het Hoofd van ilen Staat het is in iedere
beslissing, onder de verantwoordelijkheid
van den minister genomen, waaronder
zijne handteekening is geplaatst.
He hoer US' Savornin Lohman zeide,
dat de Koningin in den strijd betrokken
geworden is door den inhoud der geheime
stukken. Boor welke is niet duidelijk.
In elk geval moet dit dan goschiedzijn
na ailoop der verkiezingen, want de
vorige regeering heeft geene stukken
openbaar gemaakt.
Ik wen8ch een enkel woord ever de
openbaarmaking dier stukkon te zeggen.
Mij heeft zij persoonlijk genoegen ge
noegen gedaan en kot zou mij ook ge
noegen doen, wanneer nog meer geheime
stukken werden openbaar gemaakt om
trent de staatkundige gebeurtenissen,
waarin ik achtereenvolgens in de laatste
jaren betrokken ben geweest.
Daarsm heb ik in de commissie van
rapporteurs gevraagd om de overlegging
der in het voorloopig verslag genoemde
notulen van den ministerraad. Hiervan
zoude publicatie mij aangenaam zijn, daar
zjj den laster, die ten aanzien der on
derlinge verhoudingen in het afgetreden-
kabinet gedurende het afgeloopen voor
jaar werd verspreid, zoude te niet doen
Maar ik laat de verantwoordelijkheid
voor de overlegging der verschillende
stukken geheel over aan deze gegeering.
Bepaaldelijk ten aanzien van het ge
heim rapport van den minister van bin-
nenlandsohe zaken van 14 Maart jl.,
waarin op verzoek van de koningin een
relaas wordt gegeven van een mij toege
staan onderhoud. Niettegenstaande dit
stuk met die reserve is gestold, welke in
deze paste, kon toch niet worden ontgaan,
dat nu en dan of wol de koningin
sprekend werd ingevoerd of wel uit het
qntwoord des ministers de inhoud bleek
der vraag, welke hem werd gedaan.
Hit is bij voorbeeld het geval met
de laatste zinsnede van het rapport,
welke een geruststellend antwoord be
helst, strekkende tot wegneming van
elke vrees dat met het oog op de ver
kiezingen oproerige kreten of leuzen
zouden worden aangeheven. Ik heb mij
met dit antwoord niet in den geest des
volks bedrogen. Gedurende de verkiezin
gen zijn geene kreten of leuzen van
dien aard gehoord.
Maar wanneer mefn nu dit antwoord,
aan de koningin op een door haar ge
dane vraag gegeven, gaat voorstellen als
gelij kstaande met de straatleuze, die door
de tegenstanders van de regesring door
dik eu dun gedurende de verkiezingen
tegen haar werd geëxploiteerd, dan is dit
toch wat al te grof.
Het rapport van den siinistèr behelst
verder een advies aan de koningin, dat,
naar ik meen, was objectief en juist en
in het belang van de kroon geplaatst
was om óf het ministerie te ontslaan óf
de kamer te ontbinden, terwijl de waar
schijnlijke gevolgen van beide handel
wijzen worden aangegeven, en voorts
wordt aangetoond, dat, terwijl het volgen
van den eenen weg bezwaren zoude kun
nen opleveren, de kroon door het volgen
van den anderen weg nimmer eenig nadeel
kon ondervinden. Hit is werkelijk juist
gebleken. He koningin, het advies van
don minister opvolgende, heeft zich ge
plaatst boven de partijen. Gedurende
den gekeelen loop der verkiezingen is
er dan ook in het gansche land geen
enkel voor de kroon onaangenaam woord
vernomen en na afloop daarvan is de
koningin gebleven het steunpunt, waarop
alle partijen, alle richtingen, vertrouwen
stellen, de vooruitstrevende partijen zoo-
Avel als al do andere.
Of misschien, wanneer het advies niet
8) F E UIL L ET O N.
UROS.
Een verhaal uit het Kroatische Bergland.
Uit het Diritsch door J. M. d. J.
Van nu af aan was Uros een welkome
gast in de pastorie, of liever in de rustige
studeerkamer van den dominéwant ds.
Reiuliardt was sedert langen tijd weduw
naar. Zijne zonen bekleedden eervolle
posten ver van de Kroatische stad, en
eene dochter had hg niet. Zoo wijdde
hij niet alleen zijne gansche kracht aan
de kleine protestantsche gemeente, maar
ook zijne gekeele liefde, en hoewel Uros
er geen lid van was, nam hij toch eene
groote plaats in in het hart van den edelen
leeraar.
He knaap zou volkomen gelukkig ge
weest zijn, wanneer de bezorgdheid over
zijne ouders (want op Biberniks schrijven
was nog geen antwoord gekomen) hem niet
hoe langer hoe meer bekommerd had. He
lente brak aan. Reeds bloeiden de eerste
sneeuwklokjes en de Kroatische arbeiders
begonnen er langzamerhand weer aan te
denken om hun vaderland in de bergen
weer op te zoeken.
Ook Uros' meester hield op met werken.
Ach, het afscheid was zoo zwaar voor onzen
knaap. Het was niet alleen de bezorgd
heid waarmede hij zijn vaderland tegemoet
zeu gaan, en het scheiden van twee ge
liefde vrienden, dat zijn hart verscheurde,
toen hij met Bibernik voor de laatste maal
naar den dominé ging maar ook alle
wenschen en verlangens van zijn hart waren
opnieuw in hem ontwaakt, en streden in
zijn binnenste met den plicht der gehoor
zaamheid. Vo*r alles evenwel was het zoo
sinartelyk voor hen), ja het schbcn bijua
gevolgd ware, dezelfde gunstige todstand
zoude zijn verkregen, behoef ik op dit
oogenblik niet te onderzoeken.
He heer Lohman.
Be Koningin zou niet betrokken zijn
geweest in den partijstrijd
Ik wensch te herhalen dat ik niet
beweerd heb dat de Koningin gedurende
de verkiezingen in het debat gebracht is.
Zij is niet betrokken geweest in den
verkiezingsstrijd. Maar wat heeft de
heer Tak gezegd Hij heeft gezegd
dat de Koningin moest ontbinden, ten
einde te blij ven het „steunpunt der volks
vrijheid tegenover eene bahoudzieke
meerderheid der Staten-Generaal". Hat
is eene zuivere partij-qualificatie, die
misschien op hare plaats, in eene kiezers
vergadering maar ik beweer dat door
dat te zeggen de toenmalige meerderheid
van de Tweede Kamer in een officiéél
stujk op volkomen onjuiste wijze is voor
gesteld.
Nu heeft de lieer Tak zich hier vooral
op beroepen dat hij de stukken niet
gepubliceerd heeft, en dat dit toch wel
een bewijs is dat hij de Koningin niet
heeft gehaald in den partijstrijd. Ik kan
best begrijpen dat hij dit niet gedaan
heeft. Wanneer nog de verkiezingen
moesten worden gehouden zou ik zeggen:
doe het als je bliefthij zou de kiezers
die tegen de wet waren geen beter wa
pen in de hand kunnen geven dan juist
die stukken. Wat wij toen vermoedden
blijkt uit die stukken waarheid te zijn.
En door niet te publiceeren werd juist
bereikt wat anders niet zou verkregen
zijn. Reeds een paar maanden langer,
misschien voor dat de ontbinding heeft
plaats gehad, was geannonceerd door de
zen of genen in de bladen, dat de Ko
ningin persoonlijk was van de opinie van
den heer Tak en diensvolgens de Kamer
zou ontbinden bij verwerping der wet.
Toen dus de ontbinding plaats had,
kon het publiek denken, dat zij, die de
ontbinding voorspeld hadden, goed waren
ingelicht, en zoo heeft het het ook voor
een deel opgevat. Wanneer echter de
stukken waren overgelegd, zou dat, bij
inzage van de machtiging van hare Ma
jesteit tot ontbinding, minstens betwij
feld zijn gewordenen zeer zeker zou
dan uit de stukken gebleken ziju op
welke wijze de Koningin geadviseerd
was door haren toenmaligen bewinds
man.
De heer Tak heeft gezegd, dat hij
door teadviseerentot ontbinding de Kroon
geplaatst heeft boven de partijen. Maar
ik vraag, wanneer de heer Tak afgetreden
was, of dan de Koningin niet gebleven
zou zijn hovende partijen Zou dat dan
zijn geweest een partijtrekken voor de
tegenstanders van den heer Tak
Indien het advies van den heer Tak
niet ware gevolgd, zou de Kroon dan in
denzelfden gunstigen toestand geweest
zijn? vraagt de heer Tak. Wanneer op
grond van vrees voor rustverstoring de
heer Tak een advies gegeven had aan
de Koningin, zou ik misschien gezegd
hebben dat is althans een juiste grond.
Ik laat nu in het midden of de Konin
gin daarop niet zou hebben moeten ant
woorden voor dergelijke bedekte dreige
menten omtrent volksbewegingen wijkt
de Kroon niet. Van den anderen kant
zou de Minister Hare Majesteit dan wel
licht gewezen hebben op 1848, toen er
ook van zekere zijde volksbewegingen
zijn uitgelokt om eigen gevoelen door
te drijven. Maar heeft de heer Tak van
Poortvliet, door deze opmerking te maken
een compliment willen richten tot de
partij waartoe hij zelf behoort Heeft
hij dit willen zeggen wanneer gij ont-
onmogelijk om hem te verlaten, die het
middel in Gods hand geweest was om hein
tot Jezus te brengen. Wel was Uros in
naam nog aan de kerk verbonden waar
in hij gedoopt was; maar hij huiverde
als hij aan de prediking, de ceremoniën en
de gebeden zijner kerk dacht, waarop hij
geen ja en amen meer zeggen kon. Hoe
spoedig zou men dat in hem bemerken en
wat zou zijne moeder dan klagen, zijn vader
vertoornd wezen en de pastoor hem mis
schien dwingen om datgene te gelooven
wat hij niet meer gelooven kon en mocht.
Uros was een moedige knaap, maar hij
hing met zijn geheele hart aan zijne moe
der. Tot nu toe had het nog niets gegeven,
wat hij aan zijne moeder nog niet opge
offerd had, maar met een treurig gevoel in
het hart dacht hij aan den invloed dien
zij nog op hem had.
Bibernik begreep hem hierin niet, maar
hij bekende alles aan zijn vaderlijken
vriend, en die begreep hem volkomen.
„Ga gehoorzaam jegens uwe ouders naar
huis", zeide hij bij het afscheid nemen
„neem uw bijbel mede en lees er vlijtig
in. Ge moogt uwe kerk volgen jin het
geen niet tegen Gods Woord strijdt. Wan
neer ge hare dwalingen beter begrijpt en
nog sterker leert gelooven, wat Gods
Woord leert, treed dan openlijk op en
sluit u bij de gereformeerde gemeente aan.
Gehoorzaam uwe ouders in alles wat niet
tegen God en uw geweten strijdt, maar
vergeet het woord niet: Wie vader of
moeder lief heeft boven mij is mijns niet
waardig. Herinner u daarentegen den troost
van den PsalmistMijn vader en mijne
moeder hebben mij verlaten, maar de Heere
zal mij aanhangen. En nu, vaarwel mijn
zoon, God geleide u en schenke u den bij
stand van zijnen Heiligen Geest. Ik zal u
dagelijks in mijn gebed gedenken."
bindt, kunt gij zeker zijn dat het land
rustig blijft, want gij ontstemt daardoor
mijne vrienden niet, maar wanneer gij
de ontbinding weigert, dan, Majesteit,
kan men niet voor de rust in den lande
instaan
(Slot volgt)
LOMBOK.
He N. Rott. Ct. ontving het volgende
telegram
De troepen keeren deze maand terug
Generaal Vetter stelde voor '2 bataljons, 2
batterijen en 1 sectie sappeurs op Lombok
te doen blijven.
Alles is nu rustig. Het volk verzoent
zich en is boos op den Radja en zijn
raadgevers.
Ferdinand de Lesseps is overleden de
groote Franschman stierf gelijk hij op het
laatst geleefd had, kindsch en onbewust
van de schandelij ke gebeurtenissen die den
roem van zijn naam grootendeels hebben
uitgevlakt. Had hij zich jaren geleden
met zijn reusachtig geldelijk en weten
schappelijk succes bij de voltooiing van
het Suez-kanaal tevreden gesteld, duizen
den zouden zijn dood thans beweenen, en
de donkere slagschaduw van list en bedrog
en berooving, van zelfmoorden en gevan
genisstraf zou bij zijn sterfbed zijn ge
mist.
Toch laat de Lesseps den roem na van
een machtig man te zijn geweest; terug
deinzende voor niets. Hoch dit was tegel ijlt
zijne zonde.
Want ook voor de verzoeking van be
drog en diefstal week hij niet, gelijk zijne
Panama-operaties geleerd hebben.
Het kanaal van Suez heeft hij ten spijt
der Engelsche regeering voltooid, en het
Panamaplan in weerwil der Amerikanen
doorgezet.
Het is hier de plaats niet om zijngekegel
met Suez-aandeelen en Panama obligatiën,
waarmede hij zijn halve land, misschien
wel half Europa heeft beroerd, op te ha
len in financiëele bladen en later in ro
mans, zal de weetgierigheid hieromtrent ge
noegzaam kunnen bevredigd worden. Het
oordeel van het tegenwoordige geslacht
over dezen grooten en tegelijk zoo kleinen
doode, kon dan nog wal eens door dat
van het nageslacht in hardheid overtroffen
worden.
Van Be Lesseps mag overigens getuigd
worden Hij stierf oud en der dagen
bijna 90 jaren zat.
K e r k ii i e u w s.
Chr. Ger. Kerk.
Beroepen te Rotterdam (2e maal) ds. Ph.
J. Wessels te Zierikzee.
Ger. Kerken.
Nieuwdorp. Zondag was het voor
de gereformeerde kerk alhier een goede
dag. Na ruim twee jaren van het bezit
van een eigen leeraar verstoken te zijn
geweest, mocht zij dien dag weder in dat
bezit gesteld worden door de overkomst
van den heer J. H. Donner Jr, candidaat
tot den H. D. te Leiden, die des morgens
in zijn ambt bevestigd werd door zijn va
der ds. J. H. Honner, zendingsdirector en
lid van de tweede kamer der Staten gene
raal te Leiden terwijl des avonds de heer
ds. A. M. Honner uit Assen, broeder van
den bevestigde, voor de gemeente optrad.
De bevestiger had tot tekst gekozen 2
Tim. 2 1, terwijl aan de handoplegging
met hem deelnamen de predikanten ds. G.
Dalhnijsen van Heinkenszand, Consulent,
en ds. Donner uit Assen, welke laatste
daa.bij een kort woord tot den bevestig-
Diep bewogen en sprakeloos zonk Uros
aan de borst van zijnen trouwen leeraar.
Eenige uren later nam hij ook afscheid
van Bibernik, die hem nog een eind weegs
begeleid had.
Toen hij alleen was begon hij bitter te
weenen, maar de Heere zorgde voor hem,
en schonk den eenzamen knaap nieuwen
moed om de nog zwaardere beproevingen
te dragen, die hem in zijn vaderland
wachtten
Tegen het begin van he t voorjaar kwa
men de mannen weer naar Goraci terug.
Voor menigeen was dat een vroolijk we
derzien en van beide kanten had men el
kander veel te vertellen. Zeer welkom voor
de meeste huisgezinnen was ook het klin
kende arbeidsloon. Als de vader goede ver
diensten had gehad in Beneden-Kroatie kon
den zij den zomer weer vroolijk tegemoet
gaan. t
Het was een luchthartig volkje, da niet
voor de toekomst zorgde, en met weinig
geld altijd veel uitrichten wilde, natuurlijk
met behulp van schulden, die dan in de
gedachten reeds gedekt waren door de ver
diensten van den volgenden winter.
Op den eersten Zondag dat alle mannen
weer te Goraci aanwezig waren, werd er
een vroolijk feestgevierd. Na de morgen-
mis verzamelden oud en jong zich onder
de tonen der muziek voor de kerk. Op
de opene ruimte rond het kerkgebouw werd
een volksdans gehouden, en dan trok men
naar de weiden die met gouden krokussen
en met aardige sneeuwklokjes als bezaaid
waren, om zich daar met zingen, spelen en
dansen bezig te houden.
De drank, helaas de verderfelijke jenever
ontbrak natuurlijk niet. Ravac, de voor
komende, gluiperige waard zou daar in zijn
element geweest zijn, dit jaar echter ont-
de en de gemeente richtte.
Hes namiddags deed ds. J. II. Donner Jr
intrede meteen prelicatie naar Efese 6 19.
Hij richtte hierbij onder anderen een toe
spraak tot den burgemeester, Jhr. Lewe
van Nijenstein, die met den secretaris in
het kerkgebouw aanwezig was.
Hes avonds sprak ds. Donner uit Assen
over Philipp. 4 4.
Bij de drie beurten vulde eene groote
schare het kerkgebouw.
Zegene de Heere dezen dag, en stelle
hij den jeugdigen leeraar in zijn eerste
standplaats vele jaren ten rijken zegen!
8 c li o o l n i e a tv s.
Stavenisse. He heer L. B. v. d.
Slikke alhier is benoemd tot onder wij zei-
met hoofdacte te Poortvliet.
Zooals werd vermeld, zon het 40-jarig
bestaan der theologische school te Kampen
niet feestelijk herdacht worden. Toch ging
de dag van Woensdag niet onopgemerkt
voorbij.
Namens een commissie uit de burgerij
werd in het schoolgebouw door den voor
zitter, den heer mr. L. W. Ebbinge, een
huldeblijk aangeboden, bestaande in een
boekenkast in renaissance-stijl, benevens een
album houdende de namen der gevers. He
heer dr. H. Bavinck sprak een woord van
dank.
Hie dag was juist gekozen tot overdracht
van het rectoraat der schooldeze vond
's avonds plaats in tegenwoordigheid van
velen. De heer dr. H. Bavinck, aftredend
rector, hield eene rede tot onderwerp heb
bende „de Algemeene Genade". |Docent P.
Biesterveld nam daarna het bestuur der
school over.
Gemengde Berichten.
Coes. Donderdagnacht heeft de politie
weder twee onbeheerd losloopende honden
alhier doodgeschoten. Ter bescherming van
andere eigendommen zijn dergelij ke krasse
maatregelen noodzakelijk. Laten de inge
zetenen dus, zoo zij er prijs op stellen ze
te behouden, hunne honden vastleggen.
Goes. In den nacht van Donderdag
op Vrijdag werden op de afgesloten erven
van P. Nonnekes en G. Verrijzer alhier
de konijnen ontvreemddaar de hokken
weder gesloten bleken te zijn, lag het voor
de hand dat de dieven ditmaal onder de
menschen moesten gezocht worden. He
commissaris van politie nam spoedige maat
regelen de inspecteurs Brons en Lakeman
gingen op recherche naar Yerseke, waar zij
de ontvreemde dieren in beslag namen bij
den opkooper D.
He vermoedelijke daders J. Br. en A. H.
alhier werden hierop ontboden en beken
den weldra de misdaad. De politie zag dus
ook nu weer meer dan de politie op andere
plaatsen haar pogingen naar wensch ge
kroond.
Voor de ingezetenen eene groote gerust
stelling.
Borsele. Vrijdag hield de Werkmans-
vereeniging hare algemeene jaarvergadering
tot het doen van rekening en verantwoor
ding over 18931894. De ontvangsten
bedroegen f 2085,52Vs, en dej uitgaven
f 19(57,(iJ'/s, een batig saldo dus van f 117,89
voor die som is er nog een voorraad kolen
in het pakhuis aanwezig. Uit nog een en
ander bleek dat de lieden hnnne kolen voor
f 0,68i/g vrij aan huis hadden. Tot be
stuursleden werden gekozen P. Minderhoud
Gz. (kassier) en de heeren C. d e Krijger en
M. v. Boven tot commissarissen van toe
zicht. Het kiezen van een voorzitter is
uitgesteld tot op een nader te bepalen dag
daar de heer C. Allaart bedankte voor zijne
herbenoeming als voorzitter en er zich nie
mand op de vergadering bereid verklaarde
om in diens plaats op te treden.
brak hij maar een opvolger, die nauwe
lijks beter was, deed zijn best om zijne
plaats in te nemen. Geheel Goraci had
zich langzamerhand op de weide verzameld,
slechts één persoon zat eenzaam, in gedach
ten verzonken voor hare hut. Het was de
oude Zorka. Zoo had ze reeds menigen dag
gezeten, sinds de eerste man uit Beneden-
Kroatië teruggekomen was. Zij zag er ouder
uit dan ooit. Haar grijs haar was sneeuw
wit geworden, hare wangen schenen allen
gloed verloren te hebben en haar blik die
altijd verhelderde wanneer zij Anica zag,
was diep bekommerd. Zij zat met het hoofd
in de handen en somtijds keek zij op om
vol verwachting door het dal te zien. Daar
moest hij vandaan komen, de zoon harer
Anica, maar waarom kwam hij nu niet
De anderen hadden niet zoo lang op zich
laten wachten. Het zou werkelijk beter
voor u zijn, arm kind, dat ge uw vroeger
tehuis niet meer aanschouwen moest, en
gij het betere Vaderhuis gevonden had,"
zuchtte de oude als zij bij het vallen van
den avond haar wachtpost verliet en in
hare hut terugkeerde.
Waarom wachtte zij nu eiken dag op
bank hem op de oude steenen voor de hut.
Niettegenstaande haar hoekig en ingeval
len gelaat bezat de oude Zorka een warm,
teeder en liefdevol hart.
Zij wou den knaap de smart besparen
om aan zijne voormalige woning door
vreemden afgewezen te worden. Zij zou
hem tegemoet ijlen, hem in hare hut trek
ken en dan kon hij daar in het verborgen
zijne smart uitweenen aan haar hart, als
hij dat wilde, of alleen zij zou hem niet
storen.
„Ik hoop maar dat hij nu toch niet
komt" zeide Zorka bij zichzelf, toen een
bijzonder luide toon der uitgelatene vroo-
lijkheid op de weide tot haar doordrong.
Vlisslngen. Zaterdagavond werd al
hier aangebracht een onbekend lijk van het
mannelijk geslacht dat op de reede alhier
in de zoogenaamde Schardijnkil drijvende
gevonden was. Het lijk werd naar het
lijkenhuisje op de Algem. begraafplaats
overgebracht, doch tot op heden nog niet
begraven,omdat men vermoedt dat het erkend
zal worden als tej zijn van iemand die te
Gouda woonachtig was.
Heinkenszand. Vrijdagavond werd
het dorp in opschudding gebracht door een
Belgisch jongman ongeveer 30 jaar oud, die
den geheelen dag in beschonken toestand
rondgeloopen, overal bij de landbouwers
zijn beklag gedaan en een onderkomen
voor |den nacht gezocht had. Bij sommige
boeren en burgers was hij zelfs vrij bru
taal, tot hij bij een landbouwer even
buiten het dorp, rond de schuur sluipende
door een zoon van dien boer gegrepen en
door den rijksveldwachter naar den Burge
meester gebracht werd de gearresteerde
protesteerde heftig, terwijl hij schold en
vloekte, en zich de kleeren van het lijf
scheurde. Des avonds half negen bracht
men hem geboeid per rijtuig naar de ge
vangenis te Goes. Een en ander lokte vele
toeschouwers.
Met bestemming voor Batavia zal den
5en Januari 1895 van het Kol. Werfdepot
naar Rotterdam en van daar per st.
Soemhing naar Indië vertrekken een afdee-
ling aanvullingstroepen, sterk 53 militairen,
waaronder 3 onderofficieren, onder bevel
van den van verlof naar Java terugkee
renden kapitein der genie L. G. Krol van
der Hoek.
Benoemd voor het jaar 1895 tot secre
taris bij den Geneeskundigen Raad voor
Zeeland en Westelijk Noord Brabant dhr.
J. J. Berdenis van Berlekom, arts te Mid
delburg.
Te Loosdrecht is een nest metjonge
huismusschen nog zonder veeren ontdekt
door den veehouder G., en dezer dagen
zag men er nog een boer met een flink
voer gras uit het weiland huiswaartB
rijden.
Men schrijft uit Srummen
Het is gebleken dat de jongeling ge
naamd J. W. Paalman, die Donderdag
morgen aan den weg gevonden is, vermoord
is geworden. We kunnen hieromtrent het
volgende mededeelen. Paalman was met
nog meer personen uit de buurt des avonds
naar Zutfen geweest terugkeerende schijnt
hij twist gekregen te hebben met iemand
uit Voorst, die nog onbekend is. De 20-
jarige R. K., bóerenknecht te Empe, die
wat al te dicht bij de twistenden schijnt
geweest te zijn, werd door P. met een
mes aan de hand gewond. Bij het schei
den gaf K. te kennen dat hij een aldaar
wonenden gemeenteveldwachter van de ver
wonding in kennis zou stellen. Dit heeft hij
echter niet gedaan, doch is naar huis ge
gaan, heeft een geladen geweer gehaald en
heeft vervolgens Paalman opgewacht. Dezen
heeft hij eerst eenige schreden laten voor
bijgaan en toen zijn naam genoemd, zoodat
hij zich omkeerde. Het volle schot ging
hem toen in den buik.
De moordenaar moet verbazend driftig
van aard zijn, zoodat wraak over de ver
wonding hem tot de misdaad schijnt te
hebben gebracht. De moordenaar heeft
alles bekend en is gevankelijk naar Zutfen
overgebracht.
Lage hartstochten
Tot de bakkersknechts te Amsterdam,
die met de werkstakers geen gemeene zaak
hebben willen maken, behoorden o. a. twee
gezellen die echter toch tijdens de staking
niet hebben behoeven te werken.
Toen nu een van die beiden Dinsdaga
vond op weg was naar zijne woning werd
hij door twee kerels aangevallen en onder
Zij begreep hoe smartelijk het zou zijn,
voor zijn gewond hart.
De schemering brak aan, en de oogen
der oude, moede van het weenen der laat
ste maanden, konden den weg door het dal
niet goed meer onderscheidende hoornen
en hutten verloren zich in den lentenevel
luid gescheeuw klonk door de lucht. „Ach
Heeremoet dat nu een Zondag zijn",
zuchtte Zorka. „Vergeef hen, die u op
zulk eene wijze beleedigen. Ja, ja, Anica,
sprak zij zacht alsof de aangesprokene voor
haar stond, het heeft u ook nooit bevallen.
Gij waart dan altijd bij mij wanneer de
avondklokken luidden en Jercin, de arme
Jercin, kwam ter wille van u vroeger naar
huis. Maar wie komt daar riep de oude
plotseling uit. Zijt gij het, Uros, zijt gij
het werkelijk Voor haar stond de knaap.
Door de duisternis kon zij niet zien hoe
bleek zijn gelaat was, maar hare ziel ge
voelde dadelijk, dat Uros reeds iets wist,
misschien wel alles.
„Arm kind mijner Anica riep zij uit,
en omarmde den knaap.
Een oogenblik leunde Uros met het
hoofd op den schouder der oude, zij voelde
hoe zijn hart klopte en zijn hoofd bonsde-
toen richtte hij zich weder op, en hare
hand grijpende zeide hij zacht: „Ik ben
tot u gekomen, Zorka, omdat ik geen te
huis meer heb."
„Ik heb op u gewacht, Uros, komwas
het antwoord der oude.
Hij gevoelde hare liefde en liet zich
als een kind in de hut voeren. Daar zette
hij zich op de bank neder en verborg het
gelaat in de handen, terwijl hij smartelijk
zuchtte. Zorka zette zich naast hem.
Wordt vervolgd)