NIEUWSBLAD VOOR ZEELAND. CHRISTELIJK- HISTORISCH Dinsdag 27 Jtapsftts. legende laacgang. Ho. 189. 1895. VERSCHIJNT G. M. KLEMKERK, te Goes F. P. D'HUIJ, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIËN Nog eens de oplossing der Sociale Quaestic. klken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND. Prijs per drie maanden franco- p. p0,95. Enkele nummers0,025. UITGAVE VAN EN van 1 5 regels 25 centiedere regel meer 5 cent. Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. Wanneer de geschiedschrijver eenmaal zjjn oordeel zal uitspreken over het streven van de laatste helft der 19de eeuw, dan zal hij voorzeker, als kenmerk daarvan, boekstaven Het streven naar de oplossing der sociale qnaestie. De nooden van het voik, zoowel van den handwerk8stand,alsvan een groot gedeelte van de schij nbaar meer be voorrechte standen, is z.o hoog geklommen, dat de tegenwoordige toestand onhoudbaar is. Er moet verandering komen, vandaar dat ieder zoekt naar de oplossing van de zoogenaamde sociale quaestie zoekt naar een middel om aan den tegenwoordigen onhoudbaren toestand een einde te maken. Toch zal geen middel op den duur af doende blijken, wanneer niet de oorzaak der kwaal wordt weggenomen. Alle mid delen welke die oorzaak niet wegnemen zijn slechts palliatieven d. i. noodmid- delen. Die oorzaak wordt door de verschillende geneesheeren op verschillende plaatsen ge zocht. De een meent dat die oorzaak is de ongelijke verdeeling van het kapitaal, dat bg enkelen opgehoopt, aan anderen geheel ontbreekt. Een ander zoekt die oorzaak in de onmiskenbare malaise, ge drukte toestand, waarin handel en nijver heid zich in de laatste jaren bevinden. Weer een ander in den enkelen gonden standaard en meent dat aan de ellende een eind zal k.men, zoodra het zilver ook maar een wettig betaalmiddel zal worden. Nn, voor elke dier beweringen is wat te zeggen, maar dit zijn alle slechts gevolgen van de ware oorzaakniet de oor zaak zelf. s De ware oorzaak van de maatschappelijke ellende isde zondenval. Of wil men dit „verouderd" woord, ofschoon het door alle eeuwen waar blijkt niet gebruiken, welnu laten wy dan zeggen dat die oorzaak ligt in het feit, dat niet alle mensohen zijn zooals ze zyn moeten. Eene andere omschrijving met de zelfde beteekenis. Het feit dat het individu, als regel, maar al te zeer in zijne handelin gen geleid wordt door zelfzucht, door hoog moed en eigenbelang. Door hoogmoed, omdat o zoo weinigen tevreden zyn, met de plaats die hun in de maatschappij is aangewezen. Allen wil len „hooger op". Die rijk is wil nog meer hebben. Die niet met aardsche goederen bedeeld is, meent vaak dat daarin het ware geluk gelegen is, en benijdt wie meer heeft dan hg, en meent dat hg miskend en verongelgkt wordt. Door eigenbelang, omdat de geest der eeuw zich kenmerkt door het najagen van eigen voordeel, zonder zich daarbij vaak rekenschap te geven van of een open oog te hebben voor wat anderen rechtmatig toe komt. Zoowel bij meer- als bij minder gegoeden. Bij meergegoeden door vaak misbruik te maken van de macht van hun kapitaal, om nog meer te verzamelen of wel om nog maar meer te genieten. Om het even of anderen daardoor zedelyk of stoffelgk benadeeld worden, ja te gronde gaan. Bg miniergegoeden vaak om door mis bruik van de overmacht van het aantal, b. v. door werkstakingen, den werkgever op het voor hen geschikte oogenblik, wan neer deze ben niet kan missen, te nood zaken aan hunne vaak overdreven eischen toe te geven. JDok hier wordt maar al te zeer bewaar heid waar twee kg ven hebben beiden schuld. Want zeker ook een handwerkman eelt recht op een menschwaardig bestaan. Waar spant hij zelf daartoe wel altijd üe noodige krachten in, om dit te ver- nis- Maken Veletl zich ook niet eens ttTI aan .zo°genaamde dagdieverij Ret heeft iets aantrekkelijks, en daarom wellicht ig Eet ook de tegenwoordige mode, om voor de zwakkeren partij te trekken, tegen wat als onderdrukking wordt voorgesteld en vaak ook is. Haar wil men in waarheid verbetering van den toestand, dan moet men voor alle? de waarheid onder de oogen zien en wachte men zich voor eenzijdigheid. Het blijken vaak zijn beste vrienden, die iemand op zyn feilen wgzen. Het is gemakkelgk en meestal loonend om, teneinde de gunst der menigte te verwerven, vooral te klagen over den velen arbeid, dien de handwerksman voor weinig geld moet doen. En wij herhalen het, daar is dikwyls maar al te veel waars in die klachten. Maar spant deze altgd in die mate zgne krachten in, dat hg meer loon verdient En is het den werkgever, bij de tegenwoordige concurrentie, vooral met het buitenland, altgd mogelijk, meer loon te geven, al wilde hg ook? Schrgver dezes is eene fabriek bekend, waar tuss"hen de 500 en 600 menschen arbeiden en die als eene bloeiende zaak bekend staat. Ook daar waren de werk lieden niet tevreden met hun loon. Hun kwam meer toe, beweerden zg. En toch had het hoofd dier fabriek in drie jaar te zamen f 1000 verdiend! Nog geen gulden daags. Nog minder dan een zyner arbeiders Maar waarom dan die zaak voortgezet? vroeg schrgver dezes. Het antwoord luidde omdat ik zoolang ik het kan volhouden, al verdien ik er zelf niet aan, die 500 a 600 werklieden, die zelf met hunne ouiers en grootou der, mg, mgn vader en grootvader ge diend hebben, niet broodeloos wil maken. Nu was die trenrige toestand wei een gevolg van de dwaze theorie, om onder de leuze van „vrijen handel", ons land te laten overstroomen met concnrreerende producten uit het buitenland, terwyl hg door de hooge invoerrechten in eiken na- burigen staat zijne producten niet kon in voeren, maar het feit bestaat. Evenals dat vele landbouwers gaarne meer zouden willen laten verdienen, doch dit niet kunnen. En daar wordt vaak niet genoeg op gelet. Onwillekeurig zouden wij echter in ne venbeschouwingen treden en daardoor van de hoofdvraag afdwalen welke is de oor zaak van de maatschappelij ke ellende Zooals wij hierboven reeds zeiden, dat ieder individu als regel helaas te veel, maar al te vaak alleen om zichzelf denkt. Staat dit nu eenmaal vast, dan volgt daaruit van zelf, welk het middel is, om die oorzaak weg te nemen. Het «enige middel daartoe is, om den ziekelyken toestand, de zelfzuchtige ont wikkeling van het menschelijk gemoed weg te nemen, door de leden der maatschappij er toe te brengen, het beginsel van het Christendom in toepassing te brengen hebt uw naaste lief als uzelf. Yerbreiding dus van Christendom en Christenzin. Ziedaar het afdoende maar ook het eenige middel om afdoende verbetering te brengen in den maatschappelg ken toestand. Alle andere pogingen zgn slechts pal liatieven. Maar toch zgn ook die palliatieven noodzakelgk, onmisbaar. Omdat eene her vorming van het gemoed der individueele leden der maatschappij zóóveel tyd zou vorderen, dat op de gevolgen daarvan niet kon gewacht worden. En welke palliatieven moeten dan wor den toegepast? Die vraag is niet in eens te beantwoor den, maar moet voor elk onderdeel afzon- derlyk overwogen worden. Doch wel kan van elk palliatief als hoofdkenmerk en hoofddoel worden aange geven: het beginsel om te voorkomen dat het sterkere deel der maatschappij het minder sterke verdrukke en ten eigen bate exploiteere. Maar zoo, dat de rollen niet worden omgekeerd, en de nn zwakkeren, door wettelyke bepalingen, de nn sterkeren niet kunnen gaan verdrukken of naar hun hand zetten. Zoolang de hervorming van het gemoed der individueele leden der maatschappij niet is tot stand gebracht, kan het even wicht tusschen de verschillende deelen der maatschappij alleen behouden worden door het eene deel tegen verdrukking door het andere deel te beschermen. Elke poging daartoe zal tevens zijn eene poging om te voorkomen dat de be zittenden hun kapitaal misbruiken ten na- deele van de niet bezittenden en omge keerd, dat de niet bezittenden door onrecht matige handelingen den bezittenden het hunne ontnemen, of door de macht van het aantal „naar hunne hand" kunnen zetten. Het adres der Goesche Kiesvereeniging „Voor Nederland en Oranje" heeft reeds instemming gevonden bij De Standaard. Dit was te begrypen. Immers De Standaard heeft nn gedurende ruim een kwarteeuw de evenredige verte genwoordiging als eisch van recht en vrede bepleit. Wg weten ook dat indertijd in Het Centrum herhaalde malen warme pleidooien voor een proportioneel kiesstelsel zgn geleverd, terwgl ook de redactie van de (lib.) Ne derlander er wel eens een lans voor brak, de heer Trenb, redacteur van het Sociaal Weekblader veel voor voelten met name De (Roomsche) Nieuwe Noordhollander op de noodzakelgkheid eener verandering van het tegenwoordige onbillijke stelsel van ver tegenwoordiging gewezen heeft. Voorts dat de radicalen de evenredige verkiezingen in hun partij-program) opna men, de antirevolutionairen van beide scha keeringen haar meermalen ter sprake bi ach ten; en tal van rechtsgeleerden van aller lei kleur in proef- en vlugschriften het proportioneele kiesstelsel hebben aange prezen. De heer Ter Veer uit Groningen maakte er zelfs oen „leuze voor 1891" van. De Goesche Kiesvereeniging heeft dus, behalve haar grootsten bondgenoot het Rechtvele zeer bekwame woordvoer ders te haren dienste. Zg deed wys met vooralsnog het onbe reikbare te laten varen invoering van het stelsel bij Kamerverkiezingen. Misschien had zij nog beter gedaan met ook in zake de Statenverkiezingen baar wensch in te honden en op het oogenblik alleen invoering bg Raadsverkiezingen te vragen. Nu evenwel het adres eenmaal een stel sel voor beide colleges vraagt, stuite de me dewerking der zusterverenigingen in den lande op dit bezwaar nu niet af. Laat de tweede kamer zich al vast over 't beginsel uitspreken. En kome er van alle kanten instemming met het pogen der Goesche kiesvereeniging, die voor haar krachtig initiatief allen lof verdient. De benoeming van den heer Snijders tot lid van Zeelands Gedeputeerde Staten is door Hare Majesteit vernietigd. Dat, na het bedanken van den heer Heijse, de heer Snijders geen zitting ne men kon, betreuren wij. De liberale par ty in de Staten heeft weinige zulke kun dige en onpartydige mannen als deze twee. Provinciale Staten zullen nu een nieuw lid hebben aan te wijzen. Het Koninklijk Besluit zie Staats blad no. 51 van 19 Augustus 1895 tot vernietiging iuidt als volgt: De Provinciale Staten van Zeeland heb ben in hunne vergadering van 3 Juli jl. tot lid van Gedeputeerde Staten dier pro vincie benoemd J. H. Snijders, nadat tot lid van dat college was benoemd P. J. Siegers, en laatstgenoemde verklaard had zgne benoeming aan te nemen P, J. Siegers heeft tot echtgenoote de dochter van een broeder van J. H. Snij ders en dus bestaat tusschen hen zwager schap in den derden graad. Het besluit tot benoeming van J. H. Snijders tot lid van Gedeputeerde Staten, nadat P. J. Siegers als zoodanig benoemd was en de benoeming had aangenomen, was mitsdien instryd met art. 51 der Pro vinciale wet. De Middelburgsche Courantdie van De Standaard wel eens een pluimpje gehad heeft, dewyl zg dr. Kuyper zoo goed be grepen had, heeft in haar jongste artikel een kijk op het antirevolutionaire kamp geleverd, die niet van vooruitgalg op het gebied van haar menschenkennis getuigt. Zg concludeert namelijk uit de feiten dat vroeger door dr. Kuyper comedie zou ge speeld zijn. Wij gaan op hare beschouwingen niet in.Zy toch zijn, zouden wg denken, reeds door De Standaard beantwoord. Dit blad geeft nog eens voor de zooveel- ste maal een relaas van de toestanden in 1869 en 1888. Misschien zal na de lezing er van de Middelburgsche Courant haar oordeel op dat punt wel willen herzien. Christelijk-liberaalMen zal zich herinneren, hoe, nu een paar maanden geleden, de Vaderlander, het orgaan der Bronsveldiaansche fractie, den heer De Savornin Lohman trachtte te bewegen, zich te scharen aan de zijde der libe ralen en met hen tegen het driemanschap Tak-Schaepman-Kuyper op te trekken. „Voor zulk een optreden," schreef het blad, „zou men warme geestdrift gevoelen in vele kringen". De Nederlander van Rotterdam nam de aansporing echter zeer koel op en gaf een afwyzend antwoord, maar het schgnt, dat de wakkere Vaderlander daarom den moed nog niet geheel heeft laten zakken. Het wijst den heer Lohman op de be strijding, waaraan deze thans bij anti-re- volutionnairen blootstaat juist alsof de Bronsveldianen altgd de vriendelgkheid- zelve voor den oud minister waren geweest en poogt dan aan te toonen, dat men, om het' Evangelie te dienen, eigenlijk liberaal moest zgn. Het klinkt ongelooflgk, maar het staat er. „En gros genomen", dus luidt de Vader- landsche redeneering, „zien wij tusschen hetgeen het echte liberalisme wil en het Evangelie geen strijd, en wij constateeren met blydschap, dat het aantal toeneemt van hen, die beginnen in te zien, dat men inderdaad in politieis niet anders dan liberaal kan zijn, wanneer men het Evan gelie gelooft van onzen Heer". De heer Lohman is een scherp zinnig man en er bestaat dus niet de minste kans, dat hij zich door deze taal zal laten overhalen. Maar zelfs al ware hij minder scherp zinnig, dan zou hij daarvoor toch nog moeilyk iets anders kunnen over hebben, dan een schouder-ophalen! Bovenstaande ontleenen wg aan een Roomsch blad Het Centrum en is door de feiten bevestigd. De Nederlander toch heeft des Vader landers „bede afgewezen"; wat „strikt genomen" wel niet anders kon. Men mag dus van die zyde spoedig rekenen op een „dubbel corrigendum" a. dat chris telijk historisch „liberaal" zou zgn; 6. dat Lohman en dr. Bronsveld eens geestes zgn al zgn zg het op enkele punten tamelijk met elkander eens. Luitenant Bronsson heeft bg zgn „Voor Janmaat en Soldaat" een nieuwen bundel van 45 Vaderlandsche liederen voorschool en huis gevoegd onder den titel van „De Oranjebloem". De liederen kunnen gezon gen worden op bekende wgzen en bij fees- telgke gelegenhedenmet name voor den 31 Aug. a. s. zou het boekje goeden dienst kunnen bewijzen. Daartoe hevelen wij 't gaarne bij de feestcommissiën aan. Een portret van H. M. Koningin Wil- helmina siert dit bookske dat wij in velti handen wenschen als middel om de vele zoutelooze straatliederen op te ruimen. Verkiezingslisten uit den ouden tijd. In zijne aanteekeningen op de „Over- blyfsels van Geheugchenis" van Coenraet Droste deelt Prof. Fruin de volgende ver- kiezings-anecdoten mede uit een zeventiende- eeuwsch schimpdicht. Voor wie het nog niet wist, moge daaruit big ken dat de verkiezings-practgken van dien tijd al even slim uitgedacht werden als die van later. „Een voorval van onz1 eeuw moet hier niet (zijn verzwegen. De zaalklok luidde reeds, de oudraad werd (vergaard, Waarvan het half getal het ander even aart. Het hangt maar aan één stem: kan men (die doen verliezen, Men zal door meerderheid een nieuw regent (verkiezen. Een brouwer, welbekend, in een voorname Die nevens anderen in de regeering zat, Werd door zgn knecht verkocht, die hem (was komen zeggen, Dat men een nieuwe lap moest op de brouw kuip leggen. De man vreest voor zgn scha, krijgt da- (delyk een leer, Klimpt op het leege vat en glijdt van bo- (ven neer. De knecht draagt weg de leer, daar hg was (langs gestegen. En luistert nergens naar, maar laat zgn (baas verlegen. Die riep vergeefs „O, Flipen raakt de (knip niet uit Voordat men op 't Stadhuis geraakt was (tot besluit. Nog op een and're plaats had men meteen (besloten, Dat men op zek'ren dag de vroedschap zou (vergrooten, En vullen het getal, dat open stond, zoo ras De klok van twalsven aldaar geslagen was, De leden van den raad, die niet gewaar schuwd waren, Zgn landewaarts gegaan, totdat men zou (vergaren Het uurwerk van de stad werd onderwijl (versteld, Zoodat 't bestemde uur veel eerder werd (gesteld. Dan deze wandelaars zich boven konden (vinden Om door hun stemmental te sterken hunne (vrinden. Die waren toen de zwak de keus was al (gedaan, Eer dat d' atwezigen weer binnen konden (staan. Men hoort ook over zee(*) van zulke kun- (sten spreken, Daar list zich heeft bediend van dergelijke (streken. Toen de regeering daar een tijd verordend (had, Tot het verkiezen van de vroedschap van (de stad, De minste stemmen, die niet sterk genoeg (zich vonden, En langs den rechten weg niet overwegen (konden, Lieten door een kornel dien niemand hield (verdacht. Een deel der kiezers inviteeren op zgn jacht. De gasten kwamen t' scheep en werden (wel ontvangen Zoodra zij door de wijn en vreugde zijn (bevangen, Licht men het anker op, het zeil werd (losgemaakt En zij zijn, zeewaarts in, uit het gezicht (geraakt, Of 't lief hun was, of leed, zij moesten spelevaren. In Zeeland,

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1895 | | pagina 1