KERKNIEUWS.
SCHOOLNIEUWS.
RECHTSZAKEN.
20 Juli 1896.
MIDDELBURG. Woensdag Raadsvergade
ring te 3 uur. Runten van behandeling
lo. Ingekomen stukken. 2o. Ontwerp van
wet tot gronsvorandering Middelburg—Nieuw
en St. Joosland, met voorstel van burg. en
weth. 3o. Beslissing aangaande her al of niet
reeds aanstonds aanleggen van een riool
in Karelsgang. 4o. Verzoek vauT. L, Wag-
tendonk om oervol ontslag uit zijn betrekking
van lid der commissie van toezicht op de
gymnastiekschool. 5o. Voorstel van burg.
en weth. tot toekenning pensioen aan M.
J. Guldenberg, keurmeester van het slacht
vee, vieesch en spek, en 6o. betreffende het
branden van lantaarns op de Markt. 7.
Benoeming van twee onderwijzeressen, be
doeld in het vierde lid van art. 1 der ver
ordening II, regelende het lager onderwijs
in die gemeente. 8. Voordracht van burg.
en weth. tot benoeming (overplaatsing) van
mej. A. Boucherie tot eerste en van mej.
M. P. Meertens tot tweede onderwijzeres in
de handwerken aan school B (vacature De
Jongh en Visser).
Door de Regentes is afwijzend beschikt
op het verzoek van den Bond van klerken bij
de rechterlijke machtom tot rijksambtenaren
te worden aangesteld.
De miliciens van de lichtingen 1892
en 1893, die aanvankelijk op 15 Augustus
e. k., ouder de wapenen zijn geroepen, zullen
eerst op den 17 d.a.v. bij het korps present
moeten zijn.
De bataljons uit Middelburg, Vlissingen
en Bergen op Zoom zullen niet deelnemen
aan het kampeereu in de Legerplaats bij
Rijen.
De verlofgangers keeren den 28en Augus
tus weer naar hunne haardsteden terug na
geoefend te zijn in de behandeling van het
nieuwe geweer M 95.
De Israëlitische militairen, niet bij het
Depot van discipline gedetacheerd en die
verlangen hunne eerlang invallende gods
dienstige feesten ten hunnent te vieren, kun
nen verlof bekomen van 7 September a. s.
tot en met 1 October d.a.v.
Wonen hunne ouders of betrekkingen in
het garnizoen, dan zal aan hen vrijstelling
van dienst worden verleend van 7 tot en
m. 9, van 16 tot eu met 17, en van 21 tot
en met 30 September e.k.
De heer Ed. de Thouars, chef van
dienst bij de stoomtram Mij BreskensMal-
deghem, is benoemd tot directeur der stoom
tram Mij. 's-Bosch—HeusdenWaalwijk.
Zaterdag waren de Prins en de Prin
ses Van Wied 25 jaar getrouwd. De
Prinses is de dochter van wijlen prins
Frederik, oud-oom der Koningin.
De Duitsche keizer heeft den prins
Von Wied bij gelegenheid van zijn zil
veren huwelijksfeest benoemd tot Ridder
van den Zwarten Adelaar en den erfprins
Von Wied tot Ridder der 3e klasse van
den Rooden Adelaar met de Kroon.
ATJEH.
Volgens een door de N. R. Ct. ontvangen
telegram is majoor D. A. Okhuijzen op Atjeh
aan wondkoortsen overleden.
Oemar's afval 1
Toekoe Oemar heeft in zijn brieven al
lerlei onwaarheden omtrent de aanleiding
tot zijn al val verkondigd en ook thans is
men il nog niet achter, üpmerkii g ver
dient echter een zinsnede uit een rapport
van den waam. assistent-resident van Groot-
Atjeh dd. 9 Mei 11. Daarin wordt nml.
vermeld, dat aan Oemar medegedeeld zou
zijn een uitspraak van den eeuigen in Groot-
Atjeh overgebleven hoofd-oelama Tengkoe
Hoesin Tanah Abee uit de XXII Moekim,
gedagteekend 1 Ramalan 1313 (15 Februari
1896), luidende dat het vermoorden van
Toekoe Oemar een verdienstelijk werk zou
zijn en gelijk zou staan met het dooden van
100 kafirs, indien hij den ongeloovigen
hulp bood om verder in de XXII Moekim
door te dringen.
Indien dit waar is, valt het wel eenigs-
zins te begrijpen dat Oemar weinig roeping
gevoelde het in die XXII Moekim gelegen
Lamkrak te bestrijden, daar hij het dweep
zieke karakter van zijn landgenooten kent,
terwijl zijn ij delheid hem dan misschien
weerhield aan den gouverneur te bekennen,
dat hij, „Toekoe Djohan Pehalawan, Pang-
lina Prang Besar van het gouvernement'1
bang was
Ned. Herv. Kerk.
Beroepen te Biezelinge ds. K. Loggers
te Velzen (N.H.)(f)
Beroepen te Wildervank Piccardt te
S charmer.
Aangenomen naar Hooge Zwaluwe door
Plaatsman te Doeveren.
Bedankt voor Hempens door Hefting te
Siddeburenvoor Oudenbosch door
Yoors te Kuinrevoor Rhenen door
Steenbeek te Weesp; voor Hilvaren
beek door Pecker te Gorinchem.
Geref. Kerken.
Tweetal te Reitsum ds. E. Prinzen te
Oostwold en ds. H. J. Reuyl te Dordrecht.
Beroepen te Ierseke ds. S. O. Los te
Zalk en Veecaten; te Ter Neuzen ds.
J. H. Donner te Nieuwdorp.
Breda, -2 Juli 1896. Heden was het
voor de ger-eente alhier een dag van groote
blijdschap en dankzegging daar wij voor
het eerst in het nieuwe kerkgebouw met
een talrijke schare waaronder vele Her-
(t) 48 van do 50 opgekomen stemgerech
tigden biuchieu up ZEerw. hunne stem uit
vormden en Roomschen mochten samen
komen om den Heere te danken voor Zij
ne weldadigheden aan deze gemeente be
wezen.
Onder leiding van onzen hooggeachten
en geliefden Herder en Leeraar Ds. W. Kap-
teijn, die met alle ijver en toewijding den
bouw der nieuwe Kerk bevorderde, werd
de plechtige ingebruikname van het Kerk
gebouw aangevangen aan de hand van
psalm 10.3 vers 2 en werd door Zijn-
eerwaarde Gemeente bouwcommissie en
Kerkeraad, alsmede architect en aannemer
een hartelijk woord toegesproken.
Vervolgens sprak Ds. Feringa vun Klun-
dert, Deputaat der Inwendige Zending voor
Noord-Brabant en Limburg, die mede in een
zeer bemoedigende rede van de groote
daden Gods getuigde.
Daarna beklom ds. C. J. Kapteijn van
Andel het gestoelte en bepaalde de ge
meente eveneens bij de groote voorrechten
die thans genoten werden, maar ook bij de
roeping daaraan verbonden.
Ook ds. H. J. Binnema van Tilburg
trad in deze feesture voor de gemeente
op, en schetste met innige bewoordingen,
hoe ZEerw. het voorrecht had mogen
genieten, juist 5 jaar geleden voor de
jeugdige kleine gemeente van Breda op
te treden, en het hem nu door den Heere
vergund werd ook ditmaal voor de ge
meente te spreken en aan zijne blijdschap
uiting te geven nu het ruime bedehuis
aan den Heere werd opgedragen.
Ten slotte werd de vergadering nog har
telijk toegesproken door ds. N. G. [Kapteijn
van Leerdam. Gideon.
Chr. Gerf. kerk.
Beroepen te Noordeloos ds. G. Bos te
Aarlanderveen te Suawoude de heer
T. A. Bakker, cand.
Geslaagd te 's Gravenhage voor de hoofd
acts mej. M. C. Berdenis van Berlekom
aldaaren te Deventer dhr. J. Risseeuw
te Arnhem.
Goes. Vrijdag werden aan echool E
(Meisjesschool) bevorderd
van de eerste naar de tweede klasseJ.
van Nieuwenhuize, M. Muelinan, N. Isebree
Moens, S. Sturm, C. Sprenger, J. Roskes,
F. Kakebeeke, J. v. d. Meulen en L.
Barends 6 leerlingen werden niet be
vorderd
van de tweede naar de derde klasse
C. Bannet, L. Prins, J. Breetvelt, N. Muel-
man, M. Isebree Moen», J. Laban, J. Ysen-
dijk, C. Sprenger, F. de Ligny, F. Fransen
van de Putte, en J. Ysendijk; 2 leerlingen
werden niet bevorderd
van de derde tot de vierde klasse A.
Bierenbroodspot, A. Breetvelt, C. Franken,
A. v. d. Linde, C. Sprenger, E. de Koning,
J. de Jonge, D. Arentz, B. Goemans 2
leerlingen werden niet bevorderd
van de vierde tot de vijfde klasse C.
Timmerman, M. Prins, N.Prins, J. Hanninck,
A. Boone, G. Mulock Houwereen leer
ling werd niet bevorderd.
Aan drie leerlingen uit de vijfde klasse
werd het diploma uitgereikt wegens wei
volbrachten leertijd, nl. P. J. Kakebeeke,
M. W. Vonk en M. C. Breetvelt.
De onderwijzer Den Hartog zou, vol
gens de bladen, den schoolhoofden Baert
en Van Doorne op het Leidsche plein te
Amsterdam, de volgende woorden hebben
toegevoegd „Zoo Baert, ben je daar Heb
je je 89 gulden al te pakken Of hoeveel
is 't? Ben jij een kerel, je moest je Bcha-
men, je bent een kwajongen En aan jou
Van Doorne, heb ik hetzelfde te zeggen.
Je bent eveneens een kwajongenHet
zou volgens die bladen beslist onwaar zijn,
dat Den Hartog de beide schoolhoofden
met de vuist zou hebben bedreigd. Nu.
de gebruikte woorden zijn al fijn genoeg!
gllilKS.
Salatiga-Zending.
Br. Kamp heeft te Tempoerang en Soe-
dagaran veel belangstelling de menschen
komen trouw ter kerk; zelfs zag hij eens
een man in een boom klimmen, om te beter
te kunnen luisteren, 't Moge een Zacheüs
zijn! De Roomsche propaganda had opzijn
gebied geen zieltjes kunnen winnen. In
zijn Militair Tehuis (ouders, die zonen te
Salatiga hebt, maakt hen er eens opmerk
zaam ophad hij doorgaans tusschen 15
en 25 bezoekers. Zijn zoontje, door een
dollen hond gebeten, genas onder de be
handeling Pasteur. Zoo heeft hij over
veel en velerlei oorzaak van dankbaarheid.
Evenzoo br. Jüngst. Van zijn gemeen
teleden raakte er één in de strikken van
Rome verward, doch vond geen vrede en
keerde weder. Te Ambarawa en Djamboe
ging de Gemeente in getal en kracht voor
uit. In de laatstgenoemde plaats werd een
Christen als loerah (burgemeester) a nge-
steldook andere ambtenaren zijn uit de
Christenen gekozen.
Br. Zimmerbeutel bouwde zich te Blora
een nieuw huis. Maar, zegt licht een onzer
lezers, zijn zulke bijzonderheden wel 't
meedeelen waard Och, op zichzelf haast
niet. Maar als men nagaat, wat de vestiging
van een bode des Evangelies in een Ja-
vaansche dessa beteekent, zeker wel. 't Is
met zulke bijzonderheden, als met enkele
in den Bijbel: men leest er over heen, en
toch steekt er iets indenk b. v. aan de
herhaalde mededeeling dat Abraham een
bosch plantte. Br. Zimmerbeutel heeft er
onder zijn gemeenteleden helaas, enkelen
die hij onder tucht heeft moeten stellen
üie wel soms schijnen berouw te gevoelen,
maar toonen, dat 't niet uit 't harte komt.
Onder 8 volwassenen, die hij op 't kerstfeest
doopen mocht was een bloedverwant van
den Soesoehoenan van Soerakarta, wegens
een huwelijk beneden zijn stand uit den
dienst van diens kleinzoon ontslagen; thans
verdient hij den kost als kleermaker.
Toen Z. hem vroeg, waarom hij den doop
begeerde, antwoordde hij „omdat ik erken,
dat uw leer rein en heilig is, omdat Jezus
mijn Redder en Zaligmaker wezen wil en
omdat mijn hart in den Heere Jezus ge
looft en Hem volgen wil". Ook zijn vrouw
ontving met hem den doop. Aanzoeken
en aanbiedingen, hem van uit Solo gedaan,
om hem ontrouw te maken, doen zijn trouw
niet wankelen.
Br. Heller in 't Kondalsche arbeidende
onder volgelingen van Sadrach, deed een
en andermaal de verblijdende ervaring op,
dat van dezen enkelen komen tot inzicht
hunner dwalingen en van 't ware Chris
tendom. Onder hen de oude Jacob, een
man als helper van Sadrach van veel
invloed, doch die dien invloed er aan gaf,
om een trouw volgeling van Jezus te kun
nen zyn, die om den doop te kunnen ont
vangen, met droefenis zijn tweede vrouw
van zich zond, maar toch den moed had
tot dien stap. Voorzeker ook al wordt
't Evangelie gepredikt onder een deksel,
vruchtloos blijft 't nooit.
Br. Kühnen hoopt te Kalitjerd een eenigs-
zins groote school te stichten, daar hij zeer
noodig acht dat de kinderen der gemeente
eenigszins ontwikkeld zijn, ook om gewa
pend te zijn tegen de listen van Rome,
dat ook op 't onderwijs zijn krachten richt.
Door J. d. B., poelier te Hansweert
gedetineerd te Middelburg, is hooger beroep
aangeteekend tegen het vonnis der Arron-
dissements-Rechtbank te Middelburg dd. 10
Juli 1896, waarbij hij ter zake van: dief
stal met geweldpleging werd veroordeeld tot
drie jaren gevangenisstraf met in mindering
brenging der doorgebrachte hechtenis.
Goes. De heer Roskes verzoekt ons
te melden dat hij van de Goesche boot
vrijdom van vracht heeft verkregen voor
't vervoer der sigarenpuntjesen ook van
de zijde der winkeliers en van particulieren
vele blijken van waai deering ondervindt.
Goes. De harmonie „Hosanna", direc
teur de heer L. de Beste, hoopt a. s. Don
derdagavond 8 uur, in de Prins van
Oranje voor hare begunstigers en begun-
stigsters eene uitvoering te geven. Wij
hepen dat dit voornemen met een druk
bezoek zal worden beloond. Hosanna heeft
nog slechts eene gelegenheid overgehouden
om openbaar op te treden, dewijl zij tot
spelen in de tent op de markt niet is uitge-
noodigd. Nu, spijten doet ons dit niet. Al
moeilijker toch wordt het ons te gelooven
dat daar 's avonds de plaats is voor onze
kinderen. De door en door wereldsche toon
die daar heerscht onder het opkomend ge
slacht belet althans Godvreezende ouders
er hunne kinderen zonder goed toezicht
heen te zenden. Maar laten dan de vrienden
van Hosanna door een goede opkomst a.s.
Donderdag toonen dat zij om het bijkomstige
de Kunst zelf niet verachten en die met
hunne toestemming er heen gaan, laten zij
toonen ook op Christelijke wijze haar te
kunnen genieten.
Als een bewijs dat het sigarenvak
druk wordt bereisd, kan dienen dat kort
geleden in een hotel te Middelburg negen
heeren aan de table d'hóte vereenigd wa
ren, waarvan bij de tafelgespekken bleek
dat acht in sigaren reisden. No. 9 was een
„lapjes" man, die zoo getroffen was dat
hij aan den „ober" een waaier vroeg om
den rook te verdrijven
Heinkenszand. Maandagmorgen is
de oudste bewoonster dezer gemeente, de
wed. H. Driedijk op ruim 94 jarigen leef-
tij 1 overleden. Zij mocht zich nog altijd
in een goede gezondheid verheugen, doch
eenige dagen geleden had zij het ongeluk
een been te breken doordat een paar
voorbijtrekkende honden haar omverliepen,
wat waarschijnlijk den dood heeft veroor
zaakt.
Hoek. Als met 1 October het werk
aan den Schelde-oever bij den Nieuwe-
Neuzenpolder zal opgeleverd zijn is daar
mede deze gansche polder van bazalt-
glooiing voorzien. De bange jaren van '60
en '70 zijn gelukkig voorbij, toen dijk-
vallen en oeverafschuwingen telkens weder
het ergste deden vreezen en toen door
braken het noodzakelijk maakten, dat dik
wijls een ganschen winter moest gewerkt
en gewaakt worden. Toen en na dien
tijd werden de dijken verhoogd en een
slaperdijk aangelegd, terwijl voor duizen
den guldens werd bezonken, zoodat een
gordel van hout en steen dezen polder
omgeeft. Hierbij zijn nu ook nog de
bazaltglooiingen gekomen, terwijl de stroom
zich naar den Goeschen wal, dwars door
de Suikerplaat heen zoodanig heeft ver
legd, dat de meeste zeeschepen, die vroeger
onder den Nieuwen polder doogingen,
thans onder Ellewoudsdijk doorvaren.
Dit alles te zamen veroorzaakt, dat de
bewoners van dezen schoonsten en vrucht
baarsten polder uit deze streken thans heel
wat geruster kunnen leven dan in de dagen,
toen bij storm en hoogen vloed het vee
naar naburige polderdyken werd gedreven
of op hooischelven in veiligheid werd ge
bracht.
Maar zoo elders, dan geldt ook hier
met het oog op de dure en sterke oever
verdedigingen, als zoovele bolwerken tegen
de macht van het water opgeworpen de
oude spreuk „Deus mare, Batavus litora
fecit" d. i. „God schiep de zee, wij de
kuststrook," Waarlijk met Gods hulp is
hier veel gedaan.
Ten behoeve van den raad van toe
zicht op de spoorwegdiensten zal op Maan
dag 27 Juli een extratrein loopen van
Vlissingen naar Roosendaal ter inspectie
van de aan die lijn gelegen stations en
andere werken, vertrekkende ten 1.30 nm.
van Vlissingen en aankomende te Roozen-
daal ten 4.50.
Scherpenisse. In de gemeenteraads
vergadering van Vrijdag 1.1. zijn benoemd
tot waarnemend gemeente-Secretaris de
heer C. D. Bolier, burgemeester en tot
waarnemend gemeente ontvanger, de heer
J. N. Oudesluis Wethouder.
Wissenkerke. Op de Nederlandsche
internationale postzegeltentoonstelling (af-
deeling Kunstvoorwerpen), te 's Gravenhage
is de le prijs (zilveren medaille) toegekend
aan de inzending van Hendrik Gerard de
Smit alhier.
Naar men ons mededeelt zou er bij de
Belgische regeering bezwaar bestaan, om
het vervoer van zand voor het alhier te
graven kanaal langs Zeeland te doen plaats
hebben en dit nu hoogstwaarschijnlijk van
uit Holland langs de lijn Antwerpen wor
den vervoerd, zoodat dus per slot van reke
ning men noch te Breskens, noch bij de
Stoomtram-Maatschappij aldaar, iets daar
van zou profiteeren.
Onder Steen wij ketwold sloeg de
bliksem in de woning van den vrijboer
J. Van der Laan te Willemsoord. De
vrouw, die het jongste kind op haar
schoot had, werd met den stoel waarop
zij zat eer, eind verplaatst, en kreeg
hevige brandwonden aan beide beenen,
terwijl nog twee kinderen aan nek en
rug belangrijk letsel bekwameneenderde
kind werd eenige meters weggeslingerd
en geraakte geheel bewusteloos. Van der
Laan en het jongste kind bleven onge
deerd. Het huis brandde tot den grond
toe af, terwijl van den inboedel waar
van niets verzekerd was zeer weinig
kon gered worden. Van der Laan is door
dit ongeluk totaal arm geworden.
Volgens het Utr. Dgbl. zal Koningin
Wilhelmina in het begin van September
te 's Gravenhage Haar belijdenis doen en
als lidmaat der Ned. Herv. Kerk worden
bevestigd.
Die plechtigheid zal geschieden in een
zaal in het paleis in Den Haag (Noord
einde) na afloop der plechtigheid keeren
de Vorstinnen naar Soestdyk terug.
Te Bodegraven ging een 7-jarig knaapje
by het neerlaten van de valbrug over den
Rijn voorover liggen met 't hoofd
boven 't water, met 't gevolg dat de zware
brug met het volle gewicht op het hoofd
neerkwam en dit nagenoeg verpletterd
werd. Het jongetje gaf kort daarop den
geest. De brugwachter had aan dit onge
val totaal geen schuldde jongen was
onder de afsluiting doorgekropen en de
brugwachter bevond zich natuurlijk aan
den anderen kant van het val.
De verpleging eener krankzinnige
uit Nijmegen werd dezer dagen gevraagd
bij de gestichten te Medenblik, Zutphen,
Roomalen, Deventer, Vucht, Maastricht en
Utrecht, doch bij geen dezer was plaats.
De broeder van een ingezetene te
Amersfoort vond, na het nemen van
Toekoe Oemar's huis te Lampisang, diens
Koran en mocht die als een aandenken
behouden. Hij zond hem zijn broeder,
die hem zal doen bezichtigen ten voordeele
van een liefdadig doel.
Een dametje, netjes gekleed, jong,
vroolijk, maar met een of ander op haar
jeugdig geweten, werd te Breda onder
geleide van een paar marechaussees in den
gevangeniswagen van het Huis van be
waring naar het spoorwegstation vervoerd.
Daar aangekomen verliet zij den celwagen,
lachte vroolijk den koetsier toe, nam een
kwartje uit haar portemonnaie en gaf dit
den koetsier, die waarschijnlijk niet zeer
dikwijls een dergelijke attentie van zijn
passagiers zal ondervinden.
Te Schiedam is een werkstaking van
stoommoleuaars, die verleden week onver
wacht afgewend, scheen, uitgebroken, daar
de bazen de toegezegde loonsverhooging
weder introkken.
Te Solingen wierp, tijdens |de af
wezigheid der moeder, een achtjarig knaapje
petroleum in de kschel, waar loor een ont
ploffing ontstond. De kleeren van het kind
vatten vuur, dat zich ook mededeelde aan
de kleertjes van zijn twee kleine zusjes.
De drie. kinderen zijn levend verbrand.
Een brutale dief. Een galanterie -
koopman te Turijn wilde onlangs savonds
zijn winkel sluiten, toen er een wagen
voor de deur stilhield, waarop een kofler
stond. De bestuurder van den wagen
bracht de koffer voor de deur en deelde
den koopman mede, dat hij door een be
paald persoon was afgezonden. Daar de
winkelier den afzender kende en zijn adres
bovendien op de koffer stond, werd de
zending door hem in ontvangst genomen
en in den winkel geplaatst.
De koopman vond het echter te laat, de
kofler direct te openen en verklaarde zyn
bediende, dit tot den volgenden dag te
zullen uitstellen. Op het punt te vertrek
ken, hoorde de bediende leven in den
koffer waarom men besloot, het deksel
onmiddellijk te openen. Nauwelijks was
dit geschied, of plotseling sprong er een
jonge man uit de kist, die hoewel hij
ijlings door de openstaande deur ontsnapte,
herkend werd als de jongste broeder van
den patroon, een verdorven sujet, die reeds
herhaaldelijk veroordeeld werd.
Den volgenden dag slaagde de politie
eiin, hem en een half dozijn medeplichti
gen te arresteeren.
De cholera maakt groote verwoes
tingen onder het expeditieleger in Egypte.
Tot nu toe zyn er 000 gevallen waarvan
de meeste doodelijk.
"Woensdag Drak boven Pittsburg in
Amerika en een aantal andere steden in
West-Pennsylvanië een geweldige storm
los. Menschenlevens zijn niet te betreuren,
doch de materieele schade, in eenige uren
aangericht, wordt op f 2.500.000 begroot.
Een Spaansche schatgravergearres
teerd. Te Tarragona ir Spanje werd dezer
dagen een zoogenaamde „Enterrador", dat
is een zwendel, ar, die dommen vreemde
lingen door valsche voorspiegelingen van
begraven schatten het geld uit den zak
klopt, door de politie ingerekend. Hij
noemde zich Joaquin Pereira Espejo en
speelde te Tarragona den grooten mijnheer.
Bij een huiszoeking vond men een massa
papieren met valsche zegels en stempels,
waaruit bleek, dat zijn zwendelzaakje ta
melijk bloeide. Zijn zoon had onlangs de
dochter van een bankbeambtc ontvoerd,
om zich het geld, dat het meisje meege
nomen had toe te eigenen. Door dit feit
kwam de zwendelarij aan het licht.
Een geniaal mensch te Washington
heeft patent verkregen op een door hem
uitgevonden hoed. Het is een heel gewone
hooge hoed, waaraan van buiten niets bij
zonders te zien is. Het bijzondere zit echter
van binnen. Men vindt daar een kleine,
goed afgesloten van een ondoordringbare
stof gemaakte ruimte, waarin een stukje
ijs wordt gedeponeerd. Dit ijsreservoirtje
heeft slecht geleidende wanden, evenals
een ijskast, zoodat het ijs zeer langzaam
smelt. Volgens den uitvinder wordt nu een
heerlijk koele temperatuur in den hoed
ontwikkeld, zoodat het hoold van den
drager zelfs in de hondsdagen steeds frisch
blijft. Onder den nieuwen genialen hoed
behoeft men zich dan ook alweer vol
gens den uitvinder nooit bezorgd te
maken over de mogelijkheid van zonne
steek.
Van den onlangs overleden geleerde
Ernst Curtius worden verhalen gedaan,
die zonden doen gelooven, dat destaaltjes
van der geleerden verstrooidheid die de Flie-
gende Blatter soms meedeelen, volstrekt
niet overdreven zijn. Eens kwam Thode,
nu een bekend kunsthistoricus, toen nog
student, den professor opzoeken. Hij komt
binnen, vindt Curtius boven op een trap
bij zijn boekenkast staan, en zegt: „Mijn
naam is Thode". „Dadelijk, dadelijk",ant
woordt de professor en blijft boven staan.
Een lange pauze. De student hoest eens,
noemt zijn naam nog eens, en eindelijk
komt Curtius naar beneden. Hij gaat zitten
tegenover zijn bezoeker en mompelt„Ja,
ja, Thode, Thode, zegt u eens, heeft hij
een moeilijk sterfbed gehad?"
De kunsthandelaar Gurlitz vertelde Cur
tius eens, dat zijn jongere broeder verloofd
was. „Wel, dat vind ik aardig", zegt
.Curtius. „Dat zal uw ouderspleizierdoon.
Uw jongere broer! Hebt u nog een jon
geren broer
En daaarop verzinkt de professor in na
denken, herhaalt nog een paar maal zoo
voor zich hee*„uw jongere broer", en
vraagt dan„uw jongere broer is die
nog op school
Intusschen is die verstrooide man, zooals
wij reeds gezegd hebben, een groot ge
leerde geweest. Niet voor niets staat zijn
borstbeeld te Olympia; niet zonder reden
was hij eerst de leermeester, later een groot
vriend van keizer Frederik, wiens dood
voor Curtius dan ook een zware slag was.
Op 27 Januari 1859 kreeg Curtius een
telegram van den toenmaligen kroonprins:
„Beste Curtius! Zooeven is mij een jongen
geboren. Uw Friedrich Wilhelm." Die
jongen was de tegenwoordige keizer.
In een hotel te Londen had dezer
dagen een allermerkwaardigste ontmoeting
plaats. Er zaten veel Amerikanen aan de
table d'höte, waarvan de meeste elkaar
niet kenden. Eeu hunner had een Engel-
schen vriend ontmoet en zat met dezen
hardop te praten. Na eenige oogenblikken
liep het gesprek over den Amerikaanschen
oorlog, en de Amerikaan, die tot de Federa
listen had behoord, vertelde|o.a. dat de solda
ten van de beide partijen zoo dicht bij elkaar
aan het werk waren in de loopgraven, dat
zij met elkaar konden praten en zelfs ta
bak, waarvan de zuidelijken goed voorzien
waren, ruilden tegen thee, die de Noorde
lijken in overvloed bij zich hadden. Zelfs
had de verteller eens een pakje kinine
geruild tegen een pond tabak, en de ge
confedereerde had hem er nog een pijp
bij gegeven. Die pijp had zijn leven gered,
beweerde de man er bij, want zijn officier,
die bemerkte dat hij rookte, had hem ge
roepen, om hem te rapporteeren hoe hij
er aan gekomen was, en toen hij terug
kwam, had er juist een schermutseling
plaats gehad, waarin de man die zyn plaats
had isgenomen gedood was.
Toen de man dit verhaal gedaan had,
stond plotseling een groote, door de zon
verbrande Amerikaan met grijs haar en
grijzen baard van de tafel op, ging naar