NIEUWSBLAD VOOR ZEELAND. CHRISTELIJK- HISTORISCH 92. 1894. RDEN-VLAKE lurg. „TELEGRAAF". boofdiensi endiensf. traiiidienst F. P. D'HUIJ, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIËN Gemengde Berichten". et. Miste laarpntf. BOOTDIENST elburg en Zierikzee. erikzee Spoorweg Goes. lamsche tijd). maand Mei. iid. 4 5 6 7 8 .9 Dond. Vrijd. Zater. Zond. Maan. Dins. Woen. Dond.10 Vrijd.ll Zater.12 Zond. 13 Maan.14 Dinsdl5 \Voenl6 Woenl6 Dond.17 Vrijd.18 Zater. 19 Zond. 20 Maan.21 Dins. 22 Woen23 Dond.24 Vryd.25 Zater. 26 Zond. 27 Maan.28 Dins. 29 Woen30 Dond.31 4.— 4.— 4.— 4.— 4.— 4.— 4.— 4.— 4.— 6.— 6.— 6— 4.— 4.— 4— 4.- 4.— 4.— 4.— 4.— 4.— 4.— 4.— 2.30 3.30 BUSDIENST SCHE VEERGOES, damsche tijd). itzondering van Dinsdag, st. Yertrek Yeer 's morg. 30, 's avonds 5,uur. on) 'smorg. 8,21, 'snamid. e), 's avonds 6,30. Des eer 's morg. 9,'s av. (Slot Ostende), 's nam. 12.30 van het Veerver- >odig) door naar den trein, vertrekt. Mei. van Antwerpen 's morgens. Dond. 3 .30 .30 .30 Zater. 5 Dinsd. 8 Dond. 10 Zond. 13 Dinsd. 15 Dond. 17 30 Zater. 19 Dinsd. 22 Dond. 24 Zater. 26 Dinsd. 29 Dond. 31 5. 6.— 8.— 9.— 1.- 3.— 5.— 6.— 8.— 9.— 1.- 2.— 3.- R A M DIENST. NMIDDELBURG, vm. Remise 4,50, (alleen Van Zeilmarkt 8, 0, 12,30, 1,15 2,—, 5,—, 5,55, 6,55, 7,45, naar Ylissingen vin. werkdagen) 6,30, 8,45, 12,35, 1,20, 2,5, 2,50, 6,—, 7,-, 7,50, 8,35, BOOTDIENST DDELB.-ROTTERDAM. damsche tijd.) Mei. tomen Zondags, van Vlis- iliddelhurg 8.45van Rot- ,ar alleen Zaterdag 12 Mei uur, van Middelburg srd am 11 uur en Maandag igen 5.uur, van Middel- m Rotterdam 11 uur. is 20 min. na kloktijd) GELIJKS, naar Vlake 4,50, 8,50. Walsoorden 7,50, 10,40, Walsoorden vm. 7, in onmiddellijk na aan- vm. 8,50,| 11,50, nffl- >-Ma!deghem, ïaar Draaibrug 6,23, 8,2$ 7'13, U 31 naar Maldeghem o,o i 2,35, 5,20, 8,26. naar Draaibrug 1 6,35. ,n naar Breskens 6,50, i° 7,40. Sluis 5,31, 6,9, 7,43, 2,32, 5,25, 7,40, 8,2* >raaibrug 5,51, 6,29, 8, i 5,1, 7,20, 8,3, 8,43. VERSCHIJNT elken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND. Prijs per drie maanden franco p. p0,95. Enkele nummers0,025. UITGAVE VAN G. M. KLEMKERK, te Goes EN van 1 5 regels 25 centiedere regel meer 5 cent. Familieberichten van 1 5 regels 50 centiedere regel meer 10 cent. Op hunne verkiezingstochten hebben de antirevolutionaire woordvoerders herhaal delijk de Kiezers vermaand dat van kies rechtuitbreiding alleen zonder waarach- tigen terugkeer tot den levenden God geen heil te wachten is. In verband hiermede herinneren wij aan ■wat Da Costa reeds in 1850 zong „Neengeen kieswet kan behouden, hoe ver good eens of vertrêen, Zoo geen raad bij God gezocht wordt, met verneedring en gebêen, Vruchtloos anders elke kieswet't Blijft een levenloos papier, Speelbal d&ar van ij die vonden, bron van nieuwe driften hier „Aan dr. A. Kuyper. Een valsehe leuze" is de titel van een vlugschrift door jhr. mr. A. F. de Savornin Lohman bij Blom- mendaal te 's Hage ter perse gelegd, en waarin hij de tactiek door dr. Kuyper bij de jongste verkiezingen gevolgd en aange wezen inzonderheid dat met het grond wettig bezwaar zoo weinig rekening gehou den was, aan critiek onderwerpt. Schrijver waardeert de houding der depu- tatenvergadering tegenover hem; doch de overhaaste manier waarop zij voorbereid ïvas de resoluties toch werden eerst in de vergadering zelve rondgedeeld maakte haar tot debatteeren minder geschikt. Schrijver betreurt het dat dr. Kuyper zonder nauwkeurig onderzoek zich voor de kieswetten verklaarde en als leider ook van de kleine pers, de bezwaren van de Prot. N. Brabanter negeerde. Schrijver heeft zich verzet tegen de 2e resolutie, waarin volgens schr. de tsgenstanders der wet Tak als conservatie ven geteekend werden. Wel is dit door dr. K. ontkend, doch schrijver heeft toch gezondigd met zich altijd naast de conservatieven te plaatsen en dus het mikken op deze heeren te beletten. Schrijver herinnert er hier aan hoe hij eens telkens weer zich naast dr. Kuyper plaatste en daardoor veler vriendschap ver beurde. Schrijver geeft daarop den loop zijner in de deputatenvergadering gehouden rede weer en wijst op drie bezwaren tegen de wet Takwelke bezwaren hij toelicht. Ie. Dat „finale uitbreiding slechts een verplaatsing, niet wegneming van een be staand onrecht is. Dit bezwaar is toege licht in de door dr. K. hoog geprezen bro chures: „Wat wil de antirevolutionaire partij 2e. Uitwissching van het program van actie van '91. 3e. Het grondwetsbezwaar tegen de stel- hng dat ieder niet-bedeelde kennelijk in Welstand verkeert. Deze bezwaren toelichtende komt schr. aan het punt van geschil tusschen hem en dr. Kt Hij schrijft Over twee punten zijn wij het volkomen jtöns. Hierover nl., Ie. dat de Overheid van «odswege over het volk gezet is om het te «geeren, en dus als zoodanig eene zelf standige macht bezit, en 2e- dat het y°'k „in al zijn rangen en standen" recht rfe*t zich bij die Overheid te doen vertegen woordigen, en zijn inzicht binnen bepaalde grenzen bjj de beslissingen der Overheid te n gelden, zoodat zonder zijn toestem ming noch het recht veranderd, noch eenige p ï?00nlÜke last opgelegd kan worden. «aar om nu te beletten dat, gelfik thans als ïnVa^ is' een dee' Hes volks zoo goed hf»it nndeie in 't geheel geene macht Wen om de medewerking van het ge- te I? Po111 tot Het sturen in goede richting knJ?r^ekeren' zoek ik volksinvloed, doch Komt tot partijmacht. Wat spr. onder Volksinvloed en Partij- a. verstaat, .wordt nader ook his- een uiteengezet. Het is gedeeltelijk e uitwerking van zijne te Goes voor de ^crs gehouden rede En zoo dr. K. tegenvoert dat het nu niet gaat om volksinvloed of partij macht, maar om het volk dat krijgt 't het stemrecht niet gauw zich in de armen van het socialisme werpt, en om onzen invloed op dat volk niet te verliezen, dan antwoordt schrijver Tot zekere hoogte gevoel ik iets voor deze beschouwing, hoewel ik voor die over gave aan het socialisme minder beducht ben dan Gij, en betwijfel of het goed is mee te gaan met mannen die niet wachten willen, wanneer deze verkiezen te loopen in hun eigen verderf. Vergun mij echter eenige opmerkingen. Van allerlei zijden en in alle landen hoort men klagen over de nooden van het ver drukte volk, en roepen om grondige ver betering van de toestanden. Precies hetzelf de wat wü dagelijks in onze bladen aantref fen, kan men lezen b- v. in de Iransche bladen, niettegenstaande in Frankrijk het algemeen stemrecht bestaat. Even als bij U, doen ouk daar de „milliardais" dat zijn de bezitters van duizend millioen ter schildering van de vreeselyke toestanden dienst. Bij het lezen daarvan moet men zich er over verbazen, dat niet reeds nu geheel de lijdende menschheid uitkomst zoekt in geweld. Maar vraagt men nu naar de midde len van herstel, dan slaat men even verbaasd over de schraalheid of holheid der voorstellen, zoodra de hervormers het gebied van godsdienst en zeden verlaten. Ik zou u de ernstige lezing durven aan bevelen van een artikel van graaf d'Hausscn- ville in do Revue des deux Mondes van 1 Maart, een man die veel voor de volksnooden gevoelt en studie van de zaak heeft gemaakt, maar toch er op wijst tot welke hoogst zonderlinge gevolgtrekkingen ook de geloovige Katholieken in Frankrijk onder aanvoering van zeer eerwaardige geestelijken telkens geraken: hoe elk stelsel onuitvoerbaar of verderfelijk blijkthoe verwachtingen worden opgewekt die, door bittere teleurstelling gevolgd, op verergering der kwaal, en ten slotte op bloed vergieten moeten uitloopen. Het is dus geenszins uit hardigheid des harten dat velen weigeren zich door hun gevoel te laten meeslepen bij het hoorea van de klachten over voiksnooden. Zij ge voelen die even diep als zij. Maar, zeggen zij, die nooden zijn deels een gevolg van omstandigheden, waaraan geen wetgever iets kan veranderen; en die zich dan ook overal en in bijkans alle standen en kringen der maatschappij openbaren. Voor een an der deel zijn zij gevolg van de zonden van alle klassen der maatschappij; daartegen helpt niets dan uitbreiding van het Evan gelie, terugkeer tot den levenden God. Voor nog een ander deel zijn zfin zij voor leniging door den wetgever vatbaar en moet, tege lijk naar de oorzaak, naar het remedie ge zocht worden. Maar daarvoor is geen algemeen stem recht noodig. Laat men het remedie eerst aangeven dan zal de wetgever wel volgen I Ondervonden wij dat niet in onze school- quaestie Schrijver licht de beschuldiging toe dat dr. K. door zijn optreden in deze vele vrienden van zich vervreemdde al geeft hij toe dat velen vaak reden tot misver stand gaven. Maar hen conservatieven te noemen in een zin als de conservatieven door Groen bedoeld en bestreden, is even onjuist als de splitsing onzer partij in droite en gauche, te meer nu Tak de grondwet vervalsehte en zijn uitlegging als de eenig juiste zocht door te drijven en het smart schrijver zijn vriend steeds aan Taks zijde te hebben gevonden. Voor dr. Kuypers doel kan hij de oude vrienden missen. Maar krijgt men op die wijze niet een coterie in plaats van een partq Eu dit wil ook dr. K. niet. Maar waarom dan niet toegegeven vraagt schr. aan mijne bede op de Deputatenverga dering laat althans de laatste resolutie weg. „Dit kan echter niet meer. Gedane za ken nemen geen keer. „Maar, de „resolutiön zijn nu voorbijzij hebben hare heilzame of schadelijke uitwer king gehad, en zijn thans aan uitgedoofde vuurpijlen gelijk. Doch ons Program het door u ontworpen Program staat nog ongerept overeind. „Op dat program heeft al wat antirevolu tionair is zich vereenigd. En waar het geldt de rechten en vrijheden van ons volk, van ons volk in al zijn rangen en standen; waar het geldt de handhaving van den grond waarop die vrijheden en rechten bun steunpunt vinden, daar kunnen en daar zullen wij antirevolutionairen —ondanks alle uitwer pingen van Deputatenvergaderingen elkan der weêr ontmoeten en wel op den grond slag van dat Program, omdat niet de „resolutiën" van ,die vergaderingen, ook niet het oordeel van de Standaard doch enkel ons Program de toetssteen is, waaraan vriend en vijand moet worden on derkend. j$r „Welnu, de sterk gespannen broederband behoeft niet te springen, zoo de taktiek, in de laatste jaren aangevangen, maar niet wordt voortgezet. »Aan weerszijden hiervan ben ik over tuigd hebben wij allen gemeend ons oude vaandel omhoog te houden. Wie het recht aan zijne zijde gehad heeft is thans niet uit te maken. „Gij hebt uw meening openlijk in do Deputatenvergadering en daar buiten uit gesproken ik thans de mijne en die van vele mijner vrienden. „Door rondborstige e x p 11 c a t i e wordt, omdat men elkander beter verstaan heeft, de weg tot verstandhouding gebaand." (Groen) „Mijn wensch is het dat allen, die thans in plaats van met elkander tegen elkander gestreden hebben, aan het Vis u n i t a forti or gedachtig, elkander de broeder hand zullen reiken, hun die na ons komen overlatende te beslissen, wie in dezen strijd de drager geweest is van het echt anti-re volutionaire Vaandel!" Behoudens enkele onjuistheden door de Standaard aangewezen, verdient de prin- cipiëele toelichting van des heeren Loh- mans standpunt ernstige aandacht van alle antirevolutionairen Moge spoedig blijken dat ook bij verschil van meening op het punt van tactiek, de hartelijkste samenwerking tusschen de twee leiders der partij werd mogelijk gemaakt. 4 Mei '94. De liberale pirtij telt thans in de Tweede Kamer 60 leden. Ten opzichte van hare taak is de liberale pers verdeeld. De Arnhemsche Crt. wil dat de liberale voorstanders zich van de partij afscheiden en een nieuwe democratische- of volkspartij vormen totdat de ruimst mogelijke kies rechtuitbreiding is verleend. Doch de Goesche Crt. hecht meer aan het denkbeeld van een allegaartjespartij die de aloude krachtige liberale politiek kan voortzetten. Althans dien indruk ontvangt men uit wat de Arnhemsche Crt. schreef: Het blad zegt „Zoolang het verst uitgebreid kiesrecht hier te lande niet is ingevoerd, hebben de liberale voorstanders van Tak's kiesrecht den plicht zich in de Tweede Kamer nauw aaneen te sluiten, en hetzij als eene de mocratische, hetzij als eene volkspartij, onvermoeid voor hun beginsel te strijden". Wat zien wij echter gebeurenDe Goesche Courantnota bene aan anderen gebrek aan politieken zin verwijtende, gaf Zaterdag het volgend pleidooi „Maar al is van al die verwarring ook het gevolg, dat „de kiesrechtuitbreiding in éénen" is tegengehouden, voor de liberale partij is het een gelukkig verschijnsel, dat zij zoo versterkt uit den strijd is gekeerd. Zij ziet haar ledental in de Kamer thans tot 60 geklommen, een cijfer, dat zij in jaren niet heeft kunnen bereiken. En al loopen die 60 nu op bepaalde punten meer of minder uiteen, als party genomen is hun aantal sterk genoeg om er eene krachtige politiek mede te voeren. Uit dien hoofde zou het zeker in het belang des lands zyn, indien het ministerie kon besluiten zyne portefeuilles te behouden en het wilde trachten ook met deze nieuwe Kamer den arbeid voort te zetten. Wellicht dat nu volksvertegenwoordiging en ministerie elkander beter leeren verstaan en dat alsnog de mogeiykheid geboren wordt, dat zelfs op het gebied der kiesrechtuitbreiding over eenstemming wordt verkregenhetzij door tegemoetkoming aan de Grondwettige be zwaren van velen, hetzij door Grondwets herziening". jjSjDeze laatste opmerking van De Goesche Courant is, dunkt ons, juist. De boerenwoning te Beekbergen, door de Vereeniging voor Bedelaars en Landloopers aangekocht, zal worden ver bouwd en ingericht om een 30-tal personen te kunnen huisvesten. De zorg voor de uitvoering hiervan is opgedragen aan eene commissie bestaande uit de heeren Mr. J. P. A. Graaf van Limburg Stirum te Oosterbeek cn H. J. Koper te Hees. De gronden om de boerderij bestaan uitbouw enweiland en heidegrond. Zeer gemakkelijk valt het groote terreinen heidegrond aan te koopen voor ontginning. De bouwgron den zijn noodig om aanstonds de vereischte voedingsmiddelen te verbouwen en zooveel mogelijk in de behoeften van de Stichting te voorzien; de weilanden, om koeien te kunen houden voor boter en melk, wat zeer noodig zal zijn, om de inrichting niet te kostbaar te doen worden. Een elegie aan de verkiezingen. Prof. Cort v. d Linden schrijft in De Gids „Een jammeriyke strijd ligt achter ons. In alle partijen diepe scheuringwonden geslagen door bondgenooten van gisteren zonder het verheffend bewustzijn dat groote beginselen de smart hebben gewijd. Wan neer de woede van het gevecht geheel is bekoeld, zal nog lang nablijven het zeer van gemoederen door vriendendaad ge krenkt." Te Rotterdam is candidaat gesteld voor het lidmaatschap der Kamer mr. J. van Gennep door de liberalen, en mr. J. G. S. Bevers door de roomschen, beiden ond-leden. De verkiezing was noodig geworden, doordat mr. Gleichman voor zyne verkie zing had bedankt. Bestuur en ingelanden van den Sophia polder (besloten andermaal zich tot Provin ciale Staten te wenden om |calamiteus-ver- klaring van den polder te vragen. De heer Hovy begint openbare in stemming te vinden ook de heer ds. Lin deboom in De Roeper van heden keurt het samengaan met de liberalen, gelijk dit bij de jongste verkiezingscampagne geschied is, af. Goes. Aan het graf van wijlen den heer B. v. Asperen Vervenne waren heden onder verschillende belangstellenden ook de beide wethouders, de antirevolutionaire leden van den raad, en enkele gemeente ambtenaren aanwezig. De heer ds. Huet wees er op wat de overledene als huisvader, vriend, kerkeraads- lid en burger dezer stad was geweest en hoe hij geleefd had voor den Heere, dien hij liefhad; maar koe hy, uit zyn sterfelijk lichaam opgestaan, niet daalt in de groeve, maar heengevaren is naar den hemel. Ieder sterfbed, ieder graf, waar spr. met blijd schap vertoeft, predikt het eeuwige leven, de onsterfelijkheid van wie in Christus zyn. En daarom scheiden wij met een tot weerziens van deze plaats. De heer ds. v. Griethuijsen herdacht den overledene in zyn ootmoedigen en nederigen wandel, inzonderheid in het classicaal be stuur, waar hem de minste diensten niet te gering geweest waren en dankte den Heere die aan de kerk van Goes dezen man gegeven had. De heer M. H. Harinck gedacht den ontslapene in zyn verschillende betrekkin gen in de gemeente, welke hy sinds 3 Nov. 1876 yverig en getrouw als president kerkvoogd diende. De heer ds. N. de Jonge uit Brussel getuigde dat de overledene, zyn schoonva der, evenals de vader van spreker, een biddende vader was geweesteen biddende grootvader, een biddende overgrootvader, in wien kinderen en kleinkinderen veel verliezen, doch de deelneming van zoovelen ook van het gemeentebestuur en van den kerkeraad die hem naar zyn laatste wo ning droeg, verschafte hun een weemoedig genot, waarvoor hij allen namens, de fa milie hartelyk dank zeide. Na het zingen van Gezang 177: 4 (Vrome vroeg gestorven vrinden) eindigde ds. Huet deze plechtigheid met gebod. Te Klinge zijn reeds 4 sterfgeval len aan pokken voorgekomen. Men schrijft uit Biervliet aan de Middelb. Crt. Zekere E. W. van Bouclioute, die wegens strooperij op ons grondgebied reeds straf te ondergaan heeft en deswege in het politie blad voorkomt, werd dezer dagen door den jachtopziener De Graaff gearresteerd, ter wijl hy wederom op Zeeuwschen bodem zijn verboden handwerk uitoefende. Die kloeke daad op een eenzaam terrein had tot gevolg, dat beiden te water geraakten en een worsteling in den modder ontstond. De forsche Belg, steeds genoemd Reus Roos, was nog een oogenbrik in het bezit van den geladen revolver van De Graaff; hy wierp het wapen in het water en ont vluchtte. Over de grenzen wemelt het van jagers en visschers, die op eigen grondgebied niet durven overtreden, maar vry wel straffe loos onze «treken bezoeken. Meerdere politie langs de grenzen, o. a. ook te Biervliet, ware zeer wenschelyk ter voorkoming van ernstige mislryven. De vroeserijke ramp te Amster dam in de Nieuwe Kerkstraat, krijgt te droeviger beteekenis, nu vermoeden bestaat dat de brand door den benedenbewoner Samiljan, een Rus oud 25 jaar, zeiven is aangestoken. Hy wordt tenminste aange houden als verdacht van brandstichting ten gevolge waarvan vier kinderen en een oude vrouw het leven verloren. In een huisgezin nabij Rotterdam is een vader ernstig ongesteld geworden en zyn twee kinderen bezweken allen ten gevolge van het slechte drinkwater. Te Martertshoek is een jonge werkman in den jenever gestikt. Op het exercitieveld te Bergen op Zoom heeft een ernstig ongeluk plaats gehad. Een 12-jarige knaap die aldaar vier koeien hoedde, had het touw waaraan een dezer dieren bevestigd was, om het lyf vastgebonden, toen op eens het dier in woeste vaart op hol ging. De jongen werd meegesleurd, eerst over het exercitieveld en later door een kreupelboschje. Een troep aoldaten die aldaar exerceerden snelden te hulp en mochten er in slagen het dier te vangen en den afzichtelyk verminkten knaap te redden. Het jongetje is niet te behouden. Een geslepen oprichtster Bij een goudsmid te Amsterdam vervoegde zich een juffrouw, die hem vertelde dat zij den pastoor van de kerk „De Krijtberg" ter gelegenheid van zijn priesterjubilé, met eenige anderen een geschenk wilde aanbie den. Daar zij de huishoudster van den pas toor was, lag het voor de hand, dat zy het beste met den smaak van zyn eerwaarde op de hoogte was. Na eenig zoeken viel de keuze, op twee zware zilveren cande- labres. De winkelier wilde de candelebres afgeven doch dat verkoos de huishoudster niet, zy verlangde geen vertrouwen, daarom gaf men haar een jongetje mede, dat de eandelabres droeg. Bij de pastorie gekomen nam de vrouw den knaap de eandelabres af met de bood schap dat hy moest wachten. De vrouw ging in het huis en kwam na eenigen tyd terug, ze had toen iets onder haar goed verborgen. Den niets kwaads vermoedenden jongen werd gezegd even bij den pastoor te komen, die hem omtrent de eandelabres bescheid zou geven. De jongen kwam bij den pastoor, doch in plaats van over de eandelabres te spre ken, nam zijn eerwaarde hem duchtig on-

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1894 | | pagina 1