NIEUWSBLAD
VOOR ZEELAND.
CHRISTELIJK-
HISTORISCH
11. 1895:
iDondkifa!} 24 ©cfo6er.
liBiufe Iflftrfjniig.
Verwilderde blanken.
VERSCHIJNT
G. M. KLEMKERK, te Goes
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
EVANGELIE ©F SABEL.
elken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
Prijs per drie maanden franco p. p0,95.
Enkele nummers0,025.
UITGAVE VAN
en
van 1 5 regels 25 centiedere regel meer 5 cent.
Familieberichten van 1 5 regels 50 centiedere regel
meer 10 cent.
Al meer komt in onzen tijd de tegen
stelling aan het licht, die wij hierboven
neerschreven.
Het zwa;.rd des Woords of dat der Poli
tie wordt al meer de toevlucht der
volken, waarin zij waarborg zoeken voor
hun leven en ongestoord bezit.
Die tegenstelling is niet van vandaag
of gisteren.
Reeds in 1851 schreef een vriend uit
Zwitserland Merle d'Aubigné aan
onzen voortreffelij ken Groen van Prinsterer:
„Er zjn slechts twee machten in de
wereldhet evangelie en de sabel wan
neer een volk het eerste niet wilmoet het
onder de tweede vallen
De man die zoo schreef had de gesehie-
denis op zijne hand.
Wy zien het aan Frankrijk.
Jaren lang hadden de grootste denkers
en dichters, filosofen en letterkundigen,
staatslieden en andere geleerden gepoogd het
Fiansche volk afvallig te maken van zijn
geloof; en het in stee daarvan te zegenen
met de beloften van de leer der revolutie.
Sociale misstanden, schreiende tegenstel
lingen tusschen bezittenden en niet-bezit-
tenden werkten de verspreiding der revo
lutie-begrippen niet weinig in de hand.
Het volk dronk ze in als water. Het
greep het valsche geneesmiddel aan. Bij
het kunstlicht der revolutie versmaadde
het dat volle zonlicht des evangelies.
Het koos den Vrijheidsboom voor het
Kruis. De „vrijheid, gelijkheid en broe
derschap" voor de ordinantiën Gods.
Dit heeft droevige gevolgen gehad. Iede
re bladzijde van Frankrijks geschiedenis
uit de laatste jaren der achttiende-, straks
ook der negentiende eeuw is met bloed
geschrevenéén lange bloedstreep teekent
het spoor, door de revolutie achtergela
ten bij haar gang door de steden en dorpen
van dit land der oude) Hugenoten.
Duizenden der edelsten onder de mannen
van het oude regime en niet minder
slachtoffers uit de besten van het nieuwe
tijdperk, vielen onder het mes der guillo
tine. Het volk werd de baas en vestigde
zijne souvereiniteit in broederbloed.
Totdat een Napoleon noodig bleek, om
het tot rust en rede te brengen, om het
tot zijn oude standpunt terug te dringen;
FEUILLETON.
Het is een zeer waar gezegde, dat „de
eene helft der wereld niet weet hoe de
andere helft leeft." Wij stellen ons vaak
voor dat alleen een deel der aarde nog
onbekend en als gesloten is voor het Evan
gelie, de beschaving en zooveel meer. We
vergeten dikwijls, hoe er in het midden
der beschaafde wereld, soms vlak bij ons,
toestanden bestaan die grenzen aan het on-
geloofelijke, die men zien moet om van hun
waarheid overtuigd te wezen.
Ieder weet dat N. Amerika een beschaafd
land is. Ieder weet ook dat er vele mil-
lioenen negers wonen die, nu ze dertig
jaar de volle vrijheid genieten, ook op
allerlei wijze tot ontwikkeling komen. Maar
wat niet ieder weet is, dat dit beschaafde
Amerika ook millioenen blanken herbergt,
die even groote behoefte hebben aan het
Evangelie als de heidenen. Deze menschen
zijn geen landverhuizers, neen, ze wonen
lal van ouder tot ouder in Amerika, zijn
Christenen van oorsprong en toch
Maar deelen we liever de wonderlijke fei
ten mee.
Toch zijn er in de Zuidelijke staten vijf
millioen blanken die noch lezen noch schrij
ven kunnen 1
Zij zijn afstammelingen van Schotsche
en Iersche landverhuizers, geheel onkundig
en gezonden tot een diepte van zedeloos
heid, door geen pen te beschrijven. De
misdaden door hen begaan, overtreffen vaak
en de Sabel in orde maken moest, wat
verwerping van het Evangelie had in de
war geholpen.
En andermaal in onze di.gen toen
het Fransche volk een oogenblik gedroomd
had van den nievtwen hemel, dien de Com
mune het openen zou, bleek het, na een
Schrikbewind van eenige maanden ni ;t tot
de vorige gehoorzaamheid terug te brengen,
dan door de sabsl zijner wettige overheid.
Thiers moest de Communards tot in hunne
diepste schuilhoeken letterlijk als onge
dierte doodschieten om hen terug te voeren
op de paden der gehoorzaamheid.
En nu ligt daar tusschen deze beide
Schrikbewinden een tijdperk vanBeschaving.
Van beschaving had men nu weder het
heil verwacht.
De denkbeelden der revolutie zoo
meende men waren nog zoo kwaad
niet. Als het volk er maar voor rijp
gemaakt werd, door onderwijs en verlich
ting, door opvoeding tot algemeene men-
schenliefde, door inplanting der „kostelijke"
vrijzinnige beginselen.
Dat deze philosophen mis gezien hebben
heeft de uitkomst bewezen.
En het bewijst zich nog op zoo menig
gebied, bij elke gelegenheid, onder alle
volken, telkens weer, met te droeviger
duidelijkheid, dat de schoone leer der vrij
heid zonder het Evangelie maar met de
Sabel, niets vermag tot verbeterin g der
menschen, tot handhaving van hec gezag.
Groens trouwe medestrijder inde tweede
kamer, mr. Aeneas Mackay,richtte omstreeks
denzelfden tijd waarop die andere vriend
van Groen bovengenoemde merkwaardige
woorden schreef, tot de regeering de vol
gende woorden
„Geef mij vrije scholen en ile lever u
getrouwe burgers
En wat antwoordde hem een liberaal
kamerlid
„In 1848 heeft het schoolonderwijs, dat
door u zoo wordt aangevallen, aan het
vaderland getrouwe burgers gegeven. Ter
wijl overal elders de toorts werd ontstoken,
is hier de rust bewaard gebleven".
Groen van Prinsterer ontkende dit laatste
niet, toen hij eenige dagen na dit Kamer
debat schreef:
Neersabelinginkerkering en deportatie
die, welke men in de groote steden der
wereld aantreft.
Hun geschiedenis is eenvoudig. In of
omtrent het jaar 1740 trokken er velen
uit Schotland en Ierland de Yereenigde
Staten binnen om de vervolging te ont
vluchten. Daar zij met slaven niets te
doen wilden hebben, onttrokken zioh de
slaveneigenaars aan hen, en dreven ze al
lengs naar de bergen. Vandaar de bena
ming „mountain whiten", of ook „Scotch-
Irish heathen.Daar zij geen leeraars
of onderwijzers hadden, zonken zij al dieper
en nu zijn er millioenen die wachten op
onderwijs, opvoeding, evangelieprediking
Hun taal is eigenaardig, 't Is die van
den tijd van koningin Elizabeth, en hun
zeden en gewoonten komen nog vrijwel
overeen met die van Engeland in de dagen
van „Good Queen Bess", nu drie eeuwen
geleden. Bitter is de armoede en diep de
onkunde. Hier en daar is een „schoolhuis"
met een zoogenaamde onderwijzeres aan het
hoofd. Beter echter ware het zulk eene
inrichting niet te hebben want zeieloos
is zij meestal, die „teacher"^») en slechts
een weinig minder onkundig dan hare leer
lingen. Schoenen kent zij niet, en haar
kleeding is zeer eenvoudig. Het volgende
diene ter kenschetsing. Een evangeliedie
naar verdwaalde eens in die bergen en
kwam toen in een schoolhuis te land. Met
de onderwijzeres sprekende gewaagde hij
van de „Vereenigde Staten" van Amerika.
„Whar be the United States ?"(3) was haar
vraag. „Maar geeft gij dan geen onderwijs
in de aardrijkskunde?" „Geography", was
het antwoord„What is the use of such
larnin ?"(4)
komt, ivij mogen het dankbaar opmerken
bij het meer kalm of lijdelijk zijn van
onzen landaard nog niep te pas!!"
Toch was de liberale lofrede op het
neutraal onderwijs misplaatst. Zij was voor
barig. Zij was onwaar.
Het godsdienstl os onderwijs heeft wrange
vruchten geleverd. In plaatsen waar de
school met den bijbel haar invloed gelden
doet, is de taak der politie licht. In
plaatsen waar het ongeloof, eerst in be
schaafde vormen, daarna ruw en onge-
harst, is gepredikt geweest, hebben de
overheden de handen vol.
Getrouwe burgers zijn gevormd door
de vrije scholen, Mackay heeft groot gelijk
gehad. Hij heeft de vervulling dezer profetie
niet mogen beleven; doch zijn neef en
naamgenoot, in zijne school gevormd, die
heeft het beleefd, en eene wet zien aan
genomen, waarin de rechten ook der vrije
school zijn vastgelegd.
De tegenstanders die hem daarbij hielpen,
hebben het daardoor stilzwijgend erkend
dat de vrije scholen getrouwe burgers
hebben gekweekt, en dat het Evangelie
meer vermag dan de Sabel tot opbouwing des
volks in de ware vrijheid en tot hand
having van tucht en orde.
En zie nu daartegenover de staatsschool
zonder het Evangelie machteloos gebleken
om dat contingent van getrouwe burgers
te leveren.
In steeds breedere rijen staan zij op, die
opvoeders der jeugd zeiven, om het te
zeggen, hoe de voorgeschreven neutraliteit
hen ergert, hoe de prediking van een God
die geen kwaad doet maar ook geen goed,
die niet boos wordt op de menschen, maar
hen ook niet beter maakt, hoe de prediking
van dezen neutralen „Opperwezen" hen
tegenstaat.
In steeds grooter getale vermenigvuldigen
zij zich, die leerlingen hunner moderne
meesters die, verder gaand dan hunne voor
gangers, het dolste ongeloof en de wreedste
omkeering prediken, voor wie geen banden
van huwelijk of bloedverwantschap, van
Goddelijke instelling of recht meer heilig
zijn die het „noch God noch Meester" in
zijne afzichtelijkste consequentie reeds heb
ben afgeloopen.
En de arme sabel, uitgetrokken meer dan
ooit, blijkt al meer onmachtig om de los
gelaten hartstochten te breidelen.
Eén ding echter is hun bijgebleven te
midden van hun verval. Zij hebben een
diepen afkeer van het woord Roomsch, en
schijnen niet vergeten te hebben wat hun
voorouders hebben moeten lijden in de
dagen van Elisabeth en daarna. Een jonge
dame, die ondernam de kinderen te onder
wijzen, begon met de Apostolische geloofs
belijdenis maar toen zij kwam tot het
artikel„I believe one holy Catholic
Church (s), werd zij dadelijk weggezonden.
„Catholic', beteekent bij hen „Roomsch".
Weinig weten zij van Bijbel of Evange
lie Who be that man, that Mister Jesus, you
be a talkin1 and talkin' about? Is he a comin'
here was de vraag, aan eene andere
arbeidster in dat deel van 's Heeren wijn
gaard gedaan.
De vrouw is bij hen laag gezonken. Zij
werkt en slaaft en zwoegt. De man is
lui en doet niets. De vrouw bebouwt het
land, zaait, maait, ploegt. Soms wordt zij
ingespannen en moet den ploeg trekken,
terwijl de man of de zoon luiert, rookten
zich over haar geenszins bekommert.
Men trouwt er vroeg van twaalf tot
zestien jaar ond en heeft s»ms een dozijn
en ook wel een twintigtal kinderen. Do
vrouw wordt er zelden ouder dan veertig
of vijftig jaren. De tering eischt haar
meestal als slachtoffer. In de kleine hut
leven er tezamen soms een twintig men
schen; een venster is er niet, en als do
deur dicht is heerscht er een bijna tast
bare duisternis.
Dr. W. J. Erdman, die deze lieden van
nabij kent, verhaalt dat een evangelist eens
op zijne reizen aan een oude vrouw de
vraag deed of er wel „Presbyterianen" in
Naarmate de macht van het Evangelie
onder de volken is afgenomen, werd de
macht van de Sabel grooter doch grooter
n g de macht der Ongehoorzaamheid, die
met Evangelie en Sabel beide, doch met de
laatste het meest, spot.
Het kan ook niet anders.
Zoodra de mensch het Evangelie verwerpt
neemt hij de Revolutie aan; en dit wil
zeggen dat hij met God en Overheid en
Christendommet het feit dhr zonde en
de genade niet meer wil te maken hebben.
Hij meent goed te zijn van zichzelf, en
denkt de maatschappij te zullen volmaken
door het goede dat zij van zichzelf bezit,
tot ontwikkeling te brengen.
In dit stelsel is op den keper beschouwd
de macht van den een over den ander eene
ongerijmdheid.
Indien zoo luidt de logica dezer leer
indien de maatschappij van zichzelf goed
is indien ik en gij beide goed zijn, waartoe
moet gij dan in geldbezit, in machtsoefe
ning, in voorrechten van allerlei aard bo
ven mij staan
En dan ontstaat er onwil.
En dan komt de ander met eenik zal
je wel leeren.
De sabel uit de schee. Den wapenstok
getrokken. De gevangenis geopend. Het
geweer geladen. Vuur
En het burgerbloed vloeit door de stra
ten. En de wet wordt weer betracht. Be
tracht maar met een mokkend gemoed,
met den gloed van het verzet of den glim
lach der kleinachting in het oog. Tot
zoolang de nu onderliggenden de macht
van den Sabel voor zich zelf opeischen,
en hunnen tegenwoordigen overheerschers
opdringen wat hun thans op hun beurt goed
voorkomt.
Het Evangelie is uit vele kringen ge,-
bannen.
Dat heeft het liberalisme gedaan.
Doch het Evangelie, waar het nog ge
zag heeft en in eere is, wordt niet zelden
omzwachteld of verduisterdde wandel
zijner belijders is niet zelden met zijn
leer in strijd.
En dat heeft het liberalisme niet gedaan.
Dat hebben de geloovigen gedaan.
Dat deden zij, wier wand.l in de hemelen
die bergen waren. „Ik weet het niet",
was haar antwoord, „maar mijn man maakt
jacht op allerlei soort van dieren en doodt
allerlei leelijk goed (vormints). Zoek maar
onder die vellen daar, misschien zijn er
bij van die Presbyteriaansche ondieren".
Toch zijn er hoopvolle teekenen. Zij
verlangen naar iets beters en willen graag
onderwijs ontvangen. Te Asheville werd
een school gesticht, en vijfhonderd meisjes
moesten in één jaar worden teruggezonden
uit gebrek aan ruimte. Eu wil men weten,
hoe God soms werkt onder de onkundigen
waar menschen feilen, dan kan het vol
gende daartoe dienen.
Een oud man, bekend onder den naam
van „Old man Kline", had zich verscholen,
om een jong mensch van het leven te
berooven. Terwijl hij daar lag, hoorde
hij het refrein van een kinderlied, door
twee schoolkinderen gezongen
„Jesus died for all mankind
Jesus died for me". r)
Hij had nog nooit van „All mankind"
gehoord, wist niet wat het was: maar hij
kende zichzelven als „Old man Kline", en
dacht dat de kinderen zongen:
„Jesus died for Old man Kline",
en God zelf drukte de waarheid diep in
zijn ziel, totdat hij later den Heiland waar
lijk vond.
Hun zeden en gewoonten zijn zeer vreemd.
Ieder rookt of gebruikt tabak in den een
of anderen vorm. Zelfs aan den zuigeling
wordt tabak toegediend. Macht is daar
recht. Van zeventig getallen van moord
werd slechts een gestraft. Zij weten iets
moest zijn weer ideaal moest zijn het
kwade door het goede te overwinnen die
niets elkander schuldig moesten zijn, dan
malkaar lief te hebben.
Zij hebben het Woord Gods, het Evan
gelie tot eene aanfluiting gemaakt.
Veel meer dan het liberalisme heefl het
sehijn-Christendom, de vleeschdienst door
de tegenstanders van "net liberalisme, ook
hier te lande kwaad gesticht.
Nog heerscht in vele kringen het Evan
gelie, doch zijn wetgever is wijkende van
tusschen zijne voeten het zout begint reeds
hier en daar smakeloos te te worden.
Als de ijzeren macht van het zwaard,
bij dewelke de geweldhebbers dezer wereld
zweren, straks over de volken wordt los
gelaten, waar zullen zij zich dan bergen,
die de macht de/ Evangelies door hun
ongeloof hebben weerstaan
Maar ook zij, die nog slechts in naam
dat Evangelie hebben rondgedragen, zoador
met dat Evangelie winste te doen voor dat
Koninkrijk Gods, hetwelk niemand, hij zij
Heiden of inboorling op het erf des Heeren,
zonder de wedergeboorte ingaan kan
„La it anderen", zoo schreef Groen reeds
in 1848, „naar oorzaken rondtasten, de
oorzaak is u christenen bekend. Gij weet
en komt er voor uit, het is omdat het
waarachtig Evangelie uit Staat en Kerk,
uit school en huis, of ten eenenmaal, of
in menig opzicht is gebannen.
Doch, vergunt mij er bij te voegen
het is niet enkel omdat het is gebannen,
het is meer nog omdat het in schijn is
behouden.
Het is omdat men, in kerk en school
en elders, hoog ingenomen is geweest met
een Evangelie, dat zich naar den eisch
der omstandigheden liet plooien en rekken
en verzachten.
Het verleden zij ten minste eene waar
schuwing voor het gevolg. Geen gedaante
van Godzaligheid, geen half Evangelie,
dat welbehagelijk is aan allen, geen Evan
gelie bij welks verkondiging allen wel van
u spreken, geen Evangelie door hetwelk
gij het oude met alles behoudt, geen Evan
gelie dat tegelyk verloocheningen karika
tuur van de leer der zaligheid is, kan
schenken wat men voor wezenlijke en
duurzame redding der Natiën behoeft."
van ien Bijbel, er zijn zelfs onder hen
die preeken, maar die zijn even onkundig
als hun gehoor. Eens nam een dezer
prekers tot tekst de woorden: „Every tub
has his own bottom", 8) en verklaarde dat
zij te vinden waren „between the two lids
of the Bible". 9) Hun kinderen hebben
de allerkoddigste namen, als „Jim Dandy"
en „Stick Candy" in dezelfde hut. Elders
maakt men kennis met „Ruly Trooly",
„Wolfer Ham", „Aristocraty", „AyersSar-
saparilla"' of ook wel met „Carry Lee,
Bessie Leewho but she".
Ziedaar een tafereel uit een „beschaafd
land", waar een volk van verwilderde
blanken leeft en huist en wegsterft, als de
beesten die vergaan. Hoe weinig weten
we toch van wat er omgaat, hoe groot is
de nood, hoe noodig is het dat er uitgaan
die hulp en raad maar bovenal het Evan
gelie der genade brengen
Blanken der bergenSchotsih-Iersche
heidenen. Het hier volgend Engelsch, waar
van we de vertaling geven, is een bedorven,
platte spreektaal
s) Onderwijzeres.
3) „Waar liggen de Vereenigde Staten
4) „Aardrijkskunde - waar is die geleerd
heid goed voor?"
„Ik geloof éen heilige, algemeene (in
het GriekschKatholieke) Christelijke kerk".
„Wie is die man, die Heer Jezus, waar
gij altijd van praat. Komt hij hier?" 4
„Jezus stierf voor lieel het menschdom
Jezus stierf voor mij".
8) „Elk vat heelt zijn eigen bodem".
9) „Tusschen de twee omslagen van den
Bijbel".
N. P. G. C.