NIEUWSBLAD
VOOR ZEELAND.
CHRISTELIJK-
HISTORISCH
Ho. 94. 1897.
Duisifaq 11 flei.
iffrfc faorptiij.
VERSCHIJNT
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
Buitenlandsch Overzicht.
ELKEN MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
Prijs per drie maanden franco p. pf 0,95.
Enkele nummers0,025.
UITGAVE VAN
G. M. KLEMKERK, te Goes
Een woordje aaa onze lezers in Goes.
Wij hebben allen van de Commissie voor
het Huldeblijk aan de Regentes dezer dagen
de circulaire ontvangen met verzoek om
een bijdrage.
De Commissie zal deze week rondgaan
om onze gaven in ontvangst te nemen.
Laat nu niemand onzer achterblijven om
door een kleinere of grootere gift blij k te
geven dat wij den arbeid van H. M. de
Regentes als voorbereidster van onze Konin
gin tot hare groote taak, die zij in 't vol
gende jaar hoopt op zich te nemen, op
hoogen prijs stellen.
Uit de bijdragen der Nederlandsehe man
nen en vrouwen zal aan de Regentes een
geschenk worden aangeboden, door haar
zeiven te bepalen welk. Een nationaal
geschenk. Wie nog liefde gevoelt voor 't
Oranjehuis en van geen der lezers dur
ven wij het tegendeel onderstellen zal
gaarne ook daartoe zijn cent, zijn kwartje,
zijn galden, zijn tientje of nog meer, een
iegelijk naar vermogen, willen afzonderen.
Ook kinderen mogen wat geven, en trotsch
zijn op deze bijdrage, waar 't niet zoozeer
op de bijdrage dan wel op 't hart dat
daarbij spreokt, in de eerste plaats aan
komt.
Laten de kiezers er nu wel aan denken
dat de verkiezingen heel anders zullen
zijn dan vroeger.
Hun wordt nu geen stembiljet meer
thuis gezonden dat zij daar op hnn ge
makje kunnen invullen of laten invullen;
zij krijgen nu voortaan sleohts een stem-
kaait; en met die kaart gaan zij naar
't stembureau en daar geeft men hun een
stembiljet. Op dat stembiljet staan de na
men der candidaten met een zwarte vlek
voor den naam.
In die zwarte vlek is een witte stip
die zij moeten zwart maken. Daartoe
moeten zij achter een afgeschoten lessenaar,
waar een potlood hangt en daarmede hebben
zy niets te doen dan wat wij zoo even
zeiden.
Het geheele werk dat gij ts doen hebt
is dat gij in een kotje gaat en uw can-
didaat zwart maaktdat wil zeggen dat
gij voor zijn naam een punt dicht maakt.
De Centrale Kiesvereenigingen zijn de
aangewezenen om te zorgen dat zij vóór
1 Juni by den burgemeester van hun
kiesdistriot een gedrukt formulier halen,
an dat invullen met ,den naam van den
candidaat en dan verder een veertigtal
kiezers hieronder hnn naam laten zetten.
Natuurrijk moeten ereenige namen meer
op, voor 't geval een der onderteekenaars
°P 't oogenbrik van de inlevering der
lijst onverwachts overleed of een of meer
Verkeerde namen in de lijst stonden, of een
voorletter foutief of naar 't oordeel der
onderteekenaars dubieus leesbaar geschre
ven was.
Kortom voor allerlei gebeurlijkheden
neme men een lijst van 50 of meer kiezers.
Een der onderteekenaars beaorge op den
wrkiezingtdag dat is Dinsdag 1 Juni
n. s. de rijst op 't secretarie en ontvangt
daarvoor van den burgemeester een ont-
Vangbewijs.
Wij schrijven dit natuurrijk niet, om
dat wij vreezen dat onze Centrale besturen
6 Zierikzee, Goes, Hontenisse, Oostburg
on Middelburg dit niet weten maar alleen
tor herinnering aan de kiezers van hetgeen
ook zp reeds wiste», hoe het voortaan gaat.
En dan, wat ook geen nieuws voor hen
Vozen zal?
Dat er geen stemplicht in de wet is
oorgeschreven, maar dat op elk kiezer
plicht rust om te stemmen
dat i i'let na te ^aten- Eu voorts
Vanl6 ?llzekiesrecht is kiesplicht ver-
pUcftQ 18 ioor de leus: stemrecht isstem-
J»" mu „liberaal",
o wheeling Utrecht I van den Christelijk
historischen Kiczersboni, heeft tot candidaat
voor de Tweede Kamer gesteld den heer
jhr. mr. A. P. C. v. Karnebeek.
Deze „geloovige protestant" was jaren
geleden Commissaris des Konings in onze
provincie.
Ook Utrecht II stelde een driekwart
liberaal-school wetman den heer Bastert.
Geen samenwerking
In 't kiesdhtrict Zwolle heeft de antir.
kiesvereeniging besloten den heer A. baron
Yan Dedem niet candidaat te stollen, dewy 1
hij een candid atunr heeft aanvaard van
de afd. van den chr. historischen kiezers-
bond aldaar. Voorloopige candiiaten zijn
aldaar nu de heeren jhr. mr. T. A. J. v.
Asch v. Wijck, ds. Talma en A.
Brummelkamp.
In 't kiesdistrict Schiedam werd onzer
zijds mr. baron Yan den Borch van Yer-
wolde candidaat gesteld terwijl in 't kies
district Hilversum besloten werd door de
oazen om met de dissentieerenden saam te
werken, doch niet voor mr. Quarles, maar
voor A. Mackay.
Hiertegenover staat dat wy te Kampen
den heer Mackay hebben gesteld, en dat
de heer Van Wassenaar door de disaen-
tieerenden in Ede candidaat gesteld, oen
candidatuur weigerde, dewijl hy niet tegen
over den candidaat der antirevolutionairen,
jhr. mr. L. v. Asch v. Wijck wenscht
candidaat te zijn.
Inmiddels schijnt ook te Delft de samen
werking nog niet verkregen daar worden
Van Wassenaar en Yan de Velde genoemd.
Kamer candidateren.
In het hoofdkiesdistrict Slieirecht zyn
er vier: dr. A. Kuyper antirevolutionairen,
(Van Herwaarden Chr. hist, kiezersbond
van ds. Bronsveld); Gerritsen radicalen
en IJzerman liberalen.
De minister van binnenlandsche zaken
herinnert aan de volgende merkwaardige
datums in de verkiezingsperiode
1 Juni candidaatstelling.
15 Juni verkiezing.
25 Juni herstemmingen.
Zegt het voort
Als bewijs van de veranderde toestanden
en wegvalling der standen mag zeker wel
vermeld worden dat in het conservatieve
's Gravenhage, de vorstelijke residentie,
niet door een socialistische maar door een
liberale kiesvereeniging, de grootste uit
het district een tweetal is opgemaakt voor
de candidatnnr voor de tweede Kamer
en dat op genoemde voordracht staan een
oud-minister, tevens oud-gouverneur van
Suriname en een bakkersknecht. De
heeren mr. H. J. Smidt en F. Mol.
Natuurrijk zal dienen afgewacht of ten
slotte Smidt dan wel Mol de candidaat
wordt.
De Zierikzeesche afgevaardigde Van
Kerkwijk, een liberaal, veteraan, een der
kundigste leden der Kamer, geniet in zyn
district in ruime mate het vertrouwen. Wat
in andere districten aan hun afgevaardigde
niet zon worden toegestaan, is hem ver
gund hy mag uit den band springen.
Dit heeft de heer Van Kerkwyk in de
laatste jaren herhaaldelijk gedaan en toch
stelden de Zierikzeesche liberalen hem altijd
weer candidaat. Zij waren 't wel niet in
alles eens met hun „Koo", toch vlogen zy
gaarne voor hem door een vuur en zullen
dit ook weer wel doen.
Zoo onder anderen is" de heer Van Kerk
wyk tegen party verband.
Wie den bewegelyken, altyd drukken,
in de Kamer heen en weer loopenden man
kent, begrijpt dit. Hy kan niet tegen dat
lange zittenevenmin tegen lange debatten;
want dan begint hy al heel spoedig te
brommengelijk een hond dien men te
lang aan den ketting houdt.
EN
vaai 1 5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent.
Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedore regel
meer 10 cent.
De Kamer, de liberale party en 't dis
trict Zierikzee kunnen dit echter best in hem
dragen. Maar een wonder mag 't wel hee-
ten dat eene party, die de programmas
van de liberale unie als uitzuiveringsmid-
del opdringt, zoo groote consideratie weet
te gebruiken mét iemand die om zulk een
program zoo een bitter klein beetje geeft.
Van Kerkwyk heeft in 1888 in een
brommigen brief 't optreden der liberale
unie met haar program bestreden heeft
in 91 tegen dit program groote bezwaren
gehad, heeft in 1894, schoon voor de wet
Tak, in de uitwerping der Takkiaansche
candidaten te 's Gravenhage een groot aan
deel gehad en 't opgenomen voor tegen
standers der liberale unie en heeft thans,
in 1897, verklaard, op een beslissend punt
den vrijhandel met deze liberale
unie te verschillen.
De Zierikzeesche Kiesvereeniging heeft
hierop in eene wel wat orakelachtig ge
stelde motie met algemeene stemmen be
slist, dat niet-instemming met 't program
der lib. unie geen beletsel was en zoo
werd de heer Van Kerkwyk weer candi
daat te Zierikzee.
Heeft de liberale unie hier ook tegen
geprotesteerd
Neen.
Slechts een zwak protest van Het Vader
land vernam men.
Men kan zoo meende dit blad Van
Kerkwijk wel candideeren, maar zoo in 't
oog loopende opzijzetting van 't program
van urgentie der liberale unie gelyk de
motie deed, was verboden.
Niet de candidaatstelling maar de motie
was eene zonde.
Andere bladen hadden 't evenzeer over
de motie.
Tot eindelijk ook de candidaatstelling
zelve verdediging vond en de verkiezing van
den heer Van Kerkwyk aanbevolen wordt
door de vooruitstrevende Arnhemsche
Courant.
Dat blad komt er royaal voor uit dat
Van Kerkwyk, de liberale protectionist,
moet herkozen worden, om den antirevo
lutionair, een vermoedelijk protectionist, te
weren.
Het standpunt van Van Houten anti-
clericaal voor alles, en dan anti-protectionist.
Maar desnoods protectionist om anti-clerieaal
te kunnen zijn.
Wy weten nu, by dergelijke practijken,
op hoe groot eene waarde, wij de aandoen
lijke betoogen van die zijde, omtrent het
dure brood van den armen werkman heb
ben te schatten.
In zyn jongste geschrift: „Aan Jhr. mr.
A. F. de Savornin Lohman. Heel de Kerk
en heel het volk" zegt de heer dr. Ph.
J. Hoedemaker onder meer ook dit
„In de gevangenpoort te 's Gravenhage
toont men den bezoeker een plank met
twee gaten op zoodanigen afstand van
elkander aangebracht dat de twee kijvende
vrouwen, om wier halzeu de plank zich
sleot, e» wier hoofden hoven die gaten
uitstaken elkander geen kwaad konden
doen, hoe lang het haar ook behaagde
elkander nit te schelden. Het eigenaardige
van deze inrichting bestond evenwel hier
in dat het voedsel, haar tot levensonder
houd verstrekt, op deze plank zóó was
geplaatst, dat het buiten beider bereik
was, maar dat zij het elkander konden
toedienen.
„Het komt my voor dat wij hier het
beeld hebben van den toestand waarin wy
verkeeren."
Het derde der vergelijking in acht ne
mende, brengen wij dit beeld, door den
scherpzinnigen publicist voor de toestanden
in de kerk gebezigd, op den politieken,
den staatkundigen toestand onzer dagen over.
De leiders van elke party hebben op 't
oogenblik iets van 't gevoel der bovenge
noemde klappeien. Zij kunnen wel elkan
der de waarheid zeggen, maar moeten, ten
zij ze van gebrek sterven willen, elkander
helpen.
Dit is de beteekenis van den wapenstil
stand die Schaepman en Bahlmann, Kuy
per en Lobman, Borgesius en Gleichman,
Pierson en Bronsveld, Vrijhandelaais en
Protectionisten, Vaderland en Nieuwe Rot-
terdamsche Courant, Rome en Dordt, Oud-
liberalen en Christelijk Historischen, Tak
en Van Houten tot elkander voert.
Een maatregel tegen natuur en regel
ingaande, maar door lijfsbehoud geboden.
Voor wat de antirevolutionaire party
aangaat, kan hij leiden tot duurzame sa
menwerking voor allen die leven uit een
zelfde beginsel.
Moge het zoo wezen
Immers voor hen geldt in de eerste plaats
Toenaad'ring eischt Gods orde en dezer
tijden nood
Hoedemaker en de Beaufort zou men
hierbij ook kunnen vermelden doch om andere
redenen. Zie evengenoemde brochure bl. 17.
Het volgende voorval is geen staaltje
dat pleit voor degelijkheid en de gelijkheid
in 't democratische Amerika. Voor de eerste
maal was er een kleurling ingeschreven
voor de marine-school te Annapolis. De
directeur der school had er voor beloofd
te waken, dat hij geen last zou hebben
van de vooroordeelen tegen zijn ras, zoo
ingekankerd in de Vereenigde Staten. Hij
kon echter zijn belofte niet houden, want
reeds den eersten dag dat hij op school
was, zetten de cadetten een manifestatie
tegen hem op touw, die hem wel den lust
moest benemen nog langet op ie school te
blijven. Zij wilden geen zwarten kame
raad. De staatssecretaris van marine in
de Vereenigde Staten wordt nn zeer lastig
gevallen, dat hij had toegestemd in de toe
lating.
Sint Juttemis.
Dat prof. Acquoy gelijk had met dit
woord af te leiden van Paus Jut, waarme
de Pausin Johanna bedoeld werd blijkt,
zegt het Chr. Schoolbladuit enkele volks
uitdrukkingen nit dien tijd, door sommige
dichters weergegeven. Om iets geks of
onmogelijks aan te duiden diende de uit
drukking zeker: Zie o. a. Jan Vos II p.
253, waar Oene op de vraag „Wie meen
je dat ik ben?" antwoordt: „Sewes seun
van Paus Jut."
In Roemer Visscher's Brabbeling blz. 136
van de Tuytens (sonnetten) leest men
lek peyl het water in een grondeloose put,
lek drijf mijn ploech op de harre strant,
lek say mijn saet in het dorre zant,
Sonder hoop vat winnen ick 't spelleken
sehnt.
Ick stort mijn ghebedt voor een doove jut,
Ick offer een Sanct die des maect geen
werek.
Ick loop te beevaert nae een ghesloten
Kerck,
Ick doe grooten arbeyt en ben niemant
nut.
Die wel aensiet mijns levens loop,
Sal niet segghen dat ik goede coop,
Dus langh gkebruyek myn vrije lust.
Ick hoop, ik vrees, ik reeeken sonder Waert,
Op een bed mocht ick, enik slaep opd'aert,
Godt gheef myn benydersoock sulcke rust.
TRANSVAAL.
Aan een schrijven uit Transvaal van een
oud-gewestgenoot den heer W. S. L., ont-
leenen wij het volgende:
De verdiensten zyn tegenwoordig
maar slecht. Ik weet niet wat ons boven het
hoofd hangt. Heel waarschijnlijk oorlog.
Gij moogt denken, dat Engeland niet dnrft,
■wij denken, dat Engeland zóo ver gegaan
is, dat het geen oorlog kan mijden. Zij
weken slechts, om de zaken nog meer in
de war te sturen en loeren op een kansje.
Dit is echter zeker, dat de Engelschen
zich deerlijk vergissen, als zij meenen, dat
de jonge hoeren niet goed kunnen schieten.
Het Jameson commando bestond nit jonge
boeren. De oudere boeren waren er wel,
d»ch die zyn niet zoo vlug meer, die
blyven in het lager, en wachten den aan
val af. De jonge moeten uittrekken.
Als er nn oorlog komt, zal het bitter
gaan. De menschen houden zich stil, maar
in hun hart is een onmetelijke wrok tegen
rooinek. De rampen en plagen, die ons
land treffen, maken den boer ook meer
ongevoelig voor het gevaar van den oorlog.
De vreugde is weg, de haat is gebleven
en versterkt. Ontmoedigd zijn de Boeren
niet, al hebben velen reeds met den honger
te kampen gehad. De tegenspoeden, waar
mede de Boeren te worstelen hebben,
staalt hen.
Er was gevaar voor verwijfdheid door
het voordeel in de gemakken des levens.
Dit is nn gedaan. Als er gevochten moet
worden, verwacht ik, dat de menschen met
somberen ernst zullen zeggen„Kom ik
om, dan kom ik om, 't kan me ook niet
zooveel schelen, het leven is toch ook maar
zwaar en hard, en daarom, als ik eerst nog
eenige rooinekken kan doodschieten, kan
ik ook maar sterven". Zoo zal 't gaan
De Vrijstaat en de Transvaal zijn vaster
aaneengesloten dan ooit te voren. Al wat
Afrikaner is in de Kaap Kolonie, in Natal,
en overal, voelt zich eensgezind als nimmer
of nooit te voren. Geweren en kogels
waren nooit zooveel onder de menschen.
De magazijnen zijn vol, en bovendien gaat
er een gedurig gebed op tot den Bestuurder
der volkeren, die ook de oorlogen der
menschen beschikt.
Bang voor Engeland zijn we niet. De
vreeze des doods overvalt ook wel eens
den krijgsman, vooral den vrij williger, die
geheel op eigen gezag vecht, zoo hard en
zooveel of zoo weinig, als hij zelf wil.
Als Engeland vechten wil, goed maar laat
het ons dan eerst waarschuwen. We moe
ten op onze hoede zijn, want de Engelsch-
man zal ons onverhoeds, zonder oorlogs
verklaring, op het lijf vallen ons behan
delen als een oproerige vasal-staat. Op po
litiek gebied, het binnenland betreffend,
is er rust.
Het Hooggerechtshof heeft eene poging
gedaan om de heele Staatsmachine in wanorde
te brengen. Zij wilden de wetten en be
sluiten der Regeering toetsen aan de ver
ouderde Grondwet. Volgens die grondwet
zou de conventie zelfs onwettig zyn. Of
het Hof hierin ter goeder trouw heeft
gehandeld is voor my een open vraag. Ge
lukkig is die kwestie voorbij. Er is vreda
onder ons.
Rustenburg
W. S. L.
In Griekenland begonnen zich reeds
enkele sporen te vertoonen van de door
de mogendheden aangeboden bemiddeling.
Volo is door de Grieken verlaten en ter
stond hebben de Engelsche, Russische,
Fransche, Duitsche en Oostenrijksche sche
pen troepen aan wal gezet om de verlaten
stad te „bewaken". De Turken hebben
intusschen de stad op „vreedzame" wijze
in bezit genomen. De Grieksche vloot
heeft zich op „aandrang" der mogendheden
huiten de vuurlijn van Volo terugge
trokken. Op deze wijze haat de rekening
van 't Grieksohe volk op de wondermacht
zijner vloot hetzelve ook niet veel. x
Tegenover de bemoeiingen van Engelsche
en Fransche zyde, om thans de tusschen-
komst der groote mogendheden te ver
krijgen, werd door Duitschland en Oosten
rijk verklaard dat zulk een tasschenkomst
toch niets zou uitwerken zoolang Grieken
land Kreta niet ontruimt en de autonomie
van Kreta niet erkent. De Grieksche
regeering verklaarde hierop Kreta niet te
zullen ontruimen, voor de aanbieding der
bemiddeling van de groote mogendheden
zou zyn ingekomen.
Intusschen, eieren voor haar geld kie-