EEEKNÏËüWj
Ingezonden Stukken.
LEERPLICHT.
T
schip van schipper G. v. d. Klooster, van
Goes, met suikerbieten geladen, aan de
Zuid-Kraayert en bestemd voor Stampersgat,
aan den Oostdam omhoog gevaren. De
gezagvoerder eener sleepboot, daartoe uit-
genoodigd, vroeg maar even f 100 om 't
vaartuig or af te sleepen, welk aanbod
werd afgeslagen. De schipper heeft hierop
eenige lasten peeën over boord gèworpen
uit het achterschip, en alle meubels en wat
maar waarde had aan den wal gedragen,
wijl hij vreesde dat het schip verloren
zou zijn; maar gelukkig voor den schipper
(want 't schip was niet geassureerd), bleek
het schip niet lek te zijn toen het met
hoog water vlot kwam. Zondag is het
binnen geschut en ligt nu langs het ka
naal alhier.
Vlissingen. H. M. Kruiser Zeeland
heeft Zaterdag ongeveer anderhalf uur in
den doorgang der Tonnebrng gezeten, is
toen weer teruggetrokken, ten is gisteren
naar de tweede binnenhaven gesleept, na
eerst het water uit de tanks gepompt te
hebben, die zich in het achterschip be
vonden, waardoor het schip van achteren
ongeveer een voet lichtte, want het lag
van achteren dieper dan van voren.
Vlissingen. Heden Maandag morgen
is het es. Regentes van de stoomvaartmaat
schappij Zeelanddoor de mist acbterden
Oostdam aan den "grond gevaren. Passa
giers, post en bagage, zijn door de sleep-
booten John Butt en Amerika afgehaald
en ongeveer 7 uur hier aan de Ponton
aangebracht, zoodat de treinen veel later
zijn vertrokken. Wat voor Duitschland
bestemd was vertok met den facultatieven
trein van 7,47, en wat voor Holland be
stemd was met den gewonen sneltrein
van 6,55. Daarna is de Regentes zonder
hulp weder vlot, in de haven en onge
veer 8 uur aan den Ponton gekomen.
Gisteren is te Vlissingen gearre
steerd en naar het huis van bewaring te
Middelburg overgebracht de aldaar wonende
sjouwer, C. U., verdacht van diefstal ten
huize van een zijner familieleden te
Vlissingen.
Colijnsplaat. Het bietenvervoer is
in deze gemeente weder afgeloopen. In het
geheel zijn alhier gescheept ruim 9 mill.
K.G. Hiervan werden op de Eairbank aan
de dorpshaven gewogen ruim 5Va millioen
K.G., op die aan de haven te Glaajesnol
1.370000 K.G., met de kleine bascule be
droeg het gewicht 300000 K.G. aan de
haven alhier, terwijl te Colijnsplaat 150000
en te Glasjesnol 400000 K.G. werden inge
laden, die op suikergehalte gecontracteerd
waren. Het vorige jaar was het eindcijfer
12Vs millioen K.G.
Zaterdag 11. is te Bergen op Zoom
gearresteerd en naar het huis van bewaring
te Middelburg overgebracht, P. v. d. V
koopman te Hansweert, ter zake dat hij,
in eene voor het kantongerecht te Goes
afgelegde scheepsverklaring, eene valsche
verklaring onder eede heeft afgelegd.
Te Wijnandsrade (Limburg) jis
een werkman door een onbekend mans
persoon aangevallen en door 2 revolver
schoten zoodanig gewond dat hij bewuste
loos neerviel; de dader beroofde hem toen
van zijn geld, waarna hij aan den haal
ging. Vrijdag kreeg de heer Vrijdag
te Papendrecht met een speld in de
kiezen wroetende, deze in de keel. Door
veel koek te eten, en na dikwijls hevige
pijnen doorstaan te hebben mocht het hem
gelukken de speld op natuurlijke wijze
weder kwijt te raken. Zaterdagnacht
is te Dordrecht gezonken het aakschip
„De Jonge Andreas", bevaren door P. van
Vessem uit Drimmelen, vermoedelijk door
dat het achterschip in de klem geraakte
tnsschen een aak en de trappen van den
steiger der suikerfabriek, waar het vaartuig,
met beetwortelen geladen, eene ligplaats
had, waardoor het achterschip vol water
liep. De opvarenden, bestaande uit 4 per
sonen, sliepen in het vooronder de schip
per en zijn knecht hadden nog juist tijd
om aan den wal te komen, doch de gele
genheid ontbrak om de vrouw van den
schipper en het kind te redden, die jam
merlijk omkwamen. Te Nederweert
(Limburg) is een jongeling door drie slecht
befaamde gebroeders verraderlij k aangeval
len en met messteken zoodanig gewond dat
hij zou doodgebloed zijn indien hij niet
tijdig, schoon bewusteloos, was gevonden
geworden. De daders zijn in hechtenis.
Bij het sluiten van de kermis te Breda
schijnen de cadetten nog al opgespeeld te
hebbenalthans een hunner heeft een
levensgevaarlijken messteek opgeloopen.
Te Arnhem is een wisselwachter bij het
rangeeren aan de staatsspoorwegen door een
trein gedood. Te Veldhoven is een
werkman door een in volle vaart zijnde
stoomtram gedood.
De verjaardag van oom Paul!
Iemand uit Nijmegen, die het vorigjaar
als handwerksman naar den Transvaal
ging, geeft een beschrijving van een ver-
jaardags-receptie bij president Krüger, aan
welk schrijven de Nijm. Ct. het volgende
ontleent
„De verjaardag van oom Paul v lt op
10 October; daar echter de tiende dit jaar
op een Zondag viel en de Zondagsrust hier
streng gehandhaafd wordt (voor het ver-
koopen van één glas bier op Zondag vijf-
en-twintig pond f300 boete!) werd de ge
boortedag van oom Paul op Maandag ge
vierd. Niemand werkte, uitgezonderd een
enkele Engelschman. Zeer vroeg in den
morgen verkondigden de kanonnen dat de
feestdag was aangebroken. Van vele huizen
waaide de Zuid-Afrikaansche vierkleur. Na
eerst met eenige van mijne vrienden een
wandeling te hebben gemaakt, gingen wij
met ons drieën Hollanders oom Paul feli-
citeeren. Het was half tien. Een groote
menigte stond rondom het huis van den
president. De artillerie was daar opgesteld
en het aanhoudend rollen der rijtuigen
hield niet op. Alle Volksraad-leden, alle
hooge ambtenaren, o. a. dr. Leyds en meer
andere bekende personen, kwamen president
Kruger gelukwenschen met zijn verjaardag.
Maar ook ik moest den ouden president
een hand geven. Wij liepen met ons drieën
de wacht voorbij en stapten toen naar bin
nen. Dacr stonden wij opeens in een groote
zaal, de wanden rijk versierd met schil
derijen. Praehtige kleeden lagen op den
vloer, een rijk versieide tafel was aange
richt en bovendien was de zaal prachtig ge
meubileerd. Veel volk was daar aangeko
men met hetzelfde doel, zoodat het er vol
was. Aan het einde van de groote zaal,
in het midden, daar zat de oude president
in ambtsgewaad met zijn vierkleurige sjerp
om, met gouden wapen er op, de teekenen
zijner waardigheid als Staats-President der
Transvaalsche Republiek.
Langen tijd moesten wij wachten op onze
beurt, maar ten laatste kwam die toch.
Ik kom vóór den president. Toen vroeg
hij: „Wat is die naam?" „Ik is...."
zeide ik. „Wat er naas?" (welke natie).
„Ik is Ollander, achtbare president". Ver
der zei ik„Hooggeachte president, har
telijk geluk gewenscht met dezen schoonen
feestdag. Moge de Transvaalsche regeering
nog vele jaren haren achtbaren president
behouden". Toen stond de president op,
gaf mij de hand en zeide: „banje dank,
banje dank".
Toen wij hem aldus gefeliciteerd hadden
moesten wij plaats nemeu op een van de
canape's, waar ons een glas champagne
werd aangeboden. Zulk een groot glas
champagne hadden wij nog geen van drieën
gehad. Verder kregen wij nog gebak en
sigaren. Terwijl wij daar zoo zaten komt
er een boer voor den president. Het was
weer
Wat is die naam en 't antwoord luidde
Ik is Ingland. Wat is die naam, ik
kan nie verstaan nie, hervatte Je president
en de boer antwoorddeIk is Ingland,
achtbare president. Ingland? zeide de pre
sident weder, dan is jie anderkantse (Hij
dacht Engeland, dan behoor jij zeker aan
den anderen kant, bij onze tegenpartij, de
Engelschen) Nie, zeide de boer, ik is nie
groot gebreng in die land Dan is het
rech (in orde), hernam de president en hij
gaf hem de hand en de boer moest ook
iets gebruiken. Verder kwamen de verschil
lende scholen de Staatsmeisjesschool zong
eenige Psalmen en ook het Transvaalsche
Volkslied; de artillerie de fortbezettingen
van de vier forten om Pretoria de veld-
telegrafie de Transvaalsche garde met mu
ziek alles kwam bij Oom Paul."
Te Heerlen bracht bij openbare ver-
kooping één eikeboom de kapitale som van
f 435 op. De stam is sleehts 5 meter hoog,
doch hij heeft een enorme dikte.
De week van het gebed en zelfver
loochening heeft in Nederland voor het
„Leger des Heils" ongeveer f 19.000 op
gebracht.
Bij den brand te Nijehaske (Fr.),
waardoor de consistorie-kamer aldaar in de
asch werd gelegd, zijn behalve vele ge
maakte kleedingstukken der Zondagsschool
ter uitdeeling op het Kerstfeest, o. a. ook
verbrandde bibliotheek der Chr. Jonge-
ling8vereeniging en het orgel. De waarde
dier bibliotheek wordt geschat op f250.
Gisteren is in de O. L. Vrouwe-
kerk der Jezuieten aan de Rijnhaven te
Rotterdam een dief gevat. Hij had zich
gedurende de congregatie laten insluiten,
kwam in den nacht omstreeks 3 uur uit
zijn schuilplaats en verschafte zich door
een raam toegang tot de sacristie. Daar
stak hij licht op en trachtte een deur te
openen die in de slaapkamer van den
broeder-koster uitkwam. De koster ont
waakte door het gedruisch, maakte alarm
uit een venster dat aan de Bierhaven uit
kwam, en een paar voorbijgangers waar
schuwden de politie. Deze vond aanvanke
lijk bij het doorzoeken van de kerk den
dief r.iet maar eindelijk werd hij, onder
de trap naar de galerij verscholen, ont
dekt en in verzekerde bewaring genome^
Te Koot8tertille (Fr.) kwam dezer
dagen een zestienjarig meisje 's avonds om
tien uur om haar ouders die met een schip
varen te bezoeken. Tot hare groote teleur
stelling vernam zij, dat het schip reeds
vertrokken was in de richting vau Bergu-
merdam. Zij begaf zich nu weer op reis,
en na een poosje gewandeld te hebben, zag
zij een roeibootje aan den wal liggen. Zij
stapte in het bootje en met een halve
roeispaan voer zij over het Bergumermeer
naar Bergumerdam, alwaar zij gelukkig
hare ouders aantrof, die niet weinig ver
wonderd waren over den moed hunner
dochter, waut bij den nachtelijken over
tocht van het meer had zij met een stevigen
tegenwind te kampen gehad.
Door een krokodil gegrepen.
Een zeer merkwaardig geval dat onlangs
in Atjeh is voorgekomen, wordt aan het
Hbl. medegedeeld.
Een kanonnier van het Indisch leger nam,
twee maanden geleden, een bad in de At-
jehririer, dicht bij de Demmeni-brug. Op
eens voelt hij zijn knie gegrepen en
beseft dat een krokodil hem beet heeft.
Geen oogenblik verliest hij zijn tegenwoor
digheid van geest. Hij steekt fluks een
zijner handen in den geopenden bek waar
mee het dier de knie omvat hield, en
krabt het met de nagels in de kuel. Nog
eenige malen sleurt bet monster hem mede
maar laat eindelijk losen de kanonnier
redt zich op den oever.
Hij werd in het hospitaal opgenomen
en de zware wond terstond ontsmet en
verbonden. Maar er kwam koorts bij,
zoodat de gene-s'uindigen het noodzakelijk
achtten het gewonde been aan de heup
af te zetten. 1 >e operatie is met goed
gevolg volbracht en de flinke militair was
bij afzending van 't bericht buiten gevaar.
Ue ijdelhvid van den roem. Juies
(Jlaretti vroeg eens aan een brievenbesteller
in een straat van Besangon naar het huis
waarin Victor Hugo geboren is. Na een
oogenblik na lenken antwoordde de brie
venbesteller
„Victor Hugo! Victor Hugo! llet huis
van Victor Hugo 0, die moet zeker op
gemenbileerde kamers wonen, anders zou
ik zyn adres weten."
Te Birmingham trad in een café chan-
tant een komiek op, die zijn gehoor veel
genoegen verschafte. Maar een dame moest
zoo onbedaarlijk lachen dat zij een hersen-
congestie kreeg en bezweek vóór een aan
wezige geneesheer haar htilp kon bieden.
Voor het ongeluk in den Maximilians-
kelder te Munchen dragen de patroons de
verantwoordelijkheid, die de verbouwing
hadden begonnen zonder er de bouwpolitie
in te kennen. Plotseling viel de zoldering
van de eerste verdieping, waar groote va
ten bewaard worden, naar beneden, sloeg
door het keldergewelf heen en bedolf de
werklieden in een hoop van puin en balken.
De firmanten beweerden eerst, dat maar
twee werklieden gekwetst waren, zoodat
de dadelijk ontboden reddingsbrigade met
een onvoldoend getal manschappen het
bevrijdingswerk moest beginnen. De toestand
van één zwaar gewonde is zoo bedenkelijk,
dat hij het getal der dooden wel op acht
zal brengen.
Uit Perpignan komen berichten van
overstroomingen zoo in 't zuiden van
Frankrijk als in 't noorden van Sparje,
met name te Cerbêre, Port-Bou, Villaluiga,
waardoor schade is toegibracht aan spoor
banen en tunnels. De treinen uit Barcelona
komen niet verder dan Figueras en men
verwachtte dat het verkeer niet vóór heden
heisteld zal zijn. Overal zyn tuinen en
wijngaarden vernield. Het Spaansche dorp
Liansa is geheel verwoest.
De brand te Londen.
Een verschrikkelijke brand, zooals er
sedert 1666 geen aldaar woedde, heeft
Vrijdag de stad Londen geteisterd. De
brand brak uit des namiddags één uur in
een papiermagazijn. Het vuur verspreidde
zich met zulk een kracht, dat tegen twee
uur twintig groote magazijnen in lichte
laaie stonden. De straatjes tusschen de
verschillende magazijnen zijn nauw, de
magazijnen zelf staan dicht op elkaar, en
vóór de brandweer ter plaatste was, had
het vuur dientengevolge reeds groote ver
woestingen aangericht. Tegen drie uur
des namiddags hoorde men een donderend
gekraak, toen drie huizen instortten in de
Wejlstreet, waardaar een open ruimte ont
stond en hoog schoten nu aan beide zijden
dier opening de vlammen de lucht in. De
Jeminstreet, uitloopende van Aldersgate-
street in de Pore-street, ondervond nu het
eerst den invloed van het razende element
want de huizen zijn daar zeer hoog en
waren gemakkelijk te bereiken door de
omhoog kronkelende, zoekende vlammen.
De vuurgod was met deze prooi nog niet
tevreden; lnj sloeg zijn gloeiende armen
uit naar de Monkswellstreet, naar Jewio,-
Crescent en Edmundptace en om half vier
had hij veertig winkelhuizen, misschien
nog meer, onder zijn vernietigenden adem
herschapen in één reusachtige vuurzee.
Tegen vier uur, toen nog steeds brand
spuiten kwamen aanrukken van alle zijden,
scheen de hoofdzetel van den brand te zijn
in de Jewin-street. Nog slechts een twaalftal
deuren en hij had de Aldersgate-street be
reikt. En dan zou de verwoesting nog ver
schrikkelijker zijn geweest dan hij nu reeds
iswant aan die zijde woedden de vlammen
erger dan elders. Niet minder dan acht
brandspuiten stonden hier op een opper
vlakte van veertig vierkante yards reus
achtige volumen water in de brandende
massa te werpen. Welke hoeveelheid water
in het vuur is geworpen kan men zich
voorsteilen als wordt medegedeeld, dat
sommige brandweermannen tot aan de knieën
in het water stonden. Doch onvermoeid
werkte de brandweer voortzij wist Al-
dersgate street te behouden om tien uur
was men het vuur meester, waarmee niet
gezegd is, dat de brand toen gebluscht was.
De kerk van St. Giles brandde ook
gedurende een paar uren, doch brandde
niet af, wel leed zij groote schade, in de
omgeving van den vuurpoel heerschte de
grootste opgewondenheid. De aangrenzende
straten waren opgepropt met een opgewon
den menigte. Honderden meisjes, nu buiten
betrekking waren geraakt, stonden huilende
het verbranden haror ateliers aan te zien
een aantal magazijnhoaders sloegen van
uit de Aldersgate street gade hoe hun
winkels één voor één werden aangetast, zon
der dat iets kon worden gered. Sommigen
hunnerhaddennogden tjjdgehad hun boeken
mee te nemon anderen echter had zells
daartoe de gelegeuheid ontbroken en zij
hebben daarom door hun bedienden de
boeken die voor de hand lagen in de brand-
kasien laten werpen. del.
Te Monte-Carlo heeft een Italiaan,
die in de speelzaal groote sommen had
verloren, zelfmoord gepleegd door middel
vaneen dynamietpatroon.
De tegenwoordige president der Ver-
eenigde Stateu is iemand met een fijn ge
voel, waaraan hij de sterkste zelfbeheer-
sching paart. Toen men hem het bericht
zijner verkiezing bracht, zat hij juist met
zyn vrouw aan het ontbijt. Hij stond op,
brak het telegram open, zonder het gering
ste teeken van opgewondenheid, las het door
en nam toen zijn plaats weer in. Niemand
waagde het hem iets te vragen, uit vrees,
dat hij misschien geslagen zou kunnen zijn.
Eindelijk opende hij onder algemeen stil
zwijgen den mond en sprak „De eieren
zijn vandaag niet zoo versch als anders,
moeder".
„Kort daarop evenwel", verhaalt een
ooggetuige van tafel, die hem ongemerkt
naar den stal volgde en daar bespiedde, ging
ik voorbij de stallen en keek toevallig naar
binnen. Toen zag ik, hoe William Mc.
Kinley daar stond, met de armen om den
hals van zijn lievelingspaard geslagen, en
zoo snikte, dat zijn gansche lichaam schokte.
De ontroering, welke hij zoo krachtig had
weten te onderdrukken, was hem te sterk
geweest, had haar rechten geëischt en aan
den hals van het trouwe dier gaf hij zich
lucht.
Te Kovno in Rusland is op het einde
eener voorstelling een dierentemmer door
zijn leeuwen en tijgers verscheurd. Een
groote paniek ontstond hierdoor onder het
publiek, waardoor 8 personen dood gedrukt
en velen ernstig gewond werden.
Russisch Slechts door een wonder
ontsnapte dezer dagen op de lijn Moskou
JaroslowArchangel een posttrein aan
een ontzettende botsing. Op 201 wersten
van Moskou bemerkte de machinist van
den posttrein een hem tegemoetsnellende
goederentrein, die ondanks alle alarmsina-
len zijn weg vervolgde. De machinist van
den posttrein gaf daarop tegenstoom en de
hoofdconducteur en zijn assistent sprongen
van den treiu en snelden den goederen
trein tegemoet, sprongen op den tenderen
vonden daar den machinist en den stoker
rustig in slaap! Onmiddellijk werd
de goederentrein geremd en vlak voor den
posttrein tot staan gebracht. Het bleek, dat
het personeel van den goederentrein in
slaap gevallen was, zoodat de trein zonder
besturing ook het station Debolowski pas
seerde.
Groot opzien wekt het, dat Rusland
plotseling zijn gezant Iswolski uit Servië
terugriep. Het zou geschied zyn op per
soonlijk bevel van den Czaar, als protest
tegen den terugkeer van Milan en het
mogelijk weder veld winnen van diens
verderfelijken invloed. Het is, moet de
Czaar hebben verklaard, beneden de waar
digheid van Rusland vertegenwoordigd te
zijn bij eene regeering, die staat onder
den invloed van dezen persoon.
Dns behalve Keningin Yictoria, die
Milan niet aan baar Hof wil ontvangen,
is er tenminste nog een ander gekroond
Hoofd, die van dezen vagebondeerenden
ex-collega niet wil weten.
Ned. Herv. Kerk.
Beroepen te Ritthem de heer H. J. F.
Keers cand. te Hazerswoude.
Beroepen te Doesburg dr. G, P. Krnijff
te Maassluis te Schermerhorn ds. G.
C. Bach, O. I. pred. met, verlof te Den
Helder te Longerhouw ds. F. T.
Salverda te Lollum te Brussel (niet
te Ostende) [Belgische Zendingskerk] E.
B. Couvée cand. te Leiden te Garijp
ds. J. A. v. Tuijnen te Nijkerk by Dok-
kum te Visvliet (toez.) J. J. Talens
cand. te Groningen; te Eist ds. H. A.
Heijer te Lienden te Rijsoord dr. E.
J. W. Posthumus Meijjes te Heinenoord
te Cillaarshoek G. A. Slagmolen cand.
te Schiedam; te Oosterhaule Y. Bolman
cand. te Harlingen.
Aangenomen naar Broek in Waterland
door ds. -A. A. Cremer te Twisk
naar Wirdura door E. J. Homan cand.
te Witmarsum.
Bedankt voor Ransdorp c. a. door ds.
A. C. la Grand te Hoenderloo voor
Wittewierum en Ten Post door J. W.
Visscher cand. te Roodeschool voor
Britz'im door E. J. Homan cand. te
Witmarsum voor Siddeburen door
ds. G. Bouwens te Veenwouden.
Staverïisse. Tot notabalen bij de
Ned. Herv. Kerk alhier werden gisteren
herbenoemd de iHeeren A. F. Hanssens,
C. Broodman en J. van Oost.
Bruinisse. Zondag in de voormiddag-
godsdienstoefeniug werd onze nieuwbe-
roepen leeraar ds. Calledbach, van Dirks-
land, in zijn dienstwerk onder ons beves
tigd door onzen vorigen geachten predi
kant, ds. P. Bokma van Gorinchem, met
de woorden uit Jesaja 62 6 en 9.
Des namiddags iverbond de bevestigde
zich aan de gemeente met eeno rede naar
aanleiding van Psalm 121 2.
Beide malen was 't kerkgebouw stamp
vol belangstellende en nieuwsgierige toe
hoorders.
Geref. Kerken.
Tweetal te Zalk ds. A. Nawijn te
Midland en ds. S. Datema te Murmerwoude.
Beroepen te Giessendam A ds. G. Goris
te Vroomshoop.
Bedankt voor Overschie door ds. J. H.
M. G. Wolf te Maasland; -voor Strijen
door ds. G. de Braai te Oosterbeek.
Kruirtingen. Onze nieuwberoepen
leeraar ds. B. v. d. Werff deed Zoudag-
namiddag zijn intrede als predikant bij
•de gereformeerde gemeente alhier naar
aanleiding van Coll. 4 3a en 4, na des
voormiddags bevestigd te zij n door zyn
schoonvader ds. J. H. van der Lichte, van
Hoogkerk, die tot tekst had 1 Petr. 5:3,
4en 5.
SerODskerke (W.) On2e geachte
predikant ds. Ruijs, beroepen te Ooltgens-
plaat, nam Zondag in de namiddaggods
dienstoefening afscheid van de gemeente
met eene leerredenaar Colossensen 3 14.
De gemeente zong den scheidenden
dienaar toe de zegenbede uit Ps. 121 4,
na een hartelijk woord van dank en
afscheid door den geachton ds. de Jager
tot hem gericht.
Mijnheer de Redacteur!
Vergun mij thans nog eenige plaats
ruimte, ten einde myn verschillende op
ponenten vau een kort antwoord te dienen.
De heer Louwerse argumenteert in het
voorbijgaan tegen leerplicht met een beroep
op de bekende uitdrukking van Thorbecke:
„wij zijn geen volk, om in een dwangbuis
gestoken te worden." En zegt dan„En
wat zou Groen gezegd hebben Hierop
diteer. gevleugeld woord is een slecht
argument. Evenals met een uit zijn ver
band gerukte Bijbeltekst kan men er alles
en niets mee bewijzen. Overigens heeft
die eigenaardige vrijheidszucht (versta wel:
niet: de gezonde vryheidszin), blijkens de
geschiedenis, ons volk meer dan eens parten
gespeeld, daar zij de hoofdoorzaak geweest
is van 't particularismus, waaraan wij meer
te wijten, dan te danken hebben. Overi
gens hoe Groen over leerplicht dacht,
weet ik niet, maar mag ik dhr. L. vragen,
of hij weet, hoe dr. Kuyper zich reeds
tijdens Groens leven over leerplicht uit
gelaten heeft
Wat de visite-vraag betreft. Ik misgun
niemand geoorloofd genot. Dat de boeren
een heel jaar door 2,3 maal per week visite
houden, beweerde ik natuarlyk niet en zal
geen verstandig mensch uit mijn schrijven
lezen. Ik constateerde eenvoudig, op grond
o. a. van het veel.vuldig visite-houden, dat
de boerenstand een betrekkelijke weelde
geniet, en hij niet gerechtigd is, de lage
loonen te verontschuldigen met een beroep
op een (niet zoo bijster erge) malaise. Dit
is niet weersproken.
Aan den heer Bosschaart ditik heb
geen „standpunt prijsgegeven". Tegen visite
gaan en visitehouden op zichzelf heb ik
niets en had ik niets, doch men late daar
voor de kinderen de school niet verzuimen:
Of men groote menschen tegelijk of apart
„verzoekt", zal voor boeren of arbeiders
geen groot verschil maken in de onkosten.
Thans een woord asn dhr. Wijnand.
Deze heeft in hoofdzaak deze bezwaren
leerplicht wordt voor de meesten school
dwang, (hiertegen op zichzelf strijdt de
heer Wijnand niet en dus laat ik dat
punt rusten), en deze zal vaccinedwang
meebrengen. Als dit vaststaat, geef ik het
hem dadelijk gewonnen, dan mag leerplicht
niet ingevoerd worden.
Edoch, ik geloof niet dat de libera
len, mits de antirevolutionaiten één lijn
trekken en 't volk zich duidelijk uitspreekt,
(zoodat geen voedsel gegeven wordt aan
de reeds van antir. zijde uitgesproken
meening, dat ons volk zich begint te schik
ken in den vaccinedwang) 'tzoo licht zul
len aandurven leerplicht in te voeren met
behoud van den vaccinedwang. Niet dat
ik me voorstel, dat ze dezen laatste zoo
dadelijk zullen prijsgeven, maar 'tkomt
me niet onmogelijk voor, dat men den
vaccinedwang zal losmaken van de toe
lating tot de school, en op andere wijze
zal zien door te voeren. M. i. zou dit, naar
ik meen, vrij groote voordeel gewonnen
worden tegen een op zichzelfstaanden
maatregel, als waarop ik zooeven doelde,
konden de tegenstanders zich wapenen, zoo
dra dit nooiig werd, dit is van later zorg
zoodra algemeen onze mannen zich be
paald uitspraken niet tegen leerplichtmits
geen verplichte inenting vóór de toelating
tot de school uiet hlijve.
Tegenover mijne bewering, dat de toestand
der boeren wel loonsverhoogiog gedoogen
zou, indien zij hun roeping in dezen be
seften, plaatst de heer W. geen enkel
argument, al spreekt hij er ook over. Dit
punt laat ik dus rusten. Overigens ver
wijs ik hem, wat de visitevraag betreft,
naar mijn antwoord aan dhr. Louwerse.
Iets terug te nemen, heb ik niet.
De uitdrukking „rechtzinnige boeren"
gebruikte ik met deze bedoeling: onze
(Walchereche) boeren zijn zeker voor 90
pet. rechtzinnig in hun belijdenis (wie 't
niet gelooven wil, vrage 't hun zelf)
welnu brengt die rechtzinnige belijdenis,
die o.a. insluit een zich richten naar 't
Woord Gods ook in de zaken des dage-
lykschen levens, niet mee, dat zij hun
arbeiders met name, als dezen groote gezin
nen hebben, een wat hooger loon geven,
zoodat moeder bij de kleintjes kan blij ven,
waar haar plaats is en de kinderen niet
al te vroeg genoodzaakt zijn mee te gaan
verdienen
Dat voor mijn betoog groote visites,
kermisbezoek, uitstapjes met pleziertreinen
enz. gelijk staan, zal dhr. W., hoop ik,
duidelijk zijn: zij alle bewijzen een be
trekkelijke weelde.
Over de uitstapjes van kinderen dit:
Ik weet wel, dat er vrouwen, ook
moeders zijn, die liever landwerk, dan
huiswerk doen, en ik vind dit zeer treurig,
ruaar ik weet ook dat er boeren zijn,
die bij 't in dienst nemen van een arbeider,
bedingen, dat ook de vrouw arbeidster wordt
en vind dit nog treuriger.
dat de invoering vat
brengen meer plezier
trouw schoolbezoek
Dhr. W. zal toch
men niet beloonen
gesteld is. (Natuurlij 1
is schooldwang). Ma
haakjes bijvoegen,
looning wegens troi
al ontken ik niet,
goede vruchten van
'k Vind 't niet bill
loonen, en vooral oo
looning te onthouden
feitelijk de ouders de
De laatste zinsnede
nand's schrijven over
boer", waartoe geen
stond, had bij liever
Onzin van onverstand
gehaald te worden in
over een ernstige za
broeders.
Ook de redactie
Schoolblad heeft eei
maakt, die ik thans
antwoorden. Zij vrai
langen, dat de Overl
als de ouders 't gebo
gij ouders, voedt uwi
leering en vermaning
ia 't verzuimen daarv
tegen 't kind. Ik an
m. i. gaat d® macht
kwaad te straffen
Schrift, meen ik, vi
zoo ver, als haar ar
Had men een
deelenalle één belijde
onder een Overheid
professie deed, zoo
als 't bovenaangehaald
handhaven. Dit zyn
standigheden niet en
dit gebod thans niet
handhaven, doch dit
als antwoord op een
m. i. haar 't recht nie
zoover zij 't vermag
evenals zij b.v. van
't 6e, 't7e (ten deele)
mocht overnemen, al
4e, 5e, en 10e, niet
in haar wetboek scbr
Over myn beperki
de verplichting lezen
sprak ik vroeger. In
is verplichting tot lee
gaan. Wil men schoot
nu men kondige dan
gelijk men gedaan hei
zyn eigen beteekenis
van liberale zijde
schen leerplicht en scho
gemaakt.
De Red. vraagt nog
ingeval kinderen op
niet aan de eischen
geen schooldwang
dat de regeering niet
antwoordSchooldwan
vrijheid in de wijze
ik" af, doch blijkt nu
in zake de opvoeding
wilde toch immers sle
haar eischen zoo geri
ieder ouder die wil, er i
Overheid kan dit „vo
gemakkelijker maken),
beperking der vrijheid
evenmin als't in hechte
stellen van wie zulks
wel ik spreek van sc
van den ouder. En
louter een weldaad.
Dat eindelijk veldi
niet door volwassenen
is meen ik onjuist. F
heid die door kinderen
ookdoorouderen kan ge
De Red. schijnt aan
want zij spreekt van
teltjes, doch wieden
zondering.
Ten slotte komt nog
denkingen. Ofschoon 'I
te voren medegedeeld
schrijverij notitie te z
ook opname van één sti
met dit stuk een uitzom
heuscben toon, daarin
't me, dat deze broe
scherm meent te moe
niet, waartoe 't dieDt
met gesloten vizier o
zake Dhr. K. betoog
slechts dan straffend
door de zonde van
van een of meer harer
wordt, wijl zij niel
„zedemeesteresse". Pi
toegeven. Immers z
telkens als zoodanig
b. v. waar zy waak
eerbaarheid, waar zy
prenten e. d. verbiei
ik zou er niets tege
schijnlijk dhr. K. oo
zooveel zij kan, eens
mige zedelooze gesel
zeide 't boven reeds
't straffen van 't kws
heid, slechts daar ee
waar haar arm niet
toe behooren de ge
opgesomd, waarin w<
is, maar niet gestraft
De Redactie, die
geven heeft met dit
voorloopig te sluiten
plaatsruimte, 'k Hooj
althans eenigen zal