NIEUWSBLAD
VOOR ZEELAND.
CHRISTELIJK-
HISTORISCH
1896. ilo: 67.
DondMig S flaacf.
Ketide laargang.
VERSCHIJNT
G. M. KLEM ERK, te Goes
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
IJK.
V ak ver eeni ginge n
elken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
Prijs per drie maanden franco p. p0,95.
Enkele nummers0,02 5.
UITGAVE VAN
N
van 1 5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent.
Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
Middelburg, ook voor St. Laurens
5, 6, 10,11, 12 en 13 Maart.
Oost-enWest-Souburg, ook voor
Ritthem16 Maart.
Vlissingeri, 17, 18, 19, 20, 21, 23,
24, 25, 26, 27 en 28 Maart.
Het schynt vermetel in een tijd waarin
alles roept om sohenring en uiteengaan
nog een lans te hreken, gelijk de Stan
daard dezer dagen deed, voor vakver-
eenigingen.
Of is het niet waar dat een streven
openbaar wordt om uiteen te gaan, meer dan
te vereenigen
Is het niet aan de orde van den dag
dat politieke, sociale en kerke lijke ver-
eenigingen, sehool-, zending- en jongelings-
vereenigingetjes, kortom al wat in eiken
kring bijeen behoort, woelende is om uit
een te gaan, om elkander den scheidbrief
te geven, of met de deurkruk in de hand
gereed staat de vergadering te verla
ten, zoodra maar iets niet naar dea zin
gedaan of ook maar gedaoht mocht worden.
Satan moge een breeden rug hebben,
waarop velen maar al te zeer geneigd zijn
de verantwoordelijkheid voor hunne daden
te schuiven op dit eene punt evenwel kan
tegen hem niet genoeg gewaarschuwd.
Hij ie bezig alle banden va» broe
derschap te verscheurenalle zucht om
eenheid te smorenalles wat tot verwij dering
strekt uit te denken, alle gevoel voor het
gemeenschappelijk belang te ondermijnen
al wat samengaat van elkander te ver
vreemden of in het kiezen van een eigen
paadje zijne kracht te doen zoeken.
Dit wordt in de kerk gezien.
Iedere politieke kiesvereeniging wordt
het gewaar.
Elke christelijke vereeniging ervaart het.
Ervaart het tot in het bespottelijke toe.
In onze provincie ligt een stadje met
7000 zielen, van welke stellig 6000 óf
Roomsch zijn óf tot de Modernen gere
kend worden. De rest gaat in Orthodox
Hervormden, Christelijke Gereformeerden
en Gereformeerden met nog enkele naar
rechts of naar links uitgewekenen, uiteen.
De Christelijke Jongelingsvereeniging
een oude die haar zilveren feest reeds
achter den rug heeft, viel voor enkele
jaren in tweeën. De oude helft, petillee-
rend van leven, bestaat nogterwijl de
nieuwe helft thans in twee fractiën uiteen
ging. En zoo ziet men nu de jongelingen
van dit provinciestadje samen zeker
nog geen veertig sterk, vergaderen in drie
Christelijke jongelingsvereemgingeii.
Dus tot zelfs in de kleinste vereenigin-
gen verdeeling en scheuring.
Ook Patrimonium ondervindt dat het
moeilijk is het wederzijdseli vertrouwen
te bewaren tusschen gereformeerde en her
vormde werklieden, dat wil zeggen tus
schen werklieden die lid zijn van de her
vormde kerk of die vergaderen met de
gereformeerden.
Jün moet dan in dien tgd van verbre
king en vernietiging van allen band des
vredes, nog worden aangedrongen op ver
eeniging en samensnoering
Ons dunkt ja. De toestand moge al
met het ideaal in strijd zijn. Het ideaal
hoog houden blij ft de roeping der pers
en de roeping van allen die het wèlmee-
nen met Kerk en Vaderland.
Niet dat wij in politieke of sociale ver-
eenigingen al wat niet eens denkt in zake
de beginselen, zouden willen bijeenhouden.
Naast elkaar wonen is beter dan wonen
onder éen dak, wanneer de twee of meer
groepen waarin men verlangt uiteen te
gaan, het saam niet vinden kunne».
Er is ruimte voor twee, wanneer die
beiden het niet eens zijn. De Domeia's
en Troelstra'sde Treubs "en De Koo's,
de Taks en Van Houtensde Kuypers
en Lohmans de Schaepmans en Vermeu-
lensop schoolgebied de mannen van Ge
reformeerd en Nationaal en Ciir. Volks
onderwijs op sooiaal gebied de mannen
van Patrimonium en de Chr. Werklieden,
laten zij naast elkaar werkende trachten
te bereiken, wat zij met elkaar niet ver
mogen dech laten zij voorts op alle ge
bied, waar de belangen eenerlei en gemeen
schappelijk zijn, de strijd dezelfde is, zoo
veel mogelijk elkander opzoeken, elkander
naderen, gemeenschappelijke belangen te
zamen verdedigen gemeenschappelijke te
genstanders te zamen afbreken.
Dit is goen onbereikbaar ideaal.
Vooral in de dorpen ziet men de be
woners op verschillende terreinen samen
werken tot bereiking van eenzelfde doel.
Niet alleen bij het verrichten der hand
en spandiensten, waartoe de Overheid
verplicht, maar ook bij het coöperatief
optreden in ieders eigen belang.
Aankoop van kunstmeststoffen, van zaai
granen, van steenkolen van weegbruggen.
Het zoeken van samenwerking bij den
verbouw van suikerbieten. Het gezamenlijk
optreden bij verkooping of verpachting en
zoo vele andere zaken meer zien wij
in kleine gemeenten het gemeenschapsle
ven vrijwel weder doen opbloeien.
Ditzelfde leven wordt ook den werkman
toegeweascht. Men heeft hem reeds zoovoel
voorgespiegeld of aangeraden, dat 't einde
lijk eens tijd wordt hem een goed middel
tot verbetering zijnër positie aan de hand
te doen.
Van de Standaard ging het denkbeeld
uit om alle vakvereenigingea van verschil
lende kleur in zooveel bonden als er vak
ken zijn te vereenigen.
De Roomscbe timmerliedenvereeniging,
de neutrale timmermansvereeniging
de sociaal democratische timmermansver
eeniging en de gereformeerde timmerlie
denvereeniging behoorde» ia éen bond te
worden vereenigd uitsluitend tot het behar
tigen van de belangen van het timmervak.
Over dit denkbeeld hebben zich ver
schillende toongevende personen en bladen
uit de Werkliedenwereld uitgesproken.
Radicalen (Volksbanier) verklaren zich
voor federatief optreden, met behandeling
der bondgenooten op gelig ken voet, dat
wil zeggen hun niets op te leggen van
te voren, met bedreiging als verraders te
zullen worden uitgeworpen, wanneer zij
zich daaraan niet onderwerpen.
Roomschen (Katholieke Werkman) achte»
alleen mogelijk samengaan voor bizondere
gevallen zonderdat men een korps vormt.
Patrimonium acht .meerdere samenwer
king tusschen vakgeuoote'n noodig. Kater
beproefde reeds in 1873 de oprichting van
een Nederlandschen Vak Metselaarsbond,
en een algemeene vereeniging voor de
bouwvakken.
Beide pogingenmislukten. Hij vindt echter
wat de Standaard voorstelt, volstrekt on
bereikbaar.
Heldt Volksdagblad) betuigt zijn instem
ming. Het trof mg zoo schrijft hij
dat hetgeen de Standaard wil overeenstemt
met het advies van den heer Lobman in
zijn te Rotterdam voor de afdeeling van
Patrimonium gehouden rede „De midde
len tot verheffing van den arbeidersstand",
e* waaruit het weekblad „Patrimonium"
mijns inziens in hoofdzaak juist het volgende
concludeert, lo. De Nederlandsehe werk
lieden moeten zich organiseeren in vak-
vereenigingen, waaruit alle politieke en
godsdienstige belijdenis is geweerd. 2o.
Flinke weerstandskassen oprichten, en zijn
de werklieden daarvan voorzien, dan on-
derhandelingon met de werkgevers aanvan
gen om, zoo die onderhandelingen tot
geen voor' de- werklieden bevredigend re
sultaat leiden dan het werk te (kunnen)
staken.
Ik voor mij zoo gaat de heer Heldt
voort deel de strekking dezer conclusie
nog altijd en ik ben overtuigd dat dit
eveneens het geval is met mijne geestver-
Wanten.
Zulk eene vak vereeniging zou dan moeten
optreden uitsluitend voor het vak en zijne
beoefenarenea alle onderwerpen van
algemeenen of politieken aard laten rusten.
Naast deze vakvereeniging kunnen dan
de verschillende politieke of andere groepen
zich constitueeren -aar de kleur die hen
onderscheidt. Zij Verbinden zich buiten
de vakbelangen te blijven, anders dan om
de besluiten der genoemde vereeniging te
helpen verwezenlijken.
Maar zoo merkt de heer Heldt op
hierover behoeft nog niet getwist te worden.
De vraag is maar, zal hetgeen de Standaard
en opmerkelijk genoeg mr. Lobman
verdedigt, een gunstig onthaal vinden in
de kringon der sociaal democraten, van
„Patrimonium" en van den Roomsch-Ka-
tholieken Volksbond?
En dan vreest hij wel een weinig.
Althans beide laatstge»oemden zijn niet
toeschietelijk. En w .t de Sociaal democraten
betreft, deze hebben zich bij monde van
Recht voor allen re-- ls uitgesproken.
Gsnoemd blad sc rijft o. a.:
„En dat wordt nu toegejuicht. Zij die
niet op de hoogte zijn der arbeidersbe
weging, kunnen dit iets heel bijzonders
vinden, wij niet a'-ioo. Maar steeds wees
men ons terugMaar niet de Standaard
heeft den weg to vereeniging ontdekt.
Wg hebben dien l'ieüs l*ug mvageduid
en in plaats van instemming ondervonden
wij afwijzing. Zal de Standaard geluk
kigerzijn?" Slot volgt.
De gemeenten voorop!
Het amendement VermeulenKolkman
(in werking treding der belastingwet op
een door de wet «ader te bepalen dag) is
met 49 tegen 47 stemmen aangenomen.
Dat geen overwegingen van hoogere
politiek in 't spel waren, werd door de
heeren Vermeulen en Borgesius die 't ver
dedigden, herhaaldelijk betoogd. En het
blijkt ook uit de stemlijst en uit de lijst
der bestrijders en verdedigers.
Een „wilde" verdedigde het de heer
Pijnappel.
Een „wilde" bestreed het de heer
Staalman.
Een antirevolutionair B bestreed het
de heer Lohman.
Twee antirevolutionaren B steunden het
Mackay en Beelaerts.
Een liberaal Takkiaan bestreed het, on
bevreesd voor het verwijt van ministriëele
allures de heer Pyttersen.
Anderen van zijn richting stemden er
voor: o. a. Tydeman, Zijlma, Meesters,
v. Kerkwijk, Hennequin, Houwing, Hesse-
link, Schepel, Zijp en Ferf.
Met den Roomschen Takkiaan Schaep-
man stemden de meer conservatieve Room
schen Vos de Wael, Hafifmans, Everts, de
Ram en Lambrechts, bonevens twee oud
leden der Schaepman-groep Van Berckel
en Borret tegen de overige aanwezige
Roomschen voor het amendement.
Alleen de ministriëele liberalen, voor
zoover aanwezig, stemden als één man
tegen; gelijk de antirevolutionairen A
allen voor stemden. Aan weerskanten
derhalve eene bonte mengeling.
Rechts Lohman, Schaepman, Staalman,
Haffmans, Sohimmelpenninck, Pyttersen, v.
Karnebeek.
LinksKuyper, Bahlmann, Gerritsen,
Pijnappel, Heldt, Michiels Beelaerts.
Zooveel namen, zooveel kleuren.
Inmiddels feliciteeren wij de gemeenten
dat eindelijk en ongedacht aan hunnen nood
kreet gehoor verleend zal worden. Eerst
zullen zij een blij venden steun ontvangen,
voor het nieuwe Personeel in werking mag
gaan.
Wij feliciteeren de antirevolutionaire par
tij die door deze stemming nog iets te red
den wist van het haast weggevaagde denk
beeld van den oud-minister Godin de
Beaufort.
Dat niet alle antirevolutionairen kier
samengingen, zich niet te hereenigen wisten
om dit parool van een hunner welsprekendste
tolken uit den goeden tijd, is wel te be
treuren.
Ook voor utiliteits-argumenten voelen wij
veel. En wat door Lohman èn wat door
Staalman ter bestrijding van het amende
ment gezegd werd, bekoorde ons wel ee-
nigszins.
Maar de verzekering dat hier niet de
politiek meesprak en zelfs niets behoefde
te wachten, dewijl de minister, naar het
zeggen nog wel van den heer Pyttersen,
diligent is om de gemeenten spoedig te
helpen, had immers aan diegenen onder
hen die stagnatie (stopping) in het rader
werk der regeering of in den gang van
dit wetsontwerp vreesden, alle vrees kunnen
ontnemen.
Daarom verwonderde het ons twee oud
leden van het kabinet, waarin de heer
Godin de Beaufort zitting had de heeren
Lohman en A. Mackay te hooren tegen
stemmen terwijl ook nog eenige vertegen
woordigers uit het Noorden des lands, met
«ame de afgevaardigde uit Schoterland, niet
met het amendement medegingen.
Intusschen geven wg in een volgend no.
verslag van het door enkelen gesprokene,
dat veel verklaart al heeft het niet o*ze
instemming.
Melden wg dat bij deze stemming af
wezig waren de heeren v. d. Schrieck,
v. Deinse, Knijff en Jan Truyen. Eerstge
noemde is ziek; laatstgenoemde had zijn
bril vergeten. Dat wil zeggen hij kwam,
evenals de heer Tkooft op 20 Nov. jl.,
die zijn bril vergeten had, eenige oogen-
bliicken te laat.
Men wist echter te zeggen, dat bij hunne
aanwezigheid het amendement met gelijke
meerderheid zou zijn aangenomen.
Paulus te Athene.
Dat was het onderwerp, waarmee Ds.
J. van der Linden, uit de residentie, gis
terenavond te Middelburg optrad, heden
avond te Goes optreedt. Een onderwerp,
aanlokkelijk door de beide namen, die
het verbindtAthene, de parel der steden
uit de oudheid, en Paulus, don held in
welsprekendheid.
Athene, de parel van de steden der
oudheidIk begeerde, riep Spr. uit, bij
het bekende drietal, dat een kerkvader
met eigen oogen wenschte te aanschouwen,
als vierde te zien Athene in haar schoon
heid en grootheid van weleer. Schitterde
zij niet als eene vorstin in het oosten
Salamis voorbijstoomend en de Peiraëische
haven binnenvarend, kan men wel het
huidig Athene bereiken maar dat is het
Athene van vroeger niet meer. De vloek
van het moderne leven heeft ook hier alles
gelijk geschaafd en de klassieke bodem wordt
thans ontwijd door omnibus en spoortrein
Ja, zelfs vindt men binnen de stad vele
„restaurants" en „hotels", natuurlijk met
Fransche namen, en niet te vergeten ook
hier reeds een paardentram
Maar het Athene van vroegerJa, dat
was een stad, waar alles, wat maar groot
en edel was, wedijverde om den voorrang.
Verrukkelijk gezicht, dat Athene te aan
schouwen van den Akropolisaf: den burcht,
die zich zoo hoog verhief, met aan zijn wes
telijken opgang de heerlijke Ropylaeën met
de prachtige marmeren trappen, welker bouw
alleen vijfjaren geduurd had. In de verte zag
men de beroemde haven Peiraeus, be
zaaid met masten, en elke schepeling kon
van verre reeds terugzien op den burcht
en zijne hulde brengen aan de schutsgodin
Pallas Athene, of wel hare bescherming
inroepen als hij instee van huiswaarts te
keeren het ruime sop ging kiezen. Haar
helm alleen stak nog boven alle tempels
uit en was zelfs op een afstand van tien
mijlen zichtbaar in zee. Op dienzelfden
Akropolis, den hoogsten van alle Atheen-
sche heuvels, praalden het Erechtheion,
de oudste tempel van Athene, en het
Parthenon, nu nog het meest bewonderens
waardig overblijfsel der oude bouwkunst.'
Bezat Athene, in de gouden eeuw die het
beleven mocht, niet een Phidias om te
beeldhouwen, niet een Demosthenes om
de duizenden te betooveren door zgn woord,
niet een Socrates om de wereld te ont
roeren door zijne gedachten? Alle talent
van wetenschap en kunst stroomde her
waarts om te schitteren. Hier was het
top- en middelpunt der beschaving. De
stad bezat een grooten schouwburg; mu
ziek en spel werden er niet tevergeefs
gezochtde wed- en renspelen waren er
de kroon van het menschelijk leven.
't Is waar, het Athene van Paulus' dagen
was »iet dat Athene meer. Zelfs was het
onderworpen aan de Romeinsche heer
schappij. Maar desniettemin erkende zelfs
Rome Athene's geestelijke en zedelijke
meerderheid. Athene stond zooveel boven
Rome als verstand en zedelgke veerkracht
staan boven bloote spierkracht en geweld.
Was Rome het hoofd der oude wereld,
Athene was haar hart.
Wat storm van aandoeningen moet de
ziel van den grooten Paulus doorschokt
hebben, toen hij, de voor fijne beschaving
zoo ontvankelijke man op al die grootheid
'nèderzag. Men "had hem naar den Areo
pagus gebracht, 't Was de gerichtsplaats
van Athene, de verzamelplaats van al
wat macht had om te oordeelen en te
richten. Wat 'was er thans op dezen rots-
achtigen heuvel eene bonte schare van
uitgelezen mannen verzameld Allerlei
scholen der wijsbegeerte woelden hier door
een, de Stoïcijnen met hunne wereldver
achting naast de Epicureërs met hunne
najaging van alle zingenot. Algodendom
en ongodendom, pantheïsme en atheïsme,
zietdaar van alle stelsels de beide onont
wijkbare consequenties. Dies heeft men
altezamen dit gemeen, dat men voor Pau
lus, den gezant des kruises, slechts spot
overheeft. Men zal hem heden hooren
over wat men noemt „de leer van vreem
de goden". Kwam hij niet uit een verge
ten achterhoek der wereld naar het land
der Sophoclessen en der Plato's Gewis-
selijk, o AthenersEn toch, meer dan
Aeschylus, meer dan Sophocles, meer dan
Demosthenes, meer dan Socrates en Plato
zelfs is hierHet gewichtigste uur voor
Athene heeft geslagen. Athene zal het
Evangelie hooren van onzen Heere Jezus
Christus
Wat gaf aan Paulus den moed, om te
midden van zooveel glorie zijne bood
schap te verkondigen Juist dit, dat hij eene
boodschap had. Juist dit, dat lig gezonden
was. Neen, hij had niet het zelfver
trouwen van den redenaar in den gewonen
zin des woords. Maar niettemin bezat hg de
hoogste mate van welsprekendheid. In
Athene was de welsprekendheid altoos
gemaakt en verworven bij Paulus was zg
geboren en verkregen. Ook Paulus bezat
schitterend vernuftook hij had rijkdom
van gedachte aan diepte van opvatting
gehuwd; ook zijns was eene keur van uit
drukking en schittering van taal, maar bij
dat alles komt het geheim der ware wel
sprekendheid, namelijk de vaste overtuiging,
dat hij de waarheid spreekt, de innerlijke
ervaring van de kracht dier waarheid met
de brandende begeerte om zijne hoorders,
althans enkelen hunner, voor die waarheid
te winnen. En wat zou hij dan vreezen?
Was hij niet machtig, ondanks, neen, juist
omdat hij zwak was Hoog boven den
Areopagus, hoog boven den Akropolis, hoog
boven den koperen helm van Pallas Athene
woonde zijn Koning en Helper, van Wien
hg heden getuigen moest voor rechtstoel
en troon. Hij had hem nog nimmer be
schaamd ook nu zou Hij hem helpen.
Hoort, daar klinkt zijne machtige rede.
Neen, niet met woorden van mensckelijke
wijsheid, niet met schittering van mensche-
lijke kunst, want juist die wijsheid en
kunst verhinderde» de Atheners, ballingen
als zij waren, om den weg naar het Vader
huis terug te vinden, maar deden hen hoe
langer hoe verder afdwalen. Paulus zal
hun spreken van dien onbekenden God,