„DE ZEEUW" BIJVOEGSEL I)e Koninginnen in Zeeland. van Donderdag 23 Aug. 1894. II. TE VLISSINGEN. Duizenden bij duizenden toeschouwers bewogen zich reeds vroeg in de straten onzer stad, overgekomen uit twee konink rijken, om de koninginnen van nabij te zien en deel te nemen in de feestvreugde der Elesschenstad. Zelfs de regen, die aanhoudend in dichte stroomen nederviel, vermocht niet de geest drift te doovenof eenige storing teweeg te brengen iu het programma, hoezeer die op schoon weder ingericht was. Te 10,38 heden morgen reed de extra trein uit Middelburg het prachtig ver sierde nieuwe Havenstation binnen. Op het perron stond de eerewacht der dienstdoende schutterij onder commando van den kapitein en deed de stafmuziek van het 3e regiment infanterie de tonen van het Wilhelmus klinken. HH. MM. werden verder opgewacht door den Burgemeester, Gemeentebestuur en andere autoriteiten. Nadat de Koninginnen den trein hadden verlaten en naar de met bloemen en tapijten keurig versierde ont vangkamer waren geleid werden zij door den burgemeester namens de stad Vlissingen verwelkomd. Daarna werd door Mevr. P. A. Tutein Nolthenius geb. v. Haeften aan H. M. de Koningin-Regentes en door mejuffrouw Jeanne Tutein Nolthenius, dochter van den burgemeester, aan H. M. de Koningin een bouquet aangeboden. Door den burgemees ter werden de verdere autoriteiten aan H.H. M.M. voorgesteld. Nu begaven zij zich naar het stoomschip Rederland, ge zagvoerder J. v. Boven, om eene tocht te maken op de reede. Duizende toeschouwers die nu en dan een oorverdoovend hoera aanhieven waren aanwezig om dit prachtig schouwspel gade te slaan, dat verhoogd werd door het gebulder der kanonnen, het ko ninklijk saluut, van H.H. M.M. fregatten de Ruijter en Atjeh en H. M. pantsersche pen Guinea en Stier. Ten 11% ure keerde de Nederland terug en begaven HH. MM. zich weder naar het Nieuwe Havenstation, waar zij werden ontvangen in eene andere met bloemen en tapijten versierde ontvangka mer onmiddellijk grenzende aan de zaal waarin het dejeuner werd aangeboden door de Gemeente Vlissingen en de Maatschappij tot Exploitatie van Staats-spoorwegen en de Maatschappij Zeeland koninklijke Ne- landsche postvaart. Aan het dejeuner merkten wij op met HH. MM. de navolgende genoodigden. HH. MM. gevolg bestaande uit: u mes van Hardenbroek van 's Heer- 1 van Bergambacht geb. Gravin Llmb Stiruin, (Grootmeesteres K. Ij. H. van de Poll (Sur- van de K.) E. G. Ba- II hofdame K. R.) Miss Saxton W nt >r (H. M. gouvernante.) K. J. G. Baron van Hardenbroek van 's Heeraardsberg cu Bergambacht (Opper kamerheer K.) Jhr. S, M. S. de Banitz (Kamerheer van de K,en part, irieor, K. R.) J. W. F. Ridder licissenvan Katten- dijke (Kamei. C. A. Baron Bentinek Adj. i. b. d. en le stalmeester der K den Bosch Kapt. Adj. von d> Jhr. 1 J. Vegelin van Claerbergen. b M. Kabinet J. H. F. Graaf au \m, le Luit ordonnans-officier K. Voortb R. de Kerchove d'Exaerde, Gouverneur van Vlaanderen (Belgie). Mr. de Grave, Griffier Provinciale de Flandre. Jhr. Mr. W. M. de Brauw, Commissaris der Konin gin, en echthenoote. Jhr. F. J. de Brauw Schout bij nacht te Hellevoetsluis en Adj. J. B. A. Jonckheer Luit., ter Z. le. kl. Jhr. L. J. H. Teding van Berkhout Generaal Majoor, Bevelhebber in de 3e Militaire Afdeeling en adjudant J. L. A. de Bruijn Kapitein der Infanterie. H. P. J. Tutein Nolthenius, Burgemeester en echtgenoote, Cluijsenaar Dir. Gen. der Staatsspoorwegen. C. L. van Woelderen en Mr. C. Bakker Cz. Directeuren der „Zeeland." F. G. Sprenger en Johs. Luteijn leden van den Raad van Commissarissen der „Zee land" Mr. E. Fokber, lid van de le en Mr. C. Lucasse lid van de 2e jKamer der Staten-Genaraalde leden van Gedeputeer de Staten van Zeeland met griffierde leden van Provinciale Staten wonende te Vlissin gen de wethouders, de leden van den Raad ea de Gemeente-Secretarisde Komman danten vanHr. Ms. fregatten „de Ruijter" en „Atjeh", pantserschepen „Guinea" en „Stier" en kannoneerboot „Dog"; de Onder- Inspecteur van het Belg. Loodswezen te Vlis singen; de Inspectour van het Nederl. Loods wezen te Vlissiugen de Hoofdingenieur en de Ingenieur van 's Rijks Waterstaat in het He district; de Majoor Garnizoens Kom- niandant,de Majoor Kommt. d.d. Schutterij; Voorzitter, Secretaris en Penningm. van het hatsdepartement,id. id. id. der algem. leestcommissiede Kommandant van de ^erewacht te paard T. E. M. van Lilaar, ffitmr. der cavie. E. J. B. H. M. Engeringh, 1 W. Mieling, H. M. P. van der Kun G. van Egmond, hoofdambtenaren der 1 taatespoor; J. Wilkens, H. L. Hermans tn Alter Hoofdambtenaren der d; P. van der Weiden, hoofdopzichter bij den bouw van het nieuwe station en J. van Boven, Kommaudaut van het ss. „Ne derland". De heer Tutein Nolthenius nam het woord om aan de Koninginnen een heilwoord te wijden. „Nu Uwe Majesteit onze geeerbiedigde Koningin mij vergunt een enkel woord te spreken is het mij een hoogst vereerende taak namens de gemeente Vlissingen, namens de Maatschappij tot Exploitatie van Staats spoorwegen en namens de stoomvaart Maat schappij „Zeeland" Koninklijke Nederland- scbe Postvaart aan Uwe Majesteiten onzen diep gevoelden dank te brengen voor de hooge eer ous aangedaan, doordat het aan Uwe Majesteiten behaagde wel aan dezen disch te willen plaats nemen. Met de beide maatschappijen, die hier vertegenwoordigd zijn, heeft de gemeente Vlissingen zoovele belangen gemeen dat het door haar op hoogen prijs gesteld wordt, dat het Uwe Majesteiten behaagde in de eerste plaats met eene der mailbooten de reede onzer stad te bezoeken en daardoor een blijk van Uwe gewaardeerde belang stelling te geven in de stoomvaartlijn door wijlen onzen zoo beminden Prins Hen drik gegrondvest, terwijl Uwe Majesteiten thans eenige oogenblikken wilden vertoeven in het onlangs gestichtte stationsgebouw, waarop de gemeente evenzeer trotsch is. Ik breng Uwe Majesteiten daarvoor eer biedig dank Maar het zij mij voorts vergund nog een woord te mogen spreken uit naam der gemeente, aan het hoofd waarvan ik sta en dan is het mij een groot, nooit te vergeten voorrrecht, dat het mij gegeven is Uwe Majesteiten uit naam van Vlissings ingezetenen toe te spreken bij dit eerste bezoek aan deze stad. Toen de mare tot ons kwam, dat Vlis singen dit bezoek mocht verwachten, heerschte dezelfde vreugde, waarvan onze oude veste steeds blijk gaf, wanneer het den Vorst behaagde hier te komen. Vlis singen was ten allen tijde nauw aan het Doorluchte Huis van Oranje verbonden en denkt dankbaar terug aan het vele goede haar door de leden van dat Stamhuis besvezen. Wanneer men de geschiedboeken opslaat van af het oogenblik, dat het kleine Vlis singen vóór ruim 300 jaren het eerst de zijde van den Prins koos, door de vreemde bezetting te verdrijven, tot op heden, nu wij onze jeugdige Koningin met Hare ge- eerbiedigde Moeder in ons midden zien ver toeven dan leest men op al die bladzijden den naam van Oranje. Dat in vorige tijden de Prinsen van Oranje hier als erfheer gehuldigd werden, waarbij van de groote gehechtheid der be volking bleek, is thans door de veranderde regeeringswijze, niet meer gebruikelijk, maar zeker is het, dat de liefde en trouw van destijds nog onverflauwd zijn blijven voort leven en Vlissings ingezetenen niet zijn vergeten, wat zij aan uw Doorluchtig ge slacht te danken hebben. Wanneer Uwe Majesteiten gezien hadden, zooals ik, hoe, sedert het bericht Uwer komst, oud en jong, rijk en arm zich heeft beijverd om Uwe Majesteiten zoo waardig mo gelijk te ontvangen, dan zoude het Uwe Ma jesteiten gebleken zijn, hoe.innig het ver van Uwer Majesteits residentie gelegen stadje ge hecht is aan onze Vorstin, en dan ben ik er trotsch op Uwe Majesteiten als Burge meester daarvan mededeeling te doen en de '■zekering er bij te kunnen voegen, dat ge in mijne gemeente de ontvangst schitterend en kostbaar zijn als v.v'ïfmh rs aan Uwe Majesteiten ten v et dan toch zeker niet aan r iv' erlangen Uwer Majes- tei vai 'ie te geven, heeft ontbroken Ëk spreek dan ook den wensi.b uit, dat, wanneer Uwe Majesteiten Zeeland verlaten In. 1 igen den indruh. bij "..53 hebben achtergela. da jrbiedden vroegeren vort verflauwd is overgegaan op d Koningin en op Hoogstderzelvc rbiedigde Moeder. Moge dan ook de voor het welzijn van Uwe Majesi, verhoord worden en ons dierbaar Nederia. I nog tal van jaren bloeien onder de regeering van het Stamhuis van Oranje. En wanneer men dan in de historie zal lezen van onze beminde Koningin Wilhelmina dan zal daar naast geschreven staan een woord van eerbiedigen dank aan onze Ko ningin-Regentes Emma, aan wie Nederland zoo onnoemelijk veel verschuldigd is. f Ik noodig U allen uit dezen dronk te wijden aan de gezondheid en de voorspoe dige regeering van onze Koningin Wilhel mina en van Hare Majesteit de Koningin Regentes." De toast werd op hartelijke, vertrouwe lijke wijze, mede namens de Koningin, door de Regentes beantwoord. RAADHUIS. Na het dej euner begaven HH. MM. zich naar de Koningstrap, aanlegplaats der penny boot, om door het ss. W alcheren van den pro vincialen stoombootdienst n iar het Raadhuis te worden vervoerd. Het stoomschip was keurig versierd, zelfs tot in de machine kamer toe waar de driekleur door koperen staafjes op de pennen der drijfstangen was aangebracht. Wat HH. MM. bijzonder de aandacht trok was de prachtige versiering der arbeidersbuurtende Bankerts- en Evertsenstraat, waar langs de Walcheren langzaam henenwer, terwijl d >r een zes. tigtal kinderen vaderlandsclie lisderen werden gezongen onder leiding van den heer J. W. Delzenne. Ten 2 ure ougeveer was de Walcheren op de plaats dei- bestemming. HH. MM. begaven zich over eene versierde brug naar het Raadhuis, waar weder eene eerewacht der dd. schutterij was geschaard, Bij het binnenkomen van HH. MM. stonden 20 meisjes, de standen vertegenwoordigende, op de trappen van het bordes levende bloemen te strooien. Hunne namen zijn: Maria L. Blij, Christina van Dien, Anna van der Eijk, Josephine C. Flcrsehütz, Pauline C. J.Haaze, Adriana van Hoepen, Johanna A. de Hondt, Wilhelmina J. de Kok, Fran- cina M. Koppejan, Suzanna de Koster, Dina Krijn, Helena J. Leijdekkers, Emma S. Lockemeijer, Rachel Meerman, Johanna Naerebout, Hendrika J. van Noppen, Jacoba M. de Rooij, Maria M. P. Sosien, Wilhel mina H. P. M. Wiltenburg. (De laatste draagt dezelfde namen als H. M. de Koningin en verjaart ook op denzelfden dag als H. M.) Na aankomst van H.H. MM. op het Raadhuis werd Haar door „Vlissings Man nenkoor" de volgende „Vlissing's Hulde aan H.H. MM." (Muziek van H. C. de Waal (directeur van VI. M.)woorden van Luctor (P. Louwerse) toegezongen: Hoezeel een lied op ouden trant Ter eer van 't lieve vaderland! En ook ter eer j van Haar, die kroon en (schepter torst. Voor vaderland en Koningin Klopt steeds het hart vol liefde en min In onze Zeeuwsehe horst I En wat er in den boezem leeft, Eu wat het hart aan beden heeft, Voor 't lieve vaderland en Haar, die 't (land gebiedt, Dat ligt geschreven in ons oog, Dat zenden w' als een bede omhoog In 't ongekunsteld lied. Gods zegen daal' vol liefde en trouw Op Koningskind en Koningsvrouw Aan Moeder en aan Kind reik' Hij de (sterke hand En wat er dan ook dreigen moog', Wij houden fier liet hoofd omhoog! Hoezeevoor Nederland. Hoezee een lied op ouden trant Ter eer van 't lieve vaderland En ook ter eer van Haar, die kroon en (schepter torst. Voor vaderland en Koningin Klopt steeds het hart vol liefde en min In ouz j Zeeuwsehe borst Het bordes van het Raadhuis was prachtig met bloemen versierd evenals de trouwzaal, waarin H.H. M.M. werden ontvangen. De geheele versiering van bloemen, tapijten, enz. is aangebracht en ontworpen door de firma C. H. Eckhardt ven Rotterdam. In de zaal waren de leden van den Gemeen teraad tegenwoordig. Daarna had het bezoek aan do De Ruyter- tentoonstelling plaats. Bij hare intrede werd de Koningin-Re gentes door mej. Wilhelmina van der Beke Callenfels en de Koningin door jongej. Wilhelmina M. I. Wibaut een bouquet aangeboden. Onder de merkwaardigheden die door HH. MM. werden opgenomen, maken wij allereerst melding van eenige belangrijke Schilderijen 1. Portret van de Ruijter met gebeeld houwde lijst. Eigendom van het Koninklijk Instituut voor de Marine te Willemsoord. 2. Voorstelling waarop de voornaamste vlootvoogden met de Ruijter in het midden Eigendom van douair Jhr. de Jonge geb. de Koek, te 's Gravenhage. 3. Praalgraf van de Ruijter in dc Nieuwe Kerk te Amsterdam, door Emanuel de Witte. Eigendom van den heer J. C. de Ruijter de Wildt. 4. Tocht naar Chatham. Eigendom van het Zeeuwsch Genootschap te Middelburg. 5. Onder de zeer belangrijke brieven toebehoorende aan den heer J. C. de Ruij - ter de Wildt maken wij melding van eenen open brief met uithangend zegel in roode was, van Fredrik III, Koning van Dene marken van 1 Augustus 1660, houdende verheffing van M. Az. de Ruijter tot den Adelstand. 6. Open brief met uithangend zegel in gele was, van Karei II Koning van Enge land, van 1 Augustus 1668, houdende ver- heffiing van Jonkheer Engel de Ruijter tot Erfelijk Ridder. Ook de collectie brieven van Baron v. Tuijll van Serooskerke te Arnhem is mede hoogst belangrijk, evenals de collectie platen in eigendom toebehoorende aan den heer Nijland. Het zijn platen betreffende zeeslagen, Algiers, Tocht naar Noorwegen, Verzoening van de Ruyter met Tromp. De gouden keten geweigerd, Opschudding voor het huis van de Ruyter, en de Begrafenis en Graf tombe van M. Az. de Ruyter. Voorts eene collectie portretten van M. Az. de Ruyter. "Ook de verzameling voorwerpen trok zeer H. M. aandacht, het wiel of touw- slagersrad waaraan de Ruyter als jongen in de lijnbaan van de heeren Lampsens te Vlissingen heeft gedraaid, benevens een rood fluweelen muts bezet met paarlen dienende tot de Hertogskroon. Ook het rappier met gevest van bloed koraal geschonken aan den Admiraal in den jare 1676 door den Markies de Los Velez onderkoning van Napels een commandostaf met schildpad, de knoppen bezet met edel gesteenten door Karei II Koning van Spanje in den jare 1676 aan den admiraal ten ge schenke gegeven en eene sabel door den Ad miraal veroverd op den Franschen kapitein de la Lande bevelvoerende over hgt schip,, Regi- na" als vrijbuiter in f1 ^^ellandsche zee 1657ken en "CoTsica op 28 Eebr. Nog werden bezichtigd de gewone wan delstok van den Admiraaleen groen flu weelen brieventasch met gouddraad gebor duurd door den Admiraal gedragen een bokaal van groen glas met wapen en portret van den Admiraaleen zilveren bekertje met zijn wapen alsmede een'houten schild. Voorts een glazen beker waarop gegra veerd de zeven wapens der vereenigde Provinciën gebruikt op het Admiraalschip „de zeven Provinciën". Een glazen beker waarop gegraveerd het wapen van Z. D. H. de Prins van Oranje met omschrift „Honi soit qui mal y pense" en met bovenschrift „Vivat Oranje". Vijf glazen bekers waarop gegraveerd de wapens der Stemgerechtigde Steden van ZeelandMiddelburg, Vlissingen, Goes, Veere en Tholen. (Dit alles behoort in eigendom aan de familie de Ruijter de Wildt). Ook trok niet het minst de aandacht het ordeteeken van St. Michiel door Lode- wijk XIV aan de Ruyter geschonken. De heer J. C. de Waardt te Dordrecht zond voor de tentoonstelling in 6 porcelei- nen ontbijtborden vervaardigd in Kaap de Goede Hoop: waarschijnlijk door M. A. de Ruyter geschonken aan Jan Faassen, die het leven van Prins Maurits redde en een bokaal met wapen van dien Prins, te zamen gebruikt door Koning Willem I bij zijne komst in Nederland in 1813 zoo ook het scheepshorloge van M. A. de Ruyter met inscriptie „de Ruyter 1660" in eigen dom toebehoorende aan Jhr. van den Bo- gaerde Moergestel te 's Hertogenbosch. Het Kajuitstoeltje van de Ruyter, eigen dom van Mevrouw van Tienhovenen de Scheepskist met koper beslag door M. Az. de Ruyter, gebruikt, eigenaar Baron v. Tuyll van Serooskerke te Arnhem benevens eene verguld koperen pendule met het beeld van de Ruyter in eigendom van Dr. Kok te Nieuwer Amstel. Het spreekt van zelf dat sommige voor werpen zeer vluchtig moesten worden be keken. H. M. de Regentes liet zich echter omtrent verschillende zaken door den heer Tutein Nolthenius inlichten. Vermelden wij alleen nog dat aanwezig was het zilveren truweel, het kalkbakje en het schootsvel gebruikt bij het leggen van den eersten steen van het voetstuk voor het Standbeeld van M. Az. de Ruijter op het de Ruij terplein en de Rotonde, eigen dom van den heer J. C. Ruijter de Wildt te Vlissingenen dat ook de tentoonstelling van schilderijen, platen, brieven en voor werpen, betrekking hebbende op Vlissingen veel bezienswaardigs boodte weteneen schilderij „Vlissingen van de rivier gezien". En „Het Oude Stadhuis tijdens het bombar dement door de Engelschen in 1809 door brand vernield." Twee kaarten van Vlissingen vervaar digd door den heer Tutein Nolthenius, Bur gemeester van Vlissingen en eene studiekaart betreffende den alleroudsten toestand van Vlissingen vervaardigd door Ds. P. K. Dom misse te Lage Zwaluwe. Ook pog de collectie brieven met de handteekeningen van Prins Willem I, Mau rits, Filips van Marnix van St. Aldegonde, Margaretha van Parma, Alva enz. Bij hun vertrek werden aan H.H. M.M. ter teekening aangeboden het volgend pro ces-verbaal en oorkonden: a. Het heeft Hare Majesteit Koningin Wil helmina der Nederlanden en aan Hare Majesteit de Koningin Regentes Emma der Nederlanden behaagd bij Hoogstderzelver bezoek aan de tentoonstelling, gehouden bij gelegenheid der heronthulling van het stand beeld van den Luitenant Admiraal Generaal Michiel Adriaanszoon de Ruijter Hoogst derzelver handteekeningen hieronder te plaatsen, als eene herinnering aan bovenge noemd bezoek. Vlissingen, den 23 Augustus 1894. (Handteekeningen). b. (Oorkonde.) Het Bestuur der Oudheidskamer te Vlissingen veroorlooft zich met den mees ten eerbied aan Hare Majesteit Koningin Wilhelmina der Nederlanden deze oorkonde aan te bieden als eene herinnering aan Hoogstderzelver bezoek aan de tentoon stelling van voorwerpen betrekking heb bende op het leven van den Luitenant Ad miraal Generaal Michiel Adriaanszoon de Ruijter, gehouden bij gelegenheid van de herenthulling van het standbeeld van ge noemden zeeheld te Vlissingen op 23 Augus tus 1894. Het Bestuur voornoemd A. A. A. E. GEWIN. C. A. KALBFLEISCH. C. R. C. WIBAUT. C. P. I. DOMMISSE. J. A. FREDERIKS. c als b maar te lezen, in plaats van Wilhelmina: Emma Koningin R(jgentes. Zegel voorkant standbeeld de Ruyter in rand terror hostium patriae decus. Zegel achterkant Wapen van Vlissingen in rand Ruijterimanibus. Vllssmg» pia posteritas dicavit 1894. Ten 2% ure ongeveer vertrokken Hare Majesteiten iwar de Rotonde --n den Noord- zee-Boulevard. De stc "1 s? mengesteld 1. Detach. 2 5. H. M. de Koningin en H. M. de Ko ningin-Regentes. 6. De eerewacht te paard. 7. Gevolg van HH. MM. 8. Detachement Cavallerie. Het Vaandel der eerewacht, Maandagavond door Mevrouw P. A. Tutein Nolthenius na mens eenige dames uitgereikt uit hetzelfde huis waaruit ook in 1841 het vaandel der toenmalige eerewacht is in ontvangst ge nomen, is van karmijnrood fluweel met zilveren franje omboord. In het midden bevindt zich het wapen der stad: een zilveren flesch met kroon, terwijl in de bovenhoeken zilveren ornamenten zijn aangebracht, op den top van den standaard is tevens een zilveren flesch aangebracht. HH. MM. werden overal toegejuicht. En ook de leden der eerewacht deelden in die toejuichingenj niet alleen omdat zij de Ko ninginnen zoo dicht vergezelden, maar ook om het uitstekend costuum, dat zeer de aandacht trok. De heeren droegen een hoo gen hoed en waren gekleed met zwarte rok, witte das, vest, handschoenen en rijbroek, rijlaarzen, oranje-bandelier, kokarde met nationale en oranjekleuren op de linker borst, karwats; terwijl de paarden bekleed waren met wit schabrak en aan het hoofd stel een oranje-rozette hadden. De stoet nam haar weg langs Houtkade, Droogdok, O. Z. Steenenbeer, Pottenkade, Zeilmarkt, Nieuwendijk, Beursbrug, Beurs plein en bereikte zoo de Rotonde; waar bij aankomst, aan de Regentes, door de jongejutfr. Elisabeth van Unen, dochtertje van den secretaris van het Nutsdepartement, en aan de Koningin door Theresa C. L. van Raalte, dochtertje van den heer Jos. van Raalte, lid der permanente commissie voor het standbeeld, een bouquet werd aange boden. OP DE ROTONDE. Onbeschrijfelijk druk was 't op de Rotonde in de nabijheid van den Noordzee-Boule- vard, die op het allerkeurigst was versierd. Uren van te voren had men eene plaats gezocht. De hoera's daverden HH. MM. tegen uit duizenden kelen. Aan het begin van den opgang stond een eerepoort, boven aan den oprit eene dubbele eerepoort, de eene bestemd tot toegang voor het feestterrein van HH. MM. om de plechtige heront hulling van de Ruyter te volbrengen en voor de corporatiën en genoodigden. Deze laatsten waren behalve zij die aan het dejeuner hadden aangezeten ook nog: de leden van het departetnent Vliss. der MÜ „Tot nut van 't Alg.", de gemeente ontvanger en de griffier ter gem. secretari e, de leden der feestcommissie, idem der Ka mer van Kooph., de officieren van het gar nizoen, het algemeen depot van discipline en der d. d. Schutterij; de consuls, vice- consuls en consulaire agenten van vreemde mogendh., de bestuursleden der oudheids kamer, de Rijksontvanger, de directeuren van Post- en Telegraafkantoor, de predi kanten en geestelijken, de luit. kol. kom mandant in het 3e genie kommandement te Breda, de kapitein eerst aanw. ingenieur te Bergen op Zoom, de ingenieur van de ScheldeL. Leeuwenburg scheepmakersbaas van de ScheldeJ. H. Harte, gemeente bouwmeester, de aannemers, betrokken bij de verplaatsing van het beeld, het bestuur van het dept. Middelburg der Mij. „Tot nut van 't Algemeen", eenige afstammelingen van de Ruijter, de Lt. Kol. Prov. adju dant, de Lt. Kolonel militie-commissaris, de Dir. van het Kon. Inst. der Marine, de pres., de Off. van Just, en de griffier der arrondissements-reebtbank, de kanton rechter, de ambtn. van het O. M. en de griffier bij het kantongerecht. Burg. en Wcths. van Middelburg, de voorzitter en de conservators van het Zeeuwsch Gen. der Wetensch., de Ridders der M. W. O. en de dragers van het Metalen Kruis te Vlis singen, de hootden van Scholen, officieren der Marine uit de verschillende directiën van 't Departement6 adelborsten van het Instituut; de ontvangers en de commissa rissen der beide loodswezens en voorts de putaties met vaandel. Na de ontv angst van HH. MM. door het bestuur van het departement Vlissingen der maatschappij „Tot nut van 't Algemeen" en onder het bespelen van het Wilhelmus" (nieuwe zetting) namen HH. MM. in eene daartoe door de firma C. H. Eckhart van Rotterdam in zinrijk opgestelde stijl ko ninklijk bloemen; payiljoen bekleed met persische tapijten, plaats. Na 't zingen van het kdraal„Hulde aan 't voorgeslacht" nam de voorzitter van het Nuts Departement, de heer Tutein Nolthe nius hef woord en sprak aldus: „Het is een schoone, maar moeilijke taak, die mij heden als voorzitter van het De partement Vlissingen der Maatschappij „Tot Nut van 't Algemeen" te beurt valt, om hier een oogenblik het woord te voeren. Die taak is schoon, omdat het hier geldt hulde te brengen aan een man, die door trouw, heldenmoed en braafheid heeft geblonken die taak is moeilijk omdc^ woorden wellicht niet weers zoo gaarne zou willen niet geugyg blijk ge die ove'.'o, - -3:" mij zijn. Ier var hier e da>

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1894 | | pagina 5