FEUILLETON.
FORMOSA.
KERKNIEUWS.
SCHOOLNIEUWS.
AFL(
Vlissingen. In eene heden namid
dag onder voorzitterschap van den heer
Tntein Nolthenius, burgemeester, gehouden
zitting van den gemeenteraad, werd na
lezing en goedkeuring der notulen van de
vorige zitting mededeeling en overlegging
gedaan van de ingekomen stukken, waarna
wordt overgegaan tot de benoeming van
leden der commissie van bijstand voor het
beheer van de oudheidskamer, waartoe
worden benoemd de heeren A. A. E. Gewin
en C. A. Kalbfleiscn.
Vervolgens wordt tot gemeente-archiva
ris benoemd de heer C. P. I. Dommisse.
Op het daartoe strekkende verzoek wordt
aan Mej. M. C. Schuurkamp eervol ontslag
verleend als kweekelinge in de nuttige
handwerken aan school B. Wordt beslo
ten tot den o.iderhandschen verkoop aan
den heer W. L. Huson 15,50 maal 5 31.
gemeente grond, gelegen op het „Eiland"
a f 3 den MJ, alzoo tot een bedrag van
f232,50 met bijbetaling van f35,50 voor
trottoirkosten en van 15,50 maal G Meter
gemeentegrond, mede aldaar gelegen, a f 6
de M2, alzoo tot een bedrag van f 558,
met bijbetaling van f 54 voor trottoir-
koeten
idem aan de heeren F. N. de Rooy en
P. van der Hof alhier van 17,50 maal 80
Meter gemeentegrond, gelegen tusschen de
Glacis-en Clijverstraat a, f4,50 de M',
alzoo tot een bedrag van f G328.80, met
bijbetaling van f 720 voor trottoirkosten.
Wordt besloten tot het goedkeuren en
vaststellen van verordeningen, de Oud
heidskamer betreffende
idem tot verkoop van een nominaal be
drag van f 6250 kapitaal, ingeschreven op-
het grootboek der 3l/s pCt. Nat. Schuld
voor den bouw van twee schoollokalen
op den linkervleugel van school B
idem tot het beschikken over den post
voor onvoorziene uitgaven der begrooting
voor 1895 tot een bedrag van f165,11;
idem tot het af- en overschrijven van
een post op de gemeentebegrooting voor
1894 tot een bedrag van f 15.995
idem tot vaststelling der rekening van
de Bank van Leening voor 1894 tot een
bedrag van f 23456,14s in ontvang en
uitgaaf
wijders wordt vergunning verleend tot
het uithangen van zonneschermen en re
clameborden aan de heeren A. J. Corveleijn,
Huson en Guillaume en P. Mos voor
hunne respectievelijke perceelen;
idem tot het aanleggen van een spoor
lijntje over den Koningsweg van en naar
hunne electro-tinfabri«k aan de heeren
Hermans c. s., eigenaren dier fabriek.
Op het adres van den heer A. H. Po
lak, houdende verzoek om in huur te
mogen hebben een stukje grond op de
Ballastkade wordt afwijzend beschikt.
Woidt besloten de gewijzigde begroo
ting van het Burger-woeshuis tot een be
drag in ontvang en uitgaaf van f 6049.29s
goed te keuren en ten slotte tot het toe
kennen eener belooning van f 50 aan mej.
M. C. Schuurkamp, als tijdelijk onderwij
zeres aan school D.
Wellicht zullen onze lezers het niet
onbelangrijk vinden 't een en ander te ver
nemen omtrent Formosa, het groote eiland,
dat China in denjongsten oorlog aan Japan
verloor en waar thans de republiek is uit
geroepen, zoodat de Japanners hun gezag
gewapenderhand moeten vestigen.
Ziehier:
Het eiland, door de oude aardrijkskun
digen Groot Lioetsjeoe, door de Cbineezen
Taiwan, door de inlanders Pekan genaamd,
heeft aan zijn schilderachtige oostkust, die
de Europeesche zeevaarders op hunne eerste
verkenningstochten in verrukking bracht,
den naam Hormosa of Formosa, dat is
De Schoon e, te danken.
De zeestraat van Fokien, die op het
nauwste gedeelte 150 kilom. breed is, scheidt
het van China. Het heeft een uitgestrekt
heid van bijna 705 vk. geogr. mijlen, en
overtreft dus ons vaderland merkelijk in
grootte. Het heeft een langwerpig eironden
vorm en is een bergland met zeer regel
matige glooiingen. Yan het eene eind tot
het andere is het over de geheele lengte
dus bijna 400 kilometer, in tweeën ge
scheiden deor een bergketen, welker ooster
glooiing tweemaal steiler is dan die welke
westwaarts naar de zijde van China af-
helt. Ter weerszijden kan men van de knst
zeer goed de tanden der eindelooze lint
zaag, door den keten van Tasjan of Het
Groote Gebergte gevormd, onder
scheiden. In het zuiden halen de toppen
geene grootere hoogte dan 24 meter, maar
in het midden des eilands rijst de Moris-
son 3352, en in het noorden de Sylvia en
meer andere kruinen 3600 meter omhoog.
De grondstof der Tasjanketen bestaat groo-
tendeels uit koolzuren kalksteen, doch er
zijn ook vnlkaanrotsen bij, en hier en daar
spleten, waaruit dampen opstijgen, die een
zwavelneerslag op het steen achterlaten.
Aardbevingen zijn hier vrij menigvul
dig, en vele verschijnselen wijzen duidelijk
aan, dat de knst orahooggewrongen is door
onderaar Ische beroeringen. AardsehudJiu-
gen kunnen hier soms weken achtereen
aanhouden. Dan beeft en schudt alles, ja
daar zijn er voorgekomen, zoo zwaar en
ongemeen fel, dat dalen, bergen en huizen
zich evenals een schip op de golven be
wogen, en men menigmaal niet anders da"ht
Of het geheele eiland zou verzinken. In
In Overschie woont een nog be
trekkelijk jonge vrouw, zekere Neeltje
Huisman, die, naar men meldt, in haar
woning leeft gelijk een dier. Gisterenmid
dag, terwijl het vrouwmensch even afwezig
was, is op last van den burgemeester, haar
woning geopend en gereinigd! Daar
lag op den vloer een heele hoop asch,
menschelijke uitwerpselen, vuilnis, eierdop-
pen, enz. Van gemeentewege werd de
woning „uitgemest". Dit geschie It nu reeds
voor de tweede maal.
Te Bokstel was een vader met
zijn 18jarigen zoon langs het smalle
water aan het hooien. De zoon was bezig mot
maaien, terwijl de vader het hooi aan den
waterkant bijeenbracht. Op eens hoort de
zoon hulpgeroep en ziet zijn vader dooi
den snellen stroom medegevoerd worden.
Aan redden viel niet meer te denken, zoo
dat de zoon zijn ruim 60-jarigen vader voor
zijn oogen moest zien verdrinken.
Tengevolge van de vermissing van
een groote hoeveelheid steenkolen aan het
station Msppel, zijn van wege de Maat
schappij tot Exploitatie van Staatsspoor
wegen aan verschillende stations opmetingen
van aanwezige steenkolen gedaan.
Naar de Mepp. Crt. meldt moet men
daarbij tot het verrassende resultaat geko
men zijn, dat aan het station Zwolle onge
veer 170 waggons en aan dat te Gronin
gen 200 waggons steenkolen minder waron
dan er moesten zijn.
Te Rozendaal is overleden de
heer J. A. Laane oprichter der eerste beet-
wortelsnikerfabrieken, die der Jirma De
Kam Co. te Kjzeudaai en die der firma
Laane, Kogier, Daverveldt te Bergen-op
Zoom; als degelijk handelsman was hij
algemeen geacht.
De gemeenteraad van Zwolle heeft
een voorstel van den heer Jordens om het
rooken in de raadsvergaderingen af te
schaffen, met 9 tegen 8 stommen verwor
pen.
De geldbuidel door een geit gered!
Terwijl eenige dieven in den nacht zich
toegang hadden weten te verschaffen tot
de woning eene weduwe te Drunen, door
dat zij door een raampje den grendel der
achterde hadden verschoven, kwamen
zij in den stal, waar de geit hen verbaasd
aanstaarde. Ombaar te doen zwijgen, werd
haar een handvol gras voorgeworpen, wat
het dier blijkbaar zeer lief vond, want
zij gaf haar vreugde daarover te kennen
door een langgerekt „raè, mè!" De be
woners, door het op dit uur ongewoon ge
schreeuw gewekt, hadden de voldoening
de dieven onverrichterzake te zien afdein
zen, zonder dat het hun gelukken mocht
de schelmen te herkennen.
Over de Niagara zal een hangende
tram aangebracht worden. Het plan bestaat
namelijk om aan beide zijden van den
waterval stalen torens op te richten van
zes meter hoogte en tusschen deze kabels
te spannen, langs welke wagens voortbe
wogen kunnen worden, die twintig per
sonen bevatten.
1782 werd Formosa zóo door een kring-
storm en ontzettenden watervloed geteis
terd, die de meeste schepen stuksloeg, den
oogst en alle gebouwen van de strandvlak
ten wegspoelde, dat men in China langen
tijd niet beter wist of het eiland was in
de golven verdwenen.
Ten tijde dat de stad Taiwan, aan de
zuidwestelijke kust van het eiland, den
Nederlanders toebehoorde, werden de twee
voornaamste forten der stad gescheiden door
eene bevaarbare zeestraat, waarop zelts
vloten zich vrij bewegen konden. Thans
vindt men eene met kanalen en wegen
doorsneden vlakte, waar de golven alleen
nog maar bij hoog getij overheen slaan,
terwijl de schepen tegenwoordig in volle
zee moeten ankeren, drie mijlen van de
voormalige haven, welker gemis maar voor
een klein gedeelte vergoed wordt door de
later gevormde baar van Tadooe. De om
wentelingen in den bodem houden sinds
eeuwen aan en de geheele westkust lijst
langzaam, msar duidelijk merkbaar, uit de
zee omhoog.
Het bergstelsel is overrijk aan afwisseling'
en bevat goud, zilver en zwavelin het
midden zijn er links en rechts talrijke
uitloopers, allen verschillend van hoogte
en vorm. Over geheel de keten wisselen
pieken, naalden, geknotte kegels en bol
vormige toppen elkander af. Hier en daar
glinsteren witte rotsen, soms bij lagen op
eengestapeld, soms alleen.
Nog voordat de Chiueezen zich op het
eiland hadden gevestigd, wisten zij, zoo
verhaalt pater de Mailia, dat er goudmij
nen bestonden. Nauwelijks hadden zij het
gewapenderhand tot onderwerping gebracht
of zij gingen allerwegen aan het zoeken.
Aan de westkust echter, waar zij meester
waren, niets vindende, namen zij het be
sluit hunne verkenningen voort te zetten
aan de oostkust, waar de bergen volgens
ingewonnen bericht, goud bevatten. Daar
zij echter hun leven in het onbekende ge
bergte niet in gevaar wilden stellen, lieten
zij eene boot optuigen om van de zeezijde
de goudkust binnen te komen. De inlan
ders ontvingen hen met de gewone goed
hartigheid in hunne woningen, voorzagen
hen van levensmiddelc n en hielpen hen
zooveel zij konnen. De Chineezen bleven
er ongeveer acht dagen doch alle pogin
gen om de mijnen te vinden bleven vruch
teloos, en het eenige wat zij aan goud
vonden waren eenige staven, welke de in
landers in hunne hutten bewaarden, zonder
er veel prijs op te stellen,
Te Chicago met 1.500,000 in
woners wenen bijna 400,000 Duitschers
tegenover slechts 300,000 geboren Ame'i-
kauen. De andere rassen zijn door de
volgende aantallen vertegenwoordigd: Ieren
215,000, Czechen 55,000, Polen 50,000,
Zweden 45,000, Noren 45,000, Engelscheu
35,000, Franschen 13,000.
In de afgelegenste o irden der Vercenigde
Staten treft men Duitschers aan. Dit onder
nemende volk is er dadelijk bj wanneer
ergens een nieuwe plaats wordt gebouwd.
De Duitsehe taal hoort men tot in de
kleinste plaatsjes van de westelijke zoowel
als de oostelijke staten spreken. Dienten
gevolge dringt de Duitsehe taal, de Duitsehe
letterkunde en het Duitsehe hooger onder
wijs meer en meer door. Op de begrooting
voor onderwijs van den staat Illinois wordt
op een totaal van dertig millioen dollars
bijna 1.000.000 dollars gevraagd enkel voor
salarissen van Duitsehe hoogleeraren en
voor den aankoop van Duitsehe boeken.
Den Noorschen visscher Brakence is
een zonderling avontuur gebeurd. Hij was
met een kn ap in een zeilboot op zee, toen
hij door een storm op Spitsbergen werd
geworpen. Hij wachtte kalm den tijd af,
dat het weer hem gunstig zou zijn, doch
liet ijs maakte zijn vertrek onmogelijk.
Gelukkig herinnerde de man zich dat
de ontdekkingsreiziger Nordenskjöld een hut
had gebouwd, dicht bij de baai, waar hij
geland was. Daar vond hij werktuigen
en een weinig kruit. Zijn voedsel bestond
nu uit het vleeseh van runderen, die hij
met geweerschoten doodde; de huiden dien
den tot dekking der hut. Toen de dooi
inviel, was de boot niet meer zeewaardig,
doch de visscher wist haar zoover op te
kalafateren, dat hij naar Vardo kon over
steken, vanwaar hij telegrafeerde aan zijn
vrouw, die hem reeds dood waande.
Vogels met meer dan één nest. 't Is
een eigenschap van 't winterkoninkje
(paardenwachtertje) dat het verscheidene
nesten begint te maken, dikwijls vier of
zes, zelfs wel zeven, eer het eene plaats,
wat veiligheid en beschutting betreft, naar
zijn zin gevonden heeft. Sommige zoölo
gische autoriteiten meenen, dat het zooveel
nesten maakt voor zijne latere broedsels;
maar de waarschijnlijker reden van die
kieskeurigheid is, dat het winterkoninkje
in het nest bljft, nadat de jongen zijn
uitgevlogen, in welk opzicht het van andere
vogels verschilt. Het nest van het winter
koninkje is als 't ware een gebouw met
een koepel. Als de vogel een geschikt gat
in een hellen boom vindt of den over
hangenden dakrand van een veilaten ge
bouw, waar een natunrljke bedekking is,
maakt hij zijn koepel van een zeer licht
samenstel. De koepel ontbreekt echter
nooit en is van niet-geleidend materiaal,
zoodat de vogel en zijne jongen van elec-
tri8che invloeden geïsoleerd zijn.
De oestervanger een vogel, die op
de stranden van Engeland en Schotland
veelvuldig wordt aangetroffen maakt ook
meer dan één nest tegelij k. Deze vogel
is ongeveer 16 duim lang en om zijn zwart
en wit geschakeerd gevederte wordt hij
gewoonlijk de zee-ekster genoemd. Hij heeft
een langen, rechten snavel, bizonder ge
schikt om zijne prooi te vangen, die in
schelpdieren, schaaldieren en kleine visschen
bestaat, welke hij bij eb op de zeekust vindt.
Door een ontploffing geraakte eergis
teren de mijn Segengottes der Opper-Sile-
zische mijnwerkers nabij B. eslau in brand.
Ongeveer vijfhouderd werklieden bevon
den zich in de mijn, en tot heden zijn slechts
veertig hunner weer naar boven gekomen.
Hoe groot het aantal slachtoffers dezer
mijnramp is, kan nog niet worden gecon
stateerd.
Eergistermorgen werden de bewoners
van Laibach wederom verschrikt door
een aardschok en een daaropvolgende gol
vende beweging van den bodem, welke 4
seconden aanhield. Er heer-chte een alge-
meene paniek. De bevolking verliet de
huizen en de werklieden staakten het werk,
terwijl de scholen werden ontruimd. Ver
scheidene gebouwen werden min of meer
beschadigd. Te Triëst werd gistermorgen
omstreeks drie uur een zwakke aardbeving
waargenomen, evenals te Gradisca, waar
de schok iets heviger was en een seconde
duurde.
Zeer treurig luiden de berichten uit
Obersdorff, de badplaats in het Hongaarsche
eomitaat Oedenburg, die dezer dagen door
een hevige overstrooming werd geteisterd.
Tengevolge van hevige regens, die eeni
ge dagen aanhielden, waren de beken op
de naburige bergen zoo gezwollen, dat zij
buiten de oevers traden. Een ontzaglijke
watermassa stortte toen plotseling van de
hoogte in het dal neder en overstroomde
het geheele dorp, zonder dat de inwoners
en badgasten zich konden redden. Het aan
tal der personen, die bij deze ramp het
leven verloren, is nog niet bekend.
In Chitral hebben de Engelschen weer
een échec geleden. Te Londen is bericht
ontvangen, dat een der Engelsche forten
in dat land door de inboorlingen is over
vallen. Een officier, luitenant Home, en
,,11 soldaten sneuvelden.
Verscheidene provinciën van het
Turksche rijk worden in den laatsten tijd
geteisterd door enorme zwermen sprink
hanen, waarmede de grond op sommige
plaatsen een decimeter hoog wordt bedekt.
De Fransche Kamer had tot nog toe
het monopolie der blouses. In deze Kamer
alleen zetelt een afgevaardigde, de heer
Thivrier, die steeds zijn blouse blijft dra
gen. Thans telt ook het Italiaanschc par
lement een man met een blouse, n. 1. de
afgevaardigde Zavattari, van Milaan, van
beroep kruier. Bij notarieele acte heeft
de vereeniging van kruiers besloten dat zij
in het onderhoud van Zavattari's huisge
zin zullen voorzien, zoolang deze zijn man
daat vervult.
Ned. Herv. Kerk.
Beroepen te Vlissingen ds. Chr. Hunnin-
gher te Haarloo.
Het zien van goud werkt op Chineezen
vooral zeor verleidelijk. Daar zij nu zeer
ontevreden waren over het mislukken van
hun verkenningstocht, en vurig verlangden
het goud der inlanders in bezit te krijgen,
bedachten zij eene barbaarsche list. Zij
maakten hun vaartuig zeilree, en de goede
inlanders verschaften alweler het noodige
levensonderhoud voor den terugtocht. De
Chineezen noodigden nu hunne gastheeren
tot een maaltijd, ten einde, naar zij voor
wendden, een blijk van erkentelijklieid te
geven. Zij lieten die arme menschen zoo
veel drinken dat zij geheel beneveld en
door slaap overmand werdentoen door
staken zij hen, roofden het goud, en zet
ten alle zeilen bi) om te vluchten.
Deze wandaad, ofschoon door deChineesche
overheid niet gestraft, bleef toch niet ge
heel ongewroken maar het waren onschul-
digen die in plaats der misdadigers moesten
boeten. Immers, zoodra het schandelijk mis
drijf in het oostelijk gedeelte van Formosa
ruchtbaar geworden was, deden de inlan
ders een gewapenden inval in het noorden
dat aan de Chineezen behoorde, richtten er
onder al wie hun in handen viel een bloed
bad aan, en staken de huizen in brand.
Van dien tijd af staan beide partijen met
elkaar op voet van oorlog.
Tusschen die glinsterende rotsen dan,
waarvan gesproken is, prijken dalen met
slaghout en bosschen en er klateren wa
tervallen in de diepte van zwarte ravijnen.
Tusschen bamboes en palmen schuilen vrien
delijke dorpjes, en het houtgewas plant
zich voort tot aan de landzoomen die van
zeewater doortrokken zijn; zelfs de steile
door de branding in grillige vormen uitge
hakte kusten zijn met vroolijke slingers om-
wingerd, de groene zeewinde laat haar
groote paarse, met rood doorstreepte bloemen
over de golven zwieren, en op de scherpe
punten der klippen prijken bundels van leliën.
Dat de flora van dit eiland zoo rijk is,
laat zich verklaren door de nabijheid
van het vasteland, en de verscheidenheid
der klimaatgordels aan de bergwanden. De
stranden en valleien worden door de keer-
kringswarmte beheerschtheuvels en ber
gen daarentegen liggen in eene gematigde
luchtstreek. De moessons wisselen elkaar
regelmatig af's zomers waait de wind
uit den Maleischen archipel; 's winters be
weegt de luchtstroom zich uit de Japan-
sche eilanden naar Formosa. En die wis
selingen in den danpkring, te zamen met
de invloe ien va i het water, werken niet
slechts gunstig op het klimaat, maar ook
op de vruchtbaarheid van den milden bo
dem. Hier wassen diensvolger.s allerlei
granen tarwe, maïs, gierst, rijstvervol
gens suikerriet, kamfer, tabaks- en thee-
planten, schoon timmerhout, enz.
Wellicht zijn er op het eiland maar
weinig plantensoorten die niet afkomstig
zijn van het vasteland; enkele nochtans
zijn er gevonden welke de kruidkundigen
nergens anders hadden aangetroffen. De
meeste gewassen komen overeen met die
van zuidelijk Japan en de Chineesche
provincie Fokienmaar munten hier uit
door grootte en schoonheid van vorm. In
geen enkele streek van China groeien zoo
hooge en stevige bamboes: daar zijn er van
30 meter hoogte en 60 centimeter omtrek.
De bo8sohen van het binnenland bestonden,
voordat de begeerigheid der handelaars ze
geveld had, meestal uit kamferboomen.
Een der meest voorkomende strandgewas-
sen is een boompje met naakten stam, van
boven uitloopende in brecde bladeren; het
heet „aralea papyrifera", en wordt ge
bruikt tot vervaardiging van het zooge
naamde rijstpapier.
Voorts heeft men hier bijna alle Indische
vruchtenoranjeappelen, ananassen, gra
naatperen, papayas, kokosnoten enz. ver
volgens ook vijgeboomen, wijngaarden, per
ziken, abrikozen en kastanjes. Die over
vloed, prijkende tusschen weelderige bloem
struiken iet de edelste kleuren en geuren,
maakt het schoone eiland zijn naam ten
volle waardig.
Het dierenrijk telt op Formosa vijf eu
dertig soorten van zoogdieren, waarvan
er veertien, en honderd acht en twintig
landvogelen, waarvan er drie en veertig,
uitsluitend aan dit eiland eigen zijn, en
die noch op het vasteland, noch op de
naburige eilanden gevonden worden. Uit
deze eigenaardige fauna meent Kéclus te
mogen afleiden dat Formosa in een overoud
aardkundig tijdperk van het Aziatisch
vasteland gescheiden is. De hoofdtypen
uit het vasteland, als apen, insecten vreters,
tijgers, wilde zwijnen, herten, antilopen,
hazen, konijnen en verschillende herkau
wende en knaagdieren zijn hier vertegen
woordigd. Valentijn en P. de Mailla
daarentegen beweren dat tijgers en andere
roofdieren hier slechts zeldzaam en dan
nog maar alleen in het oostelijk gedeelte
voorkomen.
Elanden en herten daarentegen in zoo
groote menigte, dat er scheepsladingen her-
fcvellen en clandshuiden naar Japan wor
den uitgevoeid en verruild tegen pikols
Geref. Kerken.
Bedankt voor Waddingsveen door ds. C.
B. Schoemakcrs te Oost- en West Souburg.
Een belangrijk referaat hield dr. Wa
genaar uit Arnhem dezer dagen in een
diaconale conferentie te Apeldoorn.
Hij wees er o. a. op dat er drieërlei
behoeftigen zijn Verweesde ellendigen,
sehuldigen en in hun loon verkorten. In
een christelijke maatschappij behoorden al
leen do eersten het voorwerp te zijn van
diaconale zorg. Eer diakenen deze zorg
bewezen, moesten zij beproeven de natuur
lij ke verzorgers van deze ellendigen te la
ten samenwerken. Eerst als bloedverwan
ten, vroeger beweldadigden of vrienden,
onwillig blijken, verzorge de diaconie.
Luiaards en dronkaards behoorde de dia
conie aan hun lot over te laten.
Merkwaardig was stelling X„Als in
hun loon verkorten beschouwe de diaconie
alle weerbare mannen, jongelingen en
maagden, die te weinig verdienen om zich
of hun gezin met eere te onderhouden en
door tijdelijke krankheden heen te worste
len, of die, afgewerkt of door den arbeid
verminkt, zonder voldoend pensioen ver
legen gelaten worden."
bpreker gispte hier zeer scherp de on
christelijke toestanden onzer zoogenaamde
christelijke maatschappij hij eischte, dat
diakeuen voor deze tekortkomènden zouden
optreden bij landheer, boer en baas, en
eerst na ontvangen weigering zulke be-
hoeftigen ondersteunen, mits onder afzon
derlijke boekhouding en door afzonderlijke
collecten.
Blijkens de daarover gevoerde gedach
ten wisseling vonden deze denkbeelden bj
de hoorders veel instemming.
Daarna trad dr. Kuyper op met een
referaat. Volgens dezen spreker is de ar
menzorg der diaconie niet alleen geroepen
om bestaande armoede te lenigen, maar
vooral om dreigende armoede te voorkomen,
niet door betere levensvoorwaarden voor
heel de maatschappij te scheppen, maar
om de reddende hand te bieden aan be
paalde personen en gezinnen, die den weg
van het pauperisme dreigen op te gaan.
De diakenen moeten meer werk maken van
de „diagnose", ook voorschotten bieden, enz.
Telegraaf.
Benoemd tot onderwijzer aan de ('hr.
school te Dinteloord de heer Krielaard thans
werkzaam te Schoonrewoerd.
De heer J. Hol trust, onderwijzer,
vroeger te Zierikzee thans, te Katwijk aan
Zee, heeft zijne benoeming tot hoofd der
aldaar op te richten Chr. schoolaangenomen.
Naar de bladen meldden, slaagde
de vorige week aan de Amsterdamsche-
Universiteit voor het eerste gedeelte aits-
examen de heer W. A. Vogelaar van
Dinteloord.
Achterlijke kinderen.
Wij lezen in de „Vrije School":
Komen er scholen voor achterlijken, dan
gedroogd vleeseh. Paarden, schapen en
geiten zijn er zeldzaam evenals varkens,
en dat nog wel in de nabijheid van China,
waar de zwijnenfokkerij op zoo groote schaal
pla ts heeft. Bij gebrek aan paarden en
muildieren, bedienen de ruiters zich van
ossen, die zoo worden afgericht dat zij een
goed rijpaard niets toegeven. Wat nu de
hier aanwezige zoogdieren betreft, die ko
men overeen met soorten, welke minder in
China, maar daarentegen meer in Hindo-
stan, op den Maleischen archipel en in
Japan gevonden worden. De rotsaap, onder
anderen, heeft meer gelijkenis met apen
die men in Hindostan en Birma dan met
die welke men in zuidelijk China en Hainan
aantreft. Het schoone hert, hier door Swin-
lioe ontdekt, de vliegende eekhorens en
de macroscelis-aap gelijken eenigszins op
die der maleische eilanden.
Dat alles geeft grond voor de gevolg
trekking, dat deze dieren eertijds de ein
delooze wouden bewoonden, welke zich
moeten uitgestrekt hebben van de Ilimala-
jeketen tot Borneo, de Philippijnen en
Formosa, en na de afscheuring der eilanden
zich hebben teruggetrokken in het zuiden
en oosten van hun voormalig gebied, ter
wijl de omwentelingen der natuur in het
middengedeelte hen uit China deden ver
dwijnen.
De tegenstelling in het dierenrijk valt
het meest in het oog bij de vogelen meer
dan de helft der aan Formosa eigene soor
ten hebben hunne natnurgenooten niet in
het nabijgelegene vasteland, maar in de
Himalajastreken, zuidelijk Indië, den ma
leischen archipel of Japan. Onder de nieuwe
soorten, door Swinhoe ontdekt, zijn die der
kippenen duiven het opmerkelijkst; voorts
vindt men er een allerprachtigsten fazant,
eene menigte meezen, mnsschen en meer-
len met witten kop. Papegaaien daaren
tegen, die het midden en zuiden van China
bewonen, vindt men hier niet. Terwijl de
Aziatische goudmerel, bij vluchten van
duizendtallen, meer dan de helft van het
vasteland doorkruist, en 's zomers in de
geheele uitgestrektheid tusschen Hindostan
en de oevers der Amoer wordt aangetrof
fen, verplaatst die van Formosa zich enkel
van de bergen naar de vlakte en omgekeerd,
volgens de wisseling van het seizoen. On
der de visschen eindelijk heeft men in de
rivier Tamsjoeï zaagvisschen, evenals in
de baai van Trincomaly, van Guayaquil en
San Duel de Norte.
Centrum.
zullen er
Dit moge
een feit
elk gebied
zij meer
verrijzen
zinnigen,
voor blind
zeelieden
stichten
banaal zij
zigen
heid". Ma
te doene
vragen wij
derd af:
den jare 1
menschen
Hoe is he
nastiek en
lijf en lei!
in weerwi
valschinge
velerlei b
is blootge
zier te d
als zij mi
mij hebbe
Den lied
Het Bui
door u be|
menschen
eene kerk|
AA
Goes,
bestuur
van aardc-f
houd. Aan
Inh dhr. ld
50 cent b|
HEINKl
veldvrucht!
Witkam
bracht had
Klavers,
ingehoudel
GOES.
Huijsse all
z:in woonl
Weort, Gol
f 312, M.
deu laagstl
OVIH/ll
Vllsslr
over Jan.J
Vliselt
But Beurd
goud en zj
Kapclf
b\j Hansod
Drlew
not. Pilaal
7 perc. ro
3 perc. di|
fJansvf
uur bij
vrouw MJ
taris en T
Mouthaaii
Ovczai
Koens vq
kautho d
0,2458 lu
Puttershq
Hloell
not. Mulo
te Goes e|
Blok en Tl
tinge, Kif
A. 20 cA)
en Oostel
Kloet(
in Goes
IVcni f
voor M. Fl
gerst, haf
liapell
Liebert e|
Kapelle,
Wilhelmil
Vlls«i
door not.
huis en
tot 5. hui|
Kolvenierl
en 124 ci
W c nu
not. Merel
Klleu'f
v. d. Klc
Wei ff 23iJ
H c ni t
not. Mulo
een huis,|
12 A. 8q
8clior
Merens
reedschaj
van II.
ItorsiJ
Hol lm an
mendourd
Souln
Tak de lil
33 ptrcel
lersel
beurs vol
van J.
voo. tuin,
2o 6085
huizen V|
29 cA
1530 cA.I
weiland li
5750 cA.f
h ruli
Jan Blold
van 2-(