verkoi verkoi CORNELIA eenige Loo| Dinsdag 14 Dece Uit de Tweede Kamer. te Koe een prachtige S Heden behaag< van leven en dc durig lijden van te nemen, onze en behuwdmoed^ Wed.| in den ouderdoij en 8 maanden. A. Krabbendijlte, 29, De kerlieraad der gemeente alhier beriJ algemeene Collecte te' men zal gehouden wo den 6 dezer van Hij neemt bij deze aan zyne zorg toevert te bevelen en hoopt i in staat gesteld te woi te kunnen ondersteun Middelburg3 Dec. Namens gene J. L. BLEEK! C. A. H. BILL) H. U. E. VAN De Deurwaarder H(! op Maandag 6 I) des voormiddags om 1 berg van Jacs. Almi M. Bek te Heinkenszat EENl iFBR alsPlanken, Rech men, Kozijnen, Tr Stoepen en Dorpel Porceleinen Kach b e n e v De Notaris Mr. LIE| Maandag 6 l)e< des middags te 12 uurl herberg bij KOLPAA1 in perced staande in den Engelsd 4en weg, nabij wachtpc Inlichtingen te bekol HARISON in den Eng De Deurwaarder HOI zal op des namiddags om 1 uu de Wed. M. RIJK te van Johs. Leendert te Wemeldinge, VERKOOl 4 WeikpJ koeien, er bouwgere 't adres blijkt toch dat Hedel als een best man ontslagen is en een zorgvryen ouder dom waard was; daarom eu daartoe ont vangt hij f 200die gronden bestaan nog en nu zegt 't Gasthuisbestuur zij bestaan niet meer, eu houdt het pensioen in. Hoe moet dit dan De voorzitter protesteert tegen de mee ning als zou in 't advies 't element van recht ontbreken. Hier is sprake van be voegdheid, die strekt niet zoo ver om een onderzoek te kunnen gelasten. De heer Coenen is 't met B. en W. eens maar hij protesteert er krachtig tegen dat een college een ambtenaar van zoo goede qualit.eiten als uit de stukken blijkt op dergelijke wijze behandelt. De heer Dicke herhaalt dat door 't voor stel van B. en W. aan te nemen, de Raad zich onbevoegd verklaart om zich in de zaak te mengen en dan voor goed uit maakt dat 't Gasthuisbestuur onaf hankelijk is van den Raad. Overigens zegt de Wet van '53 dat 't Gasthuis een gemeente-instelling is, die onder controle der gemeente haar werk zaamheden regelt. De Voorzitter betwist ditde wet van '53 legt dezen besturen wel de reken- plichtigheid op, niet de verantwoordelijk heid voor de wyzsn van behandelen der be ambten. De heer Temperman stemt in met den heer Coenen; maar ook hij acht onder zoek wenschelyk, daarom zou hij wen- schen dat de Raad 't Gasthuisbestuur in overweging geeft deze quaestie toe te lichten. In ieder geval staan in 't eene stuk wel en in 't andere niet de woorden „tot wederopzegging", en dit is al vast een fout in de administratie. De heer v. d. Peijl heeft Hedel bij zich gehad en de stukken bestudeerd en heeft ook een lid van 't Gasthuisbestuur geïn terpelleerd doch hij bekwam den in druk dat een van beiden iets verbergt van de werkelijkheid. Kan de finan- ciëele commissie niet andermaal met 't Gasthuisbeituur confereeren om de zaak te bespreken Op een desbetreffende vraag van den voorzitter verklaart de heer Ochtman namens de iinanciëele commissie dat deze er geen lust in heeft. Het voorstel de Jonge wordt alsnu aangenomen met 9 tegen 2 stemmen die van de heeren Quist en Ramondt, waar door het voorstel van B. en W. vervalt. A. Dronkers vraagt zijn pensioen, groot f 100, eenigszins te verhoogen, wijl bij zijn eervol ontslag de mondelinge overeenkomst met B. en W. was dat hij mede ook vrije woning zou genietendoch dat hij au WUUlIlg ion go...w. aan den tegen woordigen titularis kostgeld moet betalen terwijl hij ook in staat en bereid is den Sasmeester en Sasknecht, waar noodig in hunne functie te helpen. B. en W. stellen voor afwijzend te be schikken daar 't niet onbillijk is dateenig kostgeld worde betaald, doch daarom nog geen termen aanwezig zijn om zijn pensi oen te verhoogen. De heer v. d. Peijl zegt dat er goede rede nen zijn om te beweren dat f 101) niet veel is voor iemand die 40 jaar zijn beste krachten aan de gemeente wijdde. Dat de man vrye woning heeft is een wassen neus hij heeft die nietdie is voor den Sasknecht, maar hij mag me', goedkeuring van zijn zoon er in wonen. Maar aangenomen dat 'tzijn vrije woning is dan kan hij van zijn f 100, na aftrek van f 50 kostgeld niet veel over houden, en 't is te begrypen dat die kin deren hun vader niet kunnen houden voor f50. De man kan ook ziek worden. Daar- by fungeert hy als helper, zoodat hy zyn krachten nog aan de gemeente wijdt. De voorzitter constateert dat de vader de vrye woning heeft en dat by door hem persoonlijk ingesteld onderzoek gebleken is dat de zoon voor f 50 den vader in de kost houden wil en de vader nog f 50 over heeft om af en toe eens naar Rotter dam te gaan naar zyn kinderen. De heer v. d. Peijl handhaaft zyn mee ning en vraagt als de zoon sterft, waar moet de vader dan heen Immers dan zal de opvolger hem wel niet willen houden en ook de vrye woning opeischen. Boven dien kunnen wij door Dronkers een assistent van f300 uitsparen en daarom stelt Spr. voor 't pensioen met f 100 te verhoogen. De heer Coenen vindt dat van vrye woning betrekkelyk weinig sprake is. Die woning bestaat uit een kamer, bewoond door den ouden man met kinderen en 6 of 7 kleinkinderen. Niet zonder reden dat hy er wel eens uit wil, en dan zal er van zyn flOO niet veel overblijven. De heer Ramondt is tegen 't voorstel wijl indertyd de zaak in overleg met Dronkers zelve geregeld is en deze hem persoonlyk zyne tevredenheid is wezen betuigen. De heer v. d. Peijl geeft daar niets voor. Als een hongerlyder van hem een boter ham krygt, dankt hy ook, maar in zyn hart zegt hy, hy had my eigenlyk een brood moeten geven. Zoo was Dronkers bly dat hij een aalmoes kreeg. Hy was niet wijzer. Nadermaal 't een treurige toe stand is in dit gezin, acht Spr. dat 't zoo niet langer kan. De heer Jemperman steunt 't voorstel, met 't oog op de groote diensten door Dronkers aan 't oude Sas bewezen, dat zonder zijn zorgvuldige behandeling, reeds veel vroeger krakende zon zyn geworden, hy heeft de gemeente groote kosten gespaard. Het voorstel v. d. Peyl wordt met 8 tegen 3 stemmen aangenomen. Tegen de heeren Quist, Ramondt en Ochtman. H. Nieveen te De Lemmer zond bij den Raad een adres in, waarin hij meldde voornemens te zlju de communicatie tus- schen Zeenwsch-Vlaanderen en Zaid-Beve- land aanzienlijk te verbeteren door een stoombootdienst in kjt leven te roepe op Hoedekenskerke en van daar over s Gra venpolder en Goes naar t Catscbe eer een stoomtramweg wil aanleggen en nu verzoekt hij voor dien aanleg concessie over zoodanige openbare wegen als binnen de grenzen der gemeente liggen of hij haar in onderhoud of beheer zyn. Hy ver bindt zich in verband met de voorloopige werkzaamheden, terreinopnemingen, subsi die aanvragen enz. binnen 8 maanden na een te nemen beslissing meer uitvoerige voorstellen in te dienen en vraagt den krachtigen zedelijken steun van den Raad. In een 2e adres vraagt hy zekerheid omtrent de voorkeur die aan zyn aan vraag zou kunnen gegeven worden; en dus gedurende dien tijd van 8 maanden, of zooveel langer als den raad zal goed dunken zyn aanvrage de voorkeur zal genieten boven eventueel andere aanvragen Een er ander met 'toog op door adres sant te maken groote kosten bij voorloo pige onderzoekingen. B. en W. adviseeren den Raad om aan adressant mee te deelen dat de Raad zyn sympathie betuigt met zyn plan, In^ar dat de beslissing in dezen berust by Gede puteerde Staten. Alzoo besloten. M. Buitendijk vraagt om de lichtope ningen door hem geplaatst in perceel E 211e op den 's Heer Hendrikskinderendy k in den Oostzygevel te mogen behouden tot wederopzegging. B. en W. herinneren dat bedoelde openingen uitzicht geven op gemeente grond die misschien nog eens als bouw terrein zou kunnen worden uitgegeven Wordt de vergunning dus gegeven dan zou de gemeente na 30 jaren het recht hebben v erloren haar toegekend by het Burgerlyk Wetboek om te beletten dat een gebouw uitzicht heeft op een naburig erf, hetgeen een bezwaar zou zijn voor een eventueelen kooper of erfpachter van den grond. B. en W. adviseeren daarom de vergunning slechts tot wederopzegging te verleenen tegen een jaarlijksche recognitie als bewijs van 't blijven voortbestaan dei- rechten van de gemeente bijvoorbeeld 25 cents. De heer Dicke zegt dat dit onvoldoende is, er moet uitdrukkelyk in 't contract staan dat 't hier niet geldt erfdienstbaarheid maar een persoonlijke vergunning. In dien geest wordt besloten. Ingekomen is een verzoek van W*. P. C. E. Muller te Ierseke om verlaging van zyn aanslag in het Kohier van Schoolgel den ean de H. B. S. Adressant, vroeger leerling in de Je klasse, is thans toehoorder in de 4e voor de 3 talen, velgens advies van den heer directeur, zoodat B. en W. voorstellen zijn aanslag te brengen op f 21 zijnde f7 voor 2 uren in ieder leervak. J. v. Hove, die volgens raadsbesluit van 20 Juli 189o zyn zoon kosteloos op de H. B. S. heeft, en thans abusievelijk is aangeslagen, wordt op zyn verzoek, overeenkomstig 't kohier af gevoerd. Ook 't voorstel in zake Muller wordt aangenomen. A. Geensen reclameert tegen zijn aan stelling als spuitgast dewijl hij bijna al- tyd reizende en zelden thuis is. B. en W. stellen voor aan adressant kennis te geven dat zijn reclama had moeten worden ingediend vóór 15 Oct. 1897 by B. en W. Maar dat afgedacht daarvan hij toch spuitplichtigblijft, dewijl hij niet valt onder de vrijstellingen ge noemd in art. 16 der Verordening. De he«r v. d. Peijl zegt dat adressant reizend koopman is; de brandweer heeft van dergelyke menschen veel last. Is 't niet mogelijk om dezulken op een aparte lijst te doen plaatsen; zou voorkomt men 't beboeten van onschuldigen die niet vol doende hun alibi konden bewijzen. De voorzitter zegt dat dit niet kan, met 't oog op de verordening doch geeft den heer v. d. Peijl in overweging een wijziging in te dienen op de verordening en de categorieën van vrijstelling uit te breiden. Geense's verzoek wordt afgewezen. Komt ter tafel een voorstel tot 't toe kennen eener gratificatie aan de agenten van politie. Den 15 Aug. was de agent Mo^ns eervol ontslagen en zyn opvolger Dootjes trad eerst 15 Sept. daaraanvolgende in dienst. In de vacature werd door de overige agenten tijdelijk voorzien, 't Hoofd der politie ad viseert derhalve de graficatie onder deze agenten te verdeelen tot een bedrag van f43,75 en dat te vinden uit artikel 2, afd. I, Hoofdst. V Uitgaven. Met algemeene stemmen goedgevonden. Voorstel verkoop boomen. B. en W. zeggen ongeveerIn verband met onze belofte gedaan bij 't voorstel tot het aangaan eener geldleening, hebben wij nauwkeurig nagegaan welke boomen in 't belang der gemeente zouden moeten worden gerooid en stellen voor nog dit jaar ter rooiing te verkoopen 30 zachte olmen Oost Singel. 4 populieren Oostwal. 35 harde olmen West wal. 15 Canada's 'sHeerHendrikskindereudijk. 38 zachte olmen bij Struikelblok. 23 populieren Poel weg. 42 populiertn 2e Parallelweg, simenter waarde van f 1800 in afwachting van nadere voorstellen omtrent aanplant nieuwe boomen en bestemming van de overblijvende, tot een bedrag als de uitslag van den verkoop bekend is. De heer v. d. Peijl zou niet gaarne alle boomen aan den Westwal gerooid zien. 1 Daardoor wordt de stad op die zij te veel blootgesteld aan den wind, terwijl ook alleen do boomen aan den waterkant ziek of ten einde groei zijn. De voorzitter zal onderzoeken en B. en W. word. n gemachtigd naar bevind van zaken te handelen. De rooiing der overige boomen wordt met algemeene stemmen toegestaan, nadat op voorstel van den heer de Jonge nog 63 boomen aan den Geldeloozen Weg die voor geen cent waarde meer aangroeien, voor de slachtbank zyn aangewezen. De voorzitter sloot hierop de vergadering. Bij beschikking van den minister van binnenlandsche zaken is aan dr. R. U. Reinders, op zyn verzoek, eervol ontslag verleend als assistent aan het rijksland bouwproefstation te Goes. De heer Hintzen, lid der Tweede Kamer, is door den raad van Rotterdam gisteren met algemeene stemmen min 3 in blanco benoemd tot wethouder. Bij Kon. besl. is belast met de waar neming van de betrekking van Rijksad vocaat in Zeeland, mr. M. J. de Witt Hamer, advocaat en procureur te Middelburg Bij beschikking van den minister van marine wordt aan den binnenloods ter standplaats Vlissingen C. Kamermans, cp zijn verzoek, met ingang van 1 Januari a.s., eervol ontslag verleend uit den loods- dienst, en met dien datum benoemd tot binnenloods de hulpbinnenloods 0. P. van Gelder, die aangewezen is om met 1 Mei 1898 gedetacheerd te worden bij het Nederl. loodswezen te Antwerpen, ter ver vanging van den binnenloods J. P. de Groot De officier van gezondheid der 2e kl. G. M. van der Wal, gedetacheerd bij het militair hospitaal te Utrecht is, te re- keuen op heden, ingedeeld bij het 3e reg. inf. te Middelburg en de off. v. g. P. B. van Loo, van genoemd regiment overge plaatst van Middelburg bij het militair hospitaal te Amersfoort. Het detachement van het 2e bat., 3e reg. inf. te Terneuzen, onder bevel van den 2e-luit. W. J. van Hattem, wordt uit. Dec. afgelost door een detachement van het 4e bat., 3e reg. inf., onder bevel van den 2e-luit. J. C. Regenhardt. O De algemeene beraadslagingen bij de be handeling der Staatsbegraoting zijn be gonnen. Dat zijn in den regel belangrijke dagen. Die behandeling der Staatsbegrooting noemde Groen in eene zijner Parlemen taire Studiën „de jaarlijksche parlementaire inspectie". En dit is 't juiste woord. Bij die gelegenheid ioch houden de Kamerleden inspectie over 't Kabinet, over de partyen en over elkander, en worden op hun beurt, of zij 't willen of niet, of zij willen weten of niet, weder geïnspec teerd door hunne kiezers. Dan vloeien de stroomen van welspre kendheid, dan voelen de afgevaardigden elkander aan den politieken tand, en iaat de Volksvertegenwoordiging het Ministerie, voornamelijk als 't voor het eerst met haar kennis maakt, tusschen de spitsroeden doorgaan. Jammer dat ons de plaatsruimte ont breekt om, zij 'took maar bij vogelvulcht, een overzicht te geven van de belangrijke debatten die in de vier zittingen van deze week gevoerd werden. Nu moeten wij slechts aanstippen. Kostelijke debatten zyn toen gevoerd tusschen Wiutgers contra Van Loon en Messchert van Vollenhoven de beide laat- sten waren antirevolutionairen, waarvan de laatste toch weer verklaarde eigenlijk op zichzelf te staan. Eenzelfde schouwspel viel ook deze week weder waar te nemen, maar 't waren andere partijleiders en woordvoerders. Nu was 't De Boer die den aantal deed op de socialisten en gediend werd door Troelstra en Van der Zwaag, twee socialis ten waarvan ook de een Van der Zwaag verklaarde het met den ander lang niet in alles eens te zijn. Do Boer laakte 't in deze twee dat zy die met hem voor uitzetting van de grenzen der Staatsbemoeiing zijn, dit doen met voorbijzien van het ideaal der sooiale rechtvaardigheid. Na hem hield de heer Van Kempen, het antirevolutionaire lid voor Leiden aeu warm en welsprekend pleidooi Voor Zon dagsrust. Daarna trad de heer Kerdyk in het kryt, allereerst om zijn staatkundig stand punt toe te lichten hooghoudende vrijzin nige beginseien, de democratie beter tot haar recht doen komen, sociale misstanden wegnemen; vry handel, een en ander met eerbiediging van denpersoonlyken eigendom als grondslag voor eee zoo samengestelde sa menleving als de enze. Schoon vryzinnig evenals de regeering wenscht deze afgevaardigde te blii ven pleiten voor meerdere kiesrechtuitbreiding tot al gemeen kiesrecht is bereiktdaarom sym pathiseert hij slechts met die leden van 't kabinet die tegen deze toepassing der vrijzinnige beginselen niet ingaan. Leerplicht is hij sterk voor, maar dan moet er ook verplicht herhalingsonderwys by en niet eindigeu met 't 12de jaar. De heer Truyen, een der Roomsche af gevaardigden drong vooral op bezuiniging De eerste spreker was de heer De Boer, als radicaal gekozen Kamerlid voor Zaan dam, thans lid der democratisch liberale Kamerclub, wat een kleine afzakking schijnt; en een man van de tribune schreef deze week dat hy op sommige punten zelfs tot de conservatief liberale lijn van Van Houten bekeerd bleek. Hij begon met te zeggen dat wij de verkiezingen maar moeten laten rusten, want toen hebben alle partyen gezondigd, en dus dit Kabinet naar zyn oorsprong te vragen, daar hebben wij geen tijd voor. Ook wij vinden dit zeggen erg conser vatief en 't standpunt zoo onhistorisch en onlogisch mïgelijk; doch genoeg hiervan. Toch erkende deze spreker eerlijk dat bij deze verkiezing de valsche leus anti- clericaal is aangeheven en dat 't toen ge worden is Clericaal of anticlericaalmaar hiJ voud dat de schuld niet lag bij minis ter Van Houten. In zyn beschouwing over de financiëele scheiding vau Kerk en Staat was deze afgevaardigde weer zuiver radicaal, hij acht namelijk dat bij dit stadium van ontwikkeling onzer samenleving het zede lijk beginsel niet meer behoeft den mach tigen arm van den Staat. Voorts wierp hij den handschoen toe aan de socialistische partij. Als radicaal was hij daartoe het meest gerechtigd. Immers als partij die 't dichtst bij haar staat mag de radicale partij aan deze jongere zuster wel vragen wat kom je doen Die vraag klonk ook bij de behandeling der Staatsbegrooting van 1873 uit den mond van dbn conservatief Wintgens tot de antirevolutionaire partij, welker mee- rendeel toen voor 't eerst, sinds lange ja ren, uit de omarming der conservatieve party losgemaakt, meer zelfstandig opgetreden was. De heer de Savornin Lohman, het lid uit Goes, bracht een drietal nieuwe punten ter sprake. In de eerste plaats het plaatsen van ad- vertentiën van regearingswege. Dit ge schiedt in enkele bladen, terwijl andere bladen worden voorbijgegaan. Dit bezwaar is bij de jaarlijksche belangrijke uitbreiding van 'tgetal bladen, niet zoo gemakkelijk weg te nemen. Maar laat dan de regeering deze advertentiën in de Staatscourant doen opnemen dan kunnen alle bladen die des- verkiezende overnemen. In de tweede plaats kwam deze spreker op tegen de intrekking, van alle door 't overige kabinet ingediende wetsontwerpen. De regeering heeft gezegd dat dit zoo ge bruikelijk is doch 't is nog maar tweemaal geschiedin 1891 en '94. In '94 w.as 't na een Kamerontbinding, maar in '91 en ook nu was 't feitelijk de bestendigde Kamer met leden wier mandaat vernieuwd is door de kiezers of die voor'teerst gekozen werden. Een dergelyke methode vond ook by Buys in zijn tijd afkeuring. De spreker noemt er eenige utiliteitsgron- den bij. Een er van is dat zoodoende 't laatste jaar der vierjarige periode niets uitgevoerd wordt, dat Damocïeszwaard der intrekking verlamt of verhindert den wot- gevenden arbeid. Eindelijk sprak deze afgevaardigde zijne beginselbezwaren en persoonlyke bezwaren uit tegen de vereeniging van Kamerlid- on Ministerschap. Een dergelijk functio naris is een dwarskijker, de Kamerleden zyn in de sectiën niet vry om te spreken. En dan een minister kan aan een aandrang om inlichtingen van een collega weerstand bieden, doch wanneer deze collega tevens Kamerlid is, dan weet deze toch alles. De heer Lohman drong aan op Grond wetsherziening op dit speciale punt. De heer Troelstra, socialist, uit Tietjerk- steradeel, bantwoordde den heer De Boer. Eerst besprak hij den diep treurigen so cialen toestandhij nam daartoe alleen, uit vele, tot maatstaf de kieswet Van Hou ten. Van de werklieden der gemeeuterei- niging te Utrecht bleek slechts een zevende kiesgerechtigd. Hij herinnerde aan de veel te lage loo- nen van 365000 veldarbeiders een daggeld van 60 cent tot f 1 met wat aardappelland, en op vaste tijden werkloos. En dan de pachtboeren en middelklasse hebben een zwaren kamp. Gevolg van de toenemende macht van het groot kapitaal, de samentrekking van landbouw en industrie in handen van kapitalisten. Een hervorming op radicaal standpunt zal hier niet baten. Dat standpunt blijft zich immers ook niet gelijk. Erkenning van den persoonlijken eigendom en ontei gening menigmaal, gaan daar samen. De spreker verdedigde daartegenover het zijne en riep ten slotte alle vooruitstre- venden op, gelyk in België, om gezamen lijk de Bociaie belangen te dienen. De heer Van der Zwaag nam ook den heer De Boer „te pakken" en sloeg daarbij somwijlen aardige spijkers met koppen. Hij nam 't op voor 't volk dat niet ca pabel tot oordeelen, bij intuïtie 't wei eens beter ziet en bespreekt dan de geleerden eu tegenover den raai dat 't volk zuinig moet ieeren zijn, riep hij de regeering toe begin gij dan al vast de zuinigheid te betrachten; de uitgaven in overeenstemmig te brengen met da inkomsten. Met den Leer v. Kempen zich voor de Zondagsrust verklarende, pleitte hy ook voor verkorting van arbeidstijd voor de werklieden en sprak als zijne meening uit dat niet alleen onchristelijke maar ook christelijke patroons op dit punt weinig voor hunne knechts deden. Hoe deze spreker tegenover dit Kabinet staat Als tegeno ver ieder ander dat uit deze Kamer zou voortkomen een stel kortzichtige mannen, die vast zitten aan de bureaucra tie en liet kapitalisme dienen. Aan omke geling van dit ministerie denkt hy dus niet, al brengt hij 't zyn oorlogsverklaring. De heer Drucker, het democratisch libe rale lid voor Groningen, besprak de aan stelling van regeeringscommis8arissen, en sloot zich aan by den heer Lohman in zijn protest tegen de intrekking van wets voorstellen van 't oude Kabinet door 't nieuwe. De heer Van Dedem, brak een lans voer het tweemetalenstelsel (bimetallisme) als mid lel om te^ ontkomen aan de algemeene malaise. Hij bestreed den heer Troelstra op 't punt van de loonen der veldarbeiders. Na hem sprak de heer Staalman, antir. lid voor den Helder. Niet onaardig werd zyn rede door een der bladen „socialistisch met een tekst" genoemd. Hij bracht een eeresaluut aau V. d. Zwaag voor zyn optreden in 't be lang van den arme, en van de waarheid in de staatsstukken wijl de malaise groot is. Maar op 't punt van 't gezag dat niet uit de menschen maar uit God is, gaan Spreker en v. d. Zwaag principiëel uiteen. Overigens hoopt hij in den socialen «srijd nog dikwijls schouder aan schouder met hem te staan. Het schoone milieu leverde de rede van dr. Kuyper. Die door alle partijen geprezen, zaak rijke, welsprekende, de koe bij de horens vattende rede, is niet in een paar woorden weer te geven. Wij hopen er later uitvoeriger op terug te komen. Deze spreker steunde de klacht van den heer Lohman omtrent de advertentiesen de vereeniging van het Minister- en Ka merlidschap doch in zake de intrekking der wetsontwerpen der vorige ministers viel hy hem en mr. Drucker af. Hy achtte de gedragslijn der regeering op dit punt correct. Tot de algemeene politiek komend con stateerde hij dat de rede van den heer Kerdyk de levensvatbaarheid van het Ka binet heeft verhoogd. De democratisch li beralen hebben hun steun toegezegd. Spre ker zelf verkeert eohter in een andere stelling, die van oppositie. Hy wil wel samenwerken met de regeering maar op den weg van critiek die de moeder is van vruchtbaar overleg. Maar dan moet er ook een object zijn van critiek en dit heeft Spr. in de gewisselde stukken nog niet kunnen I vinden. Hij gaat daarom op kondschap uit en vraagt naar de homogeniteit der mi nisters op deze vier punten inhuldigings feesten financiën liberale concentratie sociale bewegingen hy richt zich hier tot den premier, die op deze vier punten de man zal zyn. lo. Zal de Koningin in '98 worden ge huldigd als Staatsdienares of als Koningin bij de gratie Gods De minister van justitie heeft het eerste verdedigd. Zijn de overige ministers 't daarmee eens 2o. Pierson de specialiteit in financiën is door Cort v. d. Linden als zoodanig steeds bestreden. Hoe wil de regeering de 10 miljoen vinden die wel noodig zyn zullen voor de sociale hervormingen en is zij hieromtrent gelijkdenkend 3o. Pierson is de man der liberale con centratie, om hem trekken alle saamstellende deelen der revolutionaire partij zich samen. Zyn hier behalve de oud- en nieuw-liberalen ook de radicalen en socialisten onder begre pen? Loopt de ly n vanUtrecht naar Enschedé (v. Karnebeek-v. Kol) 4o. Er is een oud- en een nieuw staat huishoudkundige school. Pierson en de Beaufort zijn voor de eerste; Borgesius en v. d. Linden voor de laatste. Hoe zal op dit punt worden gehandeld? Gelyk wy zeiden, op deze rede, 't glanspunt van het debat, hopen wy terug te komen. Wy moeten wegens plaatsgebrek onze aandacht onttrekken aan de speeches van meer dan een spreker. Wy noemen nog slechts die van den heer Harte, een talentvol Roomsch afge vaardigde, maar aan den conservatieven kant, welke rede ons tegengif sohijnt voor de rede van zijn niet minder talent vollen geestverwant van den meer radicalen kant, den heer Nolens uit Venlo, die op Staats- pensioneering had aangedrongen. De heer Harte waarschuwde de ministers om niet te radicaal te zyn, op straffe van den steun van hem en zyn politieke vrienden e moeten derven. De minister van financiën Pierson beeft de sprekers beantwoord. Hy betoogde dat de ministers 't practisch wel eens zyn. Inzake de inlmldigingsfeesten ligt het antwoord in de grondwet, de Kroon is 't hart van he' volk. Inzake kiesrecht wordt niet gedacht aan 't leggen van een anderen grondslag. Combineering van minister schap kamerlidmaatschap laat de .roudwet toe. De minister leverde voorts jen welwillende bestrijding van het gocialisme. Uit de replieken bleek dat de leiders der meest gepronnoe en Kerdyk zee' De minister had strijd ontweken en di zyn geestverwanten De heer Kuyper revolutionaire party nadruk. Op de woordenw en mr. Kerdyk nal beschuldiging dezes 1 partij den persoonl wille der ultramont en van eerstgenoemd verkiezingen hebben revolutionaire vryha even hard te be tionaire protectionist tionisten even hard liberale vrijhandelai zullen wij later AdjesK. SLIMMENJ Q 240a, Middelburg.

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1897 | | pagina 2