NIEUWSBLA
VOOR ZEELAND
CHRISTELIJK-
HISTORISCH
1896. Jlo. 59.
Meidag 15 Meiwei.
fiimife faargitng,
VERSCHIJNT
G. M. KLEMKERK, te Goes
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
IJK.
ARMENZORG.
in.
GEMENGDE BERICHTEN.
elken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
Prijs per drie maanden franco p. p0,95.
Enkele nummers0,025.
UITGAVE VAN
EN
van 1 5 regels 25 centiedere regel meer 5 cent.
Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
Bij dit nummer behoort een bijvoegsel.
Middelburg, ook yoor St. Laurens
18,19, 20, 21, 25, 26, 27 en 28 Februari,
3, 4, 5, 6, 10, 11, 12 en 13 Maart.
Oost-enWest-Souburg, ook voor
Bitthetn16 Maart.
Vlissingen, 17, 18, 19, 20, 21, 23,
24, 25, 26, 27 en 28 Maart.
(Slot).
Behoudens de restrictie aan het slot van
ons vorig artikel, zijn wij het weder ge
heel eens met wat do Commissie hieronder
schrijft:
„Maar in den regel wordt bij particu
liere liefdadigheid, uitgeoefend door per
sonen of vereenigingen, meer te rade
gegaan met medelijden dan dat de oorzaak
der armeede nagespeurd wordt. Het wordt
dan een philantropisch geknutsel dat Bur
gerlijk en Kerkelijk Armbestuur in geenen
deele ontlast, voor de begiftigden eerder
madeelig dan voordeelig is, omdat het hen
stijft in hunne zorgeloosheid.
„Al dergelijke Vereenigingen en vele
particulieren m geen contact tot elkander
staande, dikwijls niets van elkander af-
wetendo en mcerendeels onvolkomen met
toestanden en personen bekend, putten zich
uit in eene liefdadigheid, waaraan alleen
de mildheid der schenkers te loven valt".
Over de juistheid der volgende mede-
deeling willen wij niet oordeelen. Wij
ondervinden ook wel eens iets dergelijks,
doch merkten veel meer gevallen op van
het tegendeel.
„Het is bekend dat meermalen in den
winter geen werkvolk te bekomen is, een
voudig om iat vele werkloozen niet werken
willen. Zij worden toch verzorgd".
De Commissie breekt voorts een lans
voor het Elberfelder stelselalle armenzorg
in één hand.
„Doch veel nuttiger zouden dergelijke
instellingen werken, veel meer zouden zij
strekken om het Burgerlijk Armbestuur
en met dat de gemeente te ontheffen van
den drukkenden armenlast, de drukkendste
en ongelukkigste uitgaaf omdat zij vol
komen improductief is".
Dat bedeeling improductief is gelijk
kunstmatige werkverschaffing onvoldoende
helpt, is volkomen waar. Konden beide
afgeschaft worden en in plaats daarvan
de degelijken onder de werkloozen geholpen
door landverhuizing of' kolonisatie, dit zou
ons beter toeschijnen.
Bedeeling noch werkverschaffing heffen
de armoede op.
Doch waar dit op het oogenblik niet te
bereiken is, en er nog bedeeling moet zijn,
daar zouden wij het Elberfelder stelsel
niet boven de kerkelijke Armenzorg mogen
aanbevelen. Kan dit stelsel soms niet
worden toegepast, zij 't ook maar gedeel
telijk, bij de kerkelijke armverzorging?
De taak der niet kerkelijke vereeni
gingen wordt door de Commissie aldus om
schreven
„Bestaan hiertegen overwegende bezwa
ren, welnu een niet minder schoon arbeids
veld kunnen al die Vereenigingen zich
Bcheppen, wanneer zij juist omgekeerd zich
stelselmatig onthouden van elke bemoeiing
met bedeelden, en zich uitsluitend bepalen
tot de verzorging van niet-bedeelden, of
zoogenaamde stille armen. Niet onwaar
schijnlijk zouden ook dan Kerkelijke en
Burgerlijke Armbesturen verlicht worden".
En dan het eergev.el.
De schande, voor de volksopinie kle
vende aan een begrafenis, op kosten vau
het Armbestuur, doet menigeen diebedee-
W van het Burgerlijk Armbestuur aan
neemt, toch nog zorgen voor geregelde be-
talinff der contributie van begrafenisbeur-
zen! Eveneens bleek uit het verhoorder
Gemeente-vroedvrouw hoe zelden zij ge
heel gratis moet werken, omdat dit ook
bij inderdaad arme vrouwen toeh voor
eene schande geldt, en iets is waarover
zij zich schamen.
„Dergelijke feiten staven de Commissie
in hare meening dat eergevoil en eigen
belang factoren zijn die met grond mogen
en moeten worden aangewend om armen
af te houden, anders dan in den uitersten
nood, bedeeling van het Burgerlijk Arm
bestuur in te roepen."
De Commissie eindigt haar Rapport met
het uitspreken der wenschelijkheid dat
eene vereeniging bedeelden steune onder
voorlichting en leiding van het Burgerlijk
Armbestuur, eene andere vereeniging zich
boude aan de verzorging van stille armen.
Het slot nemen wij over
„Twee zoodanige Vereenigingen, |beiden
op afzonderlijk, juist afgebakend gebied
werkende, zouden zegenrijk kunnen werk
zaam zijn, een gunstigen moreelen invloed
op de begiftigden uitoefenen, onoordeel
kundige, en dus zorgeloosheid en luiheid
bevorderende armenverpleging tegengaan
en de taak van Burgerlijke en Kerkelijke
Armbesturen inderdaad verlichten.
„Wat de armenzorg door particulieren
afzonderlijk uitgeoefend betreft, meent de
Commissie dat deze om niet in dezelfde
gebreken als de particuliere Vereenigingen
te vallen, zich behoorde te bepalen tot
ondersteuning van hen met wier persoon
en omstandigheden de particulier volko
men bekend is, zooals bijv. van oude
werklieden en dienstboden. Anders gegeven
giften vallen gewoonlijk ten deel aan wie
deze 't minst verdienen. Doch ook een
particulier kan door het verstrekken van
werk, het bevorderen van werkverschaffing,
veel bijdragen om in den winter den nood
van werkelijk „waardige" arbeiders te ver
lichten zoo is in Gemeenten waar vlas-
serijen en werkinrichtingen zijn, de guns
tige invloed daarvan op de armoede zeer
merkbaar".
Tot zoover het Rapport, dat wij in
veler handen wenschen en naar wij hopen
er toe leiden zal dat ook in andere ge
meenten omtrent de inrichting der Armen
zorg een even nauwkeurig onderzoek ge
schiedt en een even helder en zaakrijk
verslag er op volgt.
Voor wie er uit wijs kunnen worden
of er belang in stelt, geven wij het mid
del aan de hand om uit te rekenen op
welken datum het paschen zal zijn in de
jaren 1896, 1897, 1898 en 1899.
lo. Men deelt het jaartal door 19 de
rest vermeningvuldigt men met 19 en telt
er 23 bij die som deelt men door 30,
de rest vermenigvuldigt men met 6. Noem
de uitkomst A.
2o. Men deelt het jaartal door 4, en verme
nigvuldigt de rest met 2. Noem de uit
komst B.
3o. Men deelt het jaartal door 7, en
vermenigvuldigt de rest met 4. Noem de
uitkomst C.
4o. Men telt die 3 uitkomsten (A B
-f C) en het getal 4 op en deelt de som
door 7 da* geeft de rest plus de rest in
A plus 22 den datum aan in Maart of na
aftrek van 31 den datum in April waarop
het Paaschfeest valt.
Een voorbeeld
Het jaar 1896 gedeeld door 19 rest
15. 15 X 19 is 285; tel er 23 bij, is 308,
gedeeld door 30, rest 8 die vermenigvul
digd met 6 is 48
Deel 1893 door 4 rest O verme
nigvuldigd met 2 blijft O
Deel 1895 door 7, rest 6, verme
nigvuldigd met 4 is 24
Deze drie uitkomsten plus 4
Is te zamen 76
Deel 76 door 7rest 6. Voeg er bij
de rest |bij de eerste bewerking 8en
't getal 22 is te zamen 36.
Paschen zal dus zijn 36 31 is 5
April.
Eene ingewikkelde rekening. Wij doen
misschien gemakkelijker met op den Alma
nak te wachten.
In de twintigste eeuw zijn de getallen
eenigszins anders.
Omtrent den in wording zijnden Boeren
bond hopen wij een volgende maal een en
ander mee te deelen. Hg zal zijn een navol
ging van de Duitsche „Bauernverein" die,
mede door de natuurkundige traagheid der
regeeringen, zelf de handen aan de ploeg
sloeg.
Het Kamerlid De Ras schrijft in een
der Limburgsche bladen het volgend# over
zoodanig een Bond
„De indeeling is zoo practisch mogelijk.
Een Hoofdbestuur voor het geheel, een
Provinciaal Bestuur voor iedere provincie,
met eigen reglement, ingericht naar de
algemeene belangen en behoeften der land
bouwers in die provincie, en wijders af-
deelingen gevestigd in iedere gemeente.
„De Nederlandsche landbouwers hebben
het nu in hun macht te toonen door daden,
dat de nood groot is.
„Slaat het plai'tsiand de handen ineen,
dan kan de Boerenbond een macht worden,
die ruimschoots tegen de vrijhandelaars
zal blijken opgewassen te zgn. Maar men
doe het spoedig, want in een oorlog is
de eerste klap een rijksdaalder waard. En
oorlog hebben wij, oorlog met groote hee-
ren vrijhandelaars uit Arasterdam en Rot
terdam, die, als er met den boer wat te
deelen valt, het stelsel huldigen ik, ik,
dan gij vervolgens ik en eindelijk
ik."
Deze week kwamen de kleedermaaksters
te Berlijn bijeen om de werkstaking te
proclameeren. Er waren er imposant vele.
Reeds twee uren voor de vergadering waren
de 14 zalen meer dan vol. De vrouwen
en meisjes wandelen thans door de straten,
met hare witte staakkaarten half uit de
manteltjes.
Er zijn echter nog duizende naaisters
die niet staakten, dank zjj hare meerdere
behoeften.
Vele, van wie nu staakten, zijn onge
huwde dochters van winkeliers en ambte
naars die 't op kosten van vaders kas nog
wel wat kunnen uithouden.
Vooral in het confectie-vak heerscht het
ongerechtige zweetstelselmet onbeschaamde
gestrengheid.
Zoo ergens, dan is hier loons verhooging,
lotsverbetering, menechwaardige behan
deling vooral voor dames die aan huis
werken, dringend noodig.
Kon dit de vrucht dezer werkstaking
zijn, dan waren misschien nog wel andere
dan Berlijnsche werklieden er mede gebaat.
De onbelaste invoer van gemaakte klee-
dingstukken heeft den Nederlandschen
kleermakers geen voordeel gebracht.
14 Feb. '96.
Zitting van den Middelburgschen
Gemeenteraad van 12 Februari 1896.
Afwezig met kennisgeving de heer van
Dunné, Koole en van Hoek.
Nadat de notulen der vorige vergade
ring waren gelezen en vastgesteld dost de
Voorzitter de mededeeling dat sedert dien
zgn ingekomen
ci. een adres van J. Pelle Wzn., c. s.
om aankoop jvan grond en blok aan de
van der Werfstraat, casu quo ook aan de
Loskade, tot het stichten van goedkoope
woningen
b. een adres van P. van Sorge verzoe
kende uitbreiding der duinwaterleiding
aan de zijde van het Arnemuidsch voetpad.
welke beide adressen, conform het voor
stel des Voorzitters, om advies van B. en
W. worden gerenvoieerd.
Reeds einde 1894 was door de Timmer-
liedenvereeniging „door vereeniging ver
betering" het verzoek aan den Raad ge
richt om in bestekken van aan te besteden
gemeentewerken bepalingen op te nemen
omtrent minimumloon en maximumarbeids-
duur.
In do zitting van 20 Februari 1895 was
het verzoek gesteld in handen eener speciale
commissie dit den Raad, bestaande uit Jde
heeren den Bouwmeester, Jeras, van der
Swalme, van Hoek en Brevet.
Deze commissie bracht rapport uit in
de zitting van 25 September 1895. De
conclusie van dat rapport was dat drie
leden der commissie afwijzend op het ver
zoek wilden beschikt zien, één lid het
verzonk wenschte te zien ingewilligd, en
het vijfde lid, hoewel niet ongunstig voor
het verzoek gestemd, toch eerst, jten einde
een beter licht over hetzelve te doea op
gaan, de instelling van een arbeidsraad
hier ter stede wenschte af te wachten.
Toen de zaak dan destijds ook ter tafel
kwam, maakte genoemd lid, mr. van Hoek,
een bepaald [voorstel van zijnen wenscli
en werd toen ook bij meerderheid van
stemmen besloten de instelling van een
arbeidsraad af te wachteu.
De pogingen aangewend tot de instelling
van een arbeidsraad echter schipbreuk] ge
leden hebbende, onderwerpen B. en W.
het adres en in verband daarmede het
rapport der commissie nogmaals aan het
oordeel van den Raad.
De heer L. K. van der Harst dient met
het oog op de afwezigheid van de* heer
van Hoek, lid dor Commissie, en van den
heer van Dunné, lid van Fabricage, het
voorstel in om de zaak aan te houden
tot eene volgende zitting, welk voorstel,
nadat de heer Brevet de verzekering ge
geven had dat de goedkeuring er van zeer
geapprecieerd zou worden |door Mr. van
Hoek, eenparig |zonder hoofdelijke stem
ming wordt aangenomen.
Op voorstel des Voorzitters wordt de
zitting thans in eene geheime zitting ver
anderd.
Na heropening der deuren worden ach
tereenvolgens zonder discussie of hoofde
lijke stemming goedgekeurd:
a. een concept besluit tot beschikking
tot een bedrag van f 6.10 over den post
onvoorziene uitgaven 1895.
b. het suppletoir kohier no. 2 der in
komstenbelasting over 1895 ten bedrage
van f458.66
c. de staat van oninbare posten honden
belasting 1893 tot eene som van f 160,25;
d. de rekening der Kamer van koop
handel en fabrieken over 1895, sluitende,
bij eer. ontvang van f 450 eu eene uitgaaf
van f 436.47 met een goed slot van f 13.53.
Bij de behandeling van het punt sub. d
hadden de heeren F. G. Sprenger, Tak,
den Bouwmeester en de Stoppelaar, allen
leden van de Kamer van Koophandel en
Fabrieken, de zaal verlaten.
Thans is aan de orde een nader voor
stel van B. en W. tot wijziging der ver
ordening II op het lager onderwijs (onder
wijs in de vrouwelijke handwerken), na
dat zij kennis genomen hadden van de
adviezen van den districts schoolopziener,
den arrondissements-schoolopziener en de
Commissie van toezicht op het lagen on
derwijs.
Dit voorstel is tweeledig le willen zij
de verordening zoo gewijzigd zien dat
aan elk der scholen H en I een van deze
onderwijzeressen, op eene jaarwedde van
hoogstens f600 in het bezit moet zijn van
een der akten in art. 6 vermeld en 2e
wenschen zij aan de vier vastaangestelde
onderwijzeresten, die door deze nieuwe
regeling buiten betrekking raken een
wachtgeld toekennen.
Een en ander brengt voor het eerste
jaar eene verhooging van kosten ad
f683.33 mede, voor de volgende jaren
eene verhooging van f 600.
Nadat den heeren Gratema en Schorer
op hun verzoek door den Voorzitter eeni-
ge inlichtingen waren verstrekt, wordt
punt 1 met algemeeae stemmen, behalve
die van den heer van der Swalme, aan
genomen.
Wat punt 2 betreft dient de heer Tak een
amendement in bepalende dat, wanneer de
op wachtgeld gestelde onderwijzeressen in het
huwelijk treden, dat wachtgeld ophoudt.
Dat amendement wordt goedgekeurd met
11 tegen 3 steramen, die der heeren de
Waal, Brevet en van der Harst, terwijl
ten slotte het aldus geamendeerde punt 2
met unanieme stemmen wordt aangenomen.
Van Post is, naar luid der mededeeling
van den Voorzitter een adres ingekomen
om op een weide tusschen de Noord- en
Koepoort woningen te bouwen buiten de
rooilijn.
Dit adres heeft nog niet ter visie gele
gen, maar, met het oog op de beslissing,
die in een gelijk geval ten opzichte van
Mennes gehomeu is, oordeelen B. en W.
het wen8chelijk, daar het bouwen van
woningen aldaar tengevolge zal hebben de
dichting van de aan de gemeente behoorende
halve sloot en vernieling van plantsoen,
enz. het bouwen te verhinderen door het
plaatsen van eene schutting vóór mogelijk
te stichten woningen. Gaarne wenschten
zij te vernemen of de Raad het ten dien
opzichte met hen eens is.
Niemand het woord verlangende wordt
tot stemming overgegaan, waarvan de uit
slag was dat alleen de heeren van der
Ree, Gratama en F. G. Sprenger zich niet
homogeen met B. en W. verklaarden.
Aan de orde is thans de benoeming van
een curator aan het gymnasium ter ver
vanging van don overleden curator, den
heer Sibmacher Zijnen. Op de voordracht
waren geplaatst de heeren H. J. L. Poort
en A. B. ter Haar Romeny, van wie de
eerste benoemd werd met 10 stemmen,
zijnde 3 stemmen op den laatste en 1
stem in blanco uitgebracht.
Niets meer aan de orde zijnde wordt
de zitting opgeheven.
De oud- minister Fransen v. d. Putte
blijft in beterschap toenemen.
Op last van den minister van oorlog
zullen de militieplichtigeu voor de lichting
1896, die tusschen 1 en 15 Maart a. s.
bij de onderscheidene corpsen van het
leger worden ingelijfd, met uitzondering
van de vestingtelegraphisten en van hen,
die wegens vrj willige oefening in den
wapenhandel, aanspraak op vermindering
van oefeningstijd kunnen doen gelden,
lot eerste oefening gedureude het geheele
eerste jaar van hunnen diensttijd onder de
wapenen worden behouden.
De bekende uitvinder van den per-
ronkaartknipper, de heer C. Yan der Valk
te Haarlem, heeft thans een stempel ge
vonden, dat in ieder geval het doen ver
dwijnen van de afteekening op de zegels
onmogelijk maakt. Het is een zeer een
voudig toestelletje, waarvoor in het bui
tenland patent wordt genomen en alsdan
ook op onze postkantoren zal worden in
gevoerd. Nws.
Ellendige toestanden I
Te Hoek-van-Holland ziet het er bedroe
vend uit. Wij lezen daaromtrent o.a. het
volgende
„Ware het eens, dat deze plaats het
voorrecht te beurt viel, een bezoek te ont
vangen van Z. Ex. den Minister van Bin-
nenlandsche Zuken om een onderzoek in
te stellen naar den waren toestand der
woningen, wij zouden Z.Ex. eerst een
kijkje doen name* in een gedeelte van
een wagensehuur, niet grooter dan 3
meter in het vierkant, alwaar een gezin
van 12 personen in gehuisvest is. Dit el
lendig verblijf ontvangt slechts het licht
uiteen raampje, omstreeks de groo'.te eener
gewone glasruit, en lucht, alleen wanneer
men de deur openzet. Een jongeling ligt
ziek te bed, lijdende aan een ongeneese-
lijke kwaal, licht en lucht zouden ontegen