NIEÜWSBLAD VOOR ZEELAND. Ho. 121. 1896, SKnsfCag 14 ML fêieuife laatgang. CHRISTELIJK- HISTORISCH VERSCHIJNT F. P. D'HUIJ, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIËN F.LKEN MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND. Prijs per drie maanden franco p. p0,95. Enkele nummers0,025. UITGAVE VAN G. M. KLEMKERK, te Goes EN van 1 5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent. Familieberichten van 1 5 regels 50 centiedere regel meer 10 cent. De Middelb. Crt. bevat uit Middelburg de volgende belangrijke mededeeling. Nieuw is, vergissen wij ons niet, een praotische aanwending van den automaat voor de verstrekking van duinwater, zoo als die door den lieer P. Polet, den ijve- rigen en kundigen directeur van de ge meentelijke gasfabriek en duinwaterleiding alhier, is gevonden en in werking ge bracht. Gaarne voldeden wij aan het tot ons gericht verzoek om eens even een kijkje te nemen aan de gemeente-gasfabriek, waar die duinwaterautomaat in werking gebracht is. Het instrument 't is altijd nog maar een model ziet er hoogst eenvoudig uit en heeft den vorm van een omkaste pomp. In het bovendeel er van is een raampje aangebracht, waarin, als het toestel gevuld is, het woordje „vol" voorkomt, terwijl eronder de volgende gebruikaanwijzing is te lezen „Zet den met duinwater te vullen emmer onder den uitloop, en zie of het aan den voorkant achter (/las aangebrachte peil op „volu staat. Is dat niet het geval, dan wacht men een oogenblik. Plaats het aan de voorzijde aanwezige handeltje naar rechtswerpt één cent in de aan den zijkant aanwezige sleuf; draai het handeltje snel van rechts naar links en men bekomt een emmer duinwater''1 Eenvoudig, niet waar, maar daarom niet minder ingewikkeld. Wij zijn te veel leek om de constructie van den automaat uiteen te zetten, wat trouwens voor het meerendeel der lezers van minder belang te achten is. Wij willen daarom liever even wijzen op het groote nut, het groote gemak en het groote voordeel, dat deze duinwater automaten hebben. Dat alles springt wel direct in het oog als men bedenkt, hoe men thans zonder kostbare buizenleiding op verschillende plaatsen den inwoners gelegenheid geven kan om voor een luttel gedrag een cent per 10 liter elk oogenblik van den dag zich van zuiver water te voorzien hoe nu ook de armste van deze, voor de volksgezondheid zoo aanbevelenswaardige, gemeentelijke onderneming kan profiteeren, terwijl ook de exploitatie der waterleiding er mede vooruitgaat. Wanneer wij nog melden dat de auto maat registreert de hoeveelheid water die verstrekt is en zoo dus controle op de kas uitoefent, gelooven wij voldoende aan getoond te hebben dat de nieuwe vinding van den heer Polet van groot algemeen belang is. Wij hopen dat de gemeenteraad termen zal vinden om den duinwater-automaat op verschillende plaatsen in de gemeente te doen opstellen ten gemakke van hen die, om een of andere reden, geen leiding kun nen of willen doen aanbrengen en toch gaarne tegen betaling frisch water wen- schen te ontvangen." Wij ondersteunen dezen wensoh van de Midd Crt. van harte. Alleen die cent hindert ons nog een beetje. Zou er geen kans zijn dat ook zonder cent van den duinwater-airtomaat worde gebruik gemaakt, op de manier van de ouwerwet- sche stads pompen die ook gratis water gaven? Licht en lucht en water moeten overal kosteloos en onbelast te genieten zijn. Wij geven echter toe: een automaat die ook zonder cent werkt, zal wel moei lijk te vinden zijn. Wij mogen nu niet langer meer uit stellen de aandacht te vestigen op het verdienstelijke vlugschrift van den heer Vorsterman van Oyen „Het Pachtstelsel." Het boekske bevat 32 bladzijden en kost slechts 15 cents. Wij zullen het niet te yeel plunderen teneinde geen af breuk te doen aan den kooplust onzer belangheb bende lezers. Op enkele grieven en wenschen, door den geachten schrijver in populairen vorm ont vouwd, wenschen wij binnen kort de aan dacht te vestigen. Uitgever is de heer Wijtman te Mid delburg. Onze lezers kennen de profetische woor den door Johannes den Dooper overge nomen „De stem eefns roependen in de woestijn". Het spraakgebruik van lateren tijd nam de uitdrukking over en hechtte er de betee- kenis aan van eene stem die zich tevergeefs laat hooren. De 20ste eeuw zal er echter eene nieuwe beteekenis aan verbinden. De telefoon zal voortaan die stem zijn, althans in de Sahara, waar de voornaamste oasen telefonisch zullen worden verbonden. Reeds begon men met de verbinding Biskrah- Tuggurth. Ook voor telegrafische gemeen schap zal worden gezorgd. En zoo zal dus ook weldra de woestijn hare poëtische natuur voor eene meer prozaïsche hebben te verwisselen. De woestijntooneelen zul len verminderen. De „zonen der woestijn", de leeuw der woestijn, zij zullen in onze reisverhalen hunne aantrekkelijkheid ver liezen en het schip der woestijn krijgt alle kans door den locomotief te worden vervangen. Toch zal onze God ook deze verandering zeker wel doen strekken tot bevordering der komst van zijn Koninkrijk. In de tweede kamer heeft de antirevo lutionaire party fractie Kuyper en fractie Lohman zich eenparig verklaard tegen de grensregeling van Leiden, ten koste van de kleinere gemeente, inzonder heid Zoeterwoude. Met genoegen melden wij dat de antire volutionaire partg in de eerste kamer, voorzoover zij vroeger tot de tweede kamer behoord heeft, insgelijks tegen genoemd wetsvoorstel, zoo ingrijpend in de rechten der gemeenten gestemd heeft. Het waren de heeren Engelberts, Godin de Beaufort sn Schimmelpennink v. d. Oye. In de tweede kamer was de heer Donner, in de eerste kamer de heer Engelberts leider van het rechtmatige verzet. By dergelijke principiëele quaestiën ziet men herhaaldelijk, hoe de antirevolutionai ren bijeen behooren en hoe weinig men van liberale en radicale „wetgevers" mag verwachten. Na vijf stemmingen is door de democra tische conventie te Chicago voor de pre sidentskeuze in de Vereenigde Staten tot candidaat geproclameerd Bryan. By de vierde stemming had Bland het tegen hem moeten afleggen. Het zal dus zijn McKinley of Bryan. Voor beide partijen een stuivertje op z'n kant. Overigens is door deze en andere beslis singen in de Nationale Conventie de kracht der Democratische party gebroken. Het zilverprogramma haalde slechts 628 van de 929 stemmen. De motie Hill ter goedkeuring van Clevelands bestuur werd verworpen met 564 tegen 357 stemmen. Deze 357, meest goudmannen, zullen zich nu zeker wel by de republikeinen aan sluiten. De New-Yorkers, onder Hill, moe ten zich al voor Mc Kinley hebben uitge sproken. Zooals men weet is deze de can didaat |op het goudprogram der repu blikeinen. Een enkel woord naar aanleiding van het Feuilleton in de beide vorige nom inees. Wij lazen het eerste reeds eenige maanden geleden in een der beste Trans- vaalsche bladen het tweede vonden wij in een Nederlanlsch blad dat zyn sympa thie uitsprak met de Schriftkennis der Transvalere die uit den vorm van het ver haal over Jamesons nederlaag sprak. Zoo namen wij te goeder trouw beide stukken op. Doch by nader inzien komt het ons voor dat de nabootsing van de taal des Bijbels eene zeer groote fout in beide opstellen was, die ons had moeten verbieden ze op te nemen. Wy betuigen dan ook ons leedwezen met de opneming en zullen van de overige, hoe goed ook bedoeld misschien, geen notitie meer nemen. 13 Juli 1896. De minister van waterstaat heeft den heer A. Matthyssen te Leeuwarden benoemd tot buitengewoon opzichter by de voor ziening der boorden van het kanaal van Ter Neuzen. De Minister van Binnenlandsche Zaken. In het Leeskabinet toekent dr. Sohaep- man mr. S. Van Houten, minister van binnenlandsche zaken, in de volgende be woordingen „Aan de ministerstafel verrijst de breede, stevige, welgedane gestalte van den minister van binnenlandsche zaken. Vijf weken lang heeft men hem aan de tafel kunnen zien. Geen trek van vermoeidheid op het blozende gelaat. Nog altijd een welbewuste glimlach om den forschen, door den vollen baard omgeven mond. De oogen onder de flinke wenkbrauwen, frisch en levendig. Het haar zorgeloos over den reeds kalen schedel geschikt. Een kloek man in de volle rypheid van zyn leven. Hij spreekt en het rumoerig gonzen be daart. Eerst eenige eenvoudige volzinnen. Een antwoord op iets, wat naar een verwijt zweemde. Zake.ijk en zelfs uitvoerig, als was men niet tot het laatste artikel van het ontwerp tot regeling van het kiesrecht genaderd. Zonder haast, zonder gejaagd heid, juist als midden in de beraadslaging over een technisch punt. En dan opeens deze woorden: „Wat verder de geachte afgevaardigde met de geheele wet zal doen, is voor zyn verantwoording, daarmede heb ik mij niet in te laten. Ik heb hier by de behandeling van het ontwerp alleen gehandeld op za kelijke gronden en by die behandeling heb ik noch naar rechts, noch naar links gezien". Het hoofd wordt een weinig achterover geworpende op de tafel rustende hand balt de spreker tot een vuist. Een historisch woord. Niet alleen omdat het 't laatste woord was, dat in de Tweede Kamer over de kieswet vallen zou. Niet alleen omdat 't, vol van zelfbewustzijn, maar vrij van grootspraak, in breederen zin de werkelijk heid teruggaf. Want al waren in den over het geheel uiterlijk kalmen loop der be raadslagingen ook van de ministerstafel felle, scherpe, by na schampere woorden gekomen, al waren ook by het handelen „op zakelijke gronden" de personen niet gespaard, de man, die daar stond op 16 Juni, stond er niet anders dan op 12 Mei, dezelfde, vast en onverwrikt". Concurrentie tusschen gevangenisar- beid en particuliere nijverheid. Tot het vraagstuk der concurrentie tus schen gevangenisarbeid en particuliere nij verheid levert het volgende een nieuwe bijdrage. In het jaarlijksch rapport der kamer van koophandel in Opper-Beieren over de marmeiindustrie wordt de depressie in de verkoopprijzen deels geweten aan de con currentie met het buitenland, deels aan den gevangenisarbeid, te Dietz aan de Lahn verricht. In het tuchthuis aldaar vinden 15 ruwe werklieden, 70 slijpers, 30 steenhouwers en 5 machinisten tegen een gemiddeld dagloon van 40 Pf. werk. Neemt men aan, dat deze menschen 300 dagen in een jaar werken, zoo geeft dit een gemiddeld bedrag van 14.400 Mrk dagloon in een jaar. De particuliere industrie moet voor een gelijk aantal werkkrachten 155.250 Mrk loon uitbetalen. Dientengevolge is de par ticuliere industrie 140.850 Mrk ten acuter bij de in het tuchthuis uitgevoerde mar meren steenhouwerswerken. Wat de zaak uog erger maakt, is het feit, dat de goedkoope prijs van het werk aan de flrnia, welke den tuohthuisarbeid gepacht heeft, van den staat groote opdrach ten verschaft. Zoo werden aan het station te Frankford a. Main alle marmeren werken, en aan liet Kenlsche gedeeltelijk door haar geleverd. Zoo steunde de staat indirect den gevangenisarbeid. Brief van Toekoe Oemar. De Soer. Ct. deelt den Volgenden brief mede van Toekoe Oemar aan den waarn. gouverneur van Atjeh, den heer v. Longen. Hy stelt daarin zijn voorwaarden voor zijn aanblijven als Panglima Prang Besar_ Brief van T. Djohan Oemar te Lam- pisang aan den wd. Gouverneur te Kota Radja. Voorts geef ik ITfloogEdelGeetr. kennis, dat ik volstrekt niet van gezindheid ben veranderd jegens het Gouvernement en UHoogEdelGestr. In waarachtig vertrouwen stel ik mij onder de schaduw van 's gouvernement» vlag en hoop ik mee op uwe hulp om van het gouvernement in de eerste plaats te verkrijgen een teeken van goedkeuring, te weten een kruis voor mijue verrichte werkzaamheden in den oorlog met de XXVI Moekims. De hoogedelgestrenge heer Deykerboff is met my overeen gekomen om mij te geven een kruis, een onderscheidingsteeken en indien ik dat kruis niet krijg, ben ik zeer beschaamd. Nog breng ik onder de aandacht van UHoogEdelGestr., dat ik een geteekende verklaring verzoek dat het Nederl. gou vernement jegens my niet van gezindheid veranderd is en die overeenkomst met my verzoek ik dat gesteld worde op naam van H. M. de koningin der Nederlanden en onderteekend door Z. E. den gouver neur-generaal te Batavia en door den gouverneur over Atjeh en onder getuigenis van de Europeesche vorsten die daarvoor in aanmerking komen, die door middel hunner consuls kunnen onderteekenen, opdat mijn gemoed krachtig en tevreden zij en mijn gemoed geen twijiel en ach terdocht, koestere en ik persoonlijk onder 's gouvernements vlag gesteld zij, want thans is mijn gemoed door laster vervuld van twijfel en achterdocht. De Radja's en Oeloebalangs in het Atjehsche Rijk verwekken thans veel beroeriug en verwarring in het land en door hen is de laster op mij neergekomen en heb ik een verachtelyken naam gekregen. Volstrekt meng ik my niet in de zaken der Radja's en Oeloebalangs in de XXII of XXVI of IV Moekims en ik blijf in de landstreek der VI Moekims, kampong Lampisang, omdat ik den laster vrees. Voorts breng ik eerbiedig ter kennisse dat ik blijf Panglima Prang van het Gouvernement in het rijk van Atjeh en zijn onderhoorigheden en ik er voor insta de oorlogszaken uii te maken. Atjeh kan dan tot rust komen en zal ik in de banden van het Gouvernement overgeven. Ik vraag daarvoor f 151000 'smaands om mijne krijgers te bezoldigen, doch zoolang de oorlog nog niet geëindigd is moet het Gouvernement voor het oorlogs- materieel en de vivres naar billykheid instaan, terwijl indien mijne krijgers sneu velen in den oorlog het Gouvernement mede volgens billy lcheid betaalt, maar niets behoeft uit te keeren in geval van verwonding. Daar waar de oorlog geëindigd is, geef ik het land in handen van de kompagnie over. In geval van beroering sta ik er voor in. Het Gouvernement kan bentings oprichten, waar het denkt, dat zij van nut zijn en ik verbind my te bewaken de blokhuizen, waar het Gouvernement ze wenscht op te richten, opdat de compenie in rust en vrede biijve. Maar de Radja's of Oeloebalangs mogen zich niet mengen in de oorlogszaken en de kompenie kan dan ten uitvoer leggen wat zij nuttig en goed oordeelt ten bate van het Gouverne ment en de onderdanen in het land. En in geval men in den kampong twist verwekt, moet de kompenie zoo mogelijk zich daarmede niet bemoeien. Indien echter een Atjeher zich schuldig maakt aan over treding jegens de kompanie, dan kan het Gouvernement hem veroordeelen volgens zijne wetten. Het bovenstaande breng ik eerbiedig ter kennisse van UIIoogEdelGestrenge. Omtrent andere zaken kuntu by Soetan Ali informeeren, opdat zij U duidelijk worden en wat Soetan Ali U mededeelt, kunt U beschouwen als door my te zijn medegedeeld omdat met mijn toestemming Soetan Ali U alles zal zeggen. Dit diens ter kennisse van UHoogEdel- Gestrenge. Geschreven op den llden dag dei maand Dzoelkaidah 1313. (23 April 1896). lerseke. In den nacht van Zaterdag op Zondag evsn na twaalf uur verkondig den alarmsignalen wederom dat er iets niet in orde was. Daardoor opgeschrikt vernam men terstond dat er midden in ons dorp een zoo goed als nieuwe, groote landbouw- schuur, van Mej. de wed. A. v. d. Burght in volle vlam stond. Wijl de eigenares het bedrijf niet meer uitoefent, weid de schuur aan alle menschen verhuurd, van die huurders is een en ander landbouwge reedschap en wat hooi verbrand, levende have was er niet in. Op een kleine uit zondering na was alles verzekerd. Aan boos opzet wordt niet getwijfeld. Te Zaamslag is Vrijdag feestelijk gevierd de honderdste verjaardag van Mege- lina Leunis, wed. H. Moens. Het dorp was in vlaggentooi en voor de woning der oude vrouw was een nette versiering aangebracht. Megelina Leunis werd den 10 Juli 1796 geboren op het Zaamslagsche Veer en huwde op 19-jarigen leeftijd met Hendrik Moens. Na eene echtvereeniging van 57 jaren over leed deze in 1872 in den ouderdom van 82 jaar. Uit dit huwelijk werden geboren 13 kinderen, waarvan thans nog 8 in le ven zijn de oudste is 74, de jongste 55 jaar. Deze kinderen hebben 19 kinderen en 28 kleinkinderen, zoodat te zamen 55 af stammelingen van de honderdjarige in leven zijn, m eest allen in die streken wonende. Het vrouwtje woont thans 66 achtereen volgende jaren te Zaamslag, nog altijd in hetzelfde huis bij een barer kleinkinderen. Zy geniet steeds een goede gezondheid. Pe oogen veroorloven haar niet meer te lezen, naaien of breien, doch wel kan zy groote voorwerpen onderscheiden. Het gehoor is nog uitstekend, evenals de eetlusthaar geheugen is ook nog zeer goed. De kerkeraad der Ger. gemeente bezocht de jarige en zegde een geschenk toe, ter wijl een commissiie uit de ingezetenen haar een mooie fauteuil en een mandje Tokayer aanbood. 's Middags bracht eer/ muziek- en zangge zelschap haar een aubade en 's avonds had een volksconcert plaats. M. C. Poortvliet. Veenbranden zijn vreemd in de provincie Zeeland. Toch is hiervan een voorbeeld in 't klein te zien geweest in de weihoek, onder deze gemeente. Daar ligt namelijk sedert eenigen tijd langs den kant eener sloot een kade van gedolven derrie of veengrond. Door de felle zon van Donderdag en vorige dagen kurk droog geworden, schijnt hij met vuur in aanraking gekomen te zijntegen den avond althans was de geheele dam een klomp vuur geworden. Het gevaarlijke in dezen was, dat in de onmiddellijke nabij heid, zoo goed als lijp koren te velde staat. De brandweer van hier kwam spoe dig ter plaatse en was weidra den brand meester. Door het stille is de schade ge-

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1896 | | pagina 1