NIEUWSBLAD VOOR ZEELAND. DoieJMclil ft den lei. HoniMojj 80 lufi. OTicfiiCc laatganij. CHRISTELIJK- HISTORISCH Ho. 128. 1896. VERSCHIJNT G. M. KLEMKERK, te Goes F. P. D'HUIJ, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIËN elken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND. Prijs per drie maanden franco p. p0,95. Enkele nummers0,025. UITGAVE VAN EN UNIEBLAADJE No. 30. Is er geen oorzaak 1 Sam. 17 19b Zoo vroeg David aan zijn broeder Eliab, toen Goliath, de kampvechter der Fili stijnen, de slagorden van den levenden God hoonde. Zoo vroeg hij in heilige verontwaardi ging, Jehova aangedaan. De liefde van God, die in zijn hart was uitgestort, deed hem verlangen, om die ergernis te bestrij den. Al waren de kansen, naar den mensch gesproken, zeer ongelijk, zijn vertrouwen was op den Heere der heirscharen, op den levenden God, Wiens eere hem boven alles ter harte ging. David geloofdeen staande in het geloof, vroeg hij zijn broeder, die hem van den strijd wilde afhouden, met den gloed der heilige verontwaardi ging „Is er geen oorzaak?" Is er geen oorzaak? Zoo vragen ook wij den lauwen en on- aandoenlijken in ons midden, die den smaad, welke God en Zijn gezalfden Zoon wordt aangedaan, aanschouwen, zonder dat er iets van heilige verontwaardiging in de ziel opvlamt; die onzen strijd voor het Christelijk Onderwijs kalmpjes, als met over elkander geslagen armen, kunnen aanzien, en niet of zeer moeielijk te be wegen zijn, om in deze noodige zaak bij stand te verleenen, terwijl zij toch als Christusbelgders wel degelijk van Gods wege en om des gewetenswille tot hulp en steun verplicht zijn. Is er geen oorzaak? Voorzekerwant het gaat hier in de eerste .plaats om de eere en de maiesteit Gods, en voorts om het ware welzijn der kinderen, van volk en vaderland. Straks is het veertig jaar geleden, dat de schoolwet van 1857 werd ingevoerd en met die wet is de openbare school onbruikbaar gemaakt voor het kind van Christenouders, die niet alleen Christenen wilien heeten, maar ook den Christus Gods in ootmoed en volstan digheid weuschen te beljjden. Toen toch is het heilloos beginsel aanvaard, (welk beginsel bjj de aanvulling der sohoolwet in '78 en '89 gehandhaafd bleef) volgens hetwelk de openbare school geworden is «ene school zonder den Bijbeleene ver loochening van den eenigen en algenoeg- zamen Zaligmaker Jezus Christus een huldiging van de opvoeding, los van de Heilige Schrifteen buigen voor den Overste dezer wereld, die Christus en Zijne Herk op aarde bestrijdt. Of zeggen wij te veel, als we beweren, dat de aanvaarding van zoo verderfelijk beginsel Gods eere krenkt, Zijne majesteit hoont? Is de verwerping van den Bijbel dan niet eene beleediging, een smaad, Hem aangedaan, die ons den Bijbel gaf als een lamp voor onzen voet en een licht op ons pad Moge ook al voor hen, die in hunne treurige dwaling den Bij bel als een gewoon boek, als een geschrift van men- schelijke vinding ibeschouwen, zijne ver banning uit de school niet ergerlijk wezen voor ons, die den Bijbel als het Woord van God kennen, eeren en liefhebben, is het eene ergernis, dat dit Boek der boeken, van God gegeven, om daarnaar te wandelen, op de lijst der verboden boeken staat dat deze Bron der wijsheid, die van Boven is, niet mag vloeienwaar kinderen van Christenouders voor het maatschappelijke leven worden opgeleid. En is de, met het verbod van den Bijbel verband houdende, stelselmatige verlooche ning van Jezus Christus niet even erger lijk? Kan of mag de Christusbelijder vrede hebben met eene schoolinrichting, waar de Zone Gods, die de Weg, de Waarheid en het Leven is, wordt buiten gesloten waar dienvolgens het gebed in Zijn Naam en daarmede de wijding van don schooltijd eene onmogelijkheid is? Is die smaad, den Zone Gods aangedaan, niet tegelijk een onteeren van den Yader, die Hem gezonden heeften een onoverkome lijk beletsel voor de ouders, die Hem als den zaligmaker eerbiedigen Zeer zeker. „Die Mij eert," zoo luidt des Heilands woord „eert den Vader die Mij gezonden heeft." En wederom „Die Mij niet eert, eert den Vader niet, die Mij gezonden heeft." En of men nu al de schoollokalen, zooals op sommige plaatsen geschiedt, voor of na of tusschen de schooltijden, als catechisatie-kamer gebruiken laat, dit heft het kwaad niet op. De onnadenkende moge zich daardoor laten blinddoeken de dieperziende niet. Want ook dkn blijft, gedurende den eigenlijken schooltijd, de verloochening wel degelijk bestaan. In strijd met het bevel des Heeren: „Laat de kinderen tot Mij komen, en verhindert hen nietbeveelt de schoolwet van hem te zwijgen en verhindert ze daardoor uxél. Waar de Bijbel verbannen en Jezus Christus verloochend wordt, treedt ook de opvoeding niet in het spoor, dat God in Zijn Woord heeft aangewezen. De begin selen der predagogie, die, gelijk de open bare school, los is van God en van Zijn gebod, staan, in den grond der zaak, vij andig tegen God en Zijn Gezalfde over. Ook hier geldt het woord des Heilands: „Die met Mij niet vergadert, die verstrooit." Vóór of tegen. Een derde is er niet. Die zijne regelen der opvoeding niet afleidt uit het Woord van God, put ze uit de menschelijke rede, uit het bloote verstand, dat van nature verduisterd is, en komt uit in de ijdele philosophie, waartegen God in den Bijbel hem waarschuwt. Zijne beschouwing van het kind is dan ook eene geheel andere, dan Gods Woord ons geeft. Evenzoo, zijne bepalingen vun wat recht en onrecht is, alsook de weg, dien hij inslaat, om het kind op te voeden, zijn in strijd met de Heilige Schriftalte- maal leiden zij niet naar Christus toe, maar van Hem afen verhinderen dus om tot Hem te komen. Zij leiden van Christus af en bereiden tevens den weg voor anarchisme. Want de vrucht is naar den aard der plant, waaraan zij uitbot. Wat van God afvoert, is verdervend en gaat ten verderveen het is alleen Gods wederhoudende genade wanneer de vrucht van den kwaden boom nog niet tot volle rijpheid kwam. Wie Gods volstrekte Souvereiniteit ontkent en dus Gods gezag verwerpt, wil ook ten laatste geen menschelij k gezag meer dulden. De bloedige revolutie in het laatst der vorige eeuw met haarrauwen kreet: „Geen God, geen meesterstrekt tot bewijs. De Bijbel verbannen en Jezus Christus niet toegelaten Is dat geen buigen voor en huldigen van den overste dezer wereld, die Christus en Zijne Kerk bestrijdt Wat komt hem meer in het gevlei, dan den Bijbel te sluiten, Gods Woord te verwij deren en van Jezus Christus als den Zalig maker te zwijgen? Wat bracht hem groo- ter winste, dan al de kinderen van heel ons volk, ware het mogelijk, te vangen onder het net eener zoogenaamde neutraliteiten hen al vroeg te gewennen aan arbeiden (want dat is het leeren van het kind) zon der gebed; aan ovenvinnen van het kwaad (althans het pogen daartoe) in eigen kracht zonder Christus; aan een leven zonder ge loof Wij, voorstanders van de School met den Bijbel, komen daartegen op in den Naam des Drieëenigen Gods. In Zijne kracht worstelen we tegen dien vijand en weigeren we hem te huldigen biddende dat de Heere ons getrouw make wetende, dat we zonder Hem niets kunnen doen. Het is een heilige strijd, waartoe ieder, die den naam van Christen voert, verplicht is, en waaraan zich niet onttrekken kan, die iets van de liefde Gods in Christus in zijne ziel ontvangen heeft. Daarom doen wij een beroep op u allen, dat ge opwaakt tot den strijd voor de School met den Bijbel, zoo ge tot heder. u die dingen niet aantrokt; er. dat gg, die u reeds voeldet aangegord, moogt volhar den in het pogen, om gezamentlijk in de mogendheid des Heeren door middel van het Christelijk OnderwijB een krachtigen dam te helpen opwerpen tegen het onhei lig woelen en drijven van den boozen geest, die van God en Zijn gebod afvoert en tot de schrikkelijkste uitgietingen der onge rechtigheid heenleidt. Gode zij dank! Er zijn reeds 586 scho len met 94596 leerlingen, waar, onder het aanleeren van gepaste en nuttige kun digheden, die het maatschappelijke leven vereischen, Gods Woori wordt beluisterd en betracht. Hem komt de dank toe voor de oprichting en instandhouding dier scholen en voor den goeden naam, dien zij verworven heb ben en al meer en meer verkrijgen. De loffelijke getuigenissen van bevoegde schoolautoriteiten zijn daar, om voor hen, die van de Scholen met den Bijbel tot nog toe geen gebruikmaken, de deugdelijkheid van het onderwijs, dat in die scholen ge geven wordt, te bewijzen. Onder die schoolautoriteiten zijn tal van ongeloovigen, die, onpartijdig zijnde, moes ten erkennen, gelijk zij dan ook erkend hebbendat de School met den Bijbel op het stuk van maatschappellijk onderwijs volstrekt niet behoeft onder te doen voor de openbare school ja, op verscheidene plaatsen haar overtreft. Wij erkennen daarin den zegen, dien God Almachtig, om Zijns lieven Zoons Jezus Christus' wil, geeft aan hen, die Hem vreezen en op Zijne goedertierenheid hopen en aanvaarden ootmoediglijk ook in dien zegen de bevestiging van Zijn woord „Die mij eeren, zal Ik eeren Sommige landbouwspecialiteiten brengen de lage graanprijzen in verband met de toe nemende beursspeculaties. Daarom dringen zij er op aan dat de Staat er aan te pas kome om die beursspeculaties te doen op houden. Anderen schrijven de lage graanprijzen toe aan de overproductie van graan. Dit schijnt onjuist. Immers de bevolking is ook vermeerderd, en wel met 80 miljoen. Wanneer men dus de overproduciie wil aantoonen, moet men de verhouding tus schen den tarweoogst en het verbruiksge- bied (op de wereld) als maatstaf nemen. En daaruit blijkt dat in 1880 die verhou ding was 5654. En in 1895 62 66 nagenoeg. Dit geldt ook van de rogge. Dus het tegendeel van overproductie. Dan ligt het zeker aan de beurs-specu- laties, z. g. termij nhandel. In Duitschland meent men het algemeen. Men koopt en verkoopt, wat niet in werkelijkheid bestaat, wat desnoods nog moet uitgezaaid worden. Op die wijze kan die handels wereld den voorraad gemakkelijk met den oogst van een paar toekomstige jaren ver meerderen. Van levering kan dan natuurlijk geen sprake zijn en de partij, die op hoogere prijzen speculeert, dus op levering koopt in de hoop, dat een kleine rijzing hem bij de afrekening gewin bezorgt, ondervindt natuurlijk alle mogelijke tegenwerking bij hen, die belang hebben bij een dalenden prijs en dus alles moeten doen, om de markt kunstmatig te drukken. Neemt de werkelijke voorraad voortdurend af, dan maar weer verder in de toekomst, bijv. op levering anno 1900 gespeculeerd. De voorraad wordt daardoor natuurlijk in schijn heel wat grooter, maar de markt blijft natuurlijk gedrukt, tot eindelijk, zou den wij zeggen, toch de bom barst en een plotselinge rijzing met misschien een graan- nood erbij de wereldbevolking te laat zal doen inzien, hoezeer de groothandelaar het belang der menschheid aan zijn parti culier belang heeft opgeofferd. De Telegraafdie aan een en ander een breedvoerig artikel wijdt, vraagt aan de eigenlijke handelswereld of zij deze be van 1 5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent. Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. schuldigingen ook kan ontzenuwen. Voegen wij er bij dat in Duitschland na 31 Dec. van dit jaar geen termijnkan- del in granen aan de Beurs meer wordt toegestaan. In de zaak den Hartog hebben wij ons geen partij gesteld. Personen gaan en be ginselen blijven. Wij hebben, op het standpunt van de voorstanders der openba re school, willen aantoonen dat het niet aangaat sociaal demoeraten van de school te weren die omtrent het gezag eene op vatting huldigen welke in strijd is met de heerschende rechtsbegrippen. De heer den Hartog en honderden zijner ambtgenooten hebben het geloof afgelegd of kennen het zelfs niet, spotten met dui vel en hel, noemen den Godsdienst kin derspel, hebben het recht om openbaar den naam Gods aan te randen. Er wordt niets van gezegd. Aantasting van't gezag in welken vorm ook, is geoorloofd, be houdens eerbiediging van het Strafwet boek. Nu op eenmaal de delinquent op onfatsoenlijken met het gezag spottenden toon twee hoofden van scholen heeft aan gesproken, nu zou deze zelfde verdraag zame neutrale school dezen man willen loozen. Wij meenden op haar standpunt staande, dit te moeten veroordeelen. Op ons eigen standpunt daarentegen versterkt ons dit voorval, dat niemand verdedigt en terecht is 't opgemerkt ook door ons niet onder de eerlijke wa penen in den strijd tegen de onbillijke en onware klasse-examens is gerangschikt ge worden dat de openbare school abso luut onbruikbaar wordt en alleen de vrije school voor allen die 't verlangen het mid del biedt om uit deze blinde steeg te ont komen. De zaak den Hartog herinnert aan de zaak den Hertog. Den Hertog is een schoolman die openlijk de Schriftwaarhe- den mythologische voorstellingen schold, en dus doende de eerlijke overtuiging van dui- zendenin den lande kreukte. Den Hartog heeft zich op onfatsoenlijke wijze uitgelaten tegen twee collega's. Schoon achter beide system itische onder mijning van alle gezag verborgen ligt, is het gradueel verschil tusschen de daad Hertog en de daad Hartog nogal in het oog loopend. Iu tusschen heeft laatstgenoemde zelf zij n positie niet verbeterd, nu hij openlijk zijn beleedigingen niet alleen niet introk doch ook nog den schijn aannam als zou h^, waren de twee hoofden eigener beweging als examinatoren opgetreden, tot schelden en straatschenderij hebben recht gehad. De Delvenaar dringt aan op een program van actie, waarop „zich allen moeten ont moeten die tegen de eischen der veelkleu rige revolutie hun protest willen doen hooren en het volk langs den rechten weg willen leiden tot meer volkomen ontwik keling van onze constitutioneele rechten en vrijheden. Nu de kieswetbeweging tot nader order moet big ven rusten, gelooven wij dat op wel omschreven basis samen werking gezocht moet worden, ook door ons met zoovelen, die door allerlei omstan digheden van ons gescheiden leven." Wanneer er kans toe bestond om een program van actie te ontwerpen, waarmede zich alle antirevolutionaire candidaten gezwegen van de andere kunnen ver eenigen, dan zou ook ons dit heel wat waard zijn. Maar zou een dergelijk program uit te denken zijn Of liever t laat zich niet uitdenken. Het moet uit de omstandigheden geboren worden en slechts positieve punten bevatten. Wie zou niet een koninkrijk willen geven voor zoodanig een program van actie Doch wat zal 't geven, wanneer, hetgeen te denken is, een der revolutionaire partg en in de Kamer meerderheid wordt Wie waarborgt ons dat de club Van Alphen de sympathieën niet te veel links, of de club Lobman niet te veel rechts zal laten uitwij ken Want, ofschoon elk dezer groe pen geheel zelfstandig opereerde en het kenmerkend onderscheid tusschen het re volutionair en het antirevolutionair systeem duidelijk deed uitkomen, wie wil ontken nen dat hij vaak de combinatie Kuyper- Goeman Borgesius en Lohman-Van Houten bezig zag? En zal, waar 't toch de be doeling is de belangen van het gansche volk te dienen, de opvatting van de wijze waarop dit volksbelang het best te dienen is, niet bij beido groepen uiteenloopen Houdt men door eene actie op zoodanig een program van actie onze actie inder daad uit de war ■x- Les idéés marchent. De denkbeelden gaan door. Dit geldt vooral die der revolutie. De beginselen der revolutie zijn een hellend vlak. Ieder die er op gaat, wordt voorbijgestreefd. Zelfs het congres der (parlementaire) socialisten, te Londen vergaderd, ondervond dit. Er was besloten om de anarchisten er uit te houden. Doch eenige dezer uitge stotenen drongen binnen en bestormden de tribunes, terwijl een hunner het woord nam en in heftige bewoordingen tegen de uitsluiting zijner geestverwanten opkwam. Het tumult was zoo groot dat de verga dering niet doorgaan kon. Zoo krijgt iedere partij 't te kwaad met de partij die op haar schouders staat, of haar boven 't hoofd gegroeid is. Het is 't bekende trapje. K- In het hoofdartikel in ons vorig no. staat eene aanhaling uit een oud no. van „De Nederlander", en wel onderaan kolom 2: „Op weinig vruchten kan de Vrije Universiteit wijzen" enz. tot aan het eerst volgende aanhalingsteeken. Nu wij toch over dit onderwerp schrij- ven, merken wij nog op dat de Heidel- bergsche Cathechismus de gereformeerde Christenen vermaant om het Vrij Chris telijk Hooger Onderwijs te steunen. In Zondag 38 staat: „Wat gebiedt God in het vierde gebod En het antwoord luidt Eerstelijk dat de kerkdienst op het predik ambt en de scholen onderhouden worden. Dat onder scholen hier niet in de eerste plaats het vrij christelijk lager onderwijs wordt bedoeld, blijkt uit de verklaring welke Ursinus, die met Olevianus de va der van den Heidelberger is, zelve in zijn „Schatboek" van dit antwoord geeft. Hij noemt „de onderhouding der scholen, na- demaal zonder de geleerdheid en de weten schap van talen en kunsten de menschen niet bekwaam worden om te leeren, noch de reinigheid der leer te onderhouden". Dus steun bieden ook aan het Hooger Onderwijs. De beide candidaten voor de presi dentskeus in de Vereenigde Staten. De canlidaat der republikeinen is Mc. Kinley, een man die zijn opkomst meer te danken heeft aan noesten vlijt en volhar ding dan aan bijzondere gaven. Hij is groot en zwaar gebouwd, met gladgescho ren, kaal gezicht, laag voorhoofd, dunne lippen en wijd geopende oogen. Hij is 53 jaar oud. Hij was eerst onder wijzer, doch ging tijdens den burgeroorlog in dienst, waar hij 't bracht tot den rang van majoor. Daarna trad hij in de bur gerlijke maatschappij terug, studeerde, pro moveerde en vestigde zich als advocaat. In het Huis der Afgevaardigden leed hij in 1889 de nederlaag voor het voorzitter schap. Zijn wet tot verhooging van in voerrechten werd vervangen door die van Wilson welke het tegengestelde bedoelde. Thans is hg de gevierde man die zelfs bij democraten, o. a. bij de goudmannen van New York steun vindt. En nu de oandidaat der democraten, Bry-

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1896 | | pagina 1