NIEUWSBLAD VOOR ZEELAND. CHRISTELIJK- HISTORISCH lurg. 117. 1897. 3>tnstfag 6 ML iffife laacgaag. |;zeesch.0 Stoomboot- chappijen. I,— 12.— [gelijks. 6 "Am. lW J?" i, Hg"' VERSCHIJNT F. P. D'HUIJ, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIËN |n-op zoom-tholen naar Tholen,5,3C tatief), 11,—, 1,30' ïergen-op-Zoom 6,05, I, 9,35, 12,40, 2,10 Ii-op-Zoom n. Halsteren n naar Tholen 15 min. LARGE. Flissingen y. v. *5,20, *6,20, 8,-, 12, 1,30, 2,30, 3,35, aur. *6,40, *8, 9,5, 10 2,30, 3,30, 4,20, 5 |*Alleen op werkdagen' ali, ITERDAM Iiandag) 's morg. 7.u. WERPEN aandag) 's morg. 6.30 n JSDIENST CHE VEER—GOES. zondering Tan Dinsdag. Vertrek Veer's morg. I), 's avonds 5,unr. 's morg. 8,37, 's namid. 's avonds 6,30. Des Ier 'b morg. 9,'s av (Slot Ostende), 's nam EE-ROTTERDAM ilegen plaatsen, ali. Van Rotterdam: IZater. 3 lOiZond 4 - Maan. 5 -1 Dins. 6 -Woen. 7 Dond. 8 Vrijd. 9 Zater.10 Zond.11 Maan. 12 Dins. 13 Woenl4 Dond.15 Vryd.16 Zater.17 Zond.18 Maan.19 -1 Dins. 20 Woen21 Dond.22 Vrijd.23 iZater.24 Zon. 25 Maan.26 Dins. 27, Woen28 Dond.29 Yrijd.30 Zater.3l 7,30 11.— 2.— 12.— 12.— 3.— 11.— 12,- 10.— II.— 11.30 12.— 7.— 12, 2, 9,30 1.30 3.— 2.— 12.— 11.— 11.— I.30 2.— 2.— II,— 11.— 11,- 7.30 8.— 300TDIENST ;lburg en Zierikz®*. Lerikzee Spoorweg Goes Juli. Van Zierikzee: |idd 'smorg. s mi4 -1 Eater. 3 7,50 3,45 4 5 6 7 8 9 •|Zond Maan. - Dins. - Woen - Dond. - Vrijd. - Zater.10 Zoni.ii Maan.12 Dins. 13 - Woenl4 -Dond.15 -Vrijd.16 -[Zater.17 -jZond. 18 -jMaan.19 - Dins. 20 - Woen21 I,Dond.22 I,— Vrijd.23 Zater.24 Zond. 25 -j Maan.26 ■iDins. 27 - Woen28 - Dond.29 - Vrijd.30 - Zater.31 6.— 7,50 7,50 7.50 6,30 7,50 7,50 6.— 7,50 6,30 7,50 6.— 7.50 7,50 6,- 7.50 7,50 7.50 6,30 7.50 7,50 G.— 7,50 7,50 6.30 6,— 7.50 7.50 5- 3,45 2,30 3.45 3.45 2,30 3,30 4,30 3.45 3.45 3,45 3.45 3.45 3.45 3,45 3,45 3,45 3,45 3.45 2,30 4.30 3,45 3,45 3.45 2,30 3,45 3.45 nm.l,40«) 3,25 en 6,20, fc\ 2,10«) 3,55 6.5 ikerke vm. 8,10. elkem MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND. Prijs per drie maanden franco p. pf 0,95. Enkele nummers0,02 5. UITGAVE VAN G. M. KLEMKERK, te Goes EN van 1 5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent. Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. ®rd' 4 aangelegd. van 6.20 mten. Nu 't ministerie Van—Houten ontslag bij de Koningin Regentes heeft ingediend, zijn velen nieuwsgierig op wie de keuze vallen zal voor formateur van het nieuwe Kabinet. De heeren Schorer, vice president van den raad van state, Gleichman en v. Naamen voorzitters der beide Kamers, hadden reeds een samenkomst met H. M. Welke de vrucht dezer samenspreking zal zijn, wenschen wij liever af te wachten, dan ons in allerlei gissingen te verdiepen. Een ding echter verstaan wij niet goed. Indien de Koningin eens een allegaartje- Kabinet benoemde, bijv. een Kabinet TroelstraBastert met Van Houten als middelstuk, en Roëll en Tak als naaste buren, wat voor beleedigends hierin dan liggen zou voor de vooruitstrevenden Of is 't dan niet waar dat alle voor uitstrevenden bij de herstemming de leus anti-clericaal van Van Houten hebben overgenomen, en over de gansche linie, niet alleen d» slichtende Stichtenaren maar ook de ruwe zonen van het Noorden tegen onze candidaten hebben gesteund. De Nederlander, de liberale, bromt nn, dat Kerdijk, c. s. zich compromitteeren zouden door in een allegaartje-Kabinet te gaan zitten met Roëll, maar eilieve, hebben de heeren van de liberale unie zich dan niet gecompromitteerd met hun steun aan de Karnebeeks en Troelstra's en aan diakens als Van Deinse? TWEE BRIEVEN uit „Prov. Blad" no. 81. lo. Van .Thr. Mr. W. M. de BrauWi Oud-Commissaris der Koningin. Aan de colleges en autoriteiten in Zeeland. Bij het nederleggen van het ambt van Commissaris der Koningin in de provincie Zeeland wensch ik U mijn innigen dank te betuigen voor de groote welwillendheid en de trouwe medewerking, welke ik ge durende de vele jaren, in "Uw midden doorgebracht, van mocht ondervinden. Het verblyf in Zeeland vormt een der aangenaamste bladzijden in mijn leven en de herinnering aan dit schoone Gewest en zijne trouwhartige bevolking zal mij steeds onvergetelijk blijven. Het is met zeer groot leedwezen, dat ik va« hier scheid, nu mijne gezondheidstoe stand mij daartoe noopt. Ik ben verhinderd, om van U allen persoonlijk afscheid te nemen, doch voldoe aan eene diepgevoelde behoefte des harten 4 oor U van mijne gevoelens te doen blijken en mij wederkeerig bij U aan te bevelen. Middelburg, 1 Juli 1897. De Oud-Commissaris der Koningin in de provincie Zeeland. de B RAU W. «o. Van den Commissaris der Koningin A. J. Roest. Aan de Gemeente- en Polder besturen in Zeeland. Het heeft Hare Majesteit de Koningin- Weduwe, Regentes, behaagd mij te benoe men tot Commissaris der Koningin in dit newest. Ik hen, ook als opvolger van een man, ln Zeeland hoog gewaardeerd, mij ten Tolle bewust van het gewioht der zware, ??cn schoone betrekking, mij door Hare Majesteit toevertrouwd. Ik vlei mij echter, dat, waar het mijn 'beven zal zijn om met mijn beste krachten w.6fkzaam te zijn in het belang der Pro- vincio, ik daarbij zal mogen rekenen op We welwillendheid en steun. De Commissaris der Koningin ROEST. Wie onze nieuwe Commissaris der Ko- pingin als burgemeester van 's Gravenhage naar BreBke»» was, hiervan komt men eenigszins op de hoogte door de volgende mededeelingen van de Hollander. Aanvankelijk lokte zijn beleid vrij scherpe critiek uit; maar allengs zijn alle partijen hem gaan waardeeren. Een man van „aanpakken" was hij in den striktsten zin niet; hij toonde veeleer de voorzichtigheid te betrachten, maar een voorzichtigheid, die meermalen bleek de wijsheid tot dochter te hebben. Populair heeft hij zich niet weten te maken, en in den Raad wekte hij door zijn leukheid en de handige wijze, waarop hij zich van een zaak afmaakte, niet zel den de verstoordheid van enkelen der vroede vaderen op, bepaaldelijk van nieuwe leden, die in hun jeugdigen ijver tal van zaken op eeus wilden geregeld zien. Hoe velen, die met grootsche en groote voornemens in den Raad optraden, zijn niet door 's heeren Roest afmakings-systeem gemuil band, van orateurs tot zwijgende leden gedegradeerd. Maar toch niemand zal ontkennen, dat de heer Roest ernstig er naar streefde om strikt onpartijdig te zijn; en dat hij het daarin ver gebracht heeft kan moeilijk worden betwist. Het is zeer wel mogelijk, dat de opvol ger eea man zal zijn van meer „aanpakken," van meer doortastendheidmaar dat hij beter administrateur zal zijn, dat het hem gelukken zal de Jinantiëu der gemeenten in betrekkelijk zoo goeden staat te houden als het geval was bij den heer Roest dit dient te worden afgewacht. Opmerkelijk dat uit de eerste week na de herstemmingen, waarbij de liberalen de kiezers zoo doodsbang voor de doodstraf wisten te maken, drie moorden en een moordaanslag te boeken vallen, omtrent welke de justitie weldra zal hebben recht te doen. Een Duitscher te Groningen pleegde een moord in een verdacht huis onder zeer afzichtelijke omstandighedeu. Van een 12-jarigen knaap te Uithuizen leest men dat hij zijn tegenpartij, een kind van 9 jaar, letterlijk slachtte. Te Soest sloegen twee vechtersbazen el kander zoo geducht dat de een onder de partij by na dood bleef. En dan roept men hij de verkiezingen elkander nog toe dat men den beul uit 't land moet houden. Vraag liever hoe gij de moordenaars er uit houden zult. Volle gevangenissen. Geen eerbied meer voor de overheid, geen respect voor 't leven, geen ontzag voor den dood. Hoort gij 't niet De profeet wist het wel: Zij hebben mijn Wet verlaten, wat wijs heid zouden zij dan anog hebben? Omtrent den heer dr. P. C. Plngge die de vorige week gansch onverwacht te Buiten zorg overleed, meldt de Midd. Crt. in een schoone biographie onder meer dat hij in 1847 te Middelburg geboren en voor apo theker opgeleid werd, waarvoor hij in 1868 diploma verkreeg. Hij besloot echter door te studeeren in de wis- |en natuurkunde en trad in 1870 op als assistent aan het physiologisch laboratorium te Groningen. Hij werd bekroond met een verhandeling over de antiseptische werking van car- bolzuur, en promoveerde jn 1876 te Leiden met een dissertatie over photochemie. - Door bemiddeling van professor Gunning, ontving hij van de Japansche regeering de benoeming tot directeur van het phar- maceutisch laboratorium te Tokio. In 1878 werd hij hoogleeraar in de pharmacie te Groningen. ,.."T?en Wa9 Hy in zijn element, toen kon Hy zyn zeldzame en zyn uitnemende werk kracht naar hartelust botvieren. Het nieuw- gebouwdepharmaceutisch laboratorium werd dank zij zyn nauwlettende zorg, ingericht op een wijze, dat het met de beste instituten van dien aard in Europa kon wedijveren, en nit dat laboratorium verschenen in snelle opeenvolging een breed e rij van onderzoekingen. Alle tijd, die van zijn hoogleeraarsambt overschoot werd daaraan gewijd. Na eens was het de ontdekking van een nieuw giftig bestanddeel, het an- dromedotoxine, in vele heideachtige ge wassen, dan eens een hernieuwd onder zoek van opium, waarbij nieuwe doelmatige analytisohe methoden werden gevonden, dan weer werden gifplanten uit alle deelen der aarde onderzocht en hunne werkzame bestanddeelen opgespoord. Het is hier de plaats niet al de verkregen resultaten ook maar eenigszins gedetailleord mee te deelen, genoeg zij het te vermelden, dat er geen jaar voorbijging, waarin niet verschillende meer of minder uitvoerige studiën van Plugge's hand verschenen. En dat zyn arbeid op prijs werd gesteld, bewees het eeredoctoraat in de geneeskunde, dat hem in 1886 door den senaat der Universiteit te Utrecht werd aangebodenin 1890 de benoeming als hoogleeraar te Leiden, die hij echter niet aannam. In de laatste jaren werd zyn gezondheid slechter. Na een beenbreuk, die hem op een reis in Noorwegen overkwam, is hy niet meer geheel de oude geweest. De buitenwereld bemerkte wel geen noemens waarde vermindering van werkzaamheid, maar voor wie hem nader stonden, bleef zijn lijden niet altijd verborgen. Toch wilde hy nog een geliefkoosd plan, dat hy sinds lang koesterde, volvoeren. Name ly k om in den plantentuin te Buitenzorg Indische planten in hun vaderland chemisch en toxicologisch te gaan bestudeeren. Vol moed aanvaardde hij in Aprii de reis, in stalleerde zich en toog ijverig aan het werk, toen hij onverwachts overleed." Langzamerhand komt het bestuur vau de stad New-York er toe, de stegen die hier en daar het centrum van misdaad in een zekere buurt vormen, te verwijderen. Waar jaren lang moord en roof zich ver lustigd hebben, worden nu langzamerhand nette straten en parken gemaakt, iets, dat reeds jaren geleden had moeten gebeuren. Mulberry Bend, dat zooals men weet ver leden jaar neergehaald werd en waaruit de bewoners met geweld moesten gedreven worden, is thans herschapen in een aardig parkje, een geschikte speelplaats voor de arme kinderen, die zich vroeger met de goot en het trottoir |moesten vergenoegen en een rustplaats voor de moeders, die er haar naaiwerk en haar schoon te maken groenten meebrengen. Wat Mulberry Bend voor de East Side was, is Murderer's Alley, dat thans aan de beurt is om uitgewischt te worden, voor de West-Side, alleen, het is nog een paar graden erger. Er is geen misdaad, waaraan de telkens wisselende bevolking van deze vlek op de kaart van New-York zich niet schuldig gemaakt heeftvan daar haar naam. Het steegje is slechts tien voet breed en 100 voet laag en het herbergt 800 menschen, voor het grootste gedeelte mis dadigers van de allerergste soort en in ieder geval allen behoorende tot het uit vaagsel der stad. Een gewezen sergeant van politie verhaalt, hoe hy de laagste achterbuurten van Parijs en Londen bezocht heeft, doch daar nergens een plek heeft gevonden, die Murderer's Alley in de ver ste verte evenaarde. Langen tijd was het voor een welgekleed man onveilig zelfs op klaarlichten dag, in de buurt van het steegje te komenof de mannen zochten twist met hem, om een gevecht uit te lok ken en hem in de verwarring te bestelen, óf de vrouwen lokten hem met allerlei kunst grepen in de steeg zelve, zoodat hy na tuurlijk verloren was. De stad trachtte steeds er licht te laten branden, maar de bewoners sneden de pijpen af en hielden de plaats in duisternis gehuld om ongestoord hun misdaden te kunnen volvoeren. De politieagenten hadden allen evenveel afkeer van den post, waarvan Murderer's Alley een gedeelte was, en de kapitein was gewoonlijk wel zoo verstandig, er de vechtersbazen van de politiemacht heen te zenden. Bij het uitbreken van den bur geroorlog vestigden zioh al de vluchtende slaven uit het Zuiden in Murderer's Alloy waarnaar het M'igger's Alley, genoemd werd, later bleef het steeds de woonplaats van kleurlingen, hoewel er nu en dan periodes waren, waarin Duitschers, Ieren en Italia nen er hun woonplaatsen kozen Doch hoe wel dezen natuurlijk altijd tot het schuim des volks behoorden, was de plaats zelfs voor hen te laag en werd zij steeds weder aan de negers overgelaten. Spoedig zal zy voor goed verdwenen zijn en een nette straat haar plaats innemen. De politie zal waarschijnlijk nog heel wat te doen hebben voor zij de 800 bewoners verdreven heeft. Uit Mesopotamia, het land waar de aartsvader Abraham gewoond heeft, komt 't berioht dat een petroleumstreek ontdekt is van niet minder dan 35000 vierkante mij len. De Tigris, die dit land doorsnijdt, en 't geheele jaar bevaarbaar is, vormt een natuurlijken weg voor het vervoer naar de Perzische golf. Deze in de oudheid zoo eenzame plek zal een belangrijk punt voor den handel worden. 5 Juli '97. Bij kon. besluit is krachtens art. 38 der wet van 17 Aug. 1878 pensioen verleend aan J. H. G. v. d. Port, onderwijzer aan een openbare lagere school te Hontenisse, ten bedrage van f123 'sjaars. De Staatscourant no. 154 bevat de statuten der naamlooze vennootschapDe Zeeuwscbe stoomwasscherij, bleekery en strijkinrichting „De Volharding", tevens wasscherij en ververij, gevestigd te Vlis- singen. Duur 29 jaren. Kapitaal f 29000, geheel geplaatst. Bestuurders de heeren C. J. Huvers te Middelburg en H. M. Kloppers te Vlissingen, directrice mej. H. J. Klop wed. F. Benckhuijsen te Vlissingen. Vergadering van den Middelburgschen Gemeenteraad van Zaterdag den 3 Juli 1897. o Afwezig zyn met kennisgeving de heeren W. H. Snouck Hurgronje, Tak, Koole, Schorer en F. G. Sprenger. Na voorlezing en vaststelling der notulen van de laatste vergadering komen achter eenvolgens de volgende onderwerpen aan de orde. I. Ingekomen Stukken. Deze zijn a. missive van Gedeputeerde Staten houdende goedkeuring van vroeger ge nomen besluiten. Voor kennisgeving aangenomen. b. Een schrijven van den heer A. A. Bekaar, waarbij hy verklaart niet te kunnen aanneaien zijne benoeming tot lid der Commissie van toezicht op het Lager Onderwijs. Die benoeming geschiedde indertijd buiten de voordracht om, waarop geplaatst waren de heeren mr. M. I. de Witt Hamer en F. M. Wibaut. Besloten word ua eenige discussie, de aanvulling der Commissie met een nieuw lid uit te stellen tot de Septembervergadering. c. Een adres van van Waarde, com- missionnair te Krabbendijke, over inlading van hooi aan de Oostpunt. Gesteld in handen van B. en W. die deswege den havenmeester zullen hooren. d. Een adres van den arts J. Meijers, over ziekenverpleging in het Gasthuis. Gesteld in handen van B. en W. die dienaangaande het gevoelen zullen inwin nen van het Bestuur der Godshuizen. e. De gemeenterekening over 1896. Besloten wordt deze ter visie te deponeeren. f. Een schrijven van de heeren, die, bij de herstemming voor een lil van de 2de Kamer der Staten Generaal, het stembureau hebben uitgemaakt in het 3de district alhier. Zij wijzen in dat schrijven op de vele stembriefjes die in dat distriet van onwaarde werden verklaard, en geven als hunne meening te kennen dat by ver. scheidene dier briefjes twijfel kan rijzen omtrent die onwaardederhalve geven zij in overweging art. 77 der kieswet zoodanig te preciseeren, dat voor het ver volg meer zekerheid gegeven worde aan de stemopnemers. Gesteld in handen van B. en W. om advies. II. Benoeming uit den gemeenteraad van leden er. plaatsvervangende leden van de stembureaux voor de stemming en eventueele herstemming ter benoeming van 6 leden van dat college en van drie plaats vervangende leden buiten den gemeente raad in het bureau van het 3e district. Benoemd worden lo. in het le district. Zoowel voor de stemming als voor de herstemming tot plaatsvervangend voorzitter de heer H. P. den Bouwmeester, tot leden, uitsluitend voor de werkzaamheden welke met de opening der stembus aanvangen, voor de stemming, de heer L. K. van der Harst, plaatsvervanger de heer mr. G. N. de Stoppelaar, voor de herstemming de heer Jhr. mr. E. P. Schorer, plaatsvervanger de heer dr. A. van der Swalme; 2o. in het 2e district. Voor de stem ming. tot voorzitter de heer mr. K. W. Brevet, plaatsvervanger de heer Mr. S. Gratama en tot lid uitsluitend voor de werkzaamheden aanvangende met de ope ning der stembus de heer Jhr. Mr. W. H. Snouck Hurgronje, plaatsvervanger de heer W. J. J. Koole voor de herstemming tot voorz. dhr. Koole, plaatsvervanger de heer J. C. de Waal, en tot lid als voren genoemd de heer mr. K. W. Brevet, plaatsvervanger de heer mr. S. Gratama; 3o. in het 3e distriot. Voor de stemming, tot voorzitter dr heer W. J. Sprenger, plaatsvervanger de heer J. F. van Dunné en tot uitsluitend voor de werkzaamheden aanvangende met de opening der stembus de heer F. G. Sprenger, plaatsvervanger de heer mr. A. P. Snouck Hurgronjevoor de herstemming, tot voorzitter de heer W. J. Sprenger, plaatsvervanger de heer H. P. v. de Ree, en tot lid als voren genoemd de heer J. F. van Dunné, plaats vervanger de heer L. K. van der Harst; 4o. tot plaatsvervangende leden buiten den gemeenteraad in het stembnreau van het 3e distriet, de heeren C. Mak, Jz. Jongepier en D. L. Broeder. III. Benoeming van een onderwijzer voor school B. Op de voordracht staan A. Dekker te Oud-Vosmeer, D. A. van Houtete Papen- drecht en P. Davidse te Oostkapelle, van wie de eerste met algemeene stemmen be noemd wordt. IV. Benoeming van een onderwijzeres in de handwerken voor school C. Ter vervulling van de vacature, ontstaan door het aan Mej. C. A. Zoeler verleend eervol ontslag als eerste onderwijzeres, is de tweede onderwijzeres Mej. C. A. de Graag in hare plaats getreden en wordt na voor eene nieuwe tweede onderwijze res eene voordracht aangeboden, bestaande nit de dames C. J. M. Zoutendam, H. E. G. Goote en J. P. Jonk. Benoemd wordt mej. Zoutendam met 10 stemmen, terwijl 2 stemmen op mej. Jonk waren uitgebracht. V. Voorstel van B. en W. tot goedkeu ring van een ontwerp overeenkomst be treffende afstand van het Muntplein c, a. aan het Rijk. In de vergadering van 19 Mei was be sloten, principieel het Muntplein en zijne toegangen aan het Rijk in eigendom af te staan, behoudende zich echter de raad voor het recht om de met de Regeering te sluiten overeenkomst nader goed to keuren. Van daar het ingediende voorstel van B. en W. bevattende eend ontwerp-over- eennomst van drie artikelen, waarbij be paald wordtin art. 1 dat de gemeente Middelburg aan den Staat der Nederlanden in eigendom afstaat het geheele Muntplein met al zijne toegangen (van de Groenmarkt tot aan het Koorkerkhof)in art. 2 dat die afstand geschiedt onder de volgende voorwaardenle dat aan de kerkgangers

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1897 | | pagina 1