FEUILLETON. FORMOSA. KERKNIEUWS. SCHOOLNIEUWS. AFL( Vlissingen. In eene heden namid dag onder voorzitterschap van den heer Tntein Nolthenius, burgemeester, gehouden zitting van den gemeenteraad, werd na lezing en goedkeuring der notulen van de vorige zitting mededeeling en overlegging gedaan van de ingekomen stukken, waarna wordt overgegaan tot de benoeming van leden der commissie van bijstand voor het beheer van de oudheidskamer, waartoe worden benoemd de heeren A. A. E. Gewin en C. A. Kalbfleiscn. Vervolgens wordt tot gemeente-archiva ris benoemd de heer C. P. I. Dommisse. Op het daartoe strekkende verzoek wordt aan Mej. M. C. Schuurkamp eervol ontslag verleend als kweekelinge in de nuttige handwerken aan school B. Wordt beslo ten tot den o.iderhandschen verkoop aan den heer W. L. Huson 15,50 maal 5 31. gemeente grond, gelegen op het „Eiland" a f 3 den MJ, alzoo tot een bedrag van f232,50 met bijbetaling van f35,50 voor trottoirkosten en van 15,50 maal G Meter gemeentegrond, mede aldaar gelegen, a f 6 de M2, alzoo tot een bedrag van f 558, met bijbetaling van f 54 voor trottoir- koeten idem aan de heeren F. N. de Rooy en P. van der Hof alhier van 17,50 maal 80 Meter gemeentegrond, gelegen tusschen de Glacis-en Clijverstraat a, f4,50 de M', alzoo tot een bedrag van f G328.80, met bijbetaling van f 720 voor trottoirkosten. Wordt besloten tot het goedkeuren en vaststellen van verordeningen, de Oud heidskamer betreffende idem tot verkoop van een nominaal be drag van f 6250 kapitaal, ingeschreven op- het grootboek der 3l/s pCt. Nat. Schuld voor den bouw van twee schoollokalen op den linkervleugel van school B idem tot het beschikken over den post voor onvoorziene uitgaven der begrooting voor 1895 tot een bedrag van f165,11; idem tot het af- en overschrijven van een post op de gemeentebegrooting voor 1894 tot een bedrag van f 15.995 idem tot vaststelling der rekening van de Bank van Leening voor 1894 tot een bedrag van f 23456,14s in ontvang en uitgaaf wijders wordt vergunning verleend tot het uithangen van zonneschermen en re clameborden aan de heeren A. J. Corveleijn, Huson en Guillaume en P. Mos voor hunne respectievelijke perceelen; idem tot het aanleggen van een spoor lijntje over den Koningsweg van en naar hunne electro-tinfabri«k aan de heeren Hermans c. s., eigenaren dier fabriek. Op het adres van den heer A. H. Po lak, houdende verzoek om in huur te mogen hebben een stukje grond op de Ballastkade wordt afwijzend beschikt. Woidt besloten de gewijzigde begroo ting van het Burger-woeshuis tot een be drag in ontvang en uitgaaf van f 6049.29s goed te keuren en ten slotte tot het toe kennen eener belooning van f 50 aan mej. M. C. Schuurkamp, als tijdelijk onderwij zeres aan school D. Wellicht zullen onze lezers het niet onbelangrijk vinden 't een en ander te ver nemen omtrent Formosa, het groote eiland, dat China in denjongsten oorlog aan Japan verloor en waar thans de republiek is uit geroepen, zoodat de Japanners hun gezag gewapenderhand moeten vestigen. Ziehier: Het eiland, door de oude aardrijkskun digen Groot Lioetsjeoe, door de Cbineezen Taiwan, door de inlanders Pekan genaamd, heeft aan zijn schilderachtige oostkust, die de Europeesche zeevaarders op hunne eerste verkenningstochten in verrukking bracht, den naam Hormosa of Formosa, dat is De Schoon e, te danken. De zeestraat van Fokien, die op het nauwste gedeelte 150 kilom. breed is, scheidt het van China. Het heeft een uitgestrekt heid van bijna 705 vk. geogr. mijlen, en overtreft dus ons vaderland merkelijk in grootte. Het heeft een langwerpig eironden vorm en is een bergland met zeer regel matige glooiingen. Yan het eene eind tot het andere is het over de geheele lengte dus bijna 400 kilometer, in tweeën ge scheiden deor een bergketen, welker ooster glooiing tweemaal steiler is dan die welke westwaarts naar de zijde van China af- helt. Ter weerszijden kan men van de knst zeer goed de tanden der eindelooze lint zaag, door den keten van Tasjan of Het Groote Gebergte gevormd, onder scheiden. In het zuiden halen de toppen geene grootere hoogte dan 24 meter, maar in het midden des eilands rijst de Moris- son 3352, en in het noorden de Sylvia en meer andere kruinen 3600 meter omhoog. De grondstof der Tasjanketen bestaat groo- tendeels uit koolzuren kalksteen, doch er zijn ook vnlkaanrotsen bij, en hier en daar spleten, waaruit dampen opstijgen, die een zwavelneerslag op het steen achterlaten. Aardbevingen zijn hier vrij menigvul dig, en vele verschijnselen wijzen duidelijk aan, dat de knst orahooggewrongen is door onderaar Ische beroeringen. AardsehudJiu- gen kunnen hier soms weken achtereen aanhouden. Dan beeft en schudt alles, ja daar zijn er voorgekomen, zoo zwaar en ongemeen fel, dat dalen, bergen en huizen zich evenals een schip op de golven be wogen, en men menigmaal niet anders da"ht Of het geheele eiland zou verzinken. In In Overschie woont een nog be trekkelijk jonge vrouw, zekere Neeltje Huisman, die, naar men meldt, in haar woning leeft gelijk een dier. Gisterenmid dag, terwijl het vrouwmensch even afwezig was, is op last van den burgemeester, haar woning geopend en gereinigd! Daar lag op den vloer een heele hoop asch, menschelijke uitwerpselen, vuilnis, eierdop- pen, enz. Van gemeentewege werd de woning „uitgemest". Dit geschie It nu reeds voor de tweede maal. Te Bokstel was een vader met zijn 18jarigen zoon langs het smalle water aan het hooien. De zoon was bezig mot maaien, terwijl de vader het hooi aan den waterkant bijeenbracht. Op eens hoort de zoon hulpgeroep en ziet zijn vader dooi den snellen stroom medegevoerd worden. Aan redden viel niet meer te denken, zoo dat de zoon zijn ruim 60-jarigen vader voor zijn oogen moest zien verdrinken. Tengevolge van de vermissing van een groote hoeveelheid steenkolen aan het station Msppel, zijn van wege de Maat schappij tot Exploitatie van Staatsspoor wegen aan verschillende stations opmetingen van aanwezige steenkolen gedaan. Naar de Mepp. Crt. meldt moet men daarbij tot het verrassende resultaat geko men zijn, dat aan het station Zwolle onge veer 170 waggons en aan dat te Gronin gen 200 waggons steenkolen minder waron dan er moesten zijn. Te Rozendaal is overleden de heer J. A. Laane oprichter der eerste beet- wortelsnikerfabrieken, die der Jirma De Kam Co. te Kjzeudaai en die der firma Laane, Kogier, Daverveldt te Bergen-op Zoom; als degelijk handelsman was hij algemeen geacht. De gemeenteraad van Zwolle heeft een voorstel van den heer Jordens om het rooken in de raadsvergaderingen af te schaffen, met 9 tegen 8 stommen verwor pen. De geldbuidel door een geit gered! Terwijl eenige dieven in den nacht zich toegang hadden weten te verschaffen tot de woning eene weduwe te Drunen, door dat zij door een raampje den grendel der achterde hadden verschoven, kwamen zij in den stal, waar de geit hen verbaasd aanstaarde. Ombaar te doen zwijgen, werd haar een handvol gras voorgeworpen, wat het dier blijkbaar zeer lief vond, want zij gaf haar vreugde daarover te kennen door een langgerekt „raè, mè!" De be woners, door het op dit uur ongewoon ge schreeuw gewekt, hadden de voldoening de dieven onverrichterzake te zien afdein zen, zonder dat het hun gelukken mocht de schelmen te herkennen. Over de Niagara zal een hangende tram aangebracht worden. Het plan bestaat namelijk om aan beide zijden van den waterval stalen torens op te richten van zes meter hoogte en tusschen deze kabels te spannen, langs welke wagens voortbe wogen kunnen worden, die twintig per sonen bevatten. 1782 werd Formosa zóo door een kring- storm en ontzettenden watervloed geteis terd, die de meeste schepen stuksloeg, den oogst en alle gebouwen van de strandvlak ten wegspoelde, dat men in China langen tijd niet beter wist of het eiland was in de golven verdwenen. Ten tijde dat de stad Taiwan, aan de zuidwestelijke kust van het eiland, den Nederlanders toebehoorde, werden de twee voornaamste forten der stad gescheiden door eene bevaarbare zeestraat, waarop zelts vloten zich vrij bewegen konden. Thans vindt men eene met kanalen en wegen doorsneden vlakte, waar de golven alleen nog maar bij hoog getij overheen slaan, terwijl de schepen tegenwoordig in volle zee moeten ankeren, drie mijlen van de voormalige haven, welker gemis maar voor een klein gedeelte vergoed wordt door de later gevormde baar van Tadooe. De om wentelingen in den bodem houden sinds eeuwen aan en de geheele westkust lijst langzaam, msar duidelijk merkbaar, uit de zee omhoog. Het bergstelsel is overrijk aan afwisseling' en bevat goud, zilver en zwavelin het midden zijn er links en rechts talrijke uitloopers, allen verschillend van hoogte en vorm. Over geheel de keten wisselen pieken, naalden, geknotte kegels en bol vormige toppen elkander af. Hier en daar glinsteren witte rotsen, soms bij lagen op eengestapeld, soms alleen. Nog voordat de Chiueezen zich op het eiland hadden gevestigd, wisten zij, zoo verhaalt pater de Mailia, dat er goudmij nen bestonden. Nauwelijks hadden zij het gewapenderhand tot onderwerping gebracht of zij gingen allerwegen aan het zoeken. Aan de westkust echter, waar zij meester waren, niets vindende, namen zij het be sluit hunne verkenningen voort te zetten aan de oostkust, waar de bergen volgens ingewonnen bericht, goud bevatten. Daar zij echter hun leven in het onbekende ge bergte niet in gevaar wilden stellen, lieten zij eene boot optuigen om van de zeezijde de goudkust binnen te komen. De inlan ders ontvingen hen met de gewone goed hartigheid in hunne woningen, voorzagen hen van levensmiddelc n en hielpen hen zooveel zij konnen. De Chineezen bleven er ongeveer acht dagen doch alle pogin gen om de mijnen te vinden bleven vruch teloos, en het eenige wat zij aan goud vonden waren eenige staven, welke de in landers in hunne hutten bewaarden, zonder er veel prijs op te stellen, Te Chicago met 1.500,000 in woners wenen bijna 400,000 Duitschers tegenover slechts 300,000 geboren Ame'i- kauen. De andere rassen zijn door de volgende aantallen vertegenwoordigd: Ieren 215,000, Czechen 55,000, Polen 50,000, Zweden 45,000, Noren 45,000, Engelscheu 35,000, Franschen 13,000. In de afgelegenste o irden der Vercenigde Staten treft men Duitschers aan. Dit onder nemende volk is er dadelijk bj wanneer ergens een nieuwe plaats wordt gebouwd. De Duitsehe taal hoort men tot in de kleinste plaatsjes van de westelijke zoowel als de oostelijke staten spreken. Dienten gevolge dringt de Duitsehe taal, de Duitsehe letterkunde en het Duitsehe hooger onder wijs meer en meer door. Op de begrooting voor onderwijs van den staat Illinois wordt op een totaal van dertig millioen dollars bijna 1.000.000 dollars gevraagd enkel voor salarissen van Duitsehe hoogleeraren en voor den aankoop van Duitsehe boeken. Den Noorschen visscher Brakence is een zonderling avontuur gebeurd. Hij was met een kn ap in een zeilboot op zee, toen hij door een storm op Spitsbergen werd geworpen. Hij wachtte kalm den tijd af, dat het weer hem gunstig zou zijn, doch liet ijs maakte zijn vertrek onmogelijk. Gelukkig herinnerde de man zich dat de ontdekkingsreiziger Nordenskjöld een hut had gebouwd, dicht bij de baai, waar hij geland was. Daar vond hij werktuigen en een weinig kruit. Zijn voedsel bestond nu uit het vleeseh van runderen, die hij met geweerschoten doodde; de huiden dien den tot dekking der hut. Toen de dooi inviel, was de boot niet meer zeewaardig, doch de visscher wist haar zoover op te kalafateren, dat hij naar Vardo kon over steken, vanwaar hij telegrafeerde aan zijn vrouw, die hem reeds dood waande. Vogels met meer dan één nest. 't Is een eigenschap van 't winterkoninkje (paardenwachtertje) dat het verscheidene nesten begint te maken, dikwijls vier of zes, zelfs wel zeven, eer het eene plaats, wat veiligheid en beschutting betreft, naar zijn zin gevonden heeft. Sommige zoölo gische autoriteiten meenen, dat het zooveel nesten maakt voor zijne latere broedsels; maar de waarschijnlijker reden van die kieskeurigheid is, dat het winterkoninkje in het nest bljft, nadat de jongen zijn uitgevlogen, in welk opzicht het van andere vogels verschilt. Het nest van het winter koninkje is als 't ware een gebouw met een koepel. Als de vogel een geschikt gat in een hellen boom vindt of den over hangenden dakrand van een veilaten ge bouw, waar een natunrljke bedekking is, maakt hij zijn koepel van een zeer licht samenstel. De koepel ontbreekt echter nooit en is van niet-geleidend materiaal, zoodat de vogel en zijne jongen van elec- tri8che invloeden geïsoleerd zijn. De oestervanger een vogel, die op de stranden van Engeland en Schotland veelvuldig wordt aangetroffen maakt ook meer dan één nest tegelij k. Deze vogel is ongeveer 16 duim lang en om zijn zwart en wit geschakeerd gevederte wordt hij gewoonlijk de zee-ekster genoemd. Hij heeft een langen, rechten snavel, bizonder ge schikt om zijne prooi te vangen, die in schelpdieren, schaaldieren en kleine visschen bestaat, welke hij bij eb op de zeekust vindt. Door een ontploffing geraakte eergis teren de mijn Segengottes der Opper-Sile- zische mijnwerkers nabij B. eslau in brand. Ongeveer vijfhouderd werklieden bevon den zich in de mijn, en tot heden zijn slechts veertig hunner weer naar boven gekomen. Hoe groot het aantal slachtoffers dezer mijnramp is, kan nog niet worden gecon stateerd. Eergistermorgen werden de bewoners van Laibach wederom verschrikt door een aardschok en een daaropvolgende gol vende beweging van den bodem, welke 4 seconden aanhield. Er heer-chte een alge- meene paniek. De bevolking verliet de huizen en de werklieden staakten het werk, terwijl de scholen werden ontruimd. Ver scheidene gebouwen werden min of meer beschadigd. Te Triëst werd gistermorgen omstreeks drie uur een zwakke aardbeving waargenomen, evenals te Gradisca, waar de schok iets heviger was en een seconde duurde. Zeer treurig luiden de berichten uit Obersdorff, de badplaats in het Hongaarsche eomitaat Oedenburg, die dezer dagen door een hevige overstrooming werd geteisterd. Tengevolge van hevige regens, die eeni ge dagen aanhielden, waren de beken op de naburige bergen zoo gezwollen, dat zij buiten de oevers traden. Een ontzaglijke watermassa stortte toen plotseling van de hoogte in het dal neder en overstroomde het geheele dorp, zonder dat de inwoners en badgasten zich konden redden. Het aan tal der personen, die bij deze ramp het leven verloren, is nog niet bekend. In Chitral hebben de Engelschen weer een échec geleden. Te Londen is bericht ontvangen, dat een der Engelsche forten in dat land door de inboorlingen is over vallen. Een officier, luitenant Home, en ,,11 soldaten sneuvelden. Verscheidene provinciën van het Turksche rijk worden in den laatsten tijd geteisterd door enorme zwermen sprink hanen, waarmede de grond op sommige plaatsen een decimeter hoog wordt bedekt. De Fransche Kamer had tot nog toe het monopolie der blouses. In deze Kamer alleen zetelt een afgevaardigde, de heer Thivrier, die steeds zijn blouse blijft dra gen. Thans telt ook het Italiaanschc par lement een man met een blouse, n. 1. de afgevaardigde Zavattari, van Milaan, van beroep kruier. Bij notarieele acte heeft de vereeniging van kruiers besloten dat zij in het onderhoud van Zavattari's huisge zin zullen voorzien, zoolang deze zijn man daat vervult. Ned. Herv. Kerk. Beroepen te Vlissingen ds. Chr. Hunnin- gher te Haarloo. Het zien van goud werkt op Chineezen vooral zeor verleidelijk. Daar zij nu zeer ontevreden waren over het mislukken van hun verkenningstocht, en vurig verlangden het goud der inlanders in bezit te krijgen, bedachten zij eene barbaarsche list. Zij maakten hun vaartuig zeilree, en de goede inlanders verschaften alweler het noodige levensonderhoud voor den terugtocht. De Chineezen noodigden nu hunne gastheeren tot een maaltijd, ten einde, naar zij voor wendden, een blijk van erkentelijklieid te geven. Zij lieten die arme menschen zoo veel drinken dat zij geheel beneveld en door slaap overmand werdentoen door staken zij hen, roofden het goud, en zet ten alle zeilen bi) om te vluchten. Deze wandaad, ofschoon door deChineesche overheid niet gestraft, bleef toch niet ge heel ongewroken maar het waren onschul- digen die in plaats der misdadigers moesten boeten. Immers, zoodra het schandelijk mis drijf in het oostelijk gedeelte van Formosa ruchtbaar geworden was, deden de inlan ders een gewapenden inval in het noorden dat aan de Chineezen behoorde, richtten er onder al wie hun in handen viel een bloed bad aan, en staken de huizen in brand. Van dien tijd af staan beide partijen met elkaar op voet van oorlog. Tusschen die glinsterende rotsen dan, waarvan gesproken is, prijken dalen met slaghout en bosschen en er klateren wa tervallen in de diepte van zwarte ravijnen. Tusschen bamboes en palmen schuilen vrien delijke dorpjes, en het houtgewas plant zich voort tot aan de landzoomen die van zeewater doortrokken zijn; zelfs de steile door de branding in grillige vormen uitge hakte kusten zijn met vroolijke slingers om- wingerd, de groene zeewinde laat haar groote paarse, met rood doorstreepte bloemen over de golven zwieren, en op de scherpe punten der klippen prijken bundels van leliën. Dat de flora van dit eiland zoo rijk is, laat zich verklaren door de nabijheid van het vasteland, en de verscheidenheid der klimaatgordels aan de bergwanden. De stranden en valleien worden door de keer- kringswarmte beheerschtheuvels en ber gen daarentegen liggen in eene gematigde luchtstreek. De moessons wisselen elkaar regelmatig af's zomers waait de wind uit den Maleischen archipel; 's winters be weegt de luchtstroom zich uit de Japan- sche eilanden naar Formosa. En die wis selingen in den danpkring, te zamen met de invloe ien va i het water, werken niet slechts gunstig op het klimaat, maar ook op de vruchtbaarheid van den milden bo dem. Hier wassen diensvolger.s allerlei granen tarwe, maïs, gierst, rijstvervol gens suikerriet, kamfer, tabaks- en thee- planten, schoon timmerhout, enz. Wellicht zijn er op het eiland maar weinig plantensoorten die niet afkomstig zijn van het vasteland; enkele nochtans zijn er gevonden welke de kruidkundigen nergens anders hadden aangetroffen. De meeste gewassen komen overeen met die van zuidelijk Japan en de Chineesche provincie Fokienmaar munten hier uit door grootte en schoonheid van vorm. In geen enkele streek van China groeien zoo hooge en stevige bamboes: daar zijn er van 30 meter hoogte en 60 centimeter omtrek. De bo8sohen van het binnenland bestonden, voordat de begeerigheid der handelaars ze geveld had, meestal uit kamferboomen. Een der meest voorkomende strandgewas- sen is een boompje met naakten stam, van boven uitloopende in brecde bladeren; het heet „aralea papyrifera", en wordt ge bruikt tot vervaardiging van het zooge naamde rijstpapier. Voorts heeft men hier bijna alle Indische vruchtenoranjeappelen, ananassen, gra naatperen, papayas, kokosnoten enz. ver volgens ook vijgeboomen, wijngaarden, per ziken, abrikozen en kastanjes. Die over vloed, prijkende tusschen weelderige bloem struiken iet de edelste kleuren en geuren, maakt het schoone eiland zijn naam ten volle waardig. Het dierenrijk telt op Formosa vijf eu dertig soorten van zoogdieren, waarvan er veertien, en honderd acht en twintig landvogelen, waarvan er drie en veertig, uitsluitend aan dit eiland eigen zijn, en die noch op het vasteland, noch op de naburige eilanden gevonden worden. Uit deze eigenaardige fauna meent Kéclus te mogen afleiden dat Formosa in een overoud aardkundig tijdperk van het Aziatisch vasteland gescheiden is. De hoofdtypen uit het vasteland, als apen, insecten vreters, tijgers, wilde zwijnen, herten, antilopen, hazen, konijnen en verschillende herkau wende en knaagdieren zijn hier vertegen woordigd. Valentijn en P. de Mailla daarentegen beweren dat tijgers en andere roofdieren hier slechts zeldzaam en dan nog maar alleen in het oostelijk gedeelte voorkomen. Elanden en herten daarentegen in zoo groote menigte, dat er scheepsladingen her- fcvellen en clandshuiden naar Japan wor den uitgevoeid en verruild tegen pikols Geref. Kerken. Bedankt voor Waddingsveen door ds. C. B. Schoemakcrs te Oost- en West Souburg. Een belangrijk referaat hield dr. Wa genaar uit Arnhem dezer dagen in een diaconale conferentie te Apeldoorn. Hij wees er o. a. op dat er drieërlei behoeftigen zijn Verweesde ellendigen, sehuldigen en in hun loon verkorten. In een christelijke maatschappij behoorden al leen do eersten het voorwerp te zijn van diaconale zorg. Eer diakenen deze zorg bewezen, moesten zij beproeven de natuur lij ke verzorgers van deze ellendigen te la ten samenwerken. Eerst als bloedverwan ten, vroeger beweldadigden of vrienden, onwillig blijken, verzorge de diaconie. Luiaards en dronkaards behoorde de dia conie aan hun lot over te laten. Merkwaardig was stelling X„Als in hun loon verkorten beschouwe de diaconie alle weerbare mannen, jongelingen en maagden, die te weinig verdienen om zich of hun gezin met eere te onderhouden en door tijdelijke krankheden heen te worste len, of die, afgewerkt of door den arbeid verminkt, zonder voldoend pensioen ver legen gelaten worden." bpreker gispte hier zeer scherp de on christelijke toestanden onzer zoogenaamde christelijke maatschappij hij eischte, dat diakeuen voor deze tekortkomènden zouden optreden bij landheer, boer en baas, en eerst na ontvangen weigering zulke be- hoeftigen ondersteunen, mits onder afzon derlijke boekhouding en door afzonderlijke collecten. Blijkens de daarover gevoerde gedach ten wisseling vonden deze denkbeelden bj de hoorders veel instemming. Daarna trad dr. Kuyper op met een referaat. Volgens dezen spreker is de ar menzorg der diaconie niet alleen geroepen om bestaande armoede te lenigen, maar vooral om dreigende armoede te voorkomen, niet door betere levensvoorwaarden voor heel de maatschappij te scheppen, maar om de reddende hand te bieden aan be paalde personen en gezinnen, die den weg van het pauperisme dreigen op te gaan. De diakenen moeten meer werk maken van de „diagnose", ook voorschotten bieden, enz. Telegraaf. Benoemd tot onderwijzer aan de ('hr. school te Dinteloord de heer Krielaard thans werkzaam te Schoonrewoerd. De heer J. Hol trust, onderwijzer, vroeger te Zierikzee thans, te Katwijk aan Zee, heeft zijne benoeming tot hoofd der aldaar op te richten Chr. schoolaangenomen. Naar de bladen meldden, slaagde de vorige week aan de Amsterdamsche- Universiteit voor het eerste gedeelte aits- examen de heer W. A. Vogelaar van Dinteloord. Achterlijke kinderen. Wij lezen in de „Vrije School": Komen er scholen voor achterlijken, dan gedroogd vleeseh. Paarden, schapen en geiten zijn er zeldzaam evenals varkens, en dat nog wel in de nabijheid van China, waar de zwijnenfokkerij op zoo groote schaal pla ts heeft. Bij gebrek aan paarden en muildieren, bedienen de ruiters zich van ossen, die zoo worden afgericht dat zij een goed rijpaard niets toegeven. Wat nu de hier aanwezige zoogdieren betreft, die ko men overeen met soorten, welke minder in China, maar daarentegen meer in Hindo- stan, op den Maleischen archipel en in Japan gevonden worden. De rotsaap, onder anderen, heeft meer gelijkenis met apen die men in Hindostan en Birma dan met die welke men in zuidelijk China en Hainan aantreft. Het schoone hert, hier door Swin- lioe ontdekt, de vliegende eekhorens en de macroscelis-aap gelijken eenigszins op die der maleische eilanden. Dat alles geeft grond voor de gevolg trekking, dat deze dieren eertijds de ein delooze wouden bewoonden, welke zich moeten uitgestrekt hebben van de Ilimala- jeketen tot Borneo, de Philippijnen en Formosa, en na de afscheuring der eilanden zich hebben teruggetrokken in het zuiden en oosten van hun voormalig gebied, ter wijl de omwentelingen der natuur in het middengedeelte hen uit China deden ver dwijnen. De tegenstelling in het dierenrijk valt het meest in het oog bij de vogelen meer dan de helft der aan Formosa eigene soor ten hebben hunne natnurgenooten niet in het nabijgelegene vasteland, maar in de Himalajastreken, zuidelijk Indië, den ma leischen archipel of Japan. Onder de nieuwe soorten, door Swinhoe ontdekt, zijn die der kippenen duiven het opmerkelijkst; voorts vindt men er een allerprachtigsten fazant, eene menigte meezen, mnsschen en meer- len met witten kop. Papegaaien daaren tegen, die het midden en zuiden van China bewonen, vindt men hier niet. Terwijl de Aziatische goudmerel, bij vluchten van duizendtallen, meer dan de helft van het vasteland doorkruist, en 's zomers in de geheele uitgestrektheid tusschen Hindostan en de oevers der Amoer wordt aangetrof fen, verplaatst die van Formosa zich enkel van de bergen naar de vlakte en omgekeerd, volgens de wisseling van het seizoen. On der de visschen eindelijk heeft men in de rivier Tamsjoeï zaagvisschen, evenals in de baai van Trincomaly, van Guayaquil en San Duel de Norte. Centrum. zullen er Dit moge een feit elk gebied zij meer verrijzen zinnigen, voor blind zeelieden stichten banaal zij zigen heid". Ma te doene vragen wij derd af: den jare 1 menschen Hoe is he nastiek en lijf en lei! in weerwi valschinge velerlei b is blootge zier te d als zij mi mij hebbe Den lied Het Bui door u be| menschen eene kerk| AA Goes, bestuur van aardc-f houd. Aan Inh dhr. ld 50 cent b| HEINKl veldvrucht! Witkam bracht had Klavers, ingehoudel GOES. Huijsse all z:in woonl Weort, Gol f 312, M. deu laagstl OVIH/ll Vllsslr over Jan.J Vliselt But Beurd goud en zj Kapclf b\j Hansod Drlew not. Pilaal 7 perc. ro 3 perc. di| fJansvf uur bij vrouw MJ taris en T Mouthaaii Ovczai Koens vq kautho d 0,2458 lu Puttershq Hloell not. Mulo te Goes e| Blok en Tl tinge, Kif A. 20 cA) en Oostel Kloet( in Goes IVcni f voor M. Fl gerst, haf liapell Liebert e| Kapelle, Wilhelmil Vlls«i door not. huis en tot 5. hui| Kolvenierl en 124 ci W c nu not. Merel Klleu'f v. d. Klc Wei ff 23iJ H c ni t not. Mulo een huis,| 12 A. 8q 8clior Merens reedschaj van II. ItorsiJ Hol lm an mendourd Souln Tak de lil 33 ptrcel lersel beurs vol van J. voo. tuin, 2o 6085 huizen V| 29 cA 1530 cA.I weiland li 5750 cA.f h ruli Jan Blold van 2-(

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1895 | | pagina 2