NIEUWSBLAD VOOR ZEELAND. ïlo. 118. 1894. Dinsdag 26 Inni. Icüfsfe laacgang. CHRISTELIJK- HISTORISCH VERSCHIJNT F. P. D'HUIJ, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIËN ELKEN MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND. Prijs per drie maanden franco p. p0,95. Enkele nummers0,02 UITGAVE VAN G. M. KLEMKERK, te Goes ÖN van 1 5 regels 25 centiedere regel meer 5 cent. Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. Zoo zijn er misschien wel meer. De bladen bevatten een anecdote nit het leven van professor d'Aulnis de .Bourouill, den leider der anti-Takkiaansche fractie der liberale Unie. De anecdote luidt aldus Prof. De Bourouill was jaren geleden als adjunct-commies aan het ministerie van finantiën werkzaam. De jonge ambtenaar bad in tijdschriften een paar artikelen over staathuishoudkundige vraagstukken geschre ven, en bereidde zich tevens bij een bekenden knappen notaris in Den Haag voor het candidaat-notaris-examen voor. Op zekeren avond zat de jonge adjunct-commies met twee jongelui, die eveneens voor genoemd examen arbeidden, op het kantoor van den notaris, die nog eens een ernstig onderzoek naar de kunde van het drietal instelde. De slotsom er van was, dat z. i. twee hunner gerust den tremplin-sprong konden wagen, maar dat den jongen adjunct-com mies ernstig werd afgeraden zich aan het examen te onderwerpen. Twee uur later prijkte in de Staats-Courant de benoeming van den heer D'Aulnis de Bourouill tot professor in de staathuishoudkunde aan de hoogeschool te Utrecht Men kan zich de verbazing van het tweetal a. s. candidaat-notarissen voorstel len, die hun poveren leergenoot plotseling tot professor verheven zagen. De Avondpost neemt uit een Engelsche preek het volgende voorschrift over hoe eene goede vrouw moet zijn. Niet een veldvrouw als Dina, ook niet een straatvrouw als Thamar, ook niet een venstervrouw als Isebel, maar een huisvrouw. Zij moet als een slak zijn en zich altijd tehuis ophoudenmaar zij moet niet als een slak zijn en al wat zij heeft op den rug dragen. Zij moet als de echo zijn en spreken, wanneer zij gevraagd wordtmaar zij moet niet als een echo zijn en altijd het laatste woord hebben. Zij moet als een stadsklok zijn en alles tijdig doen; maar zij moet niet als een stadsklok zijn en zoo luid spreken, dat de geheele stad haar hoort. Een rijks ontvanger schrijft in Het Centrum „dat tienduizenden zeer vermogenden door de mazen van vermogens- en bedrijfs belasting schieten en nu niets betalen Wij nemen de vrijheid hierbij te her inneren dat honderden, om eene eerlijke eonsciëntie te behouden jegens de overheid, hunne biljetten stipt hebben ingevuld, zoo mogelijk tot den laatsten cent van hun vermogen blootlegden, en daardoor den druk der vermogens- en bedrijfsbelasting knapjes voelen; ja voor wie deze belasting te veel 18J doch die zich christelijk, gewillig en gehoorzaam aan elke zelfs barre belastingwet zullen onderwerpen. Maar is het nu toch niet al te erg hst de christen minvermogenden, althans de eerlijken onder hen, hierdoor moeten mede helpen om de „tienduizenden zeer Vl,'nogenden" die den fiscus bij den neus nemen de heer Heyse, het statenlid, 8prak eens van „belazeren" te onder houden? Uit het Buitenland. In den laatsten tijd werd de Duitsch- kmzerlijke familie zeer ontstemd door aller- voor het Hof en voor den Keizer zeer eleedigende brieven aan hooggeplaatste fuitschers gericht. Dezer dagen moet de Keizer er achter gekomen zijn dat de dader van deze laagkar- 'ge aardigheid een van zijne meest ver- rouwde vrienden, de kamerheer-ceremonie eester Lebrecht von Kotze was. pntdekking ontstemde den Vorst ^er wij weten niet of hij de Schrift kent .(aari'> va,i een groot Vorst sprake is, die i 6 ervaring opdeed en dit betreurde de klachteDe man die mijn brood at, heeft de verzenen tegen mij opgeheven. Wij weten alleen dat de Keizer zijn grootwaardigheidsbekleeder op staanden voet liet gevangen nemen. Toen men waagde hem te gemoet te voeren dat dit opschud ding en opspraak zou verwekken, moet de Keizer gezegd hebben, dat hem dat niet schelen kon, en als Von Kotze schuldig is dat hij dan de straf maar ondergaan moet. Von Kotze, die nu door zijne vrienden voor ontoerekenbaar gehouden wordt, was aan het Hof zeer gezien. Zijn dochtertje was de speelkameraad van de jonge prinses. Zoo vergaat De Magnaten Kamer, de eerste Kamer in Hongarije, heeft eindelijk toegegeven en de wet op het burgerlijk huwelijk dat voortaan iemand trouwen mag zonder in de kerk te worden overgetrouwd of eerst ge trouwd met 128 tegen 124 stemmen aangenomen. Er hadden zich een vijftiental tegenstanders voor de aanneming der wet verwijderd. Zij waren dus gezwicht voor den persoonlijken wensch des Keizers en voor het volksgeschreeuw, tusschen welke het uit zijn asch herrezen liberale ministerie Zekerle zich veilig gezeten waant. Het kerkelijk huwelijk heeft voor de ongeloovigen toch geen waarde meer het was slechts een vorm. Uit dit oogpunt beschouwd is de invoering van het burger lijk huwelijk een maatregel die ons koud laat. Toch is het te betreuren dat de revolutie zoo overal haar zin weet door te drijven, zelfs in overwegend roomsche landen. Italië's eerste minister, Crispy, is een ge lukskind. Door het schot van den sluipmoordenaar, een schot dat hem niet raakte, is hij op eenmaal de martelaar van het nationaal be lang, de held van het parlement, de vriend des volks geworden; en hij ziet thans zijn wetsvoorstellen, in plaats van fel bestreden, met glans aangenomen. Onder anderen ging de voorgestelde verhooging der zoutbelas- ting er met vlag en wimpel door. Van de tijdelijke gelukkige positie ge bruik makende door het uitdenken van groote sociale verbeteringen, zou Crispy nog zegen rijke beslissingen kunnen uitlokken. Maar dan dient het ijzer ook gesmeed, terwijl het heet is. In Marokko heeft de nieuwe Emir, een jeugdige knaap van Circassischen bloede, zonder strijd den zetel zijns vaders be klommen. Zijn oudste broeder heeft zich wijselijk in het „noodlot" geschikten de Euro- peesche mogendheden, Spanje incluis, kun nen voorloopig het zwaard in de scheede houden. Het boyccott-systeem het stelsel van dwang door „verbodverklaring" blijft nog steeds te Berlijn, ten opzichte van enkele bierbrouwers toegepast. Toch wordt het in het kamp der sociaal democraten zeiven niet onverdeeld toege juicht. Bebel noemde den „bieroorlog" een groote fout. Vooral de overigens meerendeels sociaal- gezinde, kleine bazen worden door de ramp getroffen. Onoverzienbaar is de schade voor kuipers, timmerlieden, sjouwers en andere vakmannen die aan de groote door het boycotten ge troffen brouwerijen verbonden zijn. Politie en justitie doen wijs door van deze dingen geen notitie te nemen. Het is een uiting van het coalitierecht der arbei ders, dat is eenen 2e dient deze heele boycott-zaak een mes dat naar twee kan ten snijdt haar eigen dood te sterven. De beste reclame is de prikkeling tot het verbodene. Dezer dagen verscheen te Berlijn een roman getiteld Caligulavan den hand van den schrijver Quidde. Vleiers en vitters, vakgenooten en andere reclamemakers meenden in de beschrijving van den held van dezen roman te bespeuren dat op den Keizer en zijn omgeving gezin speeld werd en dus op dit boek de censuur moest worden toegepast, men moast zoo heete het dit flauwe boek niet lezen O, die trek naar het verbodene toch. Het boek beleefde thans en dat in nog geen twee maanden tijdszijn 24stendruk Frankrijk, het land van algemeen stem recht, versleet in de laatste 24 jaar, dat is, sinds de vestiging der republiek, na de gebeurtenissen van 4 September, de navol gende 32 ministeries. Het kabinet van 4 September. Het kabinet Thiers. Idem De Broglie. Nog eens De Broglie. Kabinet De Cissey. Iedem Buffet. Idem Dufaure.. Jules Simon. De Broglie. De Rochebouet (leefde slechts 20 dagen; namelijk van November tot De cember 1877). Dufaure. Waddington. De Freyeinet. Jules Ferry. Gambetta. De Freycinet. Duclerc. Falières (leefde 21 dagen). Jules Ferry. Brisson. De Freycinet. Goblet. Rouvier. Tirard. (leefde drie maanden). Floquet. Tirard. De Freycinet. Loubet. Ribot (leefde 34 dagen). Nog eens Ribot (leefde 71 dagen). Dupuy. Casimier Perier (vijf maanden). Dupuy (leeft sinds 20 Meijl.) Van deze 32 kabinetten hebben 28 korter dan een jaar geleefd. Slechts een kabinet, dat van Thiers, hield het langer dan twee jaar uit. Enkele kabinetten leefden slechts enkele dagen. Gezwegen nog van de ver schillende dagen dat Frankrijk zonder ministers was of althans het met een ka binet doen moest, hetwelk zijne portefeulles. ter beschikking had gesteld. Dit ligt nu niet aan het algemeen stem recht edoch het algemeen stemrecht weet ook tegen deze dingen nog geen raad. Een vreeselijke moordaanslag met doo- delijken afloop voor den getroffene had Zondagmiddag te Lyon plaats. De president der Franselie republiek, de heer Sadi Carnot, van de tentoonstelling komende, reed in zijn rijtuig met den heer Rivaud, naar den schouwburg waar een tooneelvoorstelling te zijner eere zou gegeven worden. Daar trad een jonge man van 22 jaar, een Italiaan, Cesare Gisvanni Santo gehee- ten, op het rijtuig toe, en hield zich of hij den president een verzoekschrift wilde overhandigen. Doch inplaats daarvan bracht hij den president met een dolk een steek toe in het hart, waarop de getroffene doods bleek in zijne kussens neerzeeg. De heer Rivaud had nog den tijd den moordenaar een vuistslag in het gezicht te geven, welke hem op de straat deed vallen. Terstond greep de menigte Santo aan onder den kreet van: „de president vermoord!" De politie had handen vol werks om den moordenaar uit de handen des volks dat hem verscheuren wilde, te bevrijden. Daar toe bleek zelfs een formeel gevecht tus schen politie en burgerij noodig. De president werd bewusteloos uit het rijtuig gedragen en op een bed gelegd. Ge- neesheeren boden dadelijk hulp. Wel gelukte het hun het bloed te stelpendoch de wond bleek doodelijk te zijn. Eenige uren daarna is de president overleden, na niet meer tot bewustzijn te zijn wedergekeerd. Mevrouw Carnot en hare beide aonen be gaven zich terstond naar Lyon. Rivaud begaf zich inmiddels naar den schouwburg en hield daar de volgende toe spraak „De president der republiek is vermoord". Reeds deze mededeeling gaf aanleiding tot eene algemeene uitbarsting van verontwaardiging. „Dood aan den moor denaar" werd van verschillende kanten der zaal geroepen. Daarna ging de heer Rivaud aldus voort: „In de rue de la répu- blique heeft een ellendeling, onder voor wendsel, dat hij den president een verzoek schrift wilde overhandigen, den heer Carnot een dolksteek in het hart toegebracht. Wij hebben den heer Carnot toevertrouwd aan de zorgen der geneesheeren. De voorstelling kan daarom niet doorgaan". In doodsche stilte verlieten de tosschou wers het gebouw. De moordenaar' weigert inlichtingen te geven. Hij heeft alleen zijn naam gezegd. Hij spreekt slecht Franseh en woonde sedert zes maanden te Cette. Eerst des morgens was hij te Lyon aangekomen. Of hier alleen wraakzucht en nationale vijandschap sinds de jongste ontwikkelingen in het zuiden tusschen Fransche en Itali- aansche werklieden, in het spel waren, of dat ook partijzucht er achter steekt, moet nog bewezen worden Voor het oogenblik kan men zich er slechts toe bepalen den dood te betreuren van een president die in de hachelijkste omstandig heid de tradities van zijn partij en aan de constitutie van zijn land getrouw bleef, en wiens verzoenende staatkunde jegens bui- tenlandsche mogendheden niet genoeg werd gewaardeerd. In Amerikh, is steeds de vice-president de aangewezen tijdelijke opvolger van den president der republiek. Een dergelijk staatsman bezit Frankrijk echter niet. Derhalve moet het ministerie Dupuy ter stond het Congres bijeengeroepen om een nieuwen president te kiezen waartoe Ca simier Périer, tot voor eeni ye weken, Frank- rijlcs eerste minister, en thans voorzitter der Kamer, zeker wel zal worden aange wezen. Hij althans werd reeds meermalen, tegen dat de president moest aftreden in 1896, als diens opvolger gedoodverfd. Sadi Carnot bereikte slechts den leeftijd van 57 jaren en was pas opgericht van een vrij ernstige ongesteldheid, waardoor de Heere hem aan de broosheid van het leven, ook van den meest geëerden staats man had herinnerd. „Wat zoudt gij u groote dingen zoeken zoek ze niet". Zoo sprak de Heere tot den profeet der oudheid. Nog geldt dit woord, waar men bij den dag al meer inzien leert, hoe gevaarlijk het is groot te zijn. 25 Juni '94. De gemeenteraad van Nieuw en St. Joosland heeft met algemeene stemmen be sloten zijn adhaesie te betuigen aan het hier volgend adres Aan Hare Majesteit de Koningin- Weduwe Regentes der Nederlanden. Geeft eerbiedig te kennen de Nederland- sche Protectionistische Landbouwvereeni- ging, goedgekeurd bij Kon. besluit van den 26 Juli 1888, No. 22, gevestigd te Utrecht dat door de aanhoudende daling van den zilverprijs de prijzen der granen steeds lager gaan, wijl hierdoor de uitvoer uit landen met den zilveren standaard steeds meer be vorderd wordt dat bovendien de landbouwer schade heeft ondervonden door verbetering onzer groote waterwegen, waardoor het mogelijk is ge worden in groote stoomschepen graan hier aan te voeren voor omstreeks 10 ets de HL. van landen van welke het vervoer vroeger fl kostte, terwijl voor die verbetering even goed door de landbouwers zijn betaald als door de stedelingen dat de stedelingen van genoemde regee- ringsdaden niets dan voordeel hebben gehad, ten koste der landbouwers en plattelandbe woners en eerst in den laatsten tijd de na- deelen ondervinden van 't verhuizen der arbeiders van het platteland naar de steden, doordien door de lagere graanprijzen de landbouwer niet meer zooveel werk aan het land kan blijven doen als wel noodig is om te voorkomen, dat hot niet in produc tiviteit achteruitga, terwijl veel land groen en braak blijft liggen, waardoor steeds meer werkloosheid ten plattelande ontstaat dat op bovenstaande gronden het niet alleen billijk en rechtvaardig is de land bouwers schadeloos te stellen voor hetgeen door de regeering verricht en speciaal voor den landbouw nadeelig uitgevallen is, wes halve zij meenen daarop recht te hebben, maar dat daarenboven niet moet en mag worden vergeten, dat de gebouwde en on gebouwde eigendommen door de ingevoerde vermogensbelasting en de daarop reeds rus tende grondbelasting tweemalen worden ge troffen en bezwaard, terwijl dat met andere waarden slechts eenmaal het geval is dat het eenige middel om hen, zoowel landbouwers als veehouders te helpen, is Heffing van invoerrecht op granen. Dat zonder twijfel de toestand van den landbouwer en den veehouder daardoor zou verbeteren, daar, zooals blijkt uithetland- bouwverslag, in 1892 uit het buitenland meer werd ingevoerd dan van hier uitgevoerd 4.400.000 H.L. tarwe. 3.300.000 rogge. 1.700.000 gerst. 300.000 koolzaad. 200.000 haver. 98.000.000 K.G. meel dat nog steeds een groot deel onzer in- dustriëelen, hoewel onvoldoende, beschermd wordt door invoerrecht op verschillende bewerkte stoffen, wat nog ruim f 5.000.000 aan onze schatkist opbrengt, terwijl de Re geering door wijziging in het tarief van rechten bezig is de opbrengst daarvan te verhoogen dat het in de laatste jaren steeds de po litiek der regeering is geweest den toestand der standen, die in druk zijn, te verbete ren, niet alleen van zoovele categorieën van ambtenaren, doch ook van vele andere dat het niet ontkend kan worden, dat geen stand meer lijdt en thans meer recht op beseherming heeft dan de Landbouwende stand dat vroeger veelal beweerd is dat invoer rechten op granen ten nadeele van den vee houder zouden zijn, doch de ervaring nu geleerd heeft, dat bet tegendeel het gevolg is, dat in landen met invoerrechten, het ook den veehouders beter gaat dat de veehouders dus stellig ook voordeel zouden hebben, wanneer slechts de invoer van voergerst en lijnkoeken vrij bleef, ter wijl de verhooging van den prijs der granen tengevolge zou hebben, dat de landbouwer, die nu meer en meer met den veehouder in concurrentie komt, weer meer bouwland in cultuur zou brengen, waardoor, behalve door de verbeterde cultuur, die het gevolg van verhoogiug van graanprijzen zoude zijn, dus ook nog door het veranderen van groen- in bouwlandde vraag naar werkkracht ver bazend zou toenemen, daar voor één H.A. bouwland dooreen evenveel werkkracht ver- eischt wordt als voor pl.m. 10 H.A. groen land en evenredig ook meer van allerlei werktuigen, waarop ook zeer terecht is ge wezen in het laatste nummer van de „Vragen des Tijds" door Dr. Vitus Bruinsma dat zonder twijfel kan worden verwacht, krachtens ervaring, dat bij het in cultuur brengen van meer bouwland door het wel begrepen eigenbelang van de landbouwers de werkeloosheid ten plattelande zal verdwij nen en dit gunstig zal terugwerken op de bevolking in de steden. dat de middenprijs der tarwe in Londen over de laatste honderd jaren circa f 12. per H.L. was en dat de landbouwer geholpen zoude worden, wanneer slechts zoolang, totdat eene andere regeling der muntwetten zou zijn tot stand hekomen de prijzen van Tarwe, Rogge, Koolzaad, Meel en Raapolie door een schaalrecht werden gebracht en gehouden op resp. f 9. f 7.f 12.de H.L. voor Tarwe, Rogge en Koolzaad en evenredig, iets hooger recht voor Meel en Raapolie dat, met het oog op de onzekerheid op het gebied van het muntwezen in de Ver- eenigde Staten van Noord-Amerika, het niet onmogelijk is, dat aldaar onverwacht de zilveren standaard wordt ingevoerd dat Nederland, in het bezit van genoemde schaalrechten, daarvan de nadeelige gevol gen niet zal ondervinden, terwijl bij het ontbreken dier schaalrechten de gevolgen voor het platteland van geheel Nederland van onberekenbaar nadeel zouden zijn;

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1894 | | pagina 1