RECHTSZAKEN. Buitenlandsch Overzicht. KERKNIEUWS. SCHOOLNIEUWS. i :i regelen der gezondheidsleer streng opvolgen: Men zorge zooveel mogelijk voor zuivere en warme lucht hij dag en hij nacht. Stof en rook is zeer schadelijk voor hen, die hoesten. Zoo zij derhalve in stoffige lokalen moeten werken, moeten zij mond en neus beschutten door er een dunnen zijden doek voor te binden. Koude lucht is ook een groote vijand van hoestenden, vooral als er Noorden- en Oostenwind waait, en als zij kort te voren zich in warme vertrekken opgehouden hebben. Daarom is het raad zaam den mond geslotan te houden en door den neus te ademen en dus niet te praten als men door de koude lucht moet gaan. De slaapkamer van lijders aan chronischen hoest moet ruim, luchtig en matig ver warmd zijn. Men ademe de zuivere, warme lucht diep in en langzaam uit. Om dat te kunnen doen, mag de borstkas niet door cor- setten of kromzitten samengeperst wor- worden, maar moet zooveel mogelijk voor al zijne bewegingen vrij spel hebben. Men vermijde bloed-uandrang naar de longen en het hoofd. Daartoe moet men acht op zichzelf geven. Een ieder weet het best, wat hem hartkloppen en zooge naamde vliegende hitte naar het hoofd veroorzaakt. Misschien is het 'trooken van zware sigaren of het drinken van koffie, bier of wijn, te lang zitten, dansen, lezen van romans enz. Men vermijde zooveel mogelijk opnieuw koude te vatten. Vooral is het hiertoe noo- dig voor warme voeten en een warmen rug te zorgen. Van veel gewicht is ook het verharden der huid tegen de wisselende invloeden van het w|er door consequent voortgezette koude wasschingen van borst en rug, die men evenwel niet in een koude kamer mag uitvosren en waarmede men liefst niet in den winter begint. Ter af wisseling van de koude wasschingen kunnen inwrijvingen mef slaolie van borst en hals ook van het bovenste gedeelte van den rug aan allen, die veel aan hoest lijden, en een zoogenaamde zwakke borst hebben, met nadruk aanbevolen worden. Het dunne laagje vet op de huid bewijst aan hen, die in ons vochtige klimaat bij elke ge ringe aanleiding kou vatten, goede, niet te versmaden diensten. Dr. J. V. Hongersnood in Engelsch Indië! Deze tijding heeft ook buiten Engeland een kreet van diepgevoeld medelijden doen opgaan; en zeer milde bijdragen losgemaakt voor de ongelukkigen. Bij den hongersnood heeft zich eene hevige pest gevoegd in de hoofdstad Bom bay. En dit maakt, bij de onmogelijkheid om in de binnenlanden van het zeer uit gestrekte rijk op 't oegenblik hulp te ver- leenen, den toestand zoo diep bedroevend. Terwijl Engelands koningin, de keizerin van het groote Indische rijk haar 60-jarige re geering gedenkt en der natie een feestelijke stemming passen zou, komt deze ontzaglijke gebeurtenis hierop een droeve slagschaduw werpen. En vooral de pest is zoo hartverscheurend. Dagelijks sterven er tweehonderd lijders, sommigen in een zeer kort oogenblik. Niet zonder reden dat deze drukks handelsstad, waar de polsslag gevoeld wordt van den wereldhandel, als uitgestorven is. Winkels, kantoren en magazijnen blijven gesloten, de lijders sterven hulpeloos als muizen weg en de gezonden verlaten de stad bij dui zenden. Dag en nacht brandsn de vuren der Hindoesche bevolking om de lijken te verbranden. In vele plaatsen is het aan tal sterfgevallen verdriedubbeld. En de in woners weigeren da op straat liggende lijken te begraven. Velen weigeren zelfs ze aan te raken. En als om de maat vol te meten die ons de profetie van hongersnooden en pes tilentiën in het laatste der dagen voor den geest roept, dreigt de geesel der cholera andere deelen vanHindostante verschrikken. Met name te Andueri is dat gevaar niet denkbeeldig. Daar zjjn acht duizend per sonen gekampeerd, en dat zonder drinkwater. Het spreekt van zelf dat, menschelijk gesproken, de vluchtelingen de besmetting in andeie districten des lands hebben over gebracht. Zelfs dieren bezwijken. Varkens en koeien sterven bij menigten. En nu wordt de ellende nog verhoogd door de wetenschap dat de overheid haar plicht heeft verzuimd, toen eenige maanden geleden de geneesheeren haar waarschuwden dat eenige gevallen van pest door hen waren ontdekt. Het gemeentebestuur van Bombay weigerde eenvoudig het nemen van voorzorgsmaatregelen. Thans, nu de omvang der ramp haar tot haar plicht bracht, staat zij machteloos. Er is zooveel te doen. Want de lezer weet wel uit de beschrij vingen over de aangetaste streken, dat de Hindoes zeer vuil zyn. In nauwe straten en stegen dicht behuisd en dicht bevolkt ligt vuil en afval maandenlang te rotten en stank te verspreiden. Dezer dagen toen 't gemeentebestuur aan het reinigen toog, haalde men uit een steegje in een dag tijds 1500 ton vuilnis weg. Daarbij "komt dat de bevolking weigert hare zieken naar Europeesche ziekenhuizen te doen vervoeren. Waar de regeering toch met dezen maatregel doorging, ont stonden er bloedige gevechten tusschen de Hindoes en de politie. Wij spraken daar van dichtbevolkt en smerig. Een staaltje ten bewijze. Het Mandor kwartier 5 vierkante Kilo meter groot, dus ongeveer twee uren in omtrek, telt 40000 inwoners. De straten zijn zeer nauw en de zon dringt nimmer door in de oude, vuile woningen. De bewoners zijn handwerkslieden, doch de mee9ten zijn koelies die werk hebben in de omgevende dokken en werkplaatsen, en opeengepakt ia leemen hutten daarhee'n leven, welk verblijf zij niet zelden met kippen of een geit en ander gedierte deelen. Zieken en gezonden wonen bijeen privaten ontbreken. Doode ratten liggen op de straat verspreidde vertrekken worden zoo goed als nooit gereinigd. Andere woningen hebben twee verdie pingen, doch zij worden ook door zooveel te meer menschen bewsond. Sommigen door 600 in éen huis Is 't wonder dat de pest er uitbreekt dat de besmetting voortwoekert, dat de overheid weinig doen kan Hoe en wanneer deze besmetting kan worden gestuit, is niet te zeggen. Of Europa vrij zal blijven is insgelijks een open vraag. Mogen de volken zich verootmoedigen voor den Heere en door milde bijdragen voor de ongelukkigen't lijden verzachten. Alleen do Lord Mayor van Londen kreeg in enkele dagen 60000 pond sterling dat is 720 duizend gulden 1 bijeen. Engeland met zijn duizenden schatrijke lords kan nog veel meer doen. Maar sok in andere landen moet offervaardigheid geoefend worden. Want honderd miljoenen zullen stellig noodig. zijn om den eersten nood te lenigen. De afgrijslijkheden van den oorlog. De Tempi bevat het verhaal van een kleurling der Filippijnen, zekeren Tung- Tao, die aan den opstaad daar had mee gedaan en die van den tegen woordigen oorlog een ijselijk somber tafereel ophangt, en thans naar Hong-Kong gevlucht is. Hoe verschrikkelijk deze revolutie voor Spanjaarden en inboorlingen is, kan geen mensch in Europa begrijpen. Niemand in Europa kan met juistheid becijferen, hoeveel gruwelen daar op de Filippijnen gepleegd worden. Om die wreedheden van kleurlingen tegen Span jaarden en omgekeerd te beseffen, moet men den bloeddorstigen aard der Mestiezen kennen, hun doodsverachting en onver schilligheid voer lichamelyk lijden, terwijl van de andere zijde de Spaansche soldaten tot de bitterste wraakneming aangespoord worden, omdat hun wapenmakkers, offi cieren en soldaten, die ia de handen der opstandelingen vallen, als beesten worden gemarteld en afgemaakt. Wij halen hier een stukje aan uit het verhaal van Tung-Taodat begint met den aanval op een Spaansch klooster, waarvan een der bewoners de schuilplaats der opstandelingen heette verraden te hebben. „Het klooster werd stormenderhand inge nomen; twee va» al de priesters, die zich er in bevonden, gelukte het slechts om te ontsnappen, en wij Tung-Tao was ook bij de aanvallers; maakten ons meester van de aanwezige rijst en wapenen. Ik persoonlijk nam geen deel aan de executie der gevangen priesters, maar ik regelde en csmmandeerde de voltrekking. Zij wer- de» gehangen of verdronken, een dood zoo zacht als maar mogelijk is. Alleen de prior werd in stukken gehouwen. „Wg versterkten ons in het klooster en wachtten ferm de Spaansche soldaten af. Weldra kwamen zij em begon de wor steling. Het was een strijd zonder genade kwartier werd er niet gegeven. De Span jaarden worgen hun gevangenen, wg kruisigen hen, die wij buitmaken; zij ver scheuren ons, wij verbranden hen levend". Dit is een staaltje hoe de krijg als kiijg gevoerd wordt, verder beschrijft Tung-Tao, iets uit zgn go vangenschap. „Men kwam in de gevangenis door een smalle deur, dubbel met ijzer beslagen. In het bovengewelf was eenluchtgat met ijzeren bouten overdekt, waardoor men in den kerker zien kon. In die beperkte ruimten werden de gevangenen een voor een binnengedrongen de frissche lucht ontbrak zij stikten en kropen naar de reten der deur om te ademen, daar lagen zij op elkander in massa. De Spanjaarden konden door de deur geen ge vangenenen meer naar binnen duwen, zoo vol was het. Toen zij dit zagen, namen zij de bouten van het luchtgat weg en wierpen de gevangenen er van boven af doorheen op de anderen, die als schapen gedrongen stonden. Zoo kwamen er nog twaalf naar binnen. Zij die bij de deur sto iden genoten nog iets van de lucht, de anderen vertoefden in eene ver pestende atmosfeer. In het midden van dien troep, zegt de verhaler, herkende ik dehooge gestalte van Han-Kai, een der hoofden van de opstandelingen van Bantangas, die bekend stond wegens zijne stoutmoedigheid en roeke loosheid. Om 4 uur 's middags ging de deur onzer gevangenis opnieuw open en men kwam den broeder van Han-Kai tusschen ons weghalen om hem te vonnissen. Een uur later wierp men hem weer naar binnen door het lucht gat. Hij was halfdood geslagen, omdat hij onze geheimen niet had willen verraden. Toen Han-Kai zijn broeder herkende, uitte hij een kreet van woedehij wees ons met den vinger het luchtgat en gaf ons een tee- ken hem te helpen daarbij te komen. Op onze schouders geklommen, greep hij de bou ten ea hield zich daaraan vast. Een Spaansch luitenant stond daar op wacht en bukte zich om hem de ijzers te doen loslaten, maar Han- Kai greep hem met de eene hand, die hij vrij had, om den hals, duwde zijn gezicht op de ijzers, en worgde hem voor de Spaansche wacht kon toesnellen. Den volgenden morgen, toen de gevange nen werden gebaald, om dood geschoten te worden, waren er niet minder dan 54 aan hun wonden of door gebrek aan versche lucht overleden. Bij de fusillade hield Tung-Tao zich dood, werd met de overige veroordeelden in een kuil geworpen en wist 's nachts te ontkomen. Later bereikte hij een schip, dat hem in Hong-Kong afzette". Hoewel het verhaal van den Mesties zeker niet van eenzijdigheid is vrij te pleiten, werpt het een droevig licht op den ongelukkigen toestand der Filippijnsohe eilanden. (Wegens plaatsgebrek moeten wij het Overzicht hier afbreken). 18 Jan. '97. Te Middelburg is in een vergadering van Ned. Hervormden een afdeeling tot stand gekomen van den Chr. Historischen Kiezersbond. Volgens het Dagbl. van Z.-H. en s-Gris bij het departement van justi tie een plan aanhangig gemaakt tot vast stelling van een uniform voor de hoofd commissarissen en commissarissen van politie van het rijk. Naar men in wel onderrichte kringen verzekert bestaat het plan, om de Tweede Kamer tegen de laatste week van Februari waarschijnlijk den 23en weder te doen bijeenkomen en zouden de werkzaam heden dan tot 't begin van April, vermoe- delgk den 9en, worden voortgezet. (Vad.) Wij vernemen dat door de suiker fabrikanten eene vergadering gehouden is teneinde de prijzen der suikerbieten van net a. s. seizoen vast te „stellen. Men is het evenwel met het vaststellen van de prijzen niet eens kunnen worden, zoodat nu binnenkort een tweede vergadering zal worden gehouden. Het onthoofden van Atjehers. „v. V." schrijft aan de J. B., naar aan leiding van het in de zitting der Tweede Kamer van 22 September 1.1. gevoerde debat over het onthoofden van Atjehers „Hieruit blijkt, dat bij een aantal personen in Nederland de meening voorzit, dat een Moslim zonder hoofd den hemel, hetzij men dien den Turkschen dan wel den Mthomedaanschen noemen wil, niet deel achtig worden kan. „En ook in Indië hebben niet weinigen dat denkbeeld, althans ik heb het door menigen van Atjeh komenden officier, hoo- ren verkondigen. „Het schijnt mij daarom wenschelijk toe er op te wijzen, dat die meening onjuist is. „Een geloovige, die in den heiligen oor log sneuvelt, wordt beschouwd te zijn sjahid, getuige van Gods macht, of, zooals prof. L. W. C. van den Berg in zijne „Beginselen van het Mohammedaansche recht," zegt, is martelaar voor die zaak van den Islam, en wordt terstond de ge nietingen van het Paradijs deelachtig. Om die reden wordt zijn lijk niet gewasschen, doch in het graf geplaatst in den toestand, waarin hij is gevallen ja zelfs wordt door de Sjafi'ieten niet bij zijne begrafenis ge beden. Al die afwijkingen van de regelen in gebruik bij de behandeling van lijken zijn daaruit te verklaren, dat de ziel het lichaam reeds verlaten heeft, hetgoen niet het geval is bij de op andere wijze overledenen, die eerst nog het bezoek der grafengelen heb ben af te wachten, voordat hunne zielen hun omhulsel mogen verlaten. „Het verminken van lijken van gesneu velde Atjehers is derhalve op nuttigheids- gronden niet te verdedigen. Laat ons hopen, dat de autoriteiten op Atjeh maatregelen hebben genomen om herhalingen van deze gelukkig slechts weinige malen gepleegde barbaarschheden te voorkomen." Ned. Herv. Kerk. Beroepen te Zoutelande dhr. A. Troel stra cand. te Utrecht. Drietal te Velzen Blanson Henkemans te Wolvega, Van den Broek te Schiedam en Schroder te Nieuw Vennep. Beroepen te Makkinga (toez.) Hoornsma Cannegieter te Donkerbroek te Sloten dhr. A. Troelstra cand. te Utrecht te Schoonoord Beukenhorst, cand. te "Doetinchemte Ter Aar ds. S. H. Buitendijk te Yselsteinte Ouddorp ds. C. Waardenburg te Goedereede. Aangenomen naar Bergumerheide door Rodenburg, cand. te Jutrijp naar Wapserveen door ds. R. Schaaf te Groot Schermer; naar Harkstede door Hes- linga cand. te Groningen. Bedankt (niet aangenomen dus, zooals wij op gezag van andere bladen meldden) voor Alkmaar door ds. D. G. Postma te Zaan dam voor Moerdijk door Schouten te Wamelvoor Thesir.ge, en voor Heveskes door Heslinga cand. te Groningen. Geref. Kerken. Drietal te Enkhuizen ds. J. v. Andel te Gorinchem, ds. A. M. Donner te Assen en ds. L. v. d. Valk te Scheveningen. Beroepen te Ooltgensplaat ds. G. de Braai te Oosterbeek. Benoemd tot onderwijzeres te Gouda mej. C. M. van 't Hof, thans te St. Annaland. In ons voorlaatste no. deelden wij de uit spraak mede in zake de kerkelgke quaestie te Oud-Beijerland. De rechtbank wees den eisch toe. la de overwegingen die tot deze uit spraak leidden, oordeelde zij, dat de Geref. kerk te Oud-Beijerland A reeds langen tijd vóór de wet van '55 bestond boven dien is deze wet niet toepasselijk op kerk genootschappen. Eischeres heaft dus wel rechtspersoonlij kheid. Gedaagden hadden niet het recht hun kerk A uit het synodaal verband los te rukken een enkel besluit van den ker- keraad was niet in staat dit te provoceeren. Geen enkel reglement noch de Dortsche Kerkenorde geeft deze bevoegdheid. Bo vendien bestoud de Christelijke Gerefor meerde Kerk niet meer. De conclusiën van eischeres werden dus in hoofdzaak toegewezen, behalve wat de tenuitvoerlegging bij voorbaat aangaat. De heer Mr. D. van Tienen Jansse werd tot rechter-commissaris benoemd, ten wiens overstaan door gedaagden rekening en verantwoording zal moeten worden ge daan, en de gedaagden werden in de kosten veroordeeld. Door den krijgsraad te 's Gravenhage is uitgesproken een sententie van het Hoog- Militair Gerechtshof, waarbij J. A. S., stukrijder bij het le reg. veldartillerie, gedetacheerd bij het algemeen depot van discipline, werd veroordeeld tot 2 jaar militaire gevangenisstraf en 6 maanden militaire detentie met ontzegging van het recht om bij de gewapende macht of als militair geëmployeerde te dienen voor den tijd van 5 jaren, ter zake vanle insubordinantie door het slaan van zijn meerdere in rang2o. insubordinantie door het beleedigen met woorden van zijn meerderen in rang. De uitvaart van ds. P. Siemense te Oosterland. Vrijdagmiddag te 12 uur werd het stof felijk overschot van den zoo plotseling overleden en den door iedereen gaachten en beminden Vader Siemense ter aarde besteld. Dat wij met dit laatste niet te veel zeggen, bewees wel de groote menigte die toegestroomd was en zich op en ron dom den doodenakker verzameld had. En geen wonder. Ds. Siemense was in zijne omgeving allen alles geworden. In zijn eenvoud en zelfverloochening, in zijn deelneming en hulpvaardigheid, in zijn enstig en liefdevol getuigen was hij waar lijk groot. Daarop wees de le spreker op het graf, ds. A. van Bueren. Na hem nam ds. Geerling het woord, die er inzonder heid aan herinnerde, welk een ernstig pre diker de overledene was al was hij geen wetenschappelijk gevormd man van de waarheid Die inden Zoon gelooft heeft het eeuwige leven, enz. Ds. Esselink, die vader Siemense niet zoolang had gekend, bad toch genoeg van hem leeren kennen om het te betreuren, dat hij niet meer van hem had kunnen profiteeren. Hij waagde de veronderstelling, dat indien ds. Siemense een lijfspreuk heeft gehad, het deze ge weest zij Door de genade Gods ben ik, wat ik ben. In die genade, welke God aan ds. Siemense verheeilijkte willen wij ook roemen. Daaraan alleen de eere 1 Na deze predikanten werd nog gesproken door den heer v. d. Valk van Vlaardingen die uit naam van vele vrienden van buiten hierin de gemeenschap der heiligen wilde betrachten door dhr. Mulder van Zierikzee die herdacht wat de overledene geweest was voor en in de classis Zierikzee van Geref. kerken en verzocht te zingen Ps. 68 2door den Ouderling Serier van Oosterland, die zijne b.b. kerkeraads- en gemeenteleden, na het geleden verlies, opwekte tot nauwe aaneensluiting door den band der liefde. De heer van Leeuwen van Vlaardingen, neef des overledenen dankte de sprekers en de vrienden voor de laatste eer aan zijn Oom bewezen. Ook van dezen rechtvaardige zal de ge dachtenis in zegening zijn 1 Middelburg. Hedenmorgen is de werkman M, alhier wonende, te Vlissingen in het aldaar in aanbouw zijn oorlogsschip „Zeeland" van een der dekken in het schip gevallen. Gelukkig is de val niet van ernstigen aard. Coes. Thans vernemen wij dat Zuster Rost wel degelijk ontslag heeft gevraagd als hoofdverpleegster in 't Gasthuis alhier en dat baar dat door 't Bestuur met ingang van 1 April a. is verleend. Het bericht in ons vorig no. was dus niet heelemaal onjuist. Tot voorzitter van den Zeeuwschen Bond van jongelingsv. op Geref. grondslag werd in plaats van ds. Bouma van Ter- neuzen die naar elders vertrok, gekozen ds. H. Buurman van Meliskerke. Dit ver bond hoopt op 2en Pinksterdag te Mid delburg eene openbare vergadering te houden, waar onderscheidene belangrijke zaken zullen worden verhandeld. Rilland. Zondag morgen brak bij den heer J. Bruijnzeel een vrij hevige schoor steenbrand uitde vlam sloeg tamelijk hoog boven den schoorsteen. Door spoedig toe geschoten hulp werd de brand die even wel nog een half uur duurde, gebluscht. Kapelle. Onze gemeente is voor een groot ongeluk gespaard gebleven. Zaterdag middag toch, ontstond een schoorsteenbrand op de hofstede in de Maalstede, bewoond door Johs. van Wingeu. Spoedig ontdekt, trachtte men dien te blusschen door den schoorsteen van boven dicht te maken, doch nu baanden de vlammen zich een weg door eene opening in den schoorsteen, waar een zoogenaamd anker doorging en dat niet gesloten schijnt te zijn geweest. Hierdoor werd het stroodek der schuur aangetast en zou, zonder grsote tegenwoor digheid van geest en doortastendheid van den zoon des bewoners, de schuur weldra in vlammen hebben gestaan. Het in de schuur aanwezige vee, paarden en rundvee, had men al los gesneden en den boom gaard opgedreven, dan gelukkig, met den schrik, wat werk en stuk gesneden touwen, is de bewoner er afgekomen. Stavenisse. Mijne voorspelling geuit in de Zeeuw van Zaterdag 1. 1., dat tus schen bet eind van deze en het begin eener nieuwe dergelijke Vereeniging (tot aankoop van kunstmeststoffen n. 1.) sleshts enkele dagen zouden liggen, is reeds uit gekomen. Denzelfden dag, Zaterdag, is eene nieuwe dorpsvereeniging opgericht met 77 leden, meerendeels dezelfde per sonen uit de ontbonden vereeniging. Het zelfde reglement werd vastgesteld en de zelfde bestuursleden werden gekozen. Er werden door de leden gezamenlijk de na te noemen kunstmeststoffen besteld 94000 K. G. superphosphaat, 40500 K. G. opge loste peruguano, 23500 K. G. chiüsalpeter, 700 K. G. zwavelzure ammoniak, 1000 K. G. ammoniak superphosphaat, 500 K. G. ruwe peruguano en 18 H. L. inlandsche wikken. (De laatste dienen voor groene bemesting.) Tot Donderdag a. s. blijft er gelegenheid voor nabestellingen. De aan besteding zal plaats hebben op 29 en de opening der biljetten op 30 Januari e. c. Stave nlsse. Aan Mej. H. E. Tissot van Patot, sindsongeveer 15 jaren brieven- gaardster alhier, is op haar verzoek tegen 1 Febr. a. s. als zoodanig eervol ontslag verleend, met toekenning van recht op pensioen. Bruinisse. Verleden Donderdag over leed de eenigst overgebleven oudstrijder uit onze gemeente, de Heer Willem ütte, in den ouderdom van bijna 85 jaren. De overledene maakte den Tiendaagschen Veld tocht mede en was gerechtigd tot het dragen van het Metalen Kruis. Nieuwdorp. Donderdag werd alhier wege het bestuur der werkmaasvereeni- ging rekening en verantwoording gedaan over den jare 1895(96het bleek dat er waren aangekocht 330 kar kolen waaruit gemeten werd 6316 Heet. Kachel-, 198 Heet. Smee-, en 3400 kilo stukkolen waar voor betaald is f 3945,91de kolen kon den voor de lsden die thans 210 tellen, 60 cent de Heet. berekend worden. De volgens het rooster aftredende bestuurs leden werden herkozen. Uit Hoogezand komt het geiueht, dat de daders van den moord, verleden jaar te Groningen blijkbanr gepleegd op den agent van politie Van Vliet, eindelijk in handen van de politie waren gevallen. Inderdaad hebben een paar dagen gsleden arrestaties plaatsgehad. De hand is gelegd op twee lui uit Groningen en op een broeder van een hunner, uit Westerbroekdit naar aanleiding van een twist, die gevoerd moet zijn in een kroeg te Groningen en waarbij het een en ander omtrent de duistere geschiedenis uitlekte. Met een achttal personen, die de ruzie in de kroeg bijwoonden, werd het trio geconfronteerd, maar niemand heefi tot dusver bekend. Intusschen hoopt men op het goede spoor te zijn. De gemeente Zaandam telt onder hare inwoners sinds eenige dagen eene bet overgrootmoeder. Anna Verveen werd den 14den October 1805 geboren den 13den Januari 1830 werd zij moeder, 13 Febru ari 1855 grootmoeder, 2 Januari 1877 overgrootmoeder en 11 Januari 1897 bet overgrootmoeder. Als bijzonderheid kan daarbij nog ver meld worden, dat de jongst geborene thans in het bezit is van twee grootvaders, twee grootmoeders, eene overgrootmoeder en eene bet-overgrootmoeder (genoemde Anna Ver veen), die allen te Zaamdam wonen. Een man die in het bedelaars-asyl op het Hoogeland te Beekbergen was ver pleegd geweest, kwam met f8 in den zak te Apeldoorn werk zoeken. In aanraking gekomen met drie personen, werd hij door dezen uitgeplunderd en van zijn geld be roofd. In den stal van Zeegers te Gemert is 't mes gevonden waaamede hij ver moedelijk zijne vrouw de doodelijkej wonde heeft toegebracht. De kinderen hebben het mes herkend als toebehoorende aan hun vader. Nabij Tenhorne is een jongeling die zijn broeder op schaatsen een eind weegs uitgeleide had gedaan, op den terugweg in een wak gereden en verdronken. Personen die de ramp zagen en zonder acht te geven op zijn hulpgeschrei, den armen jongeling lieten verdrinken, zijn deswege geverba liseerd. De eenige zoon van een land- bouwer te Schoonebeek van een hardrij derij terugkeerende, is onderweg in bet kanaal geraakt en verdronken. Een ambtenaar van de posterijen te Leeuwar den, lijdende aan zwaarmoedigheid, is op de boot bij Stavoren door een raampj® van de beste kamer overboord gesprongen en verdronken. Te Woerden waagde zich Donderdag een jongen te ver op het ijs in de buitengracht en verdronk door dien de groote afstand van den wal het redden ondoenlijk zijn twee knaper stomme, door het De mannen lop-bandenfabriek schreven abusievs meer aan het we 200, hebben ge echter werk gen< genoemde maatscl kelijk andere we Door een v ernstig ongeluk Selo, waar de Ri zich thans bevint Terwijl de Cza in het park van tuinman een teel te spreken. De schildwacht, in d nemens was een doen, gaf' op dat den man op de p Maandag is taal te Napels, o volgd doordreune wijk der Zeven bracht, ingestort, werden twaalf pe: begon het reddinj tien meter boven werk van een ba werd het eerst g( ren en het laborati gedeeltelijk inges: den zich in de ki seminarist die de een makker, zeke: enormen puinhoo zwaren steen aan zocht hg stervend benedictie in extr geen Marollo, nai deed. Gedurende i wroette men de volg, dat zeven j te voorschijn wei vrouw, die zich een jong meisje v onder den gevel 1 kigen werden ver De lucht v, nooit openbaar ve Prof. Linde te kunststuk in tegen verricht. Hij doi schijnt eenvoudig te brengen tot op e' onder het vrieapui ziet er melkachtig De ontdekking Eenige jaren gelee een Engelschman, genomen met het dampkringslucht, voort op do ontdel man Pictet, wien stikstof en zuurstol vloeibaar te make Prof. Berthelot heid van vloeibart reeds anderhalve leerden vaststaat, in 1784, van „nieu men nu geen denk ontstaan, als de as felle koude kwam, streeks 1750: „d lucht zou een vas de warmte eraan Een Engelsch i op een uitgaanspi tweehonderd achtti vergezeld door eer brood en stout. To dammetje gelegd I hij nu wel eens w Koninklijke a van den prins van jeugd bet schoenir leerd heeft. Volgei de toekomstige ko eenige vorst niet, brood met de uito tc verdienen. De prins van Wales, heeft van een oudi geleerd. Z^n neef de ploeg te hantei en met de zeis o: Duitschland is een Koning Humbert i een perfect schoen kneed in het schoi van Zweden hante doet als houthakke onder. De koningin is een liefhebster Dezer dagen nog s maakte wollen spri oude behoeftige v Wight voor deoui pleegde. mannetjes van wij zoo is dit echter b delijk hst geval, o hebbsrs worden er Inzonderheid heeft 'leurde, zoeals bij gele enz. Er zyi meene regels, om 't h

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1897 | | pagina 2