1 1 i Kerknieuws. School nieuw s. Gemengde Berichten. OverJ krijgsmacht zijn. Werd deze macht ver nietigd, dan konden wij ook niets meer doen Ned. Herv. Kerk, Beroepen te Ovezande en Driewegen ds. L. Ingelse te Wilhelminadorp te Stave- nisse dr. C. J. Montijn te Chaam. Mejuffrouw S. A. Visser Pd. te Koude- kerke is benoemd tot onderwijzeres aan de bijzondere School te Heemstede en hoopt 1 Mei a. in functiete treden. Na afgelegd examen zijn 6 van de 7 candidaten toegelaten tot de chr. normaal lessen te Middelburg, directeur de heer Breebaart. Het zijn de vroawelijke candi- daat L. Baart, en de mannelijke A. de Kam, W. de liegt en C. N. Nobels, allen uit Vlissingen en 2 candidaten uit Middelburg. Geslaagd te Breda voor de acte nuttige handwerken de dames A. J. Eerdmans en J. Muller te IersekeF. G. Geertsema Beckeringh te Colijnsplaat, J. J. Pleune te 'sHeer Arendskerke, D. J. Beenen te Zijpe, J. de Groot en L. v. d. Weele te Scherpenisse en T. van As. te Oud-vosmeer, A. P. Loois en G. W. Bot te Vlissingen. Goes. A.s. Zaterdag 16 Maart hoopt dhr N. Hendrikse alhier zijn 25-jarige dienst vervulling als besteller ten postkantore in deze gemeente, te herdenken. Hij is in een tijdperk van minstens zestig jaren de eerste wien dit zeldzame voorrecht te beurt valt. Reeds in October '68 deed Hendrikse dienst als postbode op 's Graven polder en Hoedekenskerke in aansluiting op de Ter Neuzensche boot. Daarbij was hem de besteldienst te Hoedekenskerke opge dragen, welke dienst opgeheven werd door de benoeming van een brievengaarder, dbn heer Stoel, thans te Heinkenszand. Als postbode was Hendrikse in functie tot 1 Maart 1870, en 16 Maart 1870 ontving hij zijne definitieve aanstelling als bestel ler, onder directmir Meijlink. Toen ter tijde waren er twee bestellers, thans zijn er zes, en toch zijn de werkzaamheden xoor elk meerder en zwaarder dan toen Hendrikse zijn loopbaan bij de posterijen begon. Het Goesohe publiek heeft te veel plezier van de Goesche bestellers en in zonderheid van dezen ijverigen, bescheiden beambte, dan dat het van zijn aanstaande jubilé niet met belangstelling zal willen kennis nemen. En met dit doel hebben wij 't dan ook in de krant gezet. Goes. „De ontwikkeling der Chr. Jongelingschap" was het onderwerp eener toespraak met welke jl. vrijdagavond in het kerkgebouw der gereformeerde gemeente, na mens de Gereformeerde Jongelingsvereen. Openb. 3:116, de heer ds. I. Contant van Biezelinge voor een veertigtal toehoorders optrad. De geachte redenaar behandelde achter eenvolgens den grond waarop, den maatstaf waarnaar en het doel waartoe de Christeljj ke Jongelingschap moet woaden ontwikkeld. Hij gaf eerst eene definitie van „ontwikke ling" en gebruikte daarbij het beeld van den bloembol, waarin alle deelen der bloem besloten liggen, totdat eindelijk de kelk te voorschijn treedt en de overige deelen waaruit de bloem bestaat zich ontwikkelen. Ook de Chr. Jongelingschap is iets wat niet wordt gezien en toch aan 't licht moet tre den. In haar is aanwezig iets waarachtig menschelijks, iets uit God, iets ongeziens dat tot ontwikkeling moet geleid. De Chris telijke Jongelingschap staat tot Christus niet in betrekking als gedoopte heidenen. Spr. werpt deze onbestaanbare benaming verre van zich al is 't waar dat velen slechts in de bevolkingsregisters als christenen be kend staan, heidenen zijn zij niet. Zij zijn met ons en onze vaderen uit het heidendom uitgetrokken; en nu zijn de kinderen der gemeente naar de Heilige Schrift wedergeborenen. Wedergeborenen niet uit water en geest, noch door Christus' opsianding, noch door den doop, maar door het woord der waarheid, gelijk de Schrift zegt. Of zij nu wedergeboren zijn naar een der andere opvattingen of naar de meening der ouderen, niemand heeft het recht dit te vragen, wel en alleen op welk stand punt wij de Jongelingschap te plaatsen hebben. Die ontwikkeling geschiedt alleen naar den maatstaf van Gods Woerd. Geen en kele menschelijke methode deugt. Alleen dn Goddelijke is echt en slaagt. Daarbij moeten bij belsche personen als ideaal wor den voorgesteld en dan die personen liefst in hunne jeugd Jozef, Mozes, David, Jo nathan, Daniël, Johannes de Dooper, Jo hannes, Paulus, Timotheus, Apollos, en uit onze eigen geschiedenis De Ruijter. Het is onmogelijk copie te zijn van deze heldendech wat in de grooten zit moet ook ook in de kleintjes aanwezig zijn. De Chr. Jongelingschap moet geplant worden op het terrein der gemeente Gods, en zich ontwikkelen overeenkomstig het in haar aanwezige leven. Zij zal niet ontwikkelen in den moe- rassigen bodem buiten het terrein der ge meente. Zij heeft daar slechts een schijn- ontwikkeling, een vertoon van blad en bloem, doch zonder vrucht en gedoemd tot sterven. Dit schijnt kerkistisch, doch 't is sprekers ervaring. Verder heeft zij noodig goede lucht en goede spijze, de reine lucht van Gods Woord en Geest en de zachte spijze, naar den regel dat aan de moederborst het wicht het best ontwikkelt. Voorts geen behandeling uit de hoogte, doch ook geen stellen op de hoogte. Spr. verfoeit het exegetisme en isagogisine van chr. jonge lingen die zich plaatsen boven in plaats van onder Gods Woord. In één woord de christelijke jongeling schap moet worden opgevoed. Opgevoed tot het groote doel: de eere Gods en het behoud der gemeente. Onze Chr. jongeling schap zijn onze toekomstige opzieners, gelijk wij eens waren de hoop van het voorge slacht. Maar ook de volmaking van Gods Koninkrijk is het doel want er is ook eene gemeente van Jezus Christus aan de overzijde van het graf. Spreker wekte de gemeente op tot veel gebed voor de Chr. Jongeling schap. Na dankzegging en het zingen van psalm 256 ging de gemeente wel voldaan en gesticht huiswaarts. Doch wij kunnen niet nalaten onzen spijt te kennen te geven, dat zoo weinigen toonden belang te stellen in dit woord van dezen zoo hoogst bekwamen practischen spreker. Zonderen wij toch het zevental leden der gereformeerde jongelings- vereeniging, met hunne familiebetrekkingen met die van den spreker en van den eere voorzitter den koster, den organist en den verslaggever uit, dan rest ongeveer een zestiental groote en kleine belangstellenden, voor welke de spreker zijn tijd en gaven leenen kwam. Wij hebben het reeds meer malen gezegd, ook toen „Ken den Heere" nog zijne lezing- en preekavonden orga niseerde, wij zien niet in dat zulks op den weg der chr. jongelingschap ligt; maar als zich een spreker van elders belangeloos voor de zaak der Chr. Jongelingsvereeni- gingen komt beschikbaar stellen, dan voegt de gemeente een dankbaar gebruik' te maken van de gelegenheid om iets goeds te hooren. Goes. Heden werd in de strafzaak te gen P. v. 't W. te Borssele, verdacht van jacktovertreding, P. S., boerenarbeider te Borssele, verdacht van meineed, in arrest genomen en overgebracht naar Middelburg en ter beschikking van den officier van justitie aldaar gesteld. Ierseke. Vrijdagavond deed de kolen- bond „Voordeel" aan hare leden verslag benevens rekening over het jaar 1891. In dat jaar waren aangekocht 4 schepen kolen te zamen 330 kar, de totale ontvangsten waren f 3492,89, de uitgaven f 3443.89. Het ledental bedraagt 170. Tot Vice- Voorzitter werd gekozen dhr. Abr. de Jonge. Het voorstel van den voorz. om het salaris van den Secr.-Penningm. met f 25 te verhoogen werd met 20 tegen 19 stem men verworpen. Ierseke- Vrijdagnacht half een werden de bewoners van de kom der gemeente verschrikt door de brandsignalen. Een oude zeer groote schuur, een gedenkstuk van gevallen grootheid, die thans aan ver schillende personen, in kleine gedeelten- werd verhuurd, en waarin verschillende goederen, waaronder levende have, o. a. 3 paarden van C. Verboom, 1 varken, 1 geit, van arheiders, aanwezig waren, bleek in brand te staan. De schuur brandde geheel af en alle levende have kwam in de vlammen om. Spoedig vatte ook de aangrenzende schuur van C. Klaasse vlam waarin ook verschil lende koetsiersbenoodigheden, waaronder 3 flinke rijtuigen en een groote hoeveel heid hooi enz., geborgen waren. Met groote moeite bleef zijn logement gespaard. Veel is verbrand en beschadigd. Oorzaak on bekend. Te Wemeldinge is dezer dagen een 78 jarige weduwe van een trap ge vallen en Zaterdag aan de gevolgen over leden. H. M. de Koningin-Regentes heeft aan N. de Mul te Wemeldinge f20 gegeven als toelage voor het bouwen eener woning. Men schrijft ons van het eiland Tolen Hoewel de werkzaamheden in den over stroomden polder van Strijen in het begin der vorige week hervat zijn, zoo heeft men er toch geen groote vorderingen kunnen maken, de werken tot verhooging en ver zwaring van den Zuiddijk n. 1. heeft men door de opnieuw ingevallen vorst Woens dag weder moeten staken, daar de bij het hervatten van het werk nog niet geheel doordooide grond na twee dagen weer ijzerhard was. Dc dichting van de dijk breuk is onafgebroken voortgezet, doch niet met de gewenschte kracht, daar vele mate rialen, die uit Holland moeten komen, tengevolge van de bevroren rivieren, van daar nog niet vervoerd kunnen worden. Ook is het gebieken dat de baggermachi nes, die in de veenachtige gronden van Holland zoo doelmatig zijn, in Zeeland minder goede diensten kunnen bewijzen, daar de diepe grondlagen evenals de hoo- gere uit zeer vaste aardsoorten bestaan ten gevolge waarvan de machine te Strijen nauwelijks half zooveel grond per dag verwerkt als in gewone omstandigheden. Naar men verneemt bestaat dan ook het plan, om zoodra de rivieren bevaarbaar zijn uit Holland een tweede machine te laten komen. De aardewerken tot verhooging van den Oliphantsdijk konden Vrijdag worden voltooid. Schoondijke. Met ingang van 1 April a. s. is benoemd tot postbode voor de gedeeltelijke bestelling te Schoondijke A. Fortrie te Cadzand. Middelburg. Naar wij vernemen heeft de heer F. G. Sprenger, aan H. M. de Koningin eervol ontslag aangevraagd als Luitenant Kolonel Kommandant der d. d. Schutterij alhier. Kats. Bij de verkiezing voor een lid van den gemeenteraad, vacature J. Kuiler, werden Vrijdag uitgebracht 36 geldige stemmen. Hiervan bekwamen de heeren E. C. Priester 9, J. P. de Kam 8, A. van Asperen Vervenne en Joh. Heiboer ieder 6, WR. v. d. Brink 2 stemmenen M. Meulenberg Az., A. J. Louwers, P. Taselaar Jz., H. Visser en J. de Fouw, elk 1 stem; zoodat er herstemming moet plaats hebben tusschen E. C. Priester en J. P. de Kam. 's-Heer Arendskerke. De landbou wer M. v. Damme onder deze gemeente kan in 't vervolg goed in de biggen komen, daar hij niet minder dan 8 draehtige zeugen hoeft. Vele andere landbouwers hebben er 4 of 5. Het is dus ook geen wonder dat zulke lage prijzen voor de varkens worden besteed. 's Heer Abtskerke. Door den arts dr. Bolle te Middelburg is het met behulp van een magneet gelukt de naald uit de keel van de vrouw van G. de V. te ver wijderen, die echter dwars in de keel zat. Bij beschikking van den minister van waterstaat, handel en nij verheid is de heer J. Zoeter benoemd tot buitengewoon op zichter bij de werken van het kanaal van Ter-Neuzen. Het nieuwe stoomschip, dat voor de maatschappij Nederland door de kon. maat schappij De Schelde wordt gebouwd (type Koningin Regenteszal, naar wij vernemen, den naam voeren van Koningin Wilhelmina. De commies der Se klasse bij de tele grafie C. J. Waeijhart is van Breda naar Vlissingen overgeplaatst. Te Sommelsdijk is in den nacht van Maandag op Dinsdag bij den heer Van Bijlevelt, landbouwconsnlent, door het uit snijden van eene ruit een ongewone toe gang tot een der kamers geopend en f200 aan bankpapier ontvreemd. Het ijsvermaak heeft voor een ar beidersgezin te Exloërmond .thans nog een treurigen nasleep gehad. De arbeider Smalbil n.l. weken geleden, Jhet ongeluk met een ander schaatsenrijder in botsing te komen. Hij bezeerde zich daarbij ernstig aan een der beenen, werd bedlegerig, leed af en toe aan wondkoortsen en is thans, na veel geleden te hebben, bezweken. Te Elburg bestaat hetz.g. „Feyten- hof", een rij ke stichting, waarvan het doel ishuisvesting en levensonderhoud te ver- leenen aan bejaarde lieden. Gelijk de stichter bij uitersten wil bepaalde, werden tot voor korten tijd daarin alle oude lieden opgenomen, die Gereformeerd waren. Zoo vond ook het bejaarde echtpaar J. W. Docter en Neeltje Schuit dat dezer dagen zijn gouden huwelijksfeest vierde in die stichting een plaats, beiden waren leden-der öer. Kerk-A. en 's Zondags gin gen zij daar stoeds ter kerke. Sedert Mei 1893 kwam volgens een schrijven in de Roeper vooral door toedoen van ds. G. Van Dorsen, Hervormd predikant te Elburg, iaarin verandering. Allen, die in het gesticht waren opge nomen, moesten onvoorwaardelijk des Zon dags naar de Herv. Kerk. Verboden werd, bij de Gereformeerden ter kerke te gaan, op verbeurte van alle eten en drinken. Deze oude lieden, trouw aan hun be ginsel, hebben jzich door die bedreiging niet laten weerhouden, om op den Sabbat samen te komen. Van stonden aan is de straf ingetreden. Van Mei 1893 tot op dezen dag worden alle levensbehoeften hun onthouden, en moeten de familieleden en vrienden hulp bieden, opdat zij niet van honger sterven. Dat gebeurt op last van een college van provisoren, waarin mannen zitten als de reeds genoemde ds. Yan Dorsen, Ds. Vonk te Oldebroek en anderen. Is zulk een behandeling niet door en door hardvochtig, ja onrechtvaardig? vraagt de Roeper. Door eiken oogst verliest de grond veel plantenvoedende stoffen, maar ook door uitlooging van den groDd gaat veel ver loren wat den planten had kunnen dienen. Van de kali gaat op deze wijze niet veel weg en van het phosphorzuur nog minder, maar het verlies aan kalk is beduidend, gelijk tal van proeven bewezen hebben. Dat weggaan van de kalk naar den onder grond is o. a. oorzaak van te kleine oogsten en waarschijnlijk van „klavermoede", „erwtenmoede" etc. De vlinderbloemige gewassen houden van kalk en waar ze die niet vinden laten ze zich in hun groei onbetuigd en zullen de aan hun wortels zoo zeer gewenschte knob beltjes tot een bescheiden minimum beperkt blijven. Blijkens mededeeling van den Neder- landschen gezant te Brussel, is thans de invoer in België van schapen uit geheel Nederland toegestaan, wanneer zij bestemd zijn voor de slachthuizen van Brussel, Cureghem, Anderlecht, Antwerpen, Gent, Luik en Brugge. De invoer zal uitsluitend per spoorweg mogen geschieden langs de kantoren Esschen (station), Visé (station), Hamont (station) Selzate (station) en het hulpkantoor West- capelle, zonder overlading tusschen het kantoor van invoer en de stad van be stemming. Naar „De Telegraaf" meldt zal wel dra een ontwerp (van wet tot instelling van Kamers van Arbeid, het departement van justitie verlaten. Men schijnt bij de samenstelling van dit ontwerp de Belgische wet tot voorbeeld te hebben gekozen. Het ontwerp is verdeeld in zeven paragrafen, die achtereenvolgens behandelen1. De samenstelling en werkkring. 2. De ledeD. 3. De kiezers. 4. De afdeelingen. 5. Het bestuur der Kamers. 6. Ds geschillen. 7. De vergaderingen der Kamers en der af deelingen terwijl algemeene bepalingen het ontwerp, |dat uit ruim 40 artikelen bestaat, besluiten. Op het verzoek van den 2e luit. J. J. Hocke, van het le reg. vest-art. te Utrecht, om deel te nemen aan de expeditie tegen Madagascar, is afwijzend beschikt, daar de Fransche regeering geene vreemde officieren daarbij toelaat. -- De Ass. Ct. schrijft Het blijkt nader, dat werkelijk iemand gedurende een geruim tijdverloop vele nachten in de door hem gemaakte slaap plaats in het Stadsbosch heeft doorgebracht. Deze persoon, die goed bekend staat, maar te eergierig is om te bedelen, is eenigen tijd aan den kazernebouw werkzaam ge- weeet, maar was dezen winter zonder werk. Hij was des daags meermalen aan te treffen in de wachtkamer 3e klasse in het station te Assen, waar hij een plaatsje in nam bij de kachel. Te Stevensweerd ligt een jon- gedochter sinds zeg weken sprakeloos en met gesloten oogen te bed. Zij gebruikt niets dan een weinig water. 107 sollicitanten dingen naar de be trekking van vader en moeder in het groot Burgerweeshuis te 's Gravenhage, onder welke onderwijzers met hoofdakte en 3 taai akten en gepensioneerd Oost-Indische ambte naren, Iemand te Borger veranderde in een postspaarbankboekje, dat hij te Gro ningen genomen had, het bedrag van zijn tegoed van f 1 in f 800 en trachtte toen daarop levering te krijgen voor omstreeks f 300 bij een winkelier te Assen. De post ambtenaar, die door der. winkelier geraad pleegd werd of het raadzaam was, het boekje als onderpand te aanvaarden, kreeg arg waan en informeerde telegrafisch te Gro ningen. Het bedrog werd nu ontdekt en de bedrieger naar de gevangenis te Assen overgebracht. Eerst nog eens gauw getrouwd Onder de lotelingen uit Beilen, die Woensdagmorgen op reis gingen, om aan hun militieplichten te voldoen, was er een, die nog denzelfden morgen om half- zes in de'.i echt was vereenigd met het meisje zijner keuze. Aan het gemeentehuis nam hij afscheid van zijne echtgenoote, om reeds per eersten trein zijne bestem ming te volgen Een zeldzaam kunstgenot. Lord Pen- dington, die wegens zijne groote excen triciteit bekend was, kwam eens bij een der grootste snuifdoosfabrikanten te Nantes. „Ik zou gaarne een snuifdoos willen hebben," sprak hij, „waarop mijn kasteel staat afgebeeld." „Dat is gemakkelijk genoeg," gaf de fabrikant ten antwoord, „uwe lordschap behoeft mij slechts de teekening van uw kasteel te geven". „Ja, maar aan de slotpoort moet een hondenhok met een hond staan". „Dat zal ook niet lastig gaan". „Ja, maar, zoodra men naar den hond kijkt, moet hij in zijn hok kruipen en daar pas weer uitkomen, als men hem niet meer aanziet. Kunt u dat gedaan krijgen?" De fabrikant wierp zijn bezoeker een blik toe, alsof hij dacht, dat zijn door luchtige klant hem voor den gek hield. Maar toen hij zag, dat dit niet het geval was, gaf hij haastig ten antwoord: „Dat is heel moeilijk dan zal de doos nog al duur komen". „Dat kan mij niet schelen". „Drieduizend francs". „Goed, drieduizend francs". „Over een maand zal ik de eer hebben u de doos te brengen". „Daar reken in stellig op". Na verloop van een maand maakt de fabrikant zijn opwachting bij lord Pen- dington. „Mylord, hier is de doos". De lord neemt het kleinood aan en be ziet het nauwkeurig. „Juist," zegt hij, „hier is mijn kasteel met de torens, hier is het hondenhok, maar waar is de hond". „Heeft uw lordschap niet bevolen, dat de hond in zyn hok zal gaan, zoodra men hem aankijkt?" „Ja zeker!" „En dat hij pas weer te voorschijn zal komen, als men niet meer naar hem kijkt". „Ja zeker „Welnu, u hebt naar den hond gekeken en het dier is terstond in zijn hok ge kropen. Als u de doos in uw zak steekt komt de hond weer uit zyn hok". De Lord denkt een oogenblik na en zegt dan: „Juist, precies." Hij steekt de doos in zijn zak, neemt uit zijn porte feuille drie banknoten, elk van duizend francs en overhandigde die met een woord van dankbetuiging aan den handigen snuif doosfabrikant. De markies .Berardi, te Rome, die als voorzitter van den provincialen raad eiken dag het krangzinnigen-gesticht be zoekt ten einde de verbouwing in oogen- schouw te nemen, welke daar geschiedt, werd Zaterdag in den tuin waar men aan het werk was, aangevallen door een der krankzinnigen, die met een hamer gewapend was. De markies werd zoo ernstig aan het hoofd gewond, dat hij reeds den volgenden dag overleed. Hoe men bij zijn tijd ten achter kan zijn. Koning Humbert van Italië had, toen hij onlangs op de ja^it was, een eigenaar dige ontmoeting. Hoog boven het geberg te, op een schier onbegaanbaar pad, trof hij een ouden gebrekkigen man aan, die, leu nende op zijn krukje, met moeite een bundeltje rijs voortsleepte. „Woont gij hierboven?" vroeg de ko ning. „Inde gindsche hut," was het antwoord. „En kan ik een slokje melk bij u krij gen „Dat zou ik wel denken, mijnheer In de hut gekomen wierp de man zyn vrachtje neer en haalde aanstonds een schaal met melk voor zijn gast. „Dat smaakt u, zeide hij. Zyt gij mis schien een van die heeren, die beneden jagen „Ja dat ben ik," zeide de koning, „En wie zijt ge dan „De koning", goede vriend. Toen nam de oude hem de schaal uit de hand. „Ga heen zeide hij, „het staat u niet mooi, dat gij mij voor den gek wilt houden. Mijn koning ken ik beter. Ik heb zelf onder hem gevochten." „En wie is uw koning dan vroeg koning Humbert. „Die daaren de oude haalde een me daille met de beeltenis van Victor Ema nuel te voorschijn. „Maar weet ge dan niet, dat die allang, heel lang dood is." „Dood riep de oude en greep be vend den koning bij de hand. „Werkelijk dood, spelt ge mij niets op den mouw?" "Kijk zelf," zeide de koning, en hij haalde een vijf francstuk te voorschijn, dat zijne beeltenis droeg. De oude man ging in diepe verslagen heid zitten en snikte. Hij is dus dood, werkelijk dood, mijn lieve, goede koning. "Nooit," zoo verhaalde koning Humbert verder, „was ik meer getroffen dan door de smart van dien man, voor wien de gebeurtenissen der wereld spoorloos voor bijgegaan waren en die nog leefde in een lang vervlogen tijd." Wegens diefstal werd dezer degen te Hamburg de arbeider Carl Wendz ge vangen genomen en naar de gevangenis ge bracht. Daar trof hij een lotgenoot aan, wien hij voorstelde, om wanneer zij voor moesten komen van rol te verwisselen. Deze persoon Halleman genaamd was hiervoor wel te vinden en zij verkneukel den zich bij voorbaat in de pret, die zij van hun grap konden hebben. Toen Hal- lemann nu voor den rechter moest komen, trad Wendz voor en werd in de zaak van zijn lotgenoot door den rechter op de be- bekende wijze ondervraagd. Hij had zich van de feiten vooraf goed op de hoogte gesteld. De rechter vond hem niet schuldig en sprak hem vrij met last tot onmiddellijke invrijheidstelling. Natuurlijk was Wendz hierover in z'n schik en ging naar huis. Toen de eigen lijke Halleman nu voorden rechter kwam en uit den loop der gesprekken merkte, dat de rolverwisseling voor hem gevaarlijk kon worden, vertelde hij wat er had plaats gehad. Met deze verklaring echter kwam hij niets verder, want de rechters begon nen eenvoudig te lachen, en wisten dat de gevaarlijke Wendz gaarne een verkeerden naam opgaf. Toen de „onschuldige" Halle man dit htorde, werd hij over den loop der zaak woedend en hij werd razend, toen men voortging aan zijn verklaringen geen geloof te hechten. Eindelijk helderde zich de kwestie op, maar het was nu te laat om den waren sehuldige te pakken. Halleman is nu nog in de gevangenis, daar hij zich over de rolverwisseling nog te verantwoorden heeft. Een prettige ontdekking werd onlangs te Belem in Mexico gemaakt. Het bleek, dat de 3000 bewoners der staatstgevange- nis een langen tunnel gemaakt hadden, die onder alle afdeelingen der gevangenis door liep, een gansche rij van meters dikke fondamenten van zandsteen doorborende en zoo naar de straat voerende. Sedert tien jaar waren de gevangenen met hun werk bezig, dat binnen enkele weken klaar zou zijn geweest. De champagnedocter. Een bijzonder soort docter heeft zich te Metzeral in den Elzas binnen korten tijd een grootenj naam gemaakt. Eerst in Augustus van het vori ge jaar berichtte hij het geëerde publiek dat hij zich als geneesheer had gevestigd en nam zijn intrek in het huis van zijn voorganger. De advertentie was weliswaar niet onderteekend, maar ook zonder dat was de nieuwe dokter spoedig bekend. Hij deed zich ras als een groot weldoener der armen kennen, den onbemiddelden zieken deed hij onbaatzuchtig vleesch en andere versterkende middelen toekomen en zelfs de kinderen vergat hij niet. Zijne welda den overtreffen iedere beschrijving, zelfs de kellners in zijn hotel tracteerde hij op champagne. Natuurlijk deed hij zich zelf ook te goed. Zijn lievelingsdrank was champagne, hij reed in een prachtige equi page, de koetsier prijkte in een prachtige liverei en't schitterende paardentuig werd bijna dagelijks door iets nieuws vervangen. Hij werd spoedig een sieraad van het casino der stad Munster, welks leden hij stormen derhand voor zich innam. Eindelijk, om niets aan het ideaal-mensch te doen ont breken, was hij ook een beslist patriot, want op 's keizers verjaardag nam hij deel aan twee feestmaaltijden, een in Metzeral en een te Munsterhij ver- schqpn daarbij in uniform van assistent-arts en liet ter eer| vereerd uitneodl den va hem denlij k| baat oii Zondagl schiedel seling i was hij I veer 80| waaroncf vleesch ,1 Het ontf licht, d| vierde weest Cloes een lokl ging Arf wijzers Bevelan Bero ds. Ferl WOLF notaris baar va van dhr.l 17 A. 20 goederen WISSI ioerendè zijn o. paarden I tot fl2d NIEUÏ not. Mul erfpacht! alhier gj voor ff IMlddl door den Langevie vergieteil toestellen tiocs, not. Mull Arnoldi Hwaï door not.| wed. Boe bouwl. ed Slabbekoq 6670 eA. kenskerkl vitssir. schap do Prinsestrl verkoopdii

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1895 | | pagina 2