;kttecht. NIEUWSBLAD VOOR ZEELAND. CHRISTELIJK- HISTORISCH }HE v e n e SDEREN de MEID, D> nsknecht, leclit Ha. 61. 1893. Doiufraf»ü 21 .fclirititn. Hpi|Éiuft fimcpiig. VERSCHIJNT F. P. D'HUIJ, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIËN GRAANRECHTEN. Ycsprigzen, IRJASSEN, pn ENZ. N, LINNEN, j, SERVET- •LEN, GOR- ongekend |okjes) 12,14 8 en 12 cent ptellen, met stel f2,50. Ontbijtlakens pllen f7,50. een Servetten 118 en 20 ct. af 6 ct. p 5 ct. en 90 ct. sken f 0,80, eken, cmpge- (De halve 8 ct. 4 ct. e, koekjes Choco- nielje Suiker, stok- n, ook voor wéér- xEEN SEN, Goes. oodigd bij "VVed. at. Middelburg. xanco onder Iett. s. soenlijke EL Ell AN Jr.. igd eene eden de 30 jaar, bij ENNAAM Lz., ker, Arnemuiden. gehuwd). DE PUTTE, lfertsdijk, (Oud-Sabbinge). 2BEEKE bij Veere. art een elken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND. Prijs per drie maanden franco p. p0,95. Enkele nummers0,025. UITGAVE VAN G. M. KLEMKERK, te Goes EN van 1 5 regels 25 centiedere regel meer 5 cent. Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. ir vast, met kost bekwaamheid, bij neldinge. Hoor ook de andere partij. (Audi et alteram partem). Door den heer Rochussen, de bekende" bimetallist, wordt in „de Economist" van 11. November beitreden het verslag van Koedt onder het hoofd „landbouw, pro tectie, bimetalliime", opgenomen in het weekblad no. 2 van 1895. De heer R. be weert dat de landbouw In Denemarken thans niet meer in bloeienden toestand verkeert. Na 1875 zijn voor de groote winsten in plaats gekomen achteruitgang, kwijning, aanzienlijke toeneming van den schul denlast. Echter geeft de heer R. too, dat de Deensche landbouw met bewonderens waardige energie en bekwaamheid, vooral door rnime en over het geheel verstandige toepassing van het coöperatieve beginsel, met veelszins goeden uitslag aan de on- gunst der tijden weerstand heeft weten te bieden. De oorzaak van het kwaad hebben de Deensche belanghebbenden niet in het ont breken van beschermende rechten gezocht. Dat is v'olkotnen juist. Maar de bewering van Koedt: „er zyn wel in Denemarken agrariërs, maar dat zijn geen landbouwers, maar professoren, ambtenaren en politici", gaat volgens den heer R. niet op, daar deze in "antwoord op een door hem gericht schrijven aan een in Denemarken hoog geacht man, wiens woord nooit door iemand in twijfel is getrokken, die zelf gedurende jaren voorzitter eener zeer aanzienlijke landbouwvereeuiging is geweest, het bericht heeft ontvangen, dat de agrarische partij in Denemarken circa 80,000 kiezers telt, die allen uitsluitend van den landbouw leven. Dat ook niemand er denkt aan het vragen van bimetallisme als de onmisbare voor waarde om den landbouw van den onder gang te redden, daartegenover stelt schrij ver de verzekering, dat hem in Denemarken een groot aantal mannen bekend zijn, allen ten stelligste overtuigd dat de zilvoront- munting voor de ontwikkeling van 's lands productieve krachten, bepaaldeljjk voor den landbouw, allernadeeligst is geweest en bij roortduur is. Ook de schrifteljjke mededueling van den heer Westermann, vertegenwoordiger van Denemarken van de in Juni te Parijs ge- houdan bijeenkomst der „commission inter nationale d'agri culture" stemt daarmee overeen. De heer R. eindigt hiermee: Overtuigd als ik ben dat de Economist steeds door het streven wordt geleid, zijne lezers naar waarheid omtrent de vraagstuk ken van onzen tijd in te lichten, mag ik niet twijfelen of uwe Redactie zal dit schrij ven wel willen opnemen. Met deze beschouwing stemt die van den keer P. v. M. te B. in een onzer vorige nos. opgenomen vrijwel overeen. Nog ontvingen wij van een landbouwer onderstaand betoog in 't belang van Graan rechten. „Er wordt tegenwoordig veel geschreven over besohermende rechten, de een voor, de andere tegen. Ik zal mijn gevoelen dienaangaande, ook eens uiten. Beschermende rechten is in veler meening, dat dit alleen ten bate der grondbezitters zou zijn. Men be weert, als 't graan duurder wordt, ze de paohten zullen opslaaneen argumentje dat gebruikt wordt van vrij handelaren. Mijn inziens zou dat niet plaats hebben, want toen de tijden veel beter waren dan nu, waren de pachten weinig hooger. Toen werden alle schulden betaald en gebeel de burgerij bloeide, van dien maatschappelijken toestand. Maar, nu he laas de meeste boeren niet betalen kunnen, komt gebeel de maatschappij in groot ver val. Dientengevolge mag 't graan nog al wat duurder worden, eer de pachten kunnen opslaan en dat ieder zijne schulden weer fatsoenlijk betalen kan. Nu wordt er dik wijls gezegd „dc grondeigenaars moesten voel nfslag van pacht geven", maar dan zijn wij er op verre na nog niet, de hoeren zouden er alleen van profiteeren maar niet de arbeiders, ambachtslieden, winkeliers, enz., en dat zijn toch ook menschen in de maatschappij. Nu zal men misschien vragen waarom zijn al die lui er niet mee vooruit? Het spreekwoord zegt: „als 't den boer goed gaat, bloeit alles". Dat beaam ik ook, maar daar zit nog een kwestie tusschen die ik zal trachten te verklaren. Tengevolge daarvan, dat naburige rijken zooals Frankrijk, Duitschland, Italië, Zwe den en Noorwegen, Oostenrijk en Spanje, beschermende rechten op hunne granen ge heven hebben, zal de toevoer naar ons landje nog grooter worden en de prijzen van ons koren nog goedkooper maken als ze zijn, wat tengevqlge zal hebben, dat zeer veel houw- in weiland herschapen zal worden, en dat ware te betreuren voor geheel de maatschappij. Daarom was't voor de geheele maatschappij beter (uitge zonderd de in ons land opgepropte tracte- mentsmannen.) dat de pachten niet ver laagd werden maar rechten op 't graan geheven werden. Want als 't zoo moet blijven, zalbouw- in weiland leggen de behoefte des tijds worden daar de lage graanprij zen de kos ten van arbeidsloon enz. niet meer iekken kunnen en weiland tegenwoordig veel loo- nender is dan bouwland dan moeten we Denemarken achteraan met weiland en zui velbereiding. Wie zal dan onze werklieden enz. te eten geven 't Zou treurig en ellen dig zijn. Nu zal ik esns een voorbeeld nemen, wat schade, als 't zoo komen moet, onze nijvere arbeider enz. lijden zal. Ik stel me voor d« Provincie Zeeland, die eene oppervlakte beslaat van circa honderd zes en zeventig duizend hectaren houw- en weiland. Stel u eens voor dat nog eens 'k zal 't niet te hoog nemen, een vierde er van in weiland werd herschapen, dat zou vier en veertig duizend hoctaren zijn. Neem nu eens aan dat op elke hec tare bouwland, vijftig gulden verwerkt wordt, dan zou dit in Zeeland alleen esn vsrlies aan arbeidsloon zijn van f 2,200,000 zegge twee millioen twee honderd duizend guldens en dat verdeeld op honderd en vier plattelandsgemeenten, de eene grooter dan de andere, maar dat doet er niet toe, zou in iedere gemeente de som zy n van ruim f 21.000. Wie zou die schade hebben? Ten eerste de werkman, vervolgens de winkelier, ambachtslui enz. enz. De ar moede in de steden waar de arbeiders van den vrijhandelaar moeten leven is zeer groot en zal nog grooter worden als te plattelande minder werk moet komen alleenlijk ten voordeele der vrjj handel aren daarom is het te wensehen dat deze gewichtige zaak eens bekeken wordteer het te laat is en de financiëele toestand nog meer achteruitge gaan is en er nog meer arbeiders naar de overbevolkte steden gaan. UW GETROUWEN LEZER. Door de Landbouwvereeniging te Val- kenswaard en 90 andere landbouwers uit die gemeente, is dezer dagen onderstaand adres verzonden aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal Geven eerbiedig te kennen ondergetee- kennen, leden van de atdeeling „Valkens- waard" van de Noord-Brabantsclie Maat schappij van Landbouw en andere land bouwers te Valkenswaard dat zij met leedwezen vernomen hebben, dat pogingen worden aangewend tot ver krijging van invoerrechten op granen; dat juist de lage graanprijzen een zegen zjjn voor deze streken, en dus door invoe ring van graanrechten de belangen van de minder bevoorrechte landbouwers eige naars en pachters van arme zandgronden zeer benadeeld zouden worden, aange zien die landbouwers betrekkelij k veel rogge, afval van tarwe en andere granen als vee voeder moeten koopen dat ook de belangen der arbeidende klasse zoowel van fabrieksarbeiders al» van andere werklieden door het heffen van invoerrechten op granen zouden ge schaad worden dat slechts een klein deel van hen, die op het land hun bestaan vinden, van graan rechten voordeel zouden trekken, nl. die landbouwers, welke gronden in graan-pro- dnceerende, door de natuur meest-bevoer- rechte gewesten bebouwen dat in de toekomst zelfs in die graante- lende streken de voordeelen niet zouden zijn ten bate der pachters (de bebouwers der meeste gronden), maar hoofdzakelijk van de eigenaars der landerijen dat aldus door de heffing van graanrech ten alleen het belang van enkele bijzondere personen en geenszins het algemeen belang zoude gebaat worden. Op het voorbeeld der veehouders van Weert zal ook uit de gemeente Veuray (L.) een adres aan de Tweede Kamer worden gericht tot behoud van den vrijen invoer van granen. Wie den kolossalen imvoer aldaar in aan merking neemt, zal wel begrijpen, dat de veehouders liefst zoo goedkoop mogelijk hunne vruchten inslaan. D# heer Bolle van Renesse in de Nieuws bode, na herinnerd te hebben hoe de vrij handel slechts neg bestaat in Nederland, België, Denemarken, Rumenië en Engeland, in welk laatste land jzijne dagen geteld schijnen, eindigt zijn pleidooi voor graan rechten aldus Mocht het evenwel blijkeiq dat het belang van Nederland meebrengt, geen invoerrech ten op de granen te heffen, dewijl het t# velen zou benadeelen en den bevoordeelden te weinig zou aanbrengen, dan ware het aangewezen, aan te dringen op de afschaf fing zóó van den vleeschaccijns, als van de 81/2 millioen opbrengende snikerbelasting. Beide belastingen toch worden uitsluitend door de boeren betaald, ten voordeele van d« schatkist. De vleeschaccijns wordt, zegt men, door de meer gegoeden betaald, doch dat is niet waar, de boer betaalt het; zijn vee brengt de 10 pCt. belasting minder op. Het is alzoo zuiver een belasting op den boer. De mindere man heeft, al moge hij geen vleesch gebruiken, niet het minste belang bij het voortbestaan van die belasting. De belasting op de suiker betaalt even eens de boer men betaalt hem voor de grondstof des te minder de geheele op brengst van die belasting zal dan vooreen deel ten voordeele van den landbouwer komsn en anderdeels door den lageren sui kerprijs ten goede komen van elkeen, dus ook van den kleinen man, die allen consu menten zijn. Bovendien is voorde afschaf fing nog een reden: Duitschland wil zijn uitvoerpremie op de suiker belangrijk verhoogen; het gevolg daarvan zal zijn, verlaging van den suikerprijs en alzoo ver laging van den prijs der suikerbieten. Wel is waar hebben wij te dien opzichte rekening te houden met onze Indische be zittingen, doch de ingezetenen des rijks mogen toch niet lijden voor de weinigen, die aldaar de|suikeroul!uur uitoefenen. Zij worden beschermd ten koste der Nederlan ders. Desniettegenstaande blijkt die cultuur in Indië zonder staatshulp (wij lazen laatst een adres aan de Regeering om hnlp) on mogelijk. Moge de Regeering daartoe mid delen weten aan te wenden, doch moge zij dan ook tevens de belangen van den Neder- landschen landbouw niet vergeten, en iets meer doen dan alleen te verklaren, dat van haar geen voorstellen tot heffing van graan rechten te wachten zijn. Worden beide hierboven genoemde belastingen afgeschaft, dan wordt de schatkist, zooals ook de heer Dobbelman beoogt, niet gesteund. Het omgekeerde heeft dan plaats. Kan de schatkist die gelden, komende uit beide belastingen, niet missen, welnu laat men dan de opcenten op de personele of eene of andere belasting verhoogen. Kunnen deze of dergelijke wensehen worden opgevolgd, zoude Nederland het vrijhandelsstelsel kunnen blijven huldigen. Noch invoerrechten op granen, noch op margarine zou men alsdan behoeven te heffen. De graanprijzen zullen dan wel niet stijgen, doch de graanbouw kan wor den ingekrompen, en zoo dat algemeen wordt gedaan, zouden de prijzen ook wel wat toenemen. Daarentegen zoude de suikerbietenteelt toenemen en loonender dan thans wordende duizenden veldar- beiders vonden weer hun werk op het land en werden in staat gesteld voor zich zolven te zorgen. Zijn echter aan de afschaffing van beide genoemde belastingen onoverkomelijke be zwaren verbonden en kunnen geen andere middelen tot opheffing van den landbouw- stand gevonden worden, laat dan Neder land niet terugdeinzen, om, al zij het slechts tijdelijk, graanrechten te heffen. 20 Fsbr. '95. De aflevering van de bij de nationale militie voor de lichting van dit jaar in te lij ven manschappen uit de gemeenten dezer provincie zal gesenieden lo. Op Maandag 4 Maart 1895 te Mid delburg op de bovenvoorzaal van het raad huis, des voormiddags te 10 uren, na aan komst der Zeeuwsche spoorboot, die te 6 uren van Zierikzee zal afvaren, allen uit de verschillende gemeenten dezer provincie, die zich voor de zeemilitie hebben aan gemeld. 2o. Op Woensdag 6 Maart 1895, te Middelburg op de bovenvoorzaal van het raadhuis, des voormiddags te 10 uren, die der gemeenten, gelegen in Walcheren, uit gezonderd Vlissingen, en die der gemeen ten Baarland, Borssele, Driewegen, Elle- woutsdijk, Goes, 's Gravenpolder, 'sHeer Abtskerke, 's Heer Arendskerke, 's Heeren- hoek, Heinkenszand, Hoedekenskerke, Nisse, Oudelande, Ovezand en Wolfaartsdijk. 3o. Op Vrijdag 8 Maart 1895, te Vlis singen in de benedenzaal van bet raadhuis, des voormiddaga te 11 uren, die der ge meente Vlissingendes voormiddags te li1/» uren, na aankomst der stoomboot, die 10.30 uren van Breskens zal afvaren, die der gemeenten, gelegen in het westelijk gedeelte van Zeeuwsch-Vlaanderen des namiddags te 1 uur,-na aankomst der stoomboot, die te 10.30 uur van Ter- neuzen zal afvaren, die der gemeenten, gelegen in het Oostelijk gedeelte va* Zeeuwsch-Vlaanderen, uitgezonderd Hengst dijk, Hontenisse en Ossenisse. 4o. Op Maandag 11 Maart 1895, te Middelburg op de bovenvoorzaal van het raadhuis, des voormiddags te 10 uren, na aankomst der Zeeuwsche spoorboot, die te 6 uren van Zierikzee zal afvaren, die der gemeenten, gelegen in Schouwen, Duive- land, St. Philipsland en Noord-Beveland, en die der gemeenten St. Annaland, St. Maartensdijk en Stavenisse. 5o. Op Woensdag 13 Maart 1895, te Tholen in het voorportaal van het raadhuis, des middags te 12 uren, die der gemeenten Hengstdijk, Hontenisse, Ossenisse, Oud Vos meer, Poortvliet, Scherpenisse, Tholen Kapelle, Kattendijke, Kloetinge, Krabben, dijke, Kruiningen, RillandBath, Sehore Waarde, Wemeldinge en IJerseke. Bij beschikking van den Minister van Justitie van 11 dezer is aangesteld tot on bezoldigd rijksveldwachter A. Boone te Ierseke. Bij beschikking van den minister van hinnenlandsche zaken van 18 Feb. is, met ingang van 1 Maart, op zijn verzoek, eervol ontslag verleend aan H. Koolwijk, als amanuensis aan de rijks hoogere burger school te Middelburg. Tot tweeden geneesheer aan het ge sticht Bloemendaal te Loosduinen is be noemd de heer Bouman, arts te Nieuw- Beijerland. Benoemd tot ontvanger der directe belastingen en accijnzen te Middelburg B. C. Charbon te Den Helder. De Commissaris der Koningin in Zeeland maakt bekend dat; lo de jacht op de houtsnippen en wa terwild met ingang van 1 Maart en die op watersnippen met ingang van 13 April zal gesloten zijn; 2o het weispel van kwartelen alleen van 1 Mei tot en met 13 Juli zal geoorloofd wezen 3o de kooieenden door den kooiman moeten worden opgesloten of gehokt van 30 Maart tot en met 27 April en van 2 Juli tot de opening der jacht op waterwild 4o de viosoherij van 1 April tot en mot 31 Mei zal gesloten zijn, voor zooveel be treft het vissollen met de zegen of met het sleepnet 5o de visscherlj met de overige voor deze provincie geoorloofde vischtuigen zal gesloten zijn van 15 April tot en met 15 Mei, doch dat die in het kanaal van Ter- neuzen naar Gent, in het zij kanaal van Sluiskil (Terneuzen) naar de Axelsehe Sas sing en in de Axelscho Vlakte eerst op 8 Mei zal gesloten zijn, in verbattd met de omstandigheid, dat die wateren van 1 April af door aftapping op een verlaagd peil worden gehouden 60 gedurende den gesloten vischtijd, sub 5 vermeld, in de wateren, waarop de sluiting der visscherij toepasselijk is, het visscheu ■van paling, doch alléén met aalkorven zal mogen plaats hebben. De lezing van den heer K. Greveling ie Middelburg en te Vlissingen. 0 In een onzer vorige nommers gaven we een kert verslag van bovengenoemde le zing en zouden hierop terugkomen. Spreker deelde 0. a. mede dat hij het vorig jaar overgeplaatst werd naar den Helder bij het 5e battaillon va» het le Regiment Infanterie. Hij kwam daar na middernacht aan. Zijne verwondering was groot toen hy door den Commandant naai de Cantine werd geleid, en aldaar een 10 a 12 tal sergeanten aantrof, die duchtig de jeneverflesch aanspraken. Zulke dingen kwamen daar herhaalde malen voor niet tegenstaande de bijschrijving op het Re glement van den In wendigen dienst bepaald, dat de cantine om 11 uur gesloten moet worden. Het misbruik van sterken drank was dan ook hier tot schrikbaarwekkende hoogte geklommen, hetgeen uit inkoop- en kssboek bevestigd werd. Uit de winst van het cantinefonds, zoo deelde spreker mede, worden de couranten aangeschaft. Hierbij wordt alle billijkheid uit het oog verloren. De Generaal, bevel hebber in bovengenoemde afdeeling erkende dit, en gaf order dat in de Cantine aldaar bladen van verschillende richting moesten worden aangeschaft, zoowel liberale als christelijke. Door tusschenkomst van een thans nog aanwezig, doch nu gehuwd zijnd ond.-officier werden deze bladen aangeschaft. Nauwelijks was deze gehuwd of spoedig was niet één blad van christe lijke riehting meer te vinden; zij waren door bladen van andere richting vervangen. Komt zoo, zeide spreker, in welke can tine, hoe klein ook, en ge vindt het libe rale „Nieuws van den Dag" en liberale plaatselijke bladen, doch tevergeefs zoekt ge er „de Standaard" of christelijke bladen van plaatselijken aard. In November 1893 werd door den Com mandant van het algemeen depot van Dis cipline, aan den Adj. Ond.-off. de monde linge order gegeven, dat er geen christe lijke of staatkundige bladen nóch trac- taatjes in de Cantine mochten gelegd wor den. Deze order werd gegeven toen spre ker het orgaan der Geref. kerken in Zee land, de Zeeuwsche Kerkbode, een keer hij vergissing in de Cantine had laten liggen. Voor rekening der Cantine werden aan geschaft het „Nieuws van den Dag" (na- tunrlijk!) „de Midd. Courant", „de Vliss. courant" en het „Orgaan van den Bond van oud.-ond.-off. Een zijner vrienden had hem onlangs „de Zeeuw" geschonken onder voorwaarde dat door hem gevraagd zou wor den, het antirev. blad van Zeeland in de can.

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1895 | | pagina 1