NIEUWSBLAD VOOR ZEELAND. CHRISTELIJK- HISTORISCH Eerste Blad. urg. -Maldeghem Ho. 26. 1896. Meclaij 28 HooemGec. tenst Midd. ^e, Hulst-Vla$ tramdienst 7'20- VERSCHIJNT G. M. KLEMKERK, te Goes F. P. D'HUIJ, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIËN „Het eenvoudigst Pensioen- i stelsel". SUIKER, enz. OOTDIENST Iburg en ZierikZ8e. ïrikzee Spoorweg- (j Nov. T Van Z!erik2e), id 'smore. SO Dond.26 6,30 Vrijd.27 Zater.28 Zon. 29 -'Maan. 30 BUSDIENST SCHE VEER—(jflj itzondering Tan Dii it. Vertrek Veer 30, 's avonds 5. n) 'smorg. 8,37, 's avonds 6,30. Br 's morg. 9,— (Slot Ostende), V;. -* ?il ifftfe laawjang. ;erdienst. jertrek ongeveer Voorm. 5,20* j, 11,Namid, pO, 5,15, 6,7,— Voormid. 6,40* 8- Namid. 12,1 30,9 3,10, 7,05, 8,10, irkdagen. WttEMGBAi Nov. TTERDAM Maandag) 'a morg. 6.5 T WERPEN to Maandag) 's morg, GEN-OP ZOOM-TflOl ioom naar Tholen,! mltatief), 11,—, r Bergen-op-Zoom ef), 9,35, 12,40,! ;gen-op-Zoom n. Hate eren naar Tholen 15: OOTDIENST DDELB.-ROTTEEDl member. rdags en Zaterdags van Middelburg ig en Vrij dag van Eotj ormiddag. OORBOOTDIENSTl OP 1)E OOTDIENST. ■s 20 min. na kloktij^ |n naar Vlake vm,- Walsoorden onmidilfj den correepondeeresi sn 10.15, 2,15, 5,15 :n worden geen goed:' ENDIENST. Walsoorden vm. [3,5. uur. n onmiddellijk nasj ongeveer vm. 9,- >,15 n. laar Draaibrug 6,24 naar Maldeghem ij 2,37 5,20, 8,31, Jj naar Draaibrug 'I 6,35. naar Breskens 6,50, 7 45. 'Sluis 5,31, 6,13,1 8.31. raaibrug 5,51, 6,29, 0, 5,01, 7,18,8,08,1 STOOMBOOT, ov.Dec. rd. Zondag 29 's m. 2 's morg. HELDE. ische of Spoortijd. rm. 5,10a), 7,20,! 3,25*) 8r lUl m. 5,40a), 3 55. 20, 9,40,11,55c) att-i -, 10,10, nm. liM ikenskerke vm. 8,10' 8,43 GS geen vee verv'ltrj ird. 3.25 naar Dinsdag® I Vrijdag^ elken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND. Prijs per drie maanden franco p. p0,95. Enkele nummers0,025. UITGAVE VAN EN van 1 5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent. Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. 6.—e) door 8,30e) HA5 poor 8 50e) 12,13 1 4,50e) 7,15e) 10,10 I ioor 7,35e) 10,30 TERDAGS gee1.ï goederen verV0®U Dit nommer bestaat uit twee bladen. t Twee b*zwaren zijn er, die het iemand die zijn dagelijksch broed dagelijks ver dienen moet bezwaarlijk maken tegen den ouden dag zich een vast inkomen te ver zekeren, ook al i% hij gaarne tot spaar zaamheid geneigd en al erkent hij zijne verplichting om, zonder bezorgd te zijn voor den dag van morgen, toch te zorgen ook voor dien dag. Het eene bezwaar is, dat hij zich niet vooruit voor ean vaste, jaarlijks terugko mende bijdrage verbinden kan. Het an dere, dat er geene gelegenheid bestaat om, zonder tydroorenden omslag, ook de klein ste bijdragen aan eeae verzekeringsmaat schappij in beheer te geven. Tot dusver )*ijn de verzekeringsmaatschappijen meer ivoor personen met kapitaal of vast jaar- lijksch inkomen dan voor den eenvoudigen workman *f dienstbode geschikt. Beid* genoemde bezwaren schijnen door de Amsteriamsche Maatschappij van Le vensverzekering op eenvoudige en doel treffende wijze te zijn opgeheven door in voering van het „eenvoudigst pensioen stelsel". Door het beschikbaar stellen van „bons" kan ieder, die een dubbeltje of een kwartje voor zijn pensioen bestemmen wil, een bon koopen bij den agent. Zoodra hij voor het bedrag van f 1.gekocht heeft, ontvangt hij een pensioenboekje, dat op dezelfde wijze i» ingericht als een spaarbankboekje. De ingeschreven gulden geeft hem het recht op een lijfrente, die op zoodanigen leeftijd ingaat als hij zelf verlangt. Na tuurlijk hangt het bedrag van die lijfrente af van den leeftijd, waarop de rechtheb bende den gulden heeft doen inschrijven. In het pensioenboekje is dat met een enkelen oogopslag te zien. Telkens als de houder van het boekje dit verlangt wordt, evenals in een spaar bankboekje, een nieuw bedrag ingesohre- ven, dat dan evenals het voorafgaande de grondslag is van eene daarmee over eenstemmende ljjfrente. Het totaal bedrag waarop de houder aanspraak heeft, wordt bij elke storting in het boekje aangetee- kend. Op deze wijze verkrijgt de houdsr aan spraak op eene vaste uitkeering, die niet verloren gaat, al verliest hij zijn boekje, want natuurlijk wijzen ook de boeken der maatschappij uit wat hem toekomt. Indien nu in alle plaatsen des lands personen die met arbeiders in gedurige aanraking komen, leden b.v. van „Pa trimonium" of andere arbeiders-vereenigin- gen zich bereid verklaren om, na tuurlijk tegen vergoeding als agenten op te treden voor deze wijze van verze kering, d. w. z. zich te belasten met den verkoop van bons, en met de inschrijving van het pensioenhoekje, dan vinden de arbeiders overal in hun midden den per soon dien zy behoeven. Onnoodig is het dan, allerlei afzonderlijke pensioenfondsen op te richten, waaraan meer verantwoor delijkheid en moeilijkheid verbonden is, dan menigeen meent. Dat ook zonder bons in te koopen men van deze pensioenhoekjes gebruik kan maken, spreekt van zelf. Ieder, dienstbode, onderwijzer, ambtenaar, die zich niet voor de toekomst tot het storten eener bijdrage verbinden wil, maar op een gegeven oogen- blik iets voor den ouderdom wil apart leggen, kan zulks doen door zich een pen sioen- of lijfrenteboekje aan te schaffen. Doch dit is natuurlijk niets nieuws. Het nieuwe is alleen, dat het oude op een voudige wijze voor het groote publiek en voor de kleinste beurzen bruikbaar ge maakt is. Ook spreekt het van zelf, dat de be dongen uitkeering plaats heeft onafhan kelijk van de vraag, of men al of niet nog arbeid of dienst verricht. Inzoover ware het juister geweest te spreken van lijfrentestelsel. O. i. is het „eenvoudigst pensioenstelsel" een stap vooruit op den weg, die moet of althans kan leiden tot algemeene pensio neering op den ouden dag. De aanstaande behandeling van het zoo genaamde Suikerwetje heeft weder de aandacht gevestigd op de wensohelij kheid der oprichting van coöperatieve suikerfa brieken door de landbouwers zeiven. Op 'toogenblik is de fabriek doel en de bietencultuur middel. Het omgekeerde moest waar zijn. Een rapport eener commissie uit de Geldersch Overijselsche maatschappij, eenige jaren geleden, kwam tot deze slotsom De suiker moet het product van den landbouwer worden, de bereidingskosten daarvan afgetrokken wordende, moet het overschietende in den zak der land bouwers komen. Ook in Zeeland is eene commissie aan het werk getogen. Tot nog toe zagen wij van haren arbeid nog slechts weinig resultaat. Althans de coöperatieve fabriek is er nog niet. Het is te begrijpen zoo de uitvoering afstuit op geldgebrek. Indien het stichtingskapitaal aanwezig is, dan is de redeneering aldus. Exploitatierekening van 1000 kilo bieten: Inkomsten f 19,04. Uitgaven waaronder f2 die de landbouwer laat staan voor elke 1000 kilo bieten f 7,25. De koopprijs, van 1000 kilo bieten is dus 11.79; later, als de fabriek vrij is, f 13,79. Ds kosten aanslag voor een fabriek van 30 miljoen bieten luidt in 't verslag van bovengenoemde co emissie f614.100. Hoe nu de landbouwers te laten meedoen, terwijl zij niet alleen geen kapitaal hebben, maar ook zelfs hot voorschot niet kunnen missen? In 't eerste jaar ontvangt men het gewone voorschot, stel f 100 per Heet. Bij den bietenverkoop h f 11.50 laat de landbouwer 50 cent staan per 1000 kilo, dus ongeveer f 20 per Hectare. Het 2e jaar ontvangt hij weder f100 voorschot waaronder zijn eigen f20, dus eigenlijk slechts f80 van de fabriek. Weer blijft er f20 staan. Eu dit gaat zoo voort tot hij immers reeds in het 6e jaar het voorschot ontvangt van zijn eigen geld. Dat de fabriek voor de Zeeuwsch-West- Brabantsche boeren er nog niet is, is een bewijs dat de heeren geldschieters er zwaar hoofd in hebben om hun geld er in te steken. Of ook dat de landbouwers er niet heel warm voor zijn, dewijl zij, althans velen hunner, de eerste vijf jaren, zelfs die f 20 niet kunnen missen, welke zij per Heet. moeten laten staan. Of ook, al wordt hun daarvan dispensatie verleend, zij 't maar liever bij 't oude houden, wijl dit voordeeliger schijnt. Nu 't wetsvoorstel tot definitieve rege ling van den suikeraccijns de mogelij kheid schept dat de voordeelen er voor den landbouw niet grooter op worden mag de vraag herhaald of 't geen tijd wordt met meerder kracht dan ooit het denkbeeld van coöperatieve suikerfabrieken van den landbouw zeiven uitgaande te steunen. Staatskrukken voor 't particulier initiatief is een denkbeeld dat bij ons niet gemak kelijk ingang zal vinden. Maar de Staat kan toch wel enkele voordeelen of gemakken toestaan of onder de aandacht brengen. Onder anderen verlaging van 't tarief voor 't vervoer door de Mij. tot Exploitatie van Staatsspoorwegen. Het geldt hier een laatste of voorlaatste middel om den landbouw die met harden arbeid achteruit hoert, voor ondergang te behoeden. En dan in 't belang der volksklasse geheele afschaffing-van den suikeraccijns. Suiker is een te gezond, te onmisbaar voedsel, vooral in gezinnen waar zij het vleesch vervangen moet, om 't door be lasting onnoodig duurder te maken. Suiker behoorde meer onder 't bereik vooral van den „minderen man" te worden gebracht. En de omstandigheid dat het ontwerp, dat weldra in de tweede kamer in behan deling komt, de mogelijkheid om tot deze afschaffing van den accijns te komen, ge heel afsnijdt, maakt dat de kans op aan neming er van ons niet groot toeschijnt. Wij voor ons zouden er een reden in zien om 't te verwerpen. Vergadering van den Middelbnrgschen Ge meenteraad van 25 November 1896. Nadat de Voorzitter had medegedeeld dat de heer de Stoppelaar hem had kennis ge geven dat hij verhinderd was deze vei ga- dering bij te wonen en de notulen der laatste zitting waren gelezen en onveran derd vastgesteld zijn aan de orde de vol gende punten der agenda I. Ingekomen stukken Daartoe behoor*n eene misiiv* van Ged. St. houdende goedkeuring van vroeger genomen raadsbesluiten, welke missive voor kennisgeving wordt aangenomen; ver schillende voorstellen van B. en W. die cenform het voorstel des Voorzitters tot later worden aangehouden en een brief van den heer G. Alberts Lz. met kennis geving dat hij de in de laatste zitting op hem uitgebrachte keuze tot lid van het Burgerlijk Armbestuur niet kan aannemen, welke kennisgeving aan het betrokken bestuur zal worden medegedeeld, met ver zoek eene nienwe voordracht in te zenden. II. Voorstel van B. en W. om do re organisatie der politie, waartoe den 21 Oc tober 1896 is besloten, eerst te doen in gaan den 1 Maart 1897 en nader voor stel betreffende de uitbetaling van de niet op wachtgeld gestelde nachtwakers. Dit nieuwe voorstel van B. en W. is overgenomen van den heer Koole, die in de laatste zitting het als middel had aan de hand gedaan om het nadeel zooveel mogelijk te doen verdwijnen, dat aan de gemeentekas zon toegebracht wor den door het oorspronkelijk voorstel van B. en W., waarbij aan de niet op wacht geld gestelde nachtwakers uitkeering van tractemsnt van 1 Januari tot 1 Mei werd voorgesteld, hetgeen eene uitgaaf van f 1037 zou tengevolge hebben. De heer Koole betuigt er zijne tevre denheid over dat B. cn W. zijn voorstel tot het hunne gemaakt hebben nu althans zal men toch billijk zijn tegenover de aftredende nachtwakers, zonder de gemeente- financiën schade te doen. De heer Schorer kan het voorstel niet anders dan goedkeuren hij meent er ech ter op te moeten wijzen dat naar zijne meening de berekening van B. en W. ten opziohte van de op wachtgeld gestelde nachtwachts niet geheel correct is, hetgeen eohter op het voorstel niets prejudicieert. Do Voorzitter zegt aan de opmerking van den heer Schorer zjjne aandacht te zullen schenken. De heer van der Swalme kan thans ook met het voorstel medegaan, doch acht zich verplicht er op te moeten wijzen dat hij een voorstel als het oorspronkelijke van B. en W. zeer vreemd vond. Nauwelijks een maand geleden wordt hij het behande len der begrooting de reorganisatie der po litie goedgekeurd en in de daarop gevolgde zitting komen B. en W. met een (in de gemeentekas diep ingrijpend voorstel, een uitvloeissl dier reorganisatie. Hij hoopt dan ook dat zoo iets zich niet zal herhalen; willen B. en W. voorstellen doen tot reor ganisatie van den een of anderen tak van dienst, hem wel, maar zij bestudeeren dan grondig hun voorstel en al de gevol gen welke er noodzakelijk of billijkheids halve uit kunnen voortspruiten. Zonder hoofdelijke stemming wordt hier op het voorstel goedgekeurd. De reorga nisatie der politie treedt dus eerst in wer king 1 Maart 1897; alsdan zullen 12 nieuwe politieagenten optreden, de nachtwakers Lu- dikhuijzen, Hercules en Hondius op wacht geld gesteld worden en de overige nacht wachts defungeeren, echter met behoud van tractement tot 1 Mei daaraanvolgende. III. Staat van oninbare posten inkom stenbelasting over 1892. Conform het voorstel wordt deze staat zonder aanmerking tot een bedrag van f677.05 vastgesteld. IV. Aangehouden voorstel van B. en W. tot wijziging der verordening tot heffing van het recht voor diensten door de ge meente bewezen bij het ruimen van beer putten. Uit het voorstel va* B. en W. blijkt dat het Ministerie van Oorlog bezwaar maakt om de recognitie te betalen, die volgens de verordening verschuldigd is voor het ruimen der beerputten in de ka zerne. Zij stellen dus voor aan de veror dening een artikel toe te voegen lui dende Voor het ruimen van beerputten ten dienste van het Rijk wordt het rseht niet geheven. De heer van Hoek kan niet anders dan het voorstel toejuichen, hy is van meening dat men het militaire bestuur zooveel mo gelijk ter wille moet zijn was men dit niet, dan b*staat bij hem de vrets dat men er later de wrange vrucht*n van zon plukken. De heer Tak verklaart niets tegen het voorstel te hebben voor zoovsr het de militaire administratie geldt; hoe echter B. en W. er toe gekomen zijn om eene uitzondering te maken voor alle beerputten ten dienste van het Rijk kan hij zich niet begrijpen, waarop de Voorzitter hem ant woordt dat het voorstel geheel conform is aan een gelijksoortig in het havenre glement. De heer van Dunné heeft de betreffende stukken gelezen. Bij het contract van 1866 is bedongen dat de beerputtsn der kazerne k«steloos zouden worden geledigd, in j het contract van 1890 vindt hij echter eene dergelijke bepaling niet. In de stukken wordt gewag gemaakt van een brief van 29 Juli 1890, doek hij heeft dient* ver geefs gezocht i is echter in dien brief eenige toezegging gedaan, dan moet men ook zijn woord gestand doen. De heer van der Swalme is feg*n het voorstel; hij is niet bang voor de wrange vruchten die de heer van Hoek in uit zicht stelt; de burgerij getroost zich het betalen der bepaalde recognitie en de Staat der Nederlanden zou den noodlijdende gaan spelen e* er zich aan willen ont trekken. De heeren iV. H. Snouck Hurgronje en den Bouwmeester zijn het volkomen eens met de* heer van der Swalme. De laatste spreekt met niet veel lof van de verhouding tusschen het gemeentebestuur en de mili taire administratie. Dat men in het con tract van 1890 niet dezelfde bepaling vindt als in het contract van 1866 is eenvoudig omdat die administratie ze wilde geschrapt zien, in de hoop daardoor eene luttele winst te zullen verkiijgen. Juist daarom, herhaalt d* heer van Dunné is het dringend noodig dat wij weten of in den brief van 29 Juli 1890 al of niet eenige toezegging gedaan is. De heer Talc doet hierop het voorstel de zaak nogmaals aan t* houden om, na kennisneming van dien brief, de zaak met meer juistheid te kunnen beoordeelen. Wel wordt hij bestreden door den heer van der Swalme, die meende dat de zaak rijp was voor beslissing, daar genosmde brief geen invloed had op het principe dat aan zijne bestrijding ten grotidslag lag, doch op zijne beurt bestreden door den heer van Hoek wordt ten slotte het voorstel Tak aange nomen met 12 tegen 4 stemmen, die der heeren van der Swalme, Gratama, W. J. Sprenger en de Waal. Y. Aangehouden voorstel van B. en W. naar aanleiding van een verzoek van K. Adriaanse om hoornen, welke z. i. hin derlijk zijn voor zijn molen, te doen rooien of snoeien. Het voorstel strekt om de schoone rij boomen niet te misvormen door snoeiing, veel minder te rooien en dus afwijzend op het verzoek te besohikken. De heer van Hoek brengt in herinne ring dat hij 21 jaren geleden de rapporteur was van eene commissie, in wier handen een soortgelijk verzoek van den toenmali- gen eigenaar van den molen was gesteld. De meerderheid van den Raad besliste destijds dat des molenaars grieven recht matig waren en besloot aan zijn verzoek te voldoen. Naar zijne meening is hier hetzelfde geval aanwezig en kan hij dn* niet met het voorstel van B. en W. me degaan. De boomen, die aan het bedrijf van den verzoeker hinderlijk zijn, moeten verdwijnen. Zoover, zegt de heer van der Swalme zou ik niet willen gaan. ik ben het w*l in vele opzichten met den heer van Hoek eens, maar met het snoeien der boomen, die het dichtst bij den molen staan, zal de man genoegzaam gebaat worden. Dit oordeel ik niet ee*s noodig, bemerkt de heer Koole bij eene inspectie in loco i* het mij gebleken dat de man alleen last kan hebben waaneer de wind Oostelijk is en dan nog in zoo geringe mate dat het werkelijk de m*eite niet waard is om «r over te spreken. In omvraag gebracht wordt het voorstel van B. en W. aangenomen met 12 tegen 4 stemmen, die der heeren van Hoek, de Waal, van de Ree en van der Harst. YI. Aangehouden voorstel van B. en W. tot het verleenen van vergunning aan J. C. Post en H. Jansen Hzn. tot demping van de sloot langs den Noordsingel. Het voorstel strekt om de demping toe te staan, mits die geschiede op kosten van rekestranten en zoodanig dat zij naar de kruin van den Singel oploopend, van den openbaren weg gescheiden wordt door een ijzeren hek naar genoegen van den ge meente-bouwmeester. De heer A. P. Snouck Hurgronje kan zioh niet met het voorstel vereenigen. Vroeger wilde men verhinderen dat onze schoone singels zouden bebouwd worden om de bouwzucht te dwarsboomen, werd besloten tot plaatsing van een sohut, waar van de wegruiming later echter werd( ge decreteerd. En wat zien wij nu In plaat* van aan het principe getrouw te blijven, gaat men nn de bouwzucht bevorderen door aan de bouwondernemers alle mogeljjk* faciliteiten te verleenen. De heer van der Swalme moet bekennen dat er we) iets waars ligt in het ge sprokene door den heer Hurgronje, maar toch zal hij met het voorstel medegaan, nu het hem blijkt dat rekestranten met alle door B. en W. gestelde voorwaarden genoegen nemen. Het is hun dan ook alleen te doen om voor hunne woningen een uitweg naar den openbaren weg te verkrijgen. Een uitweg, voegt de heer van Dunné er aan toe, waartoe men door de bepalingen van ons Burgerlijk Wetboek, vroeg of laat kan gedwongen worden. De heer A. P. Snouck Hurgronje is dit niet eens met den heer Van Dunné, dewijl nog andere wijzen van uitwegen voor de hand liggen. In elk geval is het tijd genoeg om toe te geven als men er toe gedwongen is. Het voorstel van B. en W. wordt daarna aangenomen met 13 tegeu 3 stemmen, die der heeren A. P. Snouck Hurgronje, de Waal en Tak. VII. Voorstel van B. en W. tot ver- legging van de straat aan de noordziide van het Molenwater, waarvan de kosten geraamd werden op f145, die echter nit de gewone middelen kunnen worden be streden. Stilzwijgend en zonder stemming wordt de gevraagde machtiging tot verlegging der

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1896 | | pagina 1