Mr. C. Lucasse
Mr. C. Lucasse.
Mr. C. Lucasse.
Mr. Lucasse
Mr. C. LUCASSE,
Aan de Kiezers, inzonderheid
aan de werklieden onderhen.
Ingezonden Slakken.
Aan de Werklieden.
De secteschool der modernen.
De liberalen (egenover de Kerk.
Stemmen ook eene godde
lijke roeping.
Over het onderwijs en de
„neutraliteit".
Hoe moet ik stemmen?
bouwers en veldarbeiders,hij zalinden
eerlijken weg alles trachten te doen
wat in zijn vermogen is, om hunne
toestanden verbeterd te krijgen.
Beschermende rechten maakt men
den arbeider bang mede, doch ge
loof vrij het is wat aangenamer,
(als het mocht zijn) het brood iets
duurder te betalen en a 11 ij d werk
te hebben, dan gelijk nu, geruimen
tijd geen verdiensten te genieten.
Wat van de overige candidaten
in dit district op dit punt te wach
ten staat, is bekend, geen bescher
mende rechten en daarom ook hier
op lettende, zij eenparig de man
onzer keuze
Dat ook de Roomschen hem steu
nen moet nog als boeman dienst
doen om u er af te houden, doch
laat u dit niet terug houden, worden
hunne nl. de liberale candidaten ge
steund door Rome, ge hoort dan
niets, alles is dan in orde, wat er
ook mocht plaats grijpen.
Geloof mij Mr. LUCASSE maakt
geen aanbod om Rome te believen,
hij blijft, al wordt hij gesteund, anti
revolutionair maar wil tevens ook let
ten op de rechten en vrijheden van an
deren.
Wilt ge echter nog meer dan tot
dusver aan banden worden gelegd
door b. v. geen zeggen meer over
uw kind, geen vrijheid tot sommige
zaken voor uw geweten, dan op den
candidaat der liberalen gestemd, want
reken er op, vaccinedwang bestaat
reeds, leerplicht is in aantocht en bij
dat al, uwe beurzen reeds niet goed
voorzien, moeten ledig worden door
de overmachtige concurrentie.
Doch wij hopen van u betere din
gen en twijfelen niet, waar een bede
in het hart welt voor het heil van
het Vaderland, of het witte stipje
in het laatste zwarte vak op uw
stembriefje zal worden weggedaan
door uwe stem als steun uit te
brengen op
aftredend lid.
Laat geene eerlijke middelen on
beproefd om ook anderen op te wek
ken om te stemmen op den man
onzer keuze, voor wiens eerlijk en
oprecht karakter jzelfs de tegenstan
ders achting hebben, en dat zij ons
tot aanmoediging.
God de Heere doe onze pogingen
wel gelukken
Er is nog wel geen verkiezing geweest
waarbij de belangen van den werkman
zoozeer betrokken waren, dan de a. s.
verkiezing; ging het de vorige keer om
de vraag wie onzer men zou waardig
keuren kiezer te werden, thans zijn het
vooral de sociale belangen die op den
voorgrond staan.
Het is dan ook met het oog daarop
dat ons verbond meende te moeten uit
spreken, wat naar zijne meening inde
zen moet worden gedaan, en vandaar
dat Patrimonium bij deze verkiezing ook
met een program optreedt en de candi
daten steunt die daarmede instemming
betuigen.
De vraag of Patrimonium op weg is
een arbeiderspartij te worden, kunnen
we op dit oogenblik laten rusten, indien
dit ooit mocht gebeuren zal het niet
onze schuld zijn.
Wat we vragen in ons program is
meer vrijheid voor den arbeid en daarom
opheffing van de beletselen welke de
ontwikkeling van zijne rechten verhin
deren; ook willen we meespreken als
men onze zaken wettelijk gaat regelen,
opdat daarbij met den werkelijken toe
stand worde rekening gehouden; we
meenen verder dat het noodig is, dat de
Staat tijdelijk hulp verleene waar het
particulier initiatief niet bij machte is
en dat wat met ondergang bedreigd
wordt, moet worden beschermd.
Maar dit is niet alles, dat is zelfs niet
het voornaamste; wat we in de eerste
plaats en bovenal vragen, en vragen
zullen totdat men ons recht doeis, dat
de wetgever ons niet belemmere in onze
Sjeestelyke belangen. Wij christelijke
Werklieden willen vrij zijn in de opvoe
ding onzer kinderen en verlangen hier
geen inmenging van den Staatwe
moeten niets hebben van het zooge
naamd neutraal onderwijs en we achten
het onbillijk dat we moeten meê-betalen
voor de verschillende inrichtingen van
onderwijs, die wjj voor onze kinderen
en voor ons volk gevaarlijk achten.
Daarom „Vrije school regel. Staats
school aanvulling" blyft onze leus. We
zouden ontrouw zijn aan ons beginsel
en aan ons verleden, wanneer we an
ders sprakenhet ontstaan van Patri
monium was allereerst een protest tegen
den wensch naar algemeen verplicht
kosteloos Staatsonderwijs"daarin werd
gezien de ontkerstening van ons volk.
In de keuze tusschen de verschillende
partijen wijst ons beginsel ons den weg;
de Christelijke levens- en wereldbeschou
wing door de antirevolutionaire partij
voorgestaan, is ook de onze, en waar
nu de candidaten dezer partij instemmen
met het program van Patrimonium,
daar meenen wij alle reden te hebben
om als Werkliedenvereeniging hunne
candidaten aan te bevelen.
We roepen dan ook alle Christelijke
werklieden op, om als éen man voor den
candidaat der anti revolutionairen op te
trekkenwanneer het ons ernst is met
ons beginsel, dan mag niemand onzer
bij de stembus ontbrekenhet mag ons
niet genoeg zijn den Christus te belijden
in ons huis en in de kerk, gelijk onze
tegenstanders gaarne zouden zien, neen,
op elk gebied moet met de beginselen
naar de Schrift worden gerekendzal
het ons volk welgaan dat daarvoor
toch steeds meer de oogen mochten
opengaan, onze belydenis beteekent niets,
als we ze niet beleven overal en, ten
allen tijde, ook bij de stembus!
Inzonderheid den nieuwen kiezers on
der onze geestverwanten roepen we toe,
laat u niet terughóuden om uw plicht te
doen wij begrijpen het dat ge er tegen
opziet om naar het stadhuis of de ge
meente-kamers te gaan stemmen, daar
staan uw handen zoo niet naar; doch
dat mag niet den doorslag gevenmen
heeft u zoolang onmondig verklaard en
u het recht van meestemmen onthouden,
zij het u daarom een eere thans door
uw stem van uwe belijdenis getuigenis
te geven. Misschien behoort ge tot de
genen die het volgend jaar weer kiezer
af zijn, maakt dus van deze gelegenheid
gebruik, opdat ge uzelf geen plichtver
zuim te vei wij ten hebt.
Het is treurig dat sommigen, die be
weren op denzelfden bodem te staan,
om bijzaken (die bovendien meest in
hunne verbeelding bestaan!) onze can
didaten tegenwerkennatuurlijk zit dan
het beginsel niet zeer diep, wij althans
benijden den heeren zulk een standpunt
niet, het blijkt genoeg dat op die wijze
de hoofdzaak schade lijdt.
Intusschen zij ons dit een spoorslag
te meer om met alle kracht te ijveren
en anderen op te wekken voor hetgeen
wij achten roeping te zijn.
Wy noodigen daarom allen uit, om
zich met ons te scharen onder de vanen
der partij, die in hare banier geschreven
heeft: Tegen de Revolutie het Evan
gelie" en a. s. Dinsdag te stemmen
op het aftredend lid der Tweede Kamer
Namens de Werkliedenvereniging
„Luctor et Emergo" te Middel
burg afdeeling van Patrimonium.
Het Bestuur
J. MAAS, Voorz.
J. DE BUCK.
A. VAN DIJK.
P. C. YAN DIJK.
J. KASTELEIJN.
G. PRINS.
L. D. v. d. HOUTEN, Secr.
Mijnheer de Redacteurl
Aangenaam zou het mij zijn, indien
u onderstaande regelen een plaatsje in
uw veel gelezen blad geven wildet.
Hoewel niet gewoon met pen en inkt
om te gaan, gevoel ik toch behoefte,
myn kameraden eenige oogenblikken te
bepalen, bij hun stemrecht en plicht
beide.
Niet, dat ik hen wensch te waar
schuwen tegen Clericalisme, Liberalisme,
Radicalisme of Socialisme, dat laat ik
aan bekwamer hand over.
Mijn doel bestaat alleen hierin, mijn
lotgenooten nog eens even in herinne
ring te brengen, de ontzettende gevol
gen van het z.g.n. vrye concurrentie
stelsel, welke ons allenj te zamen en
!fd£M Van on.s Persooalijk loodzwaar
drukken, ja byna dooddrukken.
Dat stelsel, hetwelk de vrijhandelaars-
theorie ten grondslag heeft, heeft het
mogelyk gemaakt, dat in plaats van te
moeten werken in het zweet des aan-
schyrts voor een bete broods, er schier
geen werk meer is te verkrijgen en in
het hartje van den zomer velen om
werk moeten zoeken.
Was ons land vroeger voor vele lan
den van Europa het beloofde land, zoo
zelfs dat onze rijkdom met name in
Duitschland spreekwoordelijk was gewor
den, nu betaalt Nederland het slechtst
van alle beschaafde landen, en onder deze
omstandigheden is er zelfs aan een pen
sioenregeling niet te denken.
Alle beschaafde staten van Europa
plus Amerika hebben ingezien, dat wil
men industrie mogelijk maken en den
werkmansstand in bloei doen toenemen,
zij moeten beschermd worden. Alleen
Nederland, klein en onbeduidend als het
geworden is, waagt het naakt en onge
wapend, den stryd aan te binden met
natiën, die tot aan de tanden gewapend
zijn, door een krachtigbeschermingstelsel.
Wat dunkt u medearbeiders zullen
wy het in dien strijd kunnen volhouden
zal die strijd, zelfvernietigend als ze is,
ons het leven niet kosten zal het niet
blijken, dat de werkeloosheid zoo groot,
de loonen zoo laag worden dat zelfs
het goedkoopste brood ons nog te duur is?
Gevoelt ge niet dat de regeering ver
plicht is te zorgen dat de hier ingevoerde
bewerkte artikelen door invoerrecht even
duur gemaakt worden, als de onze in
het buitenland, en dat dan pas de kan
sen gelijk staan, dat daardoor de loonen
kunnen stijgen en de nationale arbeid
meer waarde krygt.
Eerst door daarvoor te ijveren werkt
ge internationaal, omdat het na korten
tijd zal blijken, dat de loonen hier zoo
gestegen zijn, dat bijv. de drukkers hun
Engelsche vakbroeders niet meer kunnen
onderkruipen, door hier hun werk klaar
te maken.
Of weet ge 'tniet dat een Duitsche
drukker dubbel zoo veel verdient als
een in Nederland Ik vraag hebben de
leden in de tweede kamer het recht
ons te verwyten dat wij minder be
kwaam zyn dan de buitenlanders, als ze
ons zoo hulpbehoevend alleen laten
staan
Laten ze een voorbeeld nemen aan
de regeeringen van Frankrijk, Duitsch
land, Engeland en Amerika en ze zullen
ons in plaats van verwijten, bescher
men tegen duldelooze overmacht.
Om dat doel te bereiken dient ge uw
stem uit te brengen, niet op den man
die het stoute waagstuk aandurft, ons
bij vernieuwing een prooi te maken van
de wreede concurrentie, maar op hem
die overtuigd is, dat wij verdedigdbe
schermd moeten worden en dat is
op hem dan als één man uwe stemmen
vereenigd, dan behartigt gij waarlijk uw
belang.
Met dankzegging voor de verleende
plaatsruimte noem ik mij omdat ik niet
anders mag en kan
EEN WERKMAN.
De moderne hoogleeraar Rauwenhoff
erkende dat de openbare school isde
secteschool der modernen. Hij schreef
eens
„De wereldbeschouwing der Schrift
is geheel tegenovergesteld aan die van
onzen tijd; de Bybel maakt het gods
dienstige leven arm en ongezond. De
begrippen van eene schuld der mensch-
heid tegenover God, van verzoening daar
voor door Jezus' kruisdood teweegge
bracht, van eeuwige zaligheid voor de
geloovigen, tegenover eeuwige rampza
ligheid voor de ongeloovigenal die
begrippen, in onze oogen zoo onwaar,
zoo schadelijk voor eene zuiver godsdien
stige ontwikkeling, leert de gemeente
altijd opnieuw uit den Bijbel. Wij, mo
dernen die deze begrippen verwer
pen hebben onder de onderwijzers
een aantal geestverwanten. Wy kunnen
dus op de school een niet onbelangrijken
invloed uitoefenen,"
En de moderne Ds. Hugenholtz zegt
„Laten de zaden van kennis en ont
wikkeling steeds milder worden uitge
strooid, maar vergeten wij daarbij nooit
onze roeping om in die scholen, name-
lyk in die van het lager onderwijs, te
brengen niet een arke Gods, een onbe
grepen dogmatiek, den bybel als het
tooverboek, waarmee alle booze geesten
zouden worden uitgedreven; maar wel
het opvoedkundig element, de vorming
van gemoed en karakter gelijk onze be
ginselen ons daartoe dringen."
Spreker wil de liberale party er ernstig
voor waarschuwen, dat zij zich niet
langzamerhand zal transformeeren tot
een synodale partij. De Staat is niet
geroepen, direct noch indirect, invloed
uit te oefenen op het geloof der inge
zetenen.
Het is in den laatsten tyd gebeurd,
dat de synodale candidaten warm wer
den aanbevolen aan de kiezers door de
liberalen. Zelfs kerkelijke hoogleeraren
hebben dit gedaan. Spreker betreurt
dit. De Staat moet geen subsidie geven
aan Kerkgenootschappen, 't Is echter
een moeilijk vraagpunt, een kruidje-roer
mij-niet maar dit moet niet verhinderen
dat het behandeld moet worden.
{Mr. S. v. Houten in „Voiïsbelang"
te Haarlem24 Januari 1889, volgens
het verslag in het D. v. N.)
O
Kiezers, bedenkt dat ge den 15den
Juni tot eene taak geroepen wordt, van
Godswege u opgelegd en ge dus ook
tegenover Hem verantwoordelyk staat,
wat betreft het volbrengen dier roeping.
Ieder kiezer, die thuis blijft uit ge
makzucht, uit onverschilligheid, of ge
dreven door öw?rgeestelijke en dies on-
geestelijke motieven bezondigt zich niet
slechts tegenover zyn volk en vaderland,
niet slechts tegenover de 2e tafel dei-
wet, maar evenzoo tegenover God den
Heere en dus direct tegenover de 1ste
tafel Zijner wet
Ge ontmoet er in deze dagen, en daar
op wilden we vooral wijzen, die zich
terugtrekken, zoo spoedig het belang
hunner zaligheid er niet direct bij be
trokken is.
Ze passen het woord der Schrift: „Ik
ben een vreemdeling op aarde" zoo ge
heel verkeerd toe.
Ze vergeten dat dezelfde David, die
dat woord sprak, op den koninklijken
troon zat en zich niet opsloot als een
kluizenaar. Hy was bezig in het re-
geeren van zyn volk, in het regelen der
lands- en volksbelangen.
Juist een waar Christen, die een hoo-
ger leven kent dan het aardsche, heeft
de geboden des Heeren lief, en die ge
boden raken ook de roeping als burger
van den staat
De eere Gods moogt ge niet alleen
zoeken in uw persoonlijk leven of in het
leven der kerk, en die op ander terrein
laten vertreden door mannen, die gebro
ken hebben met de ordinantiën Gods
Integendeel, op ieder terrein des levens
moet het gaan in de eerste plaats om
de eere van Hem, die Nederland groot
gemaakt heeft
Schudt dan alle traagheid afvervult
uwe goddelijke roeping op 15 Juni en
stemt met ons op
van wien we weten, dat hij ook op
staatkundig terrein belijdt de eeuwige
beginselen van Gods Woord (Antirev.
Program art. 3).
Indien de anti-revolutionairen er niet
tegen waakten en door hunne vrije
scholen het Protestantsch bewustzijn
wakker hielden, zou, in naam van den
eisch der neutraliteit, de Protestantsche
opvatting onzer geschiedenis langzamer
hand doodgezwegen worden.
Onloochenbaar is wat de Standaard
zegt, dat, als de overheidsschool enkel
tot aanvulling diende, het volksonderwijs
ons minder duur zou uitkomen. En
dat om verschillende redenen.
Bekend is, dat er maar al te dikwyls
kwistig met geld wordt omgesprongen,
wanneer men uit de staatskas kan
putten. In een weelderig paleis als b. v.
de Kweekschool te Deventer, behoeven
onze onderwyzers niet te worden opge
voed. Is dat de manier om hen zich
met een blijmoedig hart in bescheiden
levensomstandigheden te leeren schiki
ken? Bespeurt men niet, dat men zoo
gevaar loopt proletariërs der beschaving
te vormen, mannen met nihilistische
neigingen behept
(De Schoolstrijddoor jhr. dr. v. d.
Wijck, bl. 57, 58 en 62).
De ultra-liberale Dr. A. Pierson, in
leven hoogleeraar in de aesthetica te
Amsterdam, schreef over de neutrale
school eens het volgende
„Een staat, die op zijn scholen aan
de jeugd een godsdienst meedeelt, welke
in de oogen van velen zijner burgers
den naam van godsdienst niet meer
verdient, is dat een staat die zijn on
derwijs heeft geregeld met eerbiediging
van elks godsdienstige begrippen?
Men spele niet met woorden. Is het,
om iemands godsdienstige begrippen te
eerbiedigen, voldoende dat ik ze niet
bespottelijk maak Eerbiedig ik u, als
ik u niet uitlach
Uwe begrippen, ik ondermijn ze,
want ik maak hun overtolligheid voel
baar, ik zwijg ze dood, maar ik eerbie
dig ze, ik, Staat der Nederlanden
Zendt my uwe kinderen. Over dertig
jaren zijn uwe kinderen mannen en
vrouwen, die met Christendom boven
geloofsverdeeldheid dwepen, en wande
lend langs uwe graven, het hoofd zullen
schudden over uwe dogmatische bekrom
penheid. Wat is u, dat gy siddert? Heb
ik uwe godsdienstige begrippen niet ge
ëerbiedigd
En zijnde goedgeloovigen niet-n hun
recht, wanneer zij antwoorden O, voor
zeker, gij hebt Maria niet gelasterd, de
Onbevlekte Ontvangenis niet geloochend,
de Drieëenheid niet voor onzedelijk uit
gemaakt, de godheid van Jezus niet als
een antiek bijgeloof voorgesteld, maar
gij hebt aan het zedelyk leven van het
geslacht dat na ons komen zal, feitelyk
geheel dien Christelyk leerstelligen
grondslag ontnomen, dien wij als den
waren, als den eenigen grondslag van
elk zedelyk leven in gemoede aanmerken;
en dit, o modern e Staat, „hebt,gij gedaan,
zonder het te zeggen!"
Wiliemse. Goeijen avond, vrienden, waar
aan heb ik de eer van je bezoek te dan
ken Blinde Marien ook alen jij Wolf,
met je arm in een doek, wat is dat?
Wolf. Ik ben van 't steiger af gevallen
en nu heb ik mijn arm verzeerd. Ik moet
nog wel een week met mijn arm in een
doek loopen, 'tis lastig, 't is mijn rechter.
Wiliemse. Dat is 't net man; maar wat
hadt jelui te vragen. Is er wat bijzonders?
Bos. Wij komen je eenige inlichtingen
vragen omtrent de stemminge aanstaanden
Dinsdag, Wiliemse. Wij zyn allemaal
nieuwe kiezers, moet je weten, en jij hebt
dat zaakje al meer aan de hand gehad,
dus moest je 't ons nu maar eens zeggen,
hoe wij doen moeten. Hier, Wolf, die zal
niet kunnen komen door dat mankement
aan zijn arm en Marien Stolp is blind
en Yink kan niet lezen. Nu hebben zij
tegen mij gezeidBos help ons eens te
recht, hoe moeten wij nu stemmen. Ik
zeg: dan maar mee naar Wiliemse.
Wiliemse. Daar heb je goed aan gedaan
vrienden. Laatik je't dan maar eens gauw
zeggen. Van daag heb je zeker een kaart
van den burgemeester gekregen
De anderen. Ja Wiliemse.
Wiliemse. Nu, dan moet je beginnen
met die kaart goed te bewarenen als
je Dinsdag naar de stembus gaat, dan neem
je 'm mee. Vergeet dat niet; anders moet
je 'r terug om. En als je kaart weg is,
haal je op secretarie gauw een ander, anders
kan je niet stemmen. Dus er voor zorgen.
Wolf. Ik heb gezien dat er op die
kaart staat dat ik den 15den moet komen
stemmen. En dan heb ik ook gezien dat
er drie namen op staan.
Bos. Juist dat zyn de namen van de
vijf candidaten.
Marien. Wat zyn dat, candidaten
Bos. Dat zal ik u zeggen. Er zyn
veertig kiezers in ons district en die
hebben aan den burgemeester van
Middelburg gezegd wij willen den heer
Fokker aan de kiezers voorstellen
en zoo werd dhr. Fokker candidaat. Zoo
hebben veertig andere kiezers tegen dien
zelfden burgemeester gezegd: wij zouden
wel willen dat de heer Van Karnebeek
gekozen kon worden. En toen heeft de
burgemeester gezegdgoed dan is dhr.
Van Karnebeek ook candidaat. Enz., en
zoo wierd ook de heer Lucasse het.
Wiliemse. Juist; en bekijkt nu die namen
eens goed. Die eerste naam is Fokker dat
is de liberale candidaat. De tweede, derde
en vierde dat zyn weer anderen maar
de vijfde of laatste is LUCASSE, dat is
de antirevolutionaire candidaat. Gij zijt,
geloof ik, alle vier antirevolutionair, dan
moet je natuurlijk den naam van Lucasse
uitzoeken en goed bekijken, dat je'm van
buiten kent.
Bos. Dat is nog al duidelijk.
Wiliemse. Goed, dan ga je den 15en
Juni naar de stembuB. Van 's morgens
acht tot 's avonds vijf uur kan je daar
terecht. Past op je tyd. Probeert om acht
uur te gaan, of anders tusschen den middag.
Want, als je met het slaan van 5 uur
niet in het stemlokaal ber.t, dan kom je
er niet meer in en je kan niet stemmen.
Dus tusschen acht en vij ven moet jestemmen.
Bos. Waar is dat stemlokaal
Wiliemse. Zeker wel in't gemeentehuis.
Gaat er maar in. Je zult daar driemannen
uit den gemeenteraad aan een 'tafel zien
zittendie mannen zijn het stemberoo.
Een van hen, misschien de burgemeester
wel, is voorzitter. Voor hem op de tafel
staat de stembus.
Bos. Moet ik daar mijn kaart in
gooien
Wiliemse. Wel nee. Wat zon dat nou
gevenEen kaart met vijf namen. Nee,
je gaat naar die drie mannen toe en geeft
ze die kaart. Die moeten ,ze hebben;
anders mag je niet stemmen. Vergeet
dat nou toch vooral niet,