NIEUWSBLAD
VOOR ZEELAND.
CHRISTELIJK-
HISTORISCH
Aan de Kiezers
burg.
5 8*
S/4 2*
I15/»
VERSCHIJNT
G. M. KLEMKERK, te Goes
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
IIeinkenszand, April 1894.
aio. 85. 1894.
Saferifag 21 Hprif.
Icfifsfe laatpng.
s.
876
Amsterdam, 17 April.
üeeningen.
Vorig
~Vs 88% 88V
8 lCOi/s 10(5
8i/j 1025% 102?
SS IS»
5 99% -
4Va 95
763%
7*7% 2*
96% 'Jgl/j
5
5
Ir. f 1000 5
5
4
5
4
.1844 4
u. coup. 8
ticket 3
t-89
S20
6
5
5
5
■625 Z.R. 4
4
iHope
Rotich
69
'54
i aerie
93
lv'
116
93%
iï%
100
85% 65%
ÖSVa -
»5i/#
96%
95Va
98^
4
4
bs OU. 6
>3
481/,
103% 1085/
ich. 4 öOl/j
8% 891/
23®
21%
1051/s -
101%
- 61%
41/a f-5''A 67
41/a O0 67%
19 4 621/8
4% 18% 19"
6 42%
38% -
'tedelijke Leeningen.
3% 100% 100
31/3 100'A 100%
81/3 1007/8. 8
iciëele Ondernemingen.
Ind. lOOl/g
159 159
|lbr. 4l/s
Üito 4 10U/8
4Vs - -
4 101%
Aanil. 87
4%
4 1013%
31/2 97V* -
4% 102% -
121 121
lOS
4 102
tl/j a 021/s
55
4 96 953/,
2181/a -
21
41/3 108 -
3
5
62% ej%
- 41/a 9S% »'J%
Ygleenïngen.
Aand. IOU/3 102
)blig. 8 97 97
31/a 1011/2 101
8I/3 101 100»/,
231% W%
hoOO 182 184
58»% 59%
8 45'% 45%
8 49% *9%
138 137%
L f 164
5 llOl/s !40%
41% 991% 99%
4 951/2 -
8 64 64
5 104V«
3bl. 41% 97V2 98%
5 1081% 103%
6 1041% 101%
4 98l% 93%
0 105%
5 Ul$ Hl
5 102% 102
5 104% 105
8 5°% lit
5 741% 74%
Oblig. 4 946%
:-T-° 8 Zn
101% 16%
Iblig. 6 1023% 102%,
5 801% SóVs
J 10lSA
5 1O4I/2 1°"%
5 887% -
7 112
226%
92»% 91%
4 99»% 99%
49?A Uil
163% 16%
89 -
6 1136% -
1041% -
7 111 110%
6 1071%
A, - 80% Wi
6 1041% -
5 -
gatschappijen.
1893^
81% 100 100
4 901% -
52
41% 99 10"
Leeningen.
00 3 1085% 108V«
|l00 3 107
3 1041% 104%
land. 74 75%
'100 21% 101V. 101/4
100 21% 1013a -
1 fl. 100 1231% -
4 119'%
5 117% -
100 158
100 161
143
.R. 100 157 7ji%
100 i42i%
Ir. 10O 4 5 a/
400 26
Ibl.
üto
A.
v, A.
elken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
Prijs per drie maanden franco p. p0,95.
Enkele nummers0,02E.
UITGAVE VAN
en
van 1 5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent.
Familieberichten van 1 5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
IN HET HOOFDKIESDISTRICT
eene herstemming moet
Wederom worden de kiezers in
ons district opgeroepen naar de stem
bus. Dit is gewis te betreuren. Het
was niet noodig geweest. Waren
er nog maar enkele voorstanders van
den heer Lohman meer opgekomeu
dan was de zege in eens behaald
geweest. Vele kiezers in ons district
hebben zich niet de moeite getroost
om aan de stemming deel te nemen.
Het stemmencijfer heeft dit uit
gewezen. En dat onder hen, die
achtei bleven ook velen zijn, die,
hadden zij gestemd, geen ander dan
den heer LOHMAN zouden gekozen
hebben, is ons bekend.
Het is dus hunne schuld dat er
nu nog
plaats hebben.
In niet te verontschuldigen zorge
loosheid meenden zij dat toch de
heer LOHMAN wel weer gekozen
zoude worden en daarom lieten zij
na,althans sommigen, om hun kiezers
plicht te vervullen.
Hoe anders is het uitgekomen!
Hoe zal hun geweten hebben ge
sproken! Zij hebben moeten beken
nen: het is ter oorzake van onze
traagheid en nalatigheid dat de heer
LOHMAN niet in eens in de Tweede
Kamer werd teruggebracht.
Mogen wij bij deze herstemming
van hen, die achter bleven, betere
dingen verwachten? Ik durf het
h»pen. Opgeschrikt door den uitslag
van de gehoudene stemming, zijn
zij wakker geworden; zij hebben
gezien dat het op een paar stemmen
aankomt; en nu er ditmaal tusschen
twee is te kiezen zullen zij niet de
verantwoordelijkheid willen dragen
dat een tegenstander van de anti
revolutionaire beginselen gekozen
zoude worden.
Van hen, wien het niet aan allen
ernst ontbreekt, mogen wij dit stellig
verwachten. Te meer nu de zaak
zooveel zuiverder staat dan de vorige
maal. Toen waren er twee anti
revolutionairen aanbevolennu
echter is het een VOLBLOED LI-
BëRALIST, die tegen onzen candi-
uaat, een Christen-staatsman en he-
'ijder des Heeren, over staat. Wij
vertrouwen danook dat zij nu hunnen
phcht zullen kennen en dat zij thans
meerderen ijver zullen betoonen.
Een woord van lof mag niet worden
onthouden aan die kiezers die, hunne
beginselen getrouw, den vorigen keer
zoo flink voor den heer LOHMAN
zijn opgekomen. Waarlijk zij hebben
zich goed gehouden. Zij hebben zich
met door het zoet gefluit van den
vogelaar laten lokken in de val. Zij
7" eu n*et 'aten ompraten,
nj hebben er niet toe kunnen komen
om den man, die zoovele jaren ons
net met eere heeft vertegen
woordigd, die steeds voor de anti-rev.
eginseten zoo krachtig heeft ge-
Iio fj ®n' U1t te stooten. Zij hebben
slist geweigerd daaraan mede te
en. Zoo hebben zij getoond stand-
shg te zijn. Zij hebben getoond
nnen te zijn, die niet zoo gemak
kelijk ginds en derwaarts worden
bewogen, en die een getrouw en
zoo bekwaam volksvertegenwoordi
ger, die nog nooit hun vertrouwen
heeft beschaamd, niet zoo gemakke
lijk zullen loslaten.
Waarlijk, veel was er voor die
kiezers noodig om standvastig te
blijven. Hoe krachtig is er op gewerkt
om hen tot andere gedachten te bren
gen. Men heeft al het mogelijke be
proefd om hen van den heer LOH
MAN af te trekken. En dat nu des
niettegenstaande 1224 mannen toch
op hem hun stem hebben uitgebracht
daarvoor komt hun eere toe. Dit doet
ons dan ook voor de herslemming
goede hope koesteren. Of zouden zij
nu bij de herstemming, nu dus zeker
één van de heide candidaten gekozen
zal worden om naar de Tweede
Kamer te gaan, minder ijverig en
minder standvastig zijn? Er is geen
enkele reden om dit te denken.
Wat den heer de SAVORNIN
LOHMAN aangaat: het is uog mijne
vaste overtuiging dat wij in Goes
hem niet mogen loslaten. Waarom
toch?
Ook nu vraag ik nog: Wat heeft
hij toch gedaan, waarvoor hij zich
heeft waardig gemaakt om te worden
uitgeworpen?
Niemand heeft dat nog aangetoond.
En dit kan ook niet aangetoond wor
den. De heer Lohman is nog precies
dezelfde als toen hij den laatsten
keer met zoo groote meerderheid
werd gekozen. Hij is in niets ver
anderd. En toen was hij zoo hoog
verheven, ook door hen, die nu hem
zouden willen!) afmaken en naar huis
zenden.
Moet zulk eene handelwijze niet
afgekeurd? Ware de heer LOHMAN
sinds de vorige verkiezing in zijn
beginsel veranderd, al was het ook
nog zoo weinig, dan stond de zaak
geheel anders. Dan zouden wij niet
verplicht zijn hem te stemmen. Dan
zouden wij het niet willen en mogen.
Doch dit is in het minst niet het
geval. De heer LOHMAN is niet
eonservatief (gewordenDat heeft
zelfs de Deputaten-vergadering dui
delijk en onomwonden verklaard.
Hij staat tegen de conservatieven
over en is een geduchte vijand voor
hen. Dat heeft zijn arbeid tot hier
toe duidelijk genoeg aan het licht
gebracht. Niemand heeft hem dan
ook rechtstreeks en met open vizier
van conservatisme durven beschul
digen. En hierop leg ik den nadruk:
alles wat in „de Standaard" en
andere bladen tegen de conserva
tieven geschreven wordt geldt van
den heer Lohman niet. Zijn naam
is onder hen door de Stand, niet
éénmaal genoemd. Ook dr. Kuyper
heeft hem geenszins veroordeeld,
maar daarentegen geschreven: „Wij
(Kuyper en Lohman) leven uit één
zelfde beginsel". Hij is een antire
volutionair en christen-staatsman
evenzeer en even beslist als Keuche-
nius is geweest, getuige het schrij
ven van Iieuchenius aan Lohman
nog in de laatste dagen zijns levens.
Dit houde men wel in het oog.
Het is dan ook onwaar als de heer
LOHMAN als een tegenstander van
kiesiechtuitbreiding wordt voorge
steld.
Die hem als een tegenstander
stempelt doet hem onrecht aan. In
zijne rede te Goes is dat duidelijk
genoeg uitgekomen. De heer LOH
MAN is vóór uitbreiding. Alleen, hij
wil niet van te voren beloven alles
te zullen slikken wat minister Tak
zal believen aan de Kamer voor te
zetten. Als eerlijk man kan hij zóo
niet zijn woord verpanden. Het zal
van de omstandigheden afhangen
hoe hij zijne stem zal uitbrengen.
Het hangt er van af met welk een
wetsontwerp de minister zal voor
den dag komen. Komt bijv. de mi
nister weer met de schrijfproef dan
zal hij tegen stemmen, maar dat
zullen dan alle antirevolutionairen
doen. Nooit heeft deheer LOHMAN
gezegd dat hij bezwaar tegen kies
rechtuitbreiding heeft. Wel het
tegendeel. Heeft hij niet in de Ka
mer naast Mackay enz. daarvoor ge
streden Kan dan de heer LOHMAN
een tegenstander worden genoemd?
Volstrekt niet!
Nog heelt men er hem een grief
van gemaakt dat hij bedankt heeft
als lid van de kiesvereen. N. en O.
te Amsterdam. Doch dit heeft hij
gedaan om geene andere reden dan
omdat deze anti-rev. kiesvereen.
radicalen tot candidaat heeft verko
zen. En daaraan wenschte de heer
LOHMAN nret mede te doen. Dat
achtte hij in strijd met de beginselen.
Doch ook de bekende heerW.Hovy
heeft als lid van die kiesvereen. be
dankt, en nadat dit bekend werd
heeft men er geen woord meer van
vernomen om het LOHMAN als een
grief aan te merken.
Err wat betreft art. 80 van de
Grondwet herhaal ik dat de heer
LOHMAN zelf heeft verklaard, indien
er maar een enkel kenteeken van
welstand naar eisch van de Grond
wet kan wchden aangegeven, dan
heeft hij volstrekt geen bezwaar om
tot eene finale kiesrechtuitbreiding
mede te werken. Dat art. 80 dit
eischt is nu eenmaal niet anders.
Ook hierom kan dus deheer LOHMAN
niet een tegenstander worden ge
noemd.
En wie van ons, kiezers zal kunnen
aantoonen wie in de Grondwets
kwestie gelijk heeft Wij zijn niet
bevoegd dat uit te maken. Het is
echter aan den heer LOHMAN toe
vertrouwd om daarover de Tweede
Kamer te woord te staan. Wij echter
gaan niet mee met hen, die daarom
LOHMAN conservatief durven noe
men of hem als zoodanig trachten
voor te stellen.
Dat hij zijne consciëntie niet wil
verkrachten daarom eeren wij hem
des te meer. Dat mogen wij in
waarde houden.
Er zijn in onze dage» maar al te
velen, die zoo gemakkelijk over con-
scientiebez waien kunnen heen
stappen.
Wij hopen, dat er ook onder onze
kiezei s nog velen zullen zijn, die dat
niet zoo gemakkelijk kunnen doen
en dat zij dit bij deze stemming zullen
toonen.
En nu zou ik ditmaal willen vra
gen aan hen, die den vorigen keer
den heer Huvers hebben gestemd
Zoudt Gij nu willen gaan in bond
genootschap met de RADICALEN?
Zoudt gij nu stemmen op den VER
KLAARDEN TEGENSTANDER VAN
UWE BEGINSELEN om een trouwen
en eerlijken antirevolutionair uit te
werpen
Gij moogt toezien
Zoudt gij op zulk een bondgenoot
schap Gods zegen kunnen verwach
ten Laat het voorbeeld van Israëls
volk ook in dezen u ter waarschu
wing zijn. Toen Israël met Baal-
Peor zich verbond week de Heere
van hen en keerde Hij zich tegen
Israël. Toen ontstak zijn toorn tegen
het volk. Num. 253.
Wat heil is er van bondgenoot
schap met de oigeloovigen te ver
wachten Bedrogen zoudt gij daar
mede uitkomen. Laten wij toch niet
steunen «op gebroken bakken, bakken
die geen water houden.» Jerem 2.
Wij gaan ook niet mede met hen
die van kiesrechtuitbreiding bet heil
voor ons land en volk verwachten.
Ook wij achten uitbreiding in den
wettigen weg gewenscht.
Maar het heil verwachten wij van
de kieswet niet.
Neen, heil voor ons dierbaar land
en volk verwachten wij alleen van
Wederkeering tot den God der Va
deren.
Dan, wanneer ons volk tot Hem
wederkeert zal God zich weer ont
fermen en tot ons wederkeeren.
Laten wij niet ophouden, ieder in
zijne plaats, dat aan het volk te ver
kondigen 1
Maar laten dan ook onze kiezers
zulk een man zenden naar de Tweede
Kamer, die met ons dezelfde begin
selen belijdtdie met ons staat op
den bodem van Gods Woord en op
den bodem van Ons Program; een
man, die anti-revolutionair is van
ganscher harte.
Zulk een man nu is de heer A. E.
de Savornïn Lohman.
Tot op den buidigen dag is hij
wat zijn beginsel aangaat onverdacht.
Niemand heeft hem rechtstreeks
beschuldigd dat hij zijne beginselen
heeft losgelateu. Want hij is een
Christenstaatsman in den vollen zin
des woords, een trouw belijder van
den naam des Heeren.
Bovendien: deheer LOHMAN is
een van de bekwaamste mannen,
die ons Nederlandsche volk bezit. Hij
is een man, die in de Kamer steeds
in de voorste rijen heeft gestaan en
gestredendie een warm hart bezit
voor ons volk, voor de vrijheden
des volks, inzonderheid ook voor
ons christenvolk ten dienste waar
van hij reeds gedurende tal van jaren
zijne gaven besteed heeft.
Hij is een woordvoerder bij uit
nemendheid, naar wien de gansche
Kamer steeds met aandacht luistert,
omdat steeds zoo degelijke en gron
dige adviezen door hem worden ge
geven. Hij is een woordvoerder
bovendien, en daarom is hij zoo zeer
te achten, die nooit, noch in de
Tweede Kamer, noch in de Eerste
Kamer, noch als Minister, zich zijne
belijdenis en anti-rev. beginselen
heeft geschaamd.
Nog slechts kort geleden, toen hij
als minister der Koningin het voor
het verdrukte volk opnam door recht
vaardigheid te pleiten bij de Volks
vertegenwoordiging tot afschaffing
van den door ons christenvolk zoo
betreurden vaccinedwang, werd hem
door den liberalen oud-minister Kap-
peijne toegebeten, dat hij met zijne
bijbelteksten uit de Kamer moest
blijven.
Smaad in allerlei vorm heeft de
heer DE SAVORNIN LOHMAN voor
de goede belijdenis over gehad. En
voor eene eerlijke overtuiging ook
den smaad van sommige broederen,
die wij echter hierom niet oordeelen
zullen. Zij hebben dit zelf te ver
antwoorden
Hoeveel heeft hij niet gedaan in
al de betrekkingen, waarin hij ons
vaderland heeft gediend! Hoe kwam
hij steeds op voor de eere Gods en
voor de rechten des volks 1
Wat heeft hij ooit gedaan waarom
wij hem thans ons vertrouwen zouden
moeten ontzeggen?
Maar de Goesche kiezers zullen
dat vertrouwen hem ook nu niet
onthouden. Zij zullen dien getrouwen
en bekwamen strijder weer met hun
vertrouwen vereeren en ditmaal
als één man naar de stembus
optrekken. Wij mogen verwachten
dat zij thans zullen kiezen als lid
der Tweede Kamer voor het district
Goes,
Jhr. Mr. A. F. De
Savornin Lohman.
Bevelen wij voorts ook deze ver
kiezing den Heere aan, die alleen
regeert en zij van Hem onze ver
wachting 1
G. DALHUIJSEN.
WAT MOETEN DE ANTIREVOLUTIONAIRE
KIEZERS IN HET DISTRICT GOES
BIJ DE AANSTAANDE HER
STEMMING DOEN?
Geachte Medekiezers
Nog enkele dagen en wij worden ge
roepen ter stembus te gaan om onze
stem uit te brengen op één der candi
daten die in herstemming komen.
Wie van deze candidaten zal onze
belangen moeten behartigen
Zal het onze hooggeachte Lohman zijn
of de heer Stigter
Wij antirevolutionairen hebben de
vraag te beantwoorden „Wien mogen,
wien moeten wijdien zetel toevertrou
wen
Die alleen rekent met de Kieswet en
gelooft dat het land anders gevaar loopt;
omdat men van finale kiesrechtuitbrei
ding, zooals Tak die wil, alleen voor
het Vaderland heil verwacht, die kiest
den heer Stigter.
Maar die eene uitbreiding van kiesrecht
begeert, zoover mogelijk als art. 80 der
grondwet die toelaat, van hem is de
Antirevolutionaire Lohman de man,
dien hij te kiezen heeft.
Moeten wij niet medewerken om
zulke mannen er heen te zenden die
trouw aan hun beginsel, toonen be
kwaamheid, vaderlandsliefde en practi-
schen zin te bezitten P En zulk een man
vinden wij in alle opzichten, in onzen
oud-afgevaardigde, den heer Lohman.
Hij is het die met ons gebeden en
gestreden heelt, Hij is het die als