NIEUWSBLAD VOOR ZEELAND. DKOMLER, ITEM. FRANK. Hypotheekbank "BODE ïienstbode, ilde. 1896. lo. 46. 3)omfcccfag 16 fanuatL föienifc laargang. CHRISTELIJK- HISTORISCH \sthode ider rg. ittentie! nstbode RECHTSZAKEN. arsknecht rmansknecht, VERSCHIJNT G. M. KLEMKERK, te Goes F. P. D'HUIJ, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIËN Een artikel en zijne gevolgen. LANDBOUW. \MERIKAANSCHE DGES- 3, Middelburg. D en ZILVER enz. de hoogste koers d en gekocht. IJ-, gratis. I •orden fraco op zicnht langezicht of handen e verwijdering, door Attesten voor- 1 na postw. a f2, gent: E. van dek >r eerste hypothecair reent. ;an Teijlingen A q enten me L ADRIAANSE, olenaar Middelburg. Jekwame ,M,Smid, OostkapeUé. I een LKIER, Bakker te gevraagd: 3. VAN STRIEN, ren. iet Maart een bekw. ande, benoodigd, by irmante Colijnsplaat. 3EN, Lange Burg, jen 1 M e i .u „de Zeeuw", Goes. paarden kan rijden bij IZAAKKOLE, e. r vm. ll,55r), nm. 3,30 im. 12,25c), 4,— e vm. 8,40. n 9,10. n kunnen goederen lakt. Dinsdag en "Vrijdag. 11,55 3,30—.— 1,2012,15 3,50 ',25 10,101,55 ,45 10,30 2,15—.— ren vervoerd. Hoofplaat nm. 1.55 Breskens 2.25 Vlissingen 2.5& i.30 >.30 elken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND. Prijs per drie maanden franco p. p.0,95. Enkele nummers0,026. UITGAVE VAN EN van 1 5 regels 25 centiedere regel meer 5 cent. Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. Alle betalingen dit blad betreffende gelieve men te doen voor Walcheren uitge zonderd Vlissingen bij dhr. F. P. D'HUIJ te Middelburg, alles buiten Walcheren bij dhr. C. ORANJE Lz. te Goes. DE ADMINISTRATIE. Er wordt in ons land met toeneming eene zonde gepleegd, waartegen het slacht offer er van machteloos staateene zonde die door de Nederlandsehe wet in bescher ming genomen wordt, niettegenstaande de Heere, blijkens Zijn Woord, grootelijks er tegen toornt. Het is de zonde der ontucht. Wij denken hierbij alleen aan de gevol gen van de door Napoleon I ten onzent opgeheven bepaling dat het onderzoek naar het vaderschap is toegestaan. Zooals men weet had deze bepaling in ons land, tot op het begin onzer eeuw, steeds gegolden. Van de opheffing was artikel 342 in ons Burgerlijk Wetboek „Het onderzoek naar het vaderschap is verboden", de wran ge vruoht. Heldring en na hem Pierson, gerug steund door mannen als professor Eabius en jhr. mr. O. Q,. van Swinderen hebben herhaaldelijk tegen deze schandelijke be paling geprotesteerd. Het maandblad Getuigen en Redden sloeg telkens weer op dit aambeeld. Schjjnbaar nam niemand notitie daar van. De consciëntie, ook van de mannen der wetenschap, der rechtsgeleerde en ge neeskundige wetenschap, bleef gesloten. Thans evenwel legdede(liberale) Gids, een blad door Juristen en niet door domino's, door geleerden en niet door dompers geredi geerd, op dezelfde wondeplek den vinger, en zie nu ontwaken medelijden en rechts besef; nu begint men in te zien dat het waarlijk toch niet langer zoo kan. Doctor Molengraaff, hoogleeraar aan de TJtrechtsche Universiteit, bepleitte vrijla ting voor dat onderzoek. Natuurlijk niet om dezelfde redenen, waarom de Christelijke historische party er steeds op heeft aangedrongen. Natuur lijk niet om redenen aan het recht Gods ontleend. Dit mag men van wie niet op den grondslag van Gods Woord staat, niet verwachten. Toch mogen wij ons in dien ongedachten steun verblijden en de hoop koesteren dat de oplossing van dit vraag stuk, door dit partijkiezen tegen deze Napoleontische bepaling, zeker niet zal zijn vertraagd. De professor noemt het bedoelde eerste lid van genoemd artikel „een zedeloos en brutaal voorschrift" en acht „dat de vrij lating van het onderzoek veeleer aan het concubinaat en aan het geheele sexusele verkeer builen huwelijk, dan aan het hu welijk afbreuk zal doen". Wij houden het er voor dat hij gelijk heeft en voorzien van de schrapping van het bewuste artikel afneming van de zonde dsr onzedelijkheid, der buitenechtelijke gemeenschap, der vertreding en overtre ding van het zevende der tien geboden. En op dit laatste leggen wij den nadruk. Neen, deze zonde mag niet langer onder ons schreien ten hemel dat de jongedoch- ter die door haren vriend, door den heer by witn ze dient, door den zoon des hui zes, door den persoon die met haar in dezelfde woning dienstbaar is, verleid werd, hare schande, den smaad en den onwil van hare ouders, van hare vriendinnen, van hare mevrouw en daarbij nog al den last der opvoeding van haar kind heeft te dragen en strafbaar is voor de wet, wanneer zij den verleider als den vader van den kleine aanwijst. De onverlaat die haar tot zonde ver leidde, misbruik makend van hare zwak heid en zich schotvrij wetend achter ar tikel 342, werpt den last der gevolgen van zich en laat de moeder met al de zorg voor de vrucht hunner ontucht alleen. Hoe menige jonge dochter werd op die wijze opnieuw in de armen der ongerech tigheid gevoerdhoe menig kind werd langs dien weg öf te vondeling gelegd óf omgebracht. En waar de opvoeding nog door de moeder of hare hnisgenooten werd aanvaard, hoe menigmaal was die opvoe ding niet zwak of slechten was de kleine er het slachtoffer van. Wie zal ze tellen de kinderen die paria's waren in de maatschappij, die opgroeiden voor de gevangenis, doordat de onbekenie vader weigerde zich er mede in te laten. Wie zal ze tellen die onechte zoons van rijke wellustelingen, die, als bijvoorbeeld Ockeloen die in 1894 den politieagent v. d. Berg doodschoot, ontevreden met hun staat, wrokkend tegen de hooggeplaatsten en heter bedeelden, tot allerlei aanslag de toevlueht nemen Aan dergelijke toestanden zal zoolang de zonde er is niet geheel een eind komenmaar er zal toch bij velen een verklaarbare vrees voor de gevolgen zijn die hen van de zonde afhoudt. De man, de jongen, die weet dat hij tot het vervullen van den vaderplicht zal worden aangesproken, zal zich wel twee maal bedenken om de rol van verleider te spelen. Het aantal onechte geboorten zal af-, het aantal wettige huwelijken toenemen. En dan de treurige omstandigheid, waarop van alle kanten reeds gewezen isde kin dermoord. Hoe streng eene straf wacht in den re gel de ongehuwde moeder die haar kind heeft vermoord terwijl de naam des va ders zelfs niet in het geding mag gebracht worden en hij zelf als de eerlijkste, de braafste man ter wereld gevierd wordt, terwijl het slachtoffer zijner wreede drif ten in de gevangenis verkwijnt Zeer zeker is er een wrekende hand der Voorzienigheid zichtbaar in den verderen loop dezer mannen, en is er niet zelden eene sprake Gods in hunne levensgeschie denis zoodat zij hunne straf toch niet ontgaan. Doch er zijn ook misdaden, die ook de aandacht van den |aardschen strafrechter niet mogen ontsnappen, en welker straffelooze toelating of indirecte bevordering noodwendig terugwerkt op den breeden kring van hen die de zonde gepleegd hadden. En zon deze zonde der ontucht niet reeds sinds lange eene nationale zonde ge worden zijn Eene nationale zonde, die door een algemeene verootmoediging, door een krachtig optreden van den wetgever, moet worden beteugeld Vooral in Christelijke kringen dient de noodzakelijkheid te worden erkend om tegen deze zonde handelend op te treden. Soms worden christenmannen genoemd, de namen van christelijke jongelingen ge fluisterd, tegelijk met vrouwen of jonge- dochters, die als misleiden of gevallenen al ons medelijden verdienen. Dit breekt de kracht van den Christen- naam, maakt de gemeente tot een aanflui ting brengt verwijdering tusschen wie bij elkander behooren, ook wordt Gods heilige naam er door gelasterd en geeft men aan de wereld de gelegenheid tot straffeloos zon digen. Het is wel noodig op deze dingen de aandacht te vestigen wijl ook hierin het goud onder ons verdonkerd is. Ouders hebben wel acht te geven hoe hunne zonen en doohteren met dochters en zonen van anderen omgaan. Jongelingen, die Johannes' woord aan vaarden, dat zij de wereld hebben over wonnen, hebben wel te denken aan Pau- lus'vermaning dat zij de hegeerlijkheden der jonkheid hebben te vlieden. Zichzelven onbesmet te bewaren van de wereld is het noodzakelijk element voor den zuiveren en onhevlekten godsdienst, waarin wij hebben uit te blinken en toe te nemen. „Tot de wet en de getuigenis zoo zij niet spreken naar dit woord, het zal zijn dat zij geen dageraad zullen hebben". Ook zonder schrapping van artikel 342 van het Burgerlijk Wetboek dient iedere jongedochter die bij een Christelijk man in dienst treedt, te weten dat zij onder zyn dak veilig is tegen de lagen der verlei ding, en moet iedere maagd die verkeering krijgt met een geloovig jongeling gernst kunnen wezen dat zij in kuischheid en eer baarheid met hem kan wandelen. En omgekeerd moet de prikkel der kuische opvoeding, van degelijke lectuur, van een naarstig onderzoek van Gods Woord, kortom de vreeze des Heeren, meer nog dan de schrik voor het ontslui erde vaderschap den heer, den jongeling vrij waren tegen den lust die, om met Jozef te spreken, niets anders is dan een groot kwaad" en zonde tegen God. De Bode der Heldringgestichten van 15 Januari bevat o. a. een artikelSchuldge voel, waarvan het slot beteekenis heeft in verhand met ons hoofdartikel van heden en aldm luidt Onze Heer en Heiland heeft tegen Pe trus en Zijn discipelen veel krasser woor den gebruikt dan tegen zondaars en tolle naars. De zondares, Zackeus, de Samari- taansche, de overspelige vrouw zelfs, heb ben uit zijn mond nooit gehoord „ga weg achter mij, Satanas, gij zijt mij een aan stoot", of „o gy onverstandigen en tragen van harte". Toenemen in genade is toenemen in zelfkennis, in droefheid, in hartelijk leed wezen over de zonde; een gevoel dat tot meer ootmoed stemt en tot meer afhanke lijkheid. Dat is toch maar de hoofdzaak: steeds minder worden in eigen oog. Hoe zullen wij dat leeren zonder toeneming in schuldgevoel. Bronheek, Indië, Nederland, voorzoover het zijne helden eert, heeft zich deze week verheugd in den feestdag van Ghazi Karei v. d. Heijden, den Nederlandsohen Horatius Cocles, die zijn 70 sten verjaardag vierde. Wij leggen onzen bescheiden krans naast de vele, welke den generaal, den held van Sainalangan, van wijd en zijd, van Keizers en Koninginnen, van officieren en gemeen-soldaten, van vroegere en tegen woordige landsverdedigers, van aanzien lijke en geringe burgers, van Landgenoo- ten en vreemdelingen zijn te beurt gevallen. Generaal vai der Heijden heeft op Atjch lauweren behaald, die laster en kuiperij niet hebben kunnen rooven. Worde generaal Van der Heijden ons nog lang gespaard als de sprekende getuige van moed, beleid en trouw, niet alleen om te strijdenmaar ook om te zwijgen, toen velen hsm met twijfel aan zijn welver dienden roem hebben vervolgd. 15 Jan. '96. Bij kon. besluit is benoemd tot voor zitter van het bestuur der waterkeering van het calamiteuze waterschap Oud en Jong Breskens, J. G. Gerritsen. Bij kon. besluit zijn benoemd tot voor zitter van het bestuur der waterkeering van het calamiteuze waterschap Ellewouts- dijk en den calamiteuzen polder Borssele G. Minderhoud Pz.tot voorzitter van het bestuur der waterkeering van den calami teuzen Stad Philippinepolder, V. N. Voer man; tot dijkgraaf van den polder Oos- ter- en Sir-Jansland, J. C. van der Have. Bij besluit van Z. M. den Koning der Belgen zijn benoemd tot ontvanger van zee- en havenrechten te Ostende de heer P. J. Bly, thans ontvanger der loodsgelden en betaalmeester bij het Belgisch loodswezen te Vlissin gen tot ontvanger der loodsgelden en be taalmeester bij het Belgiseh loodswezen te Vlissingen de heer C. C. D'Jong, thans commies Ie klasse hy genoemden dienst. - Prov. Blad no. 5 bevat eene oircu- laire van den commissaris der koningin in Zeeland, houdende mededeeling van de beschikking van den Belgischen minister van landbouw en openbare werken met betrekking tot den invoer van vee in België. - Het verhoudingsgetal tusschen de grondbelasting over 1896 en de belastbare opbrengst bedraagt voor de bebouwde eigendommen in Zeeland 0.0874-255 eu voor de ongebouwde eigendommen 0.0851999991. Verleden jaar was eerstgemeld cijfer even greot en het tweede bedroëg 0.0852144589. De belasting op de ongebouwde eigen dommen over 1896 zal derhalveiets lager zijn dan over 1895. - Naar aanleiding van het bezoek, door H. M. de Koningin-Regentes gebracht aan de soirée dansante in het hotel van Sir Horace Rumbold, den Britschen gezant bij ons hof, herinnert de Haagsche correspon dent der N. Gr. Crt. eraan, dat de diplo matieke carrière van dien gezant voor een jaar of wat aan een zijden draad heeft gehangen. Het geval zou zich als volgt hebben toegedragen De gezant kwam van een buitenlandsehe reis terugaan het station vroeg de met de controle belaste beambte zijn kaartje Sir Horace liep doorde beambte hield hem terug en herhaalde zijn verzoek om 't kaartje, de gezant antwoordde met de vlakke hand pats in het aangezicht van den verbluften man van den dienst. Daar volgde een standje iedereen kwam er bij te pas. Men wilde 't zaakje met eer. opheldering uitmaken de beambte had het met den gezant zoo nauw niet moeten nemen en een klap van een vertegenwoor diger van Hare Britsche Majesteit was toch op zichzelf iets wat niet eiken proletariër ten deel valt.... Alles mooi, maar de man verkoos den opstopper niet voor zoete koek te slikken en wilde zien of er rechters in Den Haag waren. Het werd een leelijk geval. De justitie kon den gezant niet ter verantwoording roepen, maar daardoor dreigde 't geval een onderwerp van diplomatieke corresponden tie te worden, te meer, omdat er al ge praat werd van een interpellatie in de Tweede Kamer, over hetgeen de regeering voornemens was te doen Het geheele corps diplomatique zat er over in zak en assche en de Italiaansehe gezant, de markies de Spinola vooral, gaf zich veel moeite, om Sir Horace uit de moeilijkheid te brengen. Een lid van de Tweede Kamer gaf den raad om er den toenmaligen minister van buitenlandsehe zaken voor te spannen en jhr. Hartsen verklaarde zich bereid als „arbiter" op te treden. Met veel moeite en klinkende ar gumenten wist hy den spoorwegbeambte te overreden de oorvijg te vergeten en zoo liep 't zaakje af. - Valsche bankbiljetten! Daar thans weer valsche "'bankbiljetten in omloop zijn, achten wy het niet on dienstig nog eens te herinneren aan de letters, cijfers en dagteekeningen, die de vorige valsche bankbiljetten van Krausse c.e. droegen f 300 EE 5996 4 Mei 1886. - 200 AA 9966 9 Juni 1890. - 100 EE 5996 4 Mei 1886. - 100 EE 5996 23 Juni 1890. - 100 DP 8482 23 Juni 1890. -100 D V" 3420 4 Mei 1886. - 100 D V 3437 4 Mei 1886. - 100 D V 4464 8 Maart 1892. - 100 D V 5635 8 Maart 1892. - 100 DV 5636 8 Maart 1892. - 100 D V 5637 8 Maart 1892. - 100 DV 5638 8 Maart 1892. - 100 D V 5067 8 Maart 1892. - 100 D V 6710 4 Mei 1886. Wanneer men een dier biljetten tegen komt, zei men voorzichtig. R.N. Arrondissements-Rechtbank te Middelburg. Dinsdag zijn veroordeeld wegens: mishandeling en beleediging van ambte naren: A. J. d. L., 28 jveldarbeider, Koewacht tot 14 d. gev. straf; mishandeling: J. H., 24 j., dijkwerker, Westkapelle, tot 2 m. gev. straf, en J. v. W., 20 j., visscher, Terneuzen, A. J. v. E., 36 j., karreman, Westdorpe, en L. L., 81 j., mandenmaker, Vlissingen, [allen tot f5 b. s. 5 d. h.; huisvredebreuk en weerspannigheid: P. W. 22 j., veldarbeider, Clinge, tot f5 b. s. 5 d. h.; strooperij: M. G., 13 jarbeider, Wis- sekerke, tot f 3 b. s. 3 d. h. strooperij en omkooping van ambtenaren J. v. d. V., 43 j., en L. S., 37 j., beiden Sliedrecht, ieder tot f8 b. s. 8 d. h., en overtreding der plaatselijke belasting te Vlissingen: J. d. V., 19 jgezagvoerder op het schroefstoomschip ZeelandMiddel burg, tot f5.44 b. s. 1 d. h. Allen in de kosten. Ontslagen van rechtsvervolgingG. S., 12 j., zonder beroep, Terneuzen, beklaagd van diefstal. Kantongerecht te Goes. Wapenwet: K. V. teiKapelle, 7 d. h verbeurdverklaring in beslag genomen revolver en patronen. In 1895 hadden 14 strafzittingen plaats. Door zes personen werd hooger beroep aangeteekend een persoon kwam in ver zet ^tegen een bij verstek gewezen vonnis. Cassatie werd niet aangeteekend. Door den kantonrechter te Oostburg werd, tijdens de zitting van Maandag, de overbrenging naar het huis van bewaring te Middelburg gelast van een zekeren V., te Cadzand, verdacht van het onder eedo afleggen van eene valsehe verklaring. (M. G.) De te Schuddebeurs (Hontenisse), wo nende landbouwer A. J. B., verdacht van poging tot doodslag op zijn stiefdochters, is uit de preventieve hechtenis te Middel burg ontslagen. In de voornaamste suiker produceerende landen van Europa worden de volgende beetwortelprijzen besteed, voor de campagne 189697. In Frankrijk besteden de suiker- fabrikanten 25 fr. per 1000 K.G. wortelen. In Duitsckland worden algemeen 16 Mark per 1000 KG. bieten betaald, terwijl in België een aanvang is gemaakt met het contracteeren van beetwortelen tegen 23 frs per 1000 KG. bij 12 pet. suikerge halte. In Oostenrijk is de bietenprijs nog niet vastgesteld, terwijl in Rusland de prijzen iets minder zijn dan verleden jaar. Een streep door de rekening Naar de Echo van het land van Cuyk mededeelt, hadden een drietal pachters te Haps het ongeluk gepasseerden zomer hun veelbelovende velden te zien ver- hagelen, waardoor zij een groote schade leden. De Minister verleende aan de ge troffen bezittingen een jaar vrijdom van grondlasten. Toen de pachters de vorige week hunne pachtpenningen |aan den ge volmachtigde van de eigenaars kwamen afdragen, verzochten zij, om in 't bezit gesteld te worden van de geschonken be lastingpenningen, daar zij en niet de eige naars de lijdende partij geweest waren, doch dit werd hun geweigerd. De heeren behielden de benefice en de pachters leden de schade. De agenten der suikerfabrieken heb ben bericht ontvangen, dat de suikerbieten dit jaar tegen f 10 per 1000 KG. kunnen worden gecontracteerd, met, zooals vroeger, f 70 voorschot per HA. Mocht er evenwel wel verandering van accijns komen, dan zal de prijs f9 bedragen. Het is te hopen, dat de Kamers het

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1896 | | pagina 1