NIEÜWSBLAD
VOOR ZEELAND.
CHRISTELIJK-
HISTORISCH
Id. 109. 1895.
Dmsifag 18 luiit
VERSCHIJNT
G. M. KLEMKERK, te Goes
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
1815 - 18 JUNI - 1895.
GEMENGDE BEEICHTEN.
Hegcnifc faatgaiuj.
elken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
Prijs per drie maanden franco p. p0,95.
Enkele nummers0,025.
UITGAVE VAN
en
van 1 5 regels 25 centiedere regel meer 5 cent.
Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
- ~vwvyvv.
Juicht, volken uit den boei geslaakt,
De Godheid heeft u vrijgemaakt
Geen aardsch, geen stoffTijk pogen.
Valt juichende dien God te voet,
Den Wereldheer Die wond'ren doet;
Aanbidt zij n Alvermogen
Zijn hand voert Koningen ten troon,
Schenkt strijdenden de zegekroon,
En dondert op de snooden.
Hem, Die der volken weegschaal houdt,
Zij, Nederland, uw lot betrouwd,
Den God der Wereldgoden.
Btlbeuoijk.
Ons blad moest wel in de rouw gaan.
De lang verwachte en gevreesde, tegen-
gehoudene doch niet tegen te houden scheu
ring in de antirevolutionaire partij is een
feit geworden.
Zij is doorgegaan.
Zij is voltooid.
De heer Mackay sneed het laatste ve
zeltje hetwelk hem aan de partij gebon
den hield, doorhij nam ontslag als lid
der antirevolutionaire Kiesvereeniging.
De Nederlander en wij mogen het er
voor houden dat het de heer De Savor-
nin Lohman is heeft in haar nommer
van Zaterdag ookhaarafscheid van de antire
volutionaire party gemotiveerd.
Wij deelen deze feiten mede zonder ee-
nige bitterheid, doch met spy t en weemoed.
Met spijt, omdat de kleine antirevoluti
onaire partij die in haar strijd tegen „On
geloof en Revolutie" al hare manschappen
zoo dringend noodig heeft, zich op eenmaal
beroofd ziet van deze medestrijders en
voorvechters, voorlichters en raadgevers
en ook omdat niets den tegenstander zoo
sterk maakt als de verdeeldheid in onzen
boezem.
Met weemoed, dewijl wij maar niet ver
geten kunnen, gelijk wij het ook nimmer
zullen doen, hoe deze oud-ministers, ge
boren diplomaten, kundige rechtsgeleerden,
volksvrienden in den goeden zin, hunne
beste levensjaren in den dienst des lands
en in engeren zin der antirevolutionaire
partij hebben versleten; en nog zooveel
hadden kunnen tot stand brengen, wanneer
zij het met den leider der antirevolutionaire
partij „jure suo, krachtens de door hem
geschonken gaven" op het punt van beleid
en stuurrichting weder hadden kunnen eens
worden.
In volgende nommers willen wij gaarne
een overzicht geven van de gronden,
waarop hunne uittreding steunt. Ook
willen wij gaarne gelooven dat deze oud
bewindslieden het niet langer hebben kun
nen uithouden in eene partij die ook reke
ning houdt met de gewijzigde tijdsomstan
digheden, met den democratischen stroom
die door geheel Europa gaat.
Doch waar zij treden uit het partijver
band, sluiten wy ons te nauwer aaneen.
Zoolang „Ons Program" waaraan
door de heeren Mackay en Lohman ook
door hunne medestanders onvoor
waardelijk wordt vastgehouden, onder ons
richtsnoer blijft, beschouwen wij de uit
treding uit de antirevolutionaire partij als
een daad van politieke contractbreuk, waar
van de gevolgen niet zijn te overzien.
Wij onthouden ons van eene tactiek die
met pluimstrijkerijen over groote verdien
sten en dergelijke den heer Lohman aller
lei hardheden of onjuistheden zegt.
Nooit hebben wy de persoonlijke aan
vallen op den heer Lohman kunnen goed
keuren, vooral niet door hen die, meer
dan wij, door persoonlijken omgang en
voorlichting in de gelegenheid waren hem
juist te beoordeelen.
Maar daarom te meer mogen wij het
onverholen uitspreken, dat wij het zich plaat
sen van den heer Lohman buiten het par
tijverband ten zeerste betreuren.
De Zeeuwen hebben banden van liefde
en geestverwantschap aan den heer Loh
man, welke banden door deze uittreding
jammerlijk worden losgereten.
Wij denken hierbij aan het drieman
schap GroenElout-Mackay.
En het andere driemanschap Keuchenius
LohmanVan der Hoop.
De heer Mackay heeft met dien van
den naamgenoot uit het eerste drieman
schap slechts den naam gemeen.
De heer Lohman is de man zelf uit
het tweede driemanschap.
Waar wij hunne namen tegenover el
kander stellen heeft dan ook die van den
heer Lohman voor ons de meeste waarde.
Ook hierom, dat de heer Mackay nog
niet stond waar de heer Lohman reeds
aangeland was, dat ook het Vrije middel
baar en hooger onderwijs moet worden
gesteund, krachtens de christelijk histori
sche beginselen.
Waar de heer Lohman reeds lang aan
geland was, niettegenstaande hij van con
servatieve afkomst is, terwijl de heer
Mackay is van huis uit antirevolutionair.
Doch waarom kon dan de heer Lohman,
die in afkomst gelijk staat met mannen
als Heemskerk, v. d. Velde env. d. Borch,
niet, gelijk deze heeren in eenzelfde anti
revolutionair partijverband, desnoods tot
de afdoening van het kiesrechtontwerp,
gebleven zijnom dan desverkiezende in
vrede te scheiden, zoodra ondereen nieuw
program van actie, daartoe noodzakelijk
heid bestond
Wy dragen rouwe over het heengaan de
zer geliefde mannen.
Doch één troost hebben wij.
Deze antirevolutionaire kamerleden zijn
door hun uittreding nog niet conservatief
geworden.
Mogen zij het nooit worden in den kwa
den bij ons gangbaren zin van tegenhouden
van door den drang des tijds geëischte ruime
kiesrechtuitbreiding.
Mogen zij met denzelfden ijver, naar de
beginselen van Ons Program, zij 'tnu ook
op eigen gelegenheid, en buiten 't party-
verband, blijven strijden voor de volksbe
langen, tegen het liberalisme.
Mogen wij hen, zij het ook naast de
hoofdwacht, nog dikwijls op post zien staan.
Mogen wij hen eens weder met alle an
tirevolutionairen, een van zin en bedoelen
zien optrekken tegen den gemeenschappe-
lijken vijandhet liberalisme van allerlei
graad.
Eén bezwaar dat de Nederlandsche re
geering geen oorlogsschip naar Afrika kan
zenden om den moord op de Anna te
wreken, schijnt weggenomen.
Men meende dat op Tunis of Marokko
toch geen vaartuig landen kon.
Dit bezwaar is, althans wat Tunis betreft,
opgelost.
De eerste Fransche oorlogsschepen zijn
dezer dagen de nieuwe oorlogshaven van
Bizerta op de Tunisehe kust binnenge-
loopen.
Daartoe is een zandrug van 1500 meter
breedte, die de „Laven", of liever een
waterplas van Bizerta scheidde van de
Middellandsche zee, doorgegraven.
De „waterplas" is groot genoeg om er
alle Europeesche oorlogsvaartuigen in te
bergen.
Dat kan geedkomen, wanneer Europa
zijn veroveringsplannen in Afrika voortzet
en de kinderen van Jafeth met over
macht willen komen tot het laud van Cham.
Zijn door de invoering van de linotype
de letterzetters, als vakmannen, ten doode
opgeschreven, ook de trekpaarden, als vak
dieren, gaan in de twintigste eeuw den
zelfden weg op.
Yorige week heeft een wedrit plaats
gehad van rijtuigen die zichzelf voortbe
wogen. Men zou ze vanzelfrijers kunnen
noemen, als de naam niet te leelijk was
en de beweegkracht niet door het rijtuig
zelf maar door eene daarin aanwezigen
petroleummotor werd veroorzaakt.
Doch hoe het zij, de eerste rit van
Parijs naar Bordeaux heeft Vrijdag
plaatsgehad. Een rijtuig met 2 personen,
door niemand of niets getrokken, reed een
weg van 240 uren gaans in 49 uren heen
en terug, langs de gewone straatwegen.
Een heele omwenteling in de voerkarren-
en omnibuswereld zal hiervan het gevolg
zijn.
De paardentrammen op den achtergrond.
De logge doch gezellige omnibussen weg.
Geen aapjes meer.
Sic transit
Doch met dit al, verdwijnt uit dit
ondermaansche ook weer een schoon stuk
poëzie.
Hoeveel bezieling hebben de Hildebrands
en Jonathans, de Van Lenneps enDicken-
sen in zoo'n ouwerwetschen diligence niet
opgedaan.
En nu?
Weg met die oud-Hollandsche en oud-
Engelsche tooneeltjes ais van de diligence
„vanD. over C. naar E", gelijk zij in defami-
lie Stastok beschreven werden; en van het
huurrijtuig waarbij Pickwicks notitieboekje
een zoo koddig onaangename rol speelt.
Weg met den Pegasus.
Wie den Zangberg op wil zal het voor
taan met een petroleummotor moeten doen.
En dan hoevele broodwinningen zijn hier
weder reddeloos verloren.
Welk een groot stuk wordt hier weder
aangezet aan de sociale quaestie, de sociale
quaestie welker oplossing door al deze
uitvindingen, door de vordering der weten
schap en der industrie al meer vertraagd
wordt.
Denk aan de groote stsden.
Daar is het personenvervoer zeergroot. Met
name te Parijs zij n honderdduizend paarden in
dienst van voerlieden en maatschappijen,
enkel tot personenvervoer door de stad.
Die paarden zullen dan niet meer noo
dig zijn.
Alleen de luxepaarden blijvenen die
worden dan natuurlijk gedegradeerd tot
den rang van gewone paarden.
Ja, wat erger is, zij zullen bewaard
blijven als treurige herinneringen uit den
„ouden" tijd, toen de „rijke lui" nog zoo
achterlijk waren zich met paarden te be
helpen.
Zij zullen dienen als vooi werpen ter
bespotting van die conservatieven, welke
het nog met paarden doen, waar de zelfrij er
het zonder deze afkan, en op vrij wat vlug
ger manier.
Bij kon. besluit is benoemd hij de d. d.
schutterij te Middelburg tot kapitein de
heer A. A. van Teijlingen, thans eerste
luitenant, en tot eerste lnitenant jhr R.
H. G. Nahuijs, thans tweede luitenant.
De bij het 3 e reg. inf. benoemde
kapt. J. M. J. Jonker is bestemd voor
het 2e bat. in dat korps, in garnizoen te
Middelburg, en de tweede luitenant J.
Haenen van het 3e regiment infanterie
te Middelburg is overgeplaats bij het 6e re
giment infanterie te Breda.
Benoemd tot burgemeester van Poort
vliet, P. Daane van Stapele.
Borsele. Zaterdagavond hadden een
paar aankomende jongens alhier de onvoor
zichtigheid, een vierjarig jongetje met
een ijzerdraad aan een balk in het vischhuis
vast te binden, om hem daaraan te schom
melen. Onder de beweging geraakte het kini
met den hals zoodanig in het ijzerdraad ver
ward dat het dreigde te stikken, terwijl de
jongens de vlucht namen. Toevallig kwam
een ingezetene, L. K,, voorbij, die den
jongen losmaakte en zoo van een wissen
dood te redden wist.
Goes. Alhier kwamen Donderdag
avond een heer en dame bij den logement
houder L. om nachtverblijf vragen, doch
wijl deze slechts twee kamers tegelijk aan
bood, en het echtpaar maar één kamer
noodig had, gingen zij heen en namen
nachtlogies bij een ander, 's Anderen mor
gens by het station, toen de heer en dame
op het punt stonden te vertrekken, bood
eerstgenoemde logementhouder hun een
rekening aan, voor het door hen geweigerde
nachtlogies. Daar zij niet wilden betalen
wat zij niet genoten hadden, gaf de zoon
van den hotelhouder de dame een stomp
die aankwam, terwijl de hotelhouder met
behulp van zijn wandelstok den heerteen
hevig bloedende wonde aan het hoofd roe-
bracht. De heer en dame zij waoen
uit Bergen op Zoom konden hierd or
hunne reis niet vervolgen, en de politie
maakte proces-verbaal op tegen den hotel
houder.
Vlissingen. Zooals wij reeds mede
deelden, arriveerde Vrijdagavond alhier de
luitenant-generaal Hennis. Zaterdagmorgen
had het onderzoek in de kazerne van het
algemeen depot van discipline plaats naar
aanleiding van de aldaar heerschende op-
ïoerige bewegingen. Alle officieren werden
gehoord alsook eenige arrestanten. Te
twaalf uur hield de generaal inspectie over
het garnizoen, waarna 's middags wederom
werd voortgegaan met het in verhoor
nemen van enkele personen, betrokken in
bovenvermelde zaak. {Tel.)
Vrijdagnacht hebben brutale dieven
uit de weide van F. v. D., landbouwer
te Axel een koe gestolen, waarmee zij
hoogstwaarschijnlijk over de grenzen ge
vlucht zijn. V. D. miste zyn koe eerst
Vrij dag voormiddag en stelde toen de politie
met het gebeurde in kennis, die in alle
richtingen in den omtrek het spoor der
dieven tracht te vinden. Tot nog toe was
hare poging vruchteloos. (Af. C
MIDDELBURG. Woensdag 19 Juni des
namiddags 3 uur, openbare zitting van den
gemeenteraad ter behandeling van de onder
staande zaken
1. Ingekomen stukken. 2. Aangehouden
adres van A. J. Snnderse om pensioen met
voorstel van burg. en weth. 3. Aangehou
den adres van J. Smits, houdende bezwa
ren tegen het in de verordening op het
marktwezen bepaalde ten opzichte van de
staanplaatsen gedurende de jaarmarkt.
4. Adressen van M. Dierings c. s. en jhr.
mr. J. Scliuurbecqe Boeije c. s. betreffende
aanleg van klinkerpaden enz. buiten de
Dampoort en het Molenwater met voor
stel van burg. en weth. 5. Voorstel tot ver
koop grond aan het Molenwater aan R. A.
Papogaaij. 6 Brief van den districts-school-
opziener betreffende afstand van een lokaal
van school C ten behoeve der Rijksnormaal
lessen, met voorstel van burg. en weth. 7.
Concept besluit tot af- en overschrijving
posten gemeentebegreoting 1894. 8. Kohier
hondenbelasting 1895. 9. Benoeming van
een opzichter-grafdelver en van een grafdel
ver op de gemeente-begraafplaats.
Rilland. Van Zaterdag op Zondag
nacht werd bij den heer C. Walraven
opzichter in den Engelschen polder een geit
en een schaap gestolen. Het schaap werd
op eenigen afstand van het hek weder terug
gevonden doch van de geit is heden geen
spoor ontdekt, evenmin als van den dader
of daders. De politie doet ijverig onderzoek.
Door den directeur-generaal derStaats-
spoorw. is aan de Vereeniging ter behar
tiging der belangen van jonge meisjes
in Nederland, die door verstrekken van in
lichtingen enz. tracht te voorkomen, dat
vrouwelijk personeel bij vertrek naar groo
te steden door houders van verdachte hui
zen van den trein worden afgehaald en
verleid, vergunning verleend om in de
dames-coupés derde klasse van alle per
sonentreinen gratis kaarten te plaatsen,
waarop de aandacht op de Tehuizen voor
vrouwen wordt gevestigd. Deze kaarten
zijn thans gereed, en in het Nederlandsch,
Fransch en Duitsch worden de reizigers er
attent op gemaakt, terwijl tevens de adres
sen worden opgegeven van de Tehuizen
dier vereeniging.
Een postbeambte te Amsterdam
had een brief te bezorgen aan een juffrouw
van wier adres niets meer bekend was dan
dat het ergens op het tentoonstellingster
rein moest zijn. Daar de beambte geen tijd
had om het verder uit te vorschen, werd
een kruier uitgezonden. Deze kwam na
lang zoeken terug met de tijding dat hij
geslaagd was. „Compliment, en alsdat de
juffrouw woonde in den achterpoot van
den olifant".
De zakdoek in Erasmus'' tijd.
Ten tijde van Erasmus was het ge
bruik van een zakdoek nog zeer beperkt.
Deze schrijver, die verkeerdheden en
dwaasheden van zijn tijd zoo kon hekelen,
heeft, naar men weet, een werkje geschre
ven ten behoeve van een Bourgoadischen
prins over de wellevendheid.
Wij lezen daarin o. a. de volgende
vragen
le vraag. Hoe moet de neus gehouden
worden
Antwoord. Rein en zuiver.
2e vraag. Is het manierlij k den neus te
snuiten met behulp van den baret of
den rok
Antwoord. Neen. Zulks behoort met be
hulp van een zakdoek te geschieden.
De smakelijke doch gevaarlijke „pie
terman", die in grooten getale aan onze
kusten pleegt gevangen te worden, schynt
nu aan andere zeeën de voorkeur te geven
want sedert een paar jaren is het getal
zeer verminderd. Verleden jaar zag men
er aan de Texelsche kust slechts weinig
dit jaar zijn er nog geen gezien.
Heel oude visschers verzekeren dat in
hun jeugd de pieterman geheel onbekend
was. Zulk eene periode is nu misschien
weer voor het tegenwoordige geslacht aan
gebroken.
Men schrijft uit Ginneken aan
't N. v. d. D.„Dat nog steeds door velen
heil gezocht wordt in de geneeswijze van
Kneipp, bewijst het groote getal badgas
ten, dat nu reeds hier is aangekomen, om
zich onder behandeling te stellen van den
badarts, dr. Sosr. Het hötel „Dennenoord",
gelegen vlak naast de badininriekting „Wö-
rishoven", is bijna geheel bezet, en om
Ginneken hebben nog verscheiden logés hun
intrek genomen. Een gevolg van de aan
wezigheid der badgasten is dat daarentegen
het getal gezonden, dat vroeger des zomers
in of bij ons dorp logeerde, afneemt. Zij,
die voor eenige weken voor hun genoe
gen buiten willen wezen, wenschen op
hunne wandelingen niet voortdurend „bar-
revoeters" met meer of minder ziekelijk
uiterlijk te ontmoeten, of met dezen in
hetzelfde logement te zijn. Om die reden
zyn er velen, die vreezen dat de gezonden,
gedeeltelijk althans, door de zieken ver
dreven zullen worden, hetgeen op den
duur voor ons plaatsje, dat zooveel aan
trekkelijks heeft door ligging en omgeving,
niet voordeelig zou zijn".
Te Kethel is een 2-jarig jongetje
in een mestput waarin water stond ver
dronken. Te Heelsum is een meisje
in hare woning door den bliksem gedood.'
Vrydag bezweek de vloer van een
huis te Triest, waar ongeveer honderd
personen bij eengewaren ter gelegenheid
eener begrafenis. Van de personen, die naar
beneden stortten, werden er 11 gedood en
27 gekwetst.
Natrulla Khan, de zoon van den Emir,
die thans zich in Engeland bevindt, uitte
tegen den kolonel Talbot, die hem aan den
prins van Wales moest voorstellen, een
wensch, die niet alledaagsch is als men in
aanmerking neemt, dat de 22-jarige prins
een prachtig gaaf gebit heeft, dat in soli
diteit niet behoeft onder te doen voor dat
van een nijlpaard. Zijne Hoogheid wenschte
namelijk een valsch gebit te bezitten Men
gaf hem te kennen, dat tot dat doel al