NIEUWSBLAD VOOR ZEELAND. CHRISTELIJK- HISTORISCH H0; 134. 1896, 2)omfectCfl0 13 lugusfus. iternfe laacpng, VERSCHIJNT G. M. KLEMKERK, te Goes F. P. D'HUIJ, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIËN Het onderzoek naar het Vaderschap. elken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND. Prijs per drie maanden franco p. p0,95. Enkele nummers0,025. UITGAVE VAN en van 1 5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent. Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. De beweging tegen de schandelijke be paling van verboden onderzoek naar bet vaderschap breidt zich uit. Mannen van allerlei stand en richting schonken er de aandacht aan, of steunen het plan der be kende vereeniging om bij de Koningin Regentes op eene poging tot verwijdering dezer bepaling uit de wetgeving aan te dringen. Reeds vroeger hebben wij ons voor deze adresbeweging verklaard. En nog steeds blijven wij hopen dat eerlang dit adres bp Hare Majesteit zal kunnen worden in gediend, met een overweldigend getal namen onderteekend. De Bode der Heldring gestichten deelt eenige leerzame bijzonderheden mede van hetgeen over deze zaak op de jaarlijksche vergadering van Steenbeek is verhandeld. Aangrijpend is door hare juistheid in dat verslag de opmerking, hoe tengevolge van het genoemde verbod, (dat we helaas ook al wcêr aan de Franschen en nog wel aan het Napoleontisch régime te danken hebben), de last en de schande die aan een onechte geboorte kleeft, enkel en alleen op de schouders van het schuldige meisje wordt geladen; terwijl de minstens even schuldige jongeling of man vrij uit gaat, ja in zijn goeden naam door de wet beschermd wordt: „Door de thans geldende regeling wordt elke last voor het onderhoud van het kind geschoven op de hiertoe meestal te zwakke schouders der moedor en wordt aan het kind, in den voor hem toch reeds moeilijken strijd van het leven, alle aanspraak onthouden tegenover den plichtvergeten vader. Onbillijk tegenover de moeder is deze regeling in dubbele mate onrechtvaardig tegenover het kind. De rechtvaardigheid eischt aan het kind geen mindere rechten toe te kennen tegenover zyn vader dan tegenover zyne moeder. Zooals het nu is, wordt de sterkere beschermd ten koste van de vrouw en het onschuldige kind. Bovendien is bij den egenwoordigen toe stand de sterftekans der onwettig geborenen grooter, of, zoo zij in het leven blijven zijn zij maar al te zeer aan een zedelijken onder gang blootgesteld". Het is of het er op aangelegd is de onzedeiykheid in de hand te werken. In de hand te werken met name bij den man die immers, wijl hij de sterkste is, ge voelen moet dat het een dubbele misdaad voor hem is de zwakkere te verleiden. En hoe wordt de vindingrykheid, om het kwaad te verbergen en te vergoelijken, op deze wijze als uitgelokt! Wil men daarvan een proefje, dan leze men wat verhaald wordt van een vereeniging in Frankrijk, onder den naam „La Mutu- alité Maternelle"een schoone naam, maar die heel wat leelijks verbergt: „Het is nl. eene vereeniging van vrouwen die zich zelve verzekeren voor het geval, dat zij zelve moeder mochten worden buiten huwelijk zooals men zich tegen diefstal of inbraak verzekertEr is bij die verzekerings maatschappij alleen sprake van geldelijke ongelegenheid, waarin de ongehuwde moeder zich bevinden zouvan schande of zonde is geen kwestie, daarvan wordt niet gespro ken. Het lijkt alles zeer schoon, deze móeder voor gebrek te bewaren, maar zoo men de zaak goed beschouwt is het een gevaarlijk verschijnsel. Het huwelijk, de grondslag der maatschappij, wordt stelselmatig ondermijnd en een volk dat dit toelaat, gaat zijn ont binding tegemoet. En welk eerbaar meisje zal er toe beslui ten in zulk een vereeniging te gaan Zij zon de mogelijkheid dat zij voor haar noodig was, niet eens durven onderstellen". Een volk dat dit toelaat, gaat zijn ont binding tegemoet. Er gebeuren onder ons meerdere dingen die ons vreezen doen dat ook het Neder- landsche volk dien weg op gaat. Wij zeiden 't reeds vroeger: ook zelfs tot in kringen waar men nog zingt van Wie heeft lust den Heer te vreezen, is dit kwaad doorgedrongen. Het kwaad van het Ned. Malthusia nisme, dat ook onze gezinnen ontvolkt, met zijn schertsend gescholden scheidsmu ren voor de gevolgen de zeden verderft, de conpcientiën verwoest en de onreinheid in taal en gedachten, in gesprek en han delingen bevordert, het eergevoel doodt, en wat het ergste is het schenden van Gods wet als daad van hoogste deugd aanprijst. Wat de zedelijke gevolgen hiervan zijn, ziet ieder, die zien wil, in zyn eigen omgeving. Yan de stoffelijke gevolgen ziet men iets, wanneer men op Frankrijks geschiedenis let. Frankrijk predikte reeds sinds jaren de leer van het tweekinderstelsel als van de daken. Met welk gevolg? I)at met uitzondering van een kleine toeneming welke in het laatste jaar werd geconstateerd, de bevolking van dit land, dat zoo graag aan de spits der bescha ving wil staan, regelmatig achteruitgaat. In een werkje van den bekenden ge leerde Maurel, zelf een Franschman, wor den daaromtrent, zooals de Bode zegt, zeer verontrustende feiten aangehaald. Onder anderen Da kinderlooze huwelijken nemen bij voortduring toe. In do provinciën zyn van de honderd huwelijken vijf ot zes kinder loos, maar in Parijs is de verhouding vijf en dertig op de honderd. Groote huishoudens bestaan er bijna niet zeer talrijk zijn de gezinnen met éen kind en daarop volgt een breede rij van gezin nen met twee kinderen. Het groote argu ment van de voorstanders van kleine gezin nen is, dat men misschien een minder groote bevolking krijgt, maar een veel krachtiger geslacht. Ook dat is een illusie juist in die kleine gezinnen komen zeer veel gebrekkige, misvormde of halfwijze kinderen voor. De gewone statistiek op de geboorte geeft doorgaans 106 jongens op 100 meisjes; maar ook dit verandert en de verhouding wordt zelfs geheel omgekeerd. Men telt soms 75 jongens tegen 100 meisjes. Zullen wij deze practische, tastbare waarschuwing in den wind slaan? Groen van Prinsterer zei het in 1863 by de 50-jarige herdenking onzer verlos sing uit Frankryks macht„Frankrijk heeft ons zelden of nooit iets goeds aangebracht." En dat blijkt ook in dezen waar. Wy moeten ons niet met Frankryk verbroederen, noch in taal noch in zeden. In de grootere volkeren-groepen van het Westen, behooren wy by de Germaansche, niet by de Latynsche stammen. Daarom lette men, ook wat de dagelij ksche levens wijze betreft, op de les die de Bode uit deze en soortgelijke bijzonderheden trekt In plaats vaneen sterk en krachtig ge slacht, in plaats van de survival of the fittest, het overblijven van de geschikstcn, om de moeiten en bezwaren van het leven het hoofd te bieden, krijgt men in Frankryk een geslacht zwak en ellendig, ongelukkig naar lichaam en ziel inderdaad eene zaak, die veel te denken geeft. Overbe schaving, overprikkeling van de hersenen, vooral overvoeding zijn hiervan de oorzaak; in Frankryk voedt Nen zich veel te sterk en een teruggang tot een eenvoudige le venswijze zou zeker een gezonder en krach tiger geslacht in het leven roepen. Maar wie zal daarvan het voorbeeld geven De weelde is zoozeer opgevoerd, dat de een voor den ander het niet meer durft of kan veranderen. En toch is het de moeite waard hiertoe het initiatief te nemen, kinderloosheid, gebrekkigheid, idiotisme en krankzinnigheid, dat zyn de gevolgen onzer overbeschaving." En de boekjes van den Nieuw-Malthu- siaanschen Bond, niet minder op zyn pas gezegd is het volgende „Des morgens op de vergadering van de Middernachtzending was het streven van den Nieuw Malthusiaanschen bond behan deld, het was niet noodig dit nogmaals te doen in een gemengde vergadering. Genoeg was het, hier te hooren getuigen, hoe de nieuwe leer de harten verpest en de liefde in het huwelijk doodt. En zoo de boekjes door dien bond uitgegeven maar alleen in handen kwamen van gehuwden, dan was de ramp nog te overzien, maar meisjes van zestien, zeventien jaar koopen die boekjes en lezen ze gretig, en wat de gevol gen daarvan zyn, is hier niet te zeggen. Men moet niet denken, dat zy die deze verderfelijke lektuur verspreiden zelf be dorven zyn, of het niet goed met het volk meenen, dit is in 't geheel het geval niet; voor het grootste deel meenen zij ware volksvrienden te zijn en een goede zaak voor te staan. Een voorbeeld hiervan is een zeer geacht en bekend geneesheer, die uit volle overtuiging de leer van den Bond verspreidde en zyne patiënten aanbeval. Maar na eenigen tijd schrikte hij zelf van het Kwaad dat hij had gesticht en de uit werking van zyn leer bracht hem tot andere gedachten. Het zal lang duren voordat anderen, die op datzelfde standpunt staan, zoo verstandig worden om in te zien dat zij dwalen en zoo eerlijk om dat te erkennen. En Inmid dels wordt de leer meer en meer verspreid en verpest zy het geheele volk." Of het baten zal Wy vragen slechts aan hen die de Christelijke historische belijdenis wenschen te eeren, of naarstiger onderzoek van Gods Woord, meer gezette, ingespannen arbeid, verzet tegen de ledigheid, onthouding van al wat tot weelderigheid prikkelt, en voorts zelfbedwang naar de bekende apostolische vermaning, niet beter zyn dan een nawande len van vreemde goden en een dienen van het vleesch. De Synode der gereformeerde kerken is deze week te Middelburg geopend. De laatste synode dier kerken, voorzoo ver zij tot openbaring gekomen waren, werd in 1869 aldaar gehouden. Zy was belangrijk dewijl aldaar de vereeniging tusschen de christelijke afgescheiden kerken en de gereformeerde kerken onder het kruis tot stand kwam. De eerste Synode der gereformeerde kerk, welke te Middelburg bijeen kwam had plaats in 1586. Zij had geen anderen grondslag dan die van 1896 de gemeen schappelijke belydenis naar Gods Woord, uitgedrukt in de formulieren van eenigheid. Wij heeten deze Synode van 1896 har telijk welkom. Wy begroeten haar als een der krachtig ste uitingen van het kerkelijk leven in ons land. Als een .opgericht teeken van de trouwe Gods, die het zaadje deed uit spruiten en tot een boom opwassenen ook in onze eeuw door de gereformeerde kerken een onmiskenbaren zegen uitstortte over land en volk. De Middelburgsche Courant gaf deze week als Bijvoegsel eene plaat geteekend door Braakensiek, en voorstellende het Kerkelijk leven in Nederland, op drie verschillende tijden. De eerste teeuening bevat de Abdij te Middelburg met een paar Roomsche kerk gangers onder de teekening staatde Roomsche kerk tot aan de Hervorming. De tweede teekening bevat de Koor kerk te Middelburg en twee hervormde kerkgangers. Onder deze teekening staat De protestantsche kerk in 1667. De derde teekening op den voorgrond schetst de Noorderkerk te Middelburg (ge reformeerde kerk C). Voor het kerkge bouw staat de voorzitter van een der roe pende kerken, ds. Littooij, en dr. Kuyper staat tegenover hem, dien hij uitnoodigt binnen te gaan. Onder deze teekening staatDe Synode der gereformeerde ker ken 10 Aug. 1896. In de nette, zeer juiste teekening ligt eene schoone gedachte verborgen. Zy is eene stilzwijgende erkenning van den in vloed dien de gereformeerde kerken oefe nen op ons volksleven eene attentie waar voor de synode de Middelburgsohe Courant dankbaar mag zijneen welsprekend salut van de pers, waarvoor men lof moet hebben. De teekening wekt verschillende herin neringen op, doet vergelijkingen maken, geeft stoffe van dank aan Hem, die het vervolgde hoopske van '34, de dompers, van wie men eerst geen notitie nam, voor welke men hoogstens de schouders ophaal de, zoo deed rijzen in de achting der vijanden, en winnen deed in beteekenis. Wij wenschen ds. Littooij, die nu al dertig jaren lang met jeugdig vuur voor deze zaak gestreden heeft, geluk met dit blijk van waardeering en de Mkld. Crt met de wijze, waarop zij den zoo vaak door haar gescholden tegenstander, thans wist te eeren. Deze plaat doet, ook bij blijvend ver schil van standpunt, veel geleden leed vergeten. Het Rotterdamsch Nieuwsblad geeft den navolgenden „Raad aan jonge mannen" Een meisje dat politiseert, Zich onophoudelijk friseert, Dat liever in de boeken kijkt, Dan dat ze uw fronts en boorden strijkt; Al hadt ge in haar ook nog zoo'n zin, Zoo neem haar niet„ge loopt er in." Zij die haar tijd aan 't fietsen wijdt, Zich steeds in snoeperij verblijdt Om negen uur haar bed verlaat En altijd slentert langs de straat; Al hadt ge in haar ook nog zoo'n zin, Zoo neem haar niet, „ge loopt er in." Maar zij die zonder pronk of praal, Ter markt gaat, voor het middagmaal Met eigen hand de spijs bereidt, Haar kleeren maakt, haar kousen breit, Al brengt zoo'n meisje weinig meê, Stel u met haar gerust tevreê. Bezin u niet, neem haar tot bruid, 'k Wensch u geluk „ge zijt er uit." Deze raad is goed. Wie in de Schrift thuis zijn hebben hem nochtans niet noodig. Zij kennen Salomo's raad uit Spreuken 31 ook wel. Wie dezen in acht neemt, is gevrijwaard tegen de kwaal onzer eeuw een ongelukkig huwelijk. De Nieuwe Sprokkelaarmelding makend van het feit dat een der bladen verslagen van de Hervormde Synode bevat, niet tegenstaande de hoofdredactie gereformeerd is zegt: „Zou men dit lezende, niet meenen, hier te doen te hebben met een redactie tot de Herv. kerk behoorende en haar liefhebbende? Toch is het anders. Ware het verslag geteekend als ingezonden, dan zouden wij zwijgen maar dat is het niet. Of dit nu is klaren wijn schenken, of tot het gebied der politiek behoort, willen we daarlaten". De Nieuwe Sprokkelaar kan hier weer de kerk niet van de politiek scheiden. Waar ter wereld toch is verboden dat een blad een „hervormde administratie" of een „hervormden of gereformeerden direc teur" heeft. Wy dachten dat van antirevolu tionaire zijde altijd de kerkelijke richting van de personen en de politieke richting van het blad waarvoor zij arbeiden uit malkaar gehouden werden. Laten wij die goede gewoonte toch vasthouden. Bij verkiezingen hebben wij steeds in oprechtheid medegewerkt om het misver stand uit den weg te ruimen, als zou 't het er iets toe doen van welke kerk een politiek man lidmaat is. En 't is ons vrij wel gelukt vele {hervormde menschen op den antirevolutionairen candidaat die ge reformeerd is op kerkelijk gebied, te doen stemmen. Zoo meenen wij ook dat wij in een politiek blad dat alle lezers dienen moet, 't niet mogen wraken wanneer het ver slagen van de hervormde synode bevat. Wat ons betreft, wij hadden ze gaarne op genomen wanneer men ze ons had afge staan, gelijk bijv. aan het Vaandeleen blad dat in zeer nauwe betrekking staat] tot gereformeerde mannen als ds. Impeta] en mr. T. Heemskerk. i Wij zullen ook de verslagen van de synode der gereformeerde kerken plaatsen' en doen dit niet deswijl onze redactie uit enkel gereformeerde mannen bestaatmaar dewijl wij meenen dat die vergaderingen tot de publieke zaak behooren, den lezers belang inboezemen en van invloed zijn ook op 't maatschappelijk leven; terwijl ook het kerkelijke leven recht heeft in de pers te worden gezien en besproken. Daarom verbaast het ons wel een weinig dat de Nieuwe Sprokkelaar zich aan deze dingen ergert. Wat ons blad betreft, wij wenschen allen te dienen. En wanneer 't somwijlen schijnt dat wij leden van eene bepaalde kerk meer dan eene andere dienen, dan ligt dit niet aan de redactie, maar van het feit dat de kring hare vrienden zich niet zoo vex uitstrekt als die van andere antirevolutionaire bladen. Zoo heeft ook de liberale pers het steeds begrepen, zoo begrijpt het, meenen wij, ook de synode der geref. kerken, die aan twee uit haar midden opdroeg dagely ks een kort verslag ook voor de liberale bla den gereed te maken en daartoe de mede werking ontving door afdrukken van niemand minder dan de red. der Middel burgsohe Crt. Misschien kan de synode der ned. herv. kerk dit voortaan ook wel doen. In zake emigratie naar Chili heeft het kamerlid Tijdens zich met het oog op kolonisatie inde provinciën Chiloë en Llan- quihue tot den minister van buitenl. zaken alhier om inlichtingen gewend, deze vroeg raad bij een consul-generaal te Valparaiso, den heer Grisar en deze antwoordde „De particulieren, die ik raadpleegde over dit onderwerp, verzekerden mij dat over 't geheel de kolonisten niets hadden bij hun vertrek uit Europa, en dat de meesten van hen, die de noodige kennis van den land bouw hadden, goed zyn terechtgekomen. Het mag niet vergeten worden, dat onder de landverhuizers zich lieden van slecht gedrag bevonden en ook anderen wie de noodige kennis ontbrak en deze elementen hebben wanorde veroorzaakt, die veel schade heeft berokkend aan den goeden naam der kolonies. Een fout, die lang in de kolonies zich deed gevoelen, was het gebrek aan militaire bescherming, doch sedert twee jaren is deze dienst geregeld en thans worden de kolonisten beschermd door de gendarmerie en militaire detachementen. De provincie Llanquihue biedt meer kans voor welslagen aan de kolonisten dan Chiloë, daar het klimaat zachter is en er meer vruchtbare gronden zijn. Bij deze heb ik de eer u toe te zenden het ontwerp eener wet, regelende immigratie en verdere bij zonderheden, die uwe belangstelling kunnen vinden. Ik verzoek u voor verdere inlichtingen u te wenden tot den chef van den dienst voor landverhuizing, den heer Véga, 7, rue d'Argenteuil, te Parijs." Onderstaande wordt ons van geachte zijde ter plaatsing gezonden. Wij zijn het er hartelijk mede eens. Wat demensch is, behoort hij geheel te zijn. Ieder beroep in het menschelijke leven vordert kunde en bekwaamheid. Er bestaat geen grooter zelfbedrog dan zich te ver beelden, dat onze hand in de maatschappij niet overeenkomt met onze uitstekende geestvermogens, of dat ons beroep onze bekwaamheid onwaardig is. Elk deel der maatschappij heeft kundige mannen noodig, en in elk beroep is verstand en smaak onmisbaar, zoo hetzelve naar volmaking wil streven. Het algemeen welzijn kan slechts door veel omvattende begaafdheden en door vlijt bevorderd worden. Wat de mensch alzoo is, behoort hij geheel te zijn; wat men doet, voere men met geschikt-

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1896 | | pagina 1