hoe groot in Zeeland
de huurprijs moet zijn die tot 't kies
recht leidt.
Antwoord, de huurprijs moet bedragen
f 1,75 te Vlissingen.
f 1 50 te Middelburg,
f 1,25 te O. en W. Souburg, en te
Koudekerke (Zandt),
f 1,te Neuzen (kom), Axel (kom),
Hulst en Sas van Gent, benevens
in alle gemeenten op Znid- en
Noord-Beveland, Schouwen en Dui
velend, Tholen, Sint Philipsland
en Walcheren (Op Walcheren na
tuurlijk de bovengenoemde uit
gezonderd).
f0,80 in de overige gemeenten in
Zeeuwsch Vlaanderen O. D. en
W. D.
En het loon
Het minimum inkomen bedraagt per jaar
voor iemand te
Vlissingen f450. Vrije kost wordt be
rekend tegen f87,50 'sjaars. Vrije kost
lan Jood geworden, doolde hij af tot een
loud sadduceïsme en een nog kouder deïsme,
ei keerde eindelijk, door christen en jood
bdden bestreden en uitgeworpen, in den
scioot der synagoge weder. Daar tot de
stnnge boetedoening der 39 slagen (veertig
mii. één") verwezen, leed bij dien smaad,
doei dit verbitterde zoodanig zijn gemoed,
dat hij na in een keurig geschreven zelf-
verdidiging van 't leven te hebben af-
scheil genomen, door een pistoolschot een
einde maakte aan zijn| leven.
Dez» treurige geschiedenis Isaac da
Costa noemt ze niet. ten onrechta een
„toonbeeld" voor den van God afd walen
den mensch mag wel eenigen indruk
gemaakt hebben op 't jengdig kuaapje, dat,
14 Janu&ri 1798 te Amsterdam geboren,
reeds zeer vroeg den indruk gaf, dat uit
hem een merkwaardig man zou groeien.
Zijn kinlerjaren wij ontleenen hier
en in 't verrolg een en ander aan 't schoone
werk van Ir. Byvanck, „De jeugd van
Isaac da Coffa (17981825) I en II" uit
gegeven bij 8. C. van Doesburgh te Leiden
zijn kinderjaren waren niet rijk aan
afwisseling of genot. Zijn vader was een
driftig, doch meestal in zichzelf gekeerd
man; zijn moeder, een nevel trok reeds
vroeg over haar geestvermogens, die haar
ten slotte geheel ongevoelig maakte voor
al wat haar omringde. Slechts weinigen
bezochten hun huis. Abraham Capodose,
later Da Costa's vriend bij uitnemendheid,
kwam als neef wel menigmaal bij hem,
doch een familievete hield hun harten
min of meer voor elkaar gesloten, tot de
liefde van Christus ze beiden vervulde.
Reeds zeer vroeg had Da Costa de oude
talen onder de knie en leverde, hg dicht.
en inwoning tegen f300 's jaars.
Middelburg f400, Vrije kost wordt bere'
kendtegen f75.Vrije kosten inwoningf 275»
Koudekerke ('f Zandt) en O. en W. Sou
burg f 350. Vrijs kost wordt berekend tegen
f 62,50vrije kost en inwoning tegen f250
's jaars.
Goes, Ierseke, Brigdamme, Neuzen (kom)
en Zierilczee f325. Vrije kost wordt be
rekend tegen f50. Vrije kosten inwoning
tegen f 225 's jaars.
Ooerige gemeenten op de eilanden f 300.
Vrije kost wordt berekend tegen f37,50
's jaars. Vrije kost en inwoning tegen f 200
's jaars.
Axel (overig deel), Neuzen (overig deel)
en alle andere gemeenten in Zeeuwsch
Vlaanderen f275. Vrije kost f25. Vrije
kost en inwoning f175 's jaars.
Dit alles behoeft nu geen vast inkomen
te zijn. Men rekene slechts uit of men
in de laatste dertien maanden een inkomen
tegen 't genoemde bedrag 'sjaars genoten
heeft. Of ook of men aan verschillende
beloeningen zooveel verdiend heeft dat
men aan 't door de kieswet geëischte be
drag gekome is.
In de aangiftebiljetten, ter secretarie te
bekomen, kan men dat invullen.
Over Da Costa hebben ook velen die
niet tot zijn geestverwanten behooren veel
schoons gezegd, daarmede niet het minst
ook zich zelf eerende. Wij noemen onder
hen Jonckbloet, Stellwagen, Sohaepman,
Ten Brink, Allard Pierson.
Wat deze laatste in zijn Intimis (1865)
over hem schrijft, nemen wij hier over.
Het is zoo schoon, schoon voor den getee-
kende, maar voorden teekenaar niet minder.
„Weinigen hebben u gekend het was
hun schuld nietmaar mjj want uw
nederige liefde zag geen onderscheid van
jaren, maar mij, met u opgesloten, uren,
uren lang, in het schemerend studeerver
trek, waar weldra niets meer zichtbaar
was dan Bilderdijks hagelwitte buste, mij
was uw stem, donderend beurtelings en
ruischend als een zachte koelte, in de
jonge ziele gedrongen. En dagelijks zag ik
u nog uit de verte, gelijk ik u zoo me-
nigwerven had gevonden, eerst suffend,
stukjes in de taal van Latium.
Doch ook in zijn moedertaal leverde hij
enkele proeven zijner poëtische gaven.
Een dezer kwam onder de oogen van Bil
derdijk, die destijds in armelijke omstandig
heden te Amsterdam verblijf hield („De
naneef, blozend moog hij 't lezen 1" schreef
Da Costa later, zijns meesters ellende ge
denkend). Bilderdijk bespeurde daarin een
vonk van genie en voelde zich tot den,
toen 15-jarigen jongeling, aangetrokken.
Een kennismaking was 't gevolg en spoedig
was tusschen den grijzen dichter, den een
zamen worstelaar, en den jeugdigen zoon
van Israel een band gelegd, dien de dood
niet zou vermogen te breken, geheiligd
als hij straks werd door de liefde van
Christus, een band, waarvoor ons volk den
Heere danken mag.
Door bewerking van Prof. Tijdeman
(H. W. Tijdeman, evenals zijn vader
Meinard T. een der weinigen, die, tijdens
zijn leven „aan Bilderdijk eenigszinsdoor
hunne liefde hebben vergoed, wat hij
d.oor miskenning van andere kanten te
lijden had". HasebroekDichteralbum)
werd aan Bilderdijk de voorbereiding van
Da Costa tot de academische studiën op
gedragen, een taak, waarvan hij zich
kweet op een wijze, die den leerling
recht gaf tot een dankbare vereering, die
niet zweeg eer de dood zijn lippen sloot,
al kostte 't voipral in den eersten tijd van
Da Costa's openbaar levsn, smaad en mis
kenning, de banier van Teisterbant te
voeren en toch een vereering, die nooit
te kort deed aan zijn eigen regel: „Zij
menschvergoding afgezworen
Misschien was 't minder de materieele
inhoud, dan de geest en de vorm van
afgetrokken, de knieën om den open haard
in uw gitzwart oog geen licht, uw voor
hoofd enkel rimpel, somber-diep de trek,
die de gespannen neusgaten aan het uit
einde der fijne lippen verbond een drei
gende onweerswolk gelijk.
Maar ik vreesde niet, ik wachtte
De wolk brak
Zijn eerste woorden vielen als valsche
druppelen, en zijn oog begon te tintelen,
en zijn voorhoofd ontplooide zich, en om
zijn lippen „alsof ons die hemelsche
glimlach niet heugde" welk een aan
nemende zachtheid.
Hij sprak. Zoo kon niemand spre
ken. De onderwerpen vermenigvuldigden
zich. De gansche studeerkamer werd zijn
tribune, waarop bij zich heen en weder
bewoog, met verheven plastiek, met harts
tochtelijke snelheid, straks plotseling stil
staand, altijd doorredeneerend, neen, im
proviseerend, profeteerend over letterkunde
en poëzie, bijbel en openbaring, geschie
denis en wijsbegeerte; tot hij, met forschen
greep, zijn rechterhand op mijn schouder
legde en mij toesprak: heb ik u nog niet gewon
nen voor mijn Bilderdijk, voor mijn Bijbel,
voor mijn Heiland, voor mijn God?
't Is de geheimzinnige macht der ge
dachte, die mij uit uwe armen scheurde,
Da Costa, o mijn Meester, o mijn vader!
wiens discipel ik niet ben, wiens kind ik
niet ben, maar wien ik met den eerbied
van een discipel en met de liefde van een
kind altijd gedenke
Wij drukten onzen spijt er over uit dat
tegen de beslissing der vergadering van den
Bond van Nederl. Onderwijzers in zake de
kroningsfeesten niet door mannen van de
openbare school is geprotesteerd,
Het doet ons genoegen dat zulks wel
degelijk geschied is, en wel o. a. door Het
Nieuwe Schoolblad.
Ook herinnert datzelfde blad ons dat op
31 Dec. jl. in een vergadering van hoof
den van openbare scholen tegen de woor
den die te Arnhem gesproken zijn, is ge
protesteerd.
Overigens blijft ons betoog op alle an
dere punten volkomen juist. De feiten
bevestigen het de openbare school, niet
de hoofden, niet nog de onderwijzers
zelfs, maar de geest, die daar heerscht zal
Bilderdijks onderwijs, die voor Da Costa's
lerensrichting van beslissenden inrloed
waren een onderwijs, dat, volgens Bilder
dijk zelf, hortend en stootend gegeven
werd en waarbij de leerling den meester
meer dan eens te hulp moest komen, daar
hij vaak den draad der redeneering, half
op gang, varen liet en vergat, hoe hij
begonnen was. Dat dit niet louter een dier
zonderlinge zelfbeschuldigingen ^is, waar
mee Bilderdijk zoo kwistig is, zal ieder
toegeven, die de briefwisseling van den
grooten man kent. Maar voor een geest
als dien van Da Costa kon geen onderwijs
gewenschter zijn. Hem behoefde een Bil
derdijk slechts een vingerwijzing te geven
in welke richting hij te zoeken, op wel
ken akker hij te graven had. Zelf zou
hij vinden, zelf 't gouderts verzamelen,
zuiveren en smeden.
Te Leiden, in de rechten studeerende,
ontmoette hij daar wederom Capadose, die
de medicijnen beoefende en sloot innige
vriendschap met Willem van Hogendorp,
den fleren zoon van Gijsbrecht Karei, die
wegens zijn weigering, om als Garde d'hon-
neur in keizerlijken dienst te treden, een
korte gevangenschap had ondergaan.
Doch, wat nog meer van beteekenis was,
Bilderdijk zelf zette zich, nadat hem de
hoop op een professoraat aan 't Athenaeum
benomen was, mede te Leiden neder en
natuurlijk bleef hij op zijn discipel den
grootsten invloed uitoefenen.
't Academieleven eindigde met 't jaar
1818. De twintigjarige zette zich als-
advocaat te Amsterdam neder. Als zooda
nig heeft hij weinig lauweren behaald. Da
Costa stond voor 't behandelen van alle
daagsche zaken doorgaans te hoog. Dit